Hier gaan de U-raadsverkiezingen over

Vidius verkiezingsdebat met van links naar rechts: Sebastian Wijnands (De Vrije Student), Jeroen Steegmans (PvdUs) en Ingrid Weerts (Lijst Vuur). Foto: Gwenny Jongebloed

Moet je colleges kunnen volgen vanuit je bed of verdwijnt daarmee het community gevoel van de universiteit? Mag je een voldoende herkansen om zo cum laude af te studeren of worden UU-diploma’s daardoor minder waard op de arbeidsmarkt? En moeten bestuursleden van studieverenigingen meer geld krijgen van de universiteit? Ook als dat ten koste gaat van de beurzen van gezelligheidsverenigingen?

Over die vragen buigt de universiteitsraad zich. Het medezeggenschapsorgaan bestaat behalve uit medewerkers ook uit twaalf studenten. Welke studenten dat volgend collegejaar zijn wordt bepaald tijdens de universiteitsraadsverkiezingen die maandag zijn begonnen en tot en met woensdag duren. Dit jaar neemt De Vrije Student het op tegen de zittende partijen Lijst Vuur en de PvdUs. DUB zet de standpunten van de drie partijen op een aantal thema’s uiteen.

Colleges vanuit bed
De treinen rijden niet, je bent ziek of mist om een andere reden college. Dan kun je natuurlijk aan je medestudenten vragen wat er is besproken, maar het zou misschien makkelijker zijn als je gewoon het hele college nog eens terug kan kijken of luisteren. De vraag of dat aan de UU mogelijk moet zijn en op welke manier, verdeelt de drie partijen die meedoen aan de verkiezingen. Zo vindt de PvdUs dat het nooit de bedoeling kan zijn dat je een college live via het internet kan volgen. Op die manier hoeft niemand meer te komen opdagen en verdwijnt het communitygevoel.

Om die reden kan de partij zich vinden in het voorstel van Lijst Vuur. Die partij ziet graag dat het opnemen van colleges “de standaard wordt, omdat het missen van college niemand in de weg mag staan bij het halen van een vak”. Maar die opgenomen colleges moeten wel pas beschikbaar zijn nadat alle colleges geweest zijn. Een week voor het tentamen bijvoorbeeld. “Het is belangrijk dat studenten de stof nog eens door kunnen nemen of zich kunnen oriënteren buiten hun vakgebied, maar het uitgangspunt moet zijn dat studenten geprikkeld worden om naar college te gaan”. Zo betoogde de partij afgelopen dinsdag 15 mei tijdens het verkiezingsdebat van belangenbehartiger van studenten Vidius. “Als je colleges live of een uur later aanbiedt, dan is het verleidelijk om in bed te blijven liggen, terwijl studies aantonen dat je beter leert als je in college aanwezig bent.”

De Vrije Student vindt dat je Utrechtse studenten tekort doet door online colleges pas aan het einde van het blok aan te bieden. Als je college mist, dan wil je de opname nog voor het volgende college bekijken of terug luisteren. Anders mis je tot het einde van het blok een stuk informatie. Dat terwijl online colleges, volgens de partij, studieresultaten ten goede komen. “Een dergelijk systeem speelt in op de grote leergierigheid van Utrechtse studenten en stimuleert interdisciplinariteit.” De Vrije Student vindt dat de Universiteit Utrecht wat dat betreft achterloopt op het gebied van digitalisering en heeft het tot één van de drie speerpunten van de partij gemaakt.

De kosten van het online aanbieden van colleges is volgens alle partijen iets om later te bekijken.

Herkansen voldoende
Als je een voldoende voor een vak haalt, dan is daarmee kous af. Althans, dat zou je zeggen. Voor sommige studenten ligt dat echter anders. Die willen een voldoende herkansen in de hoop op een hoger cijfer. Bijvoorbeeld met het oog op de toelating tot een master of het feit dat zij graag cum laude op hun cv noteren. In november stemde een verdeelde U-raad echter in met een strengere herkansingsregeling. Daarmee werd het verboden om een voldoende te herkansen aan de UU.

Voor De Vrije Student is het de voornaamste reden om zich verkiesbaar te stellen. De partij vindt het onbegrijpelijk dat de huidige Universiteitsraad heeft ingestemd met een regel die in het nadeel is van studenten. “We zijn er tenslotte voor de studenten en hierdoor ontzeg je ze een mogelijkheid. Dat is zonde! Je kan bijna overal in Nederland een voldoende herkansen. Ook in Utrecht moet een student zich maximaal kunnen ontplooien.”

Volgens de PvdUs draagt het herkansen van voldoendes vooral bij aan de concurrentie tussen studenten en zorgt dat er weer voor dat studenten zich steeds slechter gaan voelen. Daarom moet de herkansingsregeling niet veranderd worden, maar moet er een cultuurverandering plaatsvinden. “Een zes is ook voldoende en we moeten af van het idee dat dat niet zo is.”

Voor Lijst Vuur is het wel of niet herkansen van voldoendes een non-discussie. Volgens lijsttrekker Ingrid Weerts gaat de personeelsgeleding van de Universiteitsraad nooit akkoord met het herkansen van voldoendes en is het dus “niet eerlijk om de kiezers iets anders voor te schotelen”. Op de tegenwerping van De Vrije Student dat de partij daarmee de handdoek al in de ring gooit voordat ze aan de discussie is begonnen, reageert Ingrid dat zij haar bestuursjaar liever “zinvol besteedt in plaats van dat ze helft van de tijd kwijt is aan iets wat toch niet gaat gebeuren”.

Daarnaast denkt Ingrid dat het niet mogen herkansen van voldoendes bijdraagt aan de waarde van het UU-diploma op de arbeidsmarkt. 

Bestuursbeurzen
Een punt waar de huidige partijen in de U-raad sinds januari ruzie over maken is de verdeling van de bestuursbeurzen; sinds januari liggen Lijst Vuur en de PvdUS op ramkoers. De eerste partij pleit dat de verdeling van de bestuursbeurzen “eerlijker” moet. Volgens de partij is het onrechtvaardig dat de bestuurders van gezelligheidsverenigingen meer financiële ondersteuning krijgen dan die van andere studenten- en studieverenigingen. Volgens de PvdUs is dat helemaal niet zo gek, omdat de omvang van het bestuurswerk van gezelligheidsverenigingen anders is. “Gezelligheidsverenigingen hebben meer actieve leden en een pand dat ze moeten beheren. Het bestuurswerk is niet te vergelijken.” Mochten  studie- en sportverenigingen meer bestuursbeurzen krijgen, dan mag dit volgens de partij niet ten koste gaan van de andere verenigingen.

De Vrije Student ziet ook geen noodzaak voor een herverdeling en sluit zich aan bij de PvdUS. “Het gaat goed zoals het gaat”, concludeert nummer twee op de lijst van de Vrije Student Eva Klaver op basis van geluiden die zij krijgt van onder andere actieve studenten. “Als blijkt dat bepaalde studie- of sportverenigingen het moeilijke hebben, dan gaan we met zo’n vereniging aan tafel en zullen we de financiële middelen geven die nodig zijn”. De partij pleit daarmee voor een eventuele vergroting van de pot geld die de UU beschikbaar stelt voor studie- en studentenverenigingen. Hoewel het College van Bestuur afgelopen april aangaf dat dit niet gaat gebeuren, wil De Vrije Student ook hier niet de handdoek in de ring gooien. “We willen met het CvB in gesprek.”

Klik op de naam van een partij voor alle standpunten: Lijst Vuur, PvdUS en De Vrije Student.

Advertentie