Afzwaaiende voorzitters LSVb en ISO: ‘Wij zijn geen goed voorbeeld voor studenten’
Het was een bewogen jaar voor de belangenorganisaties voor studenten: er kwam een voorlopig einde aan de coronamaatregelen in het hoger onderwijs en er werden knopen doorgehakt over de nieuwe basisbeurs. We blikken terug met Lisanne de Roos (23), voorzitter van het Interstedelijk Studenten Overleg en student in Leiden, en de Utrechtse rechtenstudent Ama Boahene (24), voorzitter van de Landelijke Studentenvakbond.
Hoe kijken jullie terug op de coronamaatregelen aan het begin van het collegejaar?
Lisanne: “Het was een bijzondere start. We moesten gelijk aan de bak, want in de zomer wisten we nog niet wanneer het hoger onderwijs open mocht gaan. Gelukkig hadden onze voorgangers al een hoop voorwerk verricht, maar je weet ook: heropenen lukt niet een, twee, drie.”
Ama: “Zeker, en je weet nooit precies wat invloed heeft. We hebben de media hier veel over opgezocht en dat had geloof ik wel effect. Het heeft de samenwerking tussen ons ook meteen aangewakkerd, want we zagen elkaar veel in overleggen.”
Jullie organisaties vertegenwoordigen allebei studenten. Zien jullie elkaar als collega’s of als concurrenten?
L: “We zijn concullega’s, maar wel met de nadruk op collega’s. Dat ligt per jaar weer anders. In het begin dacht ik ook weleens bij een mediaoptreden van Ama: dat had ik ook wel willen doen. Maar uiteindelijk vertelt ze het verhaal gewoon heel goed en willen we hetzelfde bereiken.”
A: “Dat is herkenbaar. Als je net begint, ben je denk ik wat onzekerder over wat je doet en hoe het moet. Dat gaat daarna wel weg. Uiteindelijk zit je ook lang niet altijd in elkaars vaarwater en doe je dingen op je eigen manier.”
Jullie vroegen veel aandacht voor het mentale welzijn van studenten. Komt het daarmee goed nu de lockdowns voorlopig voorbij zijn?
L: “Het is een misvatting dat het mentale welzijn van studenten één op één met de coronacrisis te maken heeft. Voor de pandemie waren er ook al problemen.”
A: “Denk bijvoorbeeld aan de prestatiedruk en aan alle ballen die studenten hoog moeten houden: financiële zorgen, bijbanen, kamernood. Het verhaal dat je alles aan jezelf te danken hebt, of het nou goed gaat of slecht gaat, helpt daar ook niet bij. En jongeren zijn nog niet helemaal teruggeveerd na de lockdowns. Een grote groep heeft nu op een andere manier leren studeren; vanuit huis achter de laptop.”
Hoe hou je in zo’n druk bestuursjaar zelf het hoofd boven water?
L: “Wij zijn totaal niet het goede voorbeeld en doen eigenlijk alles wat studenten niet zouden moeten doen om goed voor zichzelf te zorgen. Natuurlijk doen we veel leuke dingen, maar het is ook gewoon heel hard werken. Het helpt wel dat je het met een team doet. De anderen namen de perstelefoon ook weleens van me over, zodat ik even op adem kon komen.”
A: “We hebben net zoals het ISO een coach waar we mee kunnen praten over lastige situaties die je in dit werk tegenkomt. Dat helpt om voor jezelf de dingen op een rij te zetten. Je maakt zoveel mee. Ik heb veel opgeschreven, zodat ik niet vergeet wat er allemaal is gebeurd.”
Er is zeker veel gebeurd. Het leenstelsel wordt afgeschaft. Hebben jullie daar veel invloed op gehad?
L: “Het was al bijna een dagtaak om de misvattingen rond studenten te bestrijden, zoals ‘ze zeuren en vroeger was alles erger’. Maar met vergelijken bereik je niks. De cijfers laten gewoon zien dat het niet goed gaat. We hebben bijvoorbeeld een onderzoek naar buiten gebracht over het mentale welzijn van studenten dat te lijden heeft onder het leenstelsel. Dat zijn concrete dingen waar je invloed mee uitoefent.”
A: “Onze protesten hebben ook zeker zin gehad. In februari hadden we een gigantisch protest in Amsterdam, dat was vlak nadat het regeerakkoord was gesloten. Wat dat betreft is het niet gek dat de opkomst minder hoog was bij het protest van deze maand. Maar we horen wel dat studenten moedeloos worden. Heeft protesteren wel zin? Wordt er wel naar ons geluisterd? Het vertrouwen in de politiek daalt.”
L: “Ja, die moedeloosheid zien we toenemen. De basisbeurs valt tegen, de compensatie voor de pechgeneratie valt tegen, de studieschuld kan in de weg zitten bij een hypotheek en zo kan je nog wel even verdergaan.”
Toch komen er steeds meer studenten bij in het hoger onderwijs. Gaan ze wel een zonnige toekomst tegemoet?
L: “Ja, want we moeten niet vergeten dat het hoger onderwijs in Nederland gewoon heel goed is. Maar dat neemt niet weg dat er ook aandachtspunten zijn.”
A: ‘Studeren is ook gewoon nog steeds leuk. We moeten er alleen op letten dat het voor iedereen zo blijft of zo wordt. Door de financiële positie van studenten maak ik me wel zorgen over de hoeveelheid zon in hun toekomst. Wat dat betreft hou ik een slag om de arm.”
Hoe ziet jullie eigen toekomst eruit?
L: “Ik heb me ingeschreven voor een master Bestuurskunde en ik kijk al een beetje rond op de arbeidsmarkt. Maar eerst ben ik toe aan pauze.”
Ama weet nog niet precies wat ze gaat doen. Ze twijfelt nog of ze haar Utrechtse master Strafrecht weer gaat oppakken: “Eerst even pauze, dat zeker! Ik heb geen concrete plannen, maar ik denk nu bijvoorbeeld aan lesgeven en ik wil later misschien wel de politiek of de journalistiek in.”
Auteur: Josefine van Enk