Waarom er voor het Nederlands én het Engels plek moet zijn in de U-raad

DUB publiceerde op 24 februari twee verschillende artikelen die ieder pleiten voor een ander taalbeleid van de U-raad. In het ene artikel wordt het Engels als Lingua Franca aangehaald en in het andere artikel wordt betoogd waarom er juist niet voor verengelsing moet worden gekozen. Wij willen deze discussie in een breder kader plaatsen om een completer beeld te geven van de verschillende mogelijkheden.

Sinds dit academisch jaar experimenteert de Utrechtse Universiteitsraad met Luistertaal – een vorm van meertaligheid waarbij Nederlandse raadsleden Nederlands spreken en internationale raadsleden Engels. Een voorwaarde van het gebruik van luistertaal is dat beide groepen sprekers over voldoende receptieve vaardigheden (lezen/luisteren) beschikken om elkaars taal te kunnen begrijpen. Luistertaal biedt vele voordelen. Zo kan het spreekangst wegnemen en bijdragen aan een kwalitatief hoog debat. Gesprekspartners kunnen immers in een taal spreken waarin zij zich het meest comfortabel voelen en zich genuanceerder kunnen uitdrukken dan in een tweede of vreemde taal.

Hoewel dit ideaal klinkt, vergt het gebruik van luistertaal van beide kanten veel oefening en aanpassingsvermogen. Het succes van luistertaal hangt ook af van de mate van beheersing van de taal van de ander. Daarom is soms de inzet van een tolk en het gebruik van vertalingen noodzakelijk. Het onderzoeksproject Meertaligheid en Medezeggenschap (M&M-project) is in het leven geroepen om dit experiment te begeleiden, maar tegelijkertijd ook andere vormen van meertaligheid te onderzoeken, zodat er uiteindelijk een advies kan worden gegeven over welke vorm van meertaligheid past bij welke situatie.

Advies en onderzoeksactiviteiten
Het is nu nog te vroeg om een advies uit te brengen omdat de onderzoeksactiviteiten nog maar net van start zijn gegaan. Het M&M-project houdt zich bezig met allerlei verschillende deelonderzoeken om in kaart te brengen hoe medezeggenschapsorganen (universiteitsraden, faculteitsraden, opleidingscommissies, etc.) het beste met meertaligheid kunnen omgaan. Een nationale survey die via het Landelijk Overleg Voorzitters Universitaire Medezeggenschap (Lovum) is verspreid moet inzicht geven in de taalpolitiek en tevredenheid over de huidige taalsituaties van universiteitsraden aan andere universiteiten in Nederland. Daarnaast wordt er in samenwerking met de Nederlandse Taalunie een internationale vergelijking gedaan hoe buitenlandse universiteiten omgaan met internationale studenten en medewerkers in de medezeggenschap.

Om de huidige en toekomstige medezeggenschappers bij te staan wordt er een receptieve cursus Nederlands als bestuurstaal ontwikkeld. Deze cursus wordt gebaseerd op authentiek materiaal dat door een kwantitatieve analyse van vergadertranscripten is samengesteld. Zo wordt er aandacht besteed aan strategisch luisteren en dienen de meest frequente woorden en uitdrukkingen als lesmateriaal. Een nieuwe taal leren is al een uitdaging op zich, maar bestuurstaal is pas écht de overtreffende trap. Raadsleden zijn niet vies van debatstrategieën en ook diverse gezegdes passeren de revue. Vaak gezien als een plezierig politiek spel dat sjeu aan het debat geeft, maar dit maakt het taalgebruik zeker niet begrijpelijker. Daarom is er een training en toolkit meertalig vergaderen in ontwikkeling om bewustzijn te creëren dat meertalige communicatie van twee kanten moet komen. 

Verschillende meertalige situaties
Universiteit Utrecht is niet de enige met een meertalige Universiteitsraad. Zo maakt de Universiteit van Amsterdam gebruik van een tweetalig taalbeleid waarin raadsleden parallel Nederlands en Engels met elkaar spreken – een vorm van luistertaal. Naast een meertalige variant zijn er ook universiteiten die expliciet voor het Nederlands of het Engels kiezen. Het Engels geeft toegang aan internationale medewerkers/studenten, maar kan tegelijkertijd voor sommige Nederlandstaligen in de weg staan. Niet elke student is genoodzaakt Engels te beheersen voor zijn of haar studie en bestuurstaal Engels is van een heel ander niveau dan Engels als taal in het onderwijs. Daarnaast zijn er in sommige lagen van de universiteit medewerkers die geen Engels spreken. De kracht van diversiteit is dat er van alle lagen van de universiteit medewerkers en studenten zich verkiesbaar kunnen stellen voor de universiteitsraad. De vraag rijst hoe je inclusief kunt zijn, maar tegelijkertijd niet anderen buitensluit. Daarom moet er worden gekeken hoe het Nederlands én het Engels in de U-raad kunnen worden gebruikt.



 

 

Advertentie