DUB recenseert boeken van UU'ers
Lekker lezen in het gras, zoals deze boeken over morele keuzes


Succesverhalen uit de publieke sector
Het bestuurlijk falen bij kindertoeslagenaffaire en de gaswinning in Groningen staat in ons maatschappelijk geheugen gegrift. Dit soort zaken worden breed uitgemeten in de media. Toch doet de Nederlandse overheid ook dingen goed.
Het boek Zo kan het dus ook van onder de meer de Utrechtse bestuurskundige Paul ’t Hart biedt tegengewicht en reflecteert op zestien succesverhalen uit de publieke sector. De schrijvers vroegen aan een grote groep bestuurders, topambtenaren, toezichthouders, journalisten, adviseurs en wetenschappers wat zij als successen zien. Aan de hand hiervan werden zestien projecten geselecteerd, waaronder de Oosterscheldekering, Ruimte voor de Rivier, Nederlandse fiets-infrastructuur (met 75.000 kilometer aan fietspaden en -wegen), Vinex-wijk de Waalsprong in Nijmegen, landbouwinnovatie in Brabant, aanpak van ondermijnende criminaliteit in Rotterdam, het Nederlandse topsportbeleid en de vooraf ingevulde belastingaangifte.
Ook de recente ontwikkeling van Utrechtse stationsgebied verdient een plek in dit rijtje. Deze leidt tot verbeteringen van het gebied, wordt gewaardeerd door stakeholders en heeft weinig politieke commotie opgeleverd. Er wordt niet meer alleen ‘voor het spoor’ gebouwd. Er is ruimte voor multifunctionaliteit, waarin werkgelegenheid, stedelijk wonen, recreatie, toerisme en ontmoetingsplekken samenkomen. Onder het stationsplein ligt de grootste fietsenstalling ter wereld en de gedempte Catharijnesingel is weer hersteld.
De ontwikkeling van het stationsgebied is langdurig en gestaag. Er worden steeds weer nieuwe elementen aan toegevoegd. Juist vanwege dit doorgaande proces, het nemen van nieuwe afslagen en het herstellen van eerdere ‘fouten’, lijkt de succesformule te zijn geweest.
Het boek laat zien dat goed bestuur geen toeval is, maar het resultaat van doordachte keuzes, samenwerking en een proces van de lange adem is. Dat is alle reden om wat vaker bij bestuurlijke successen stil te staan. (Isabella Hesselink)
Paul ’t Hart, Erik- Jan van Dorp, Wouter Jan Verheul, Zo kan het ook, leren van successen in het openbaar bestuur. 2025. Uitgever: Boom 35 euro.

Wilders in Woorden: Hoe taal het krachtigste politieke wapen is
Geert Wilders verraste velen toen hij met zijn PVV met grote voorsprong de laatste Tweede Kamerverkiezingen won. Voor auteur, UU-alumnus en docent Nederlands Robbert Wigt kwam dit minder onverwacht. Hij had de PVV-leider – tevens enig partijlid – al langer scherp in het vizier. Vooral vanwege zijn opvallende taalgebruik.
In zijn nieuwste boek Kopvoddentaal analyseert Wigt het geraffineerde taalgebruik van Wilders. Sommigen noemen hem de beste debater van politiek Den Haag, al wil je hem liever niet horen speechen. Wilders is koning van het frame, heeft humor in zijn teksten én weet de aandacht vast te houden als hij aan het woord is. Wat is zijn geheim?
Wigt legt dit haarfijn bloot in Kopvoddentaal. Voor zijn boek sprak de auteur met (oud-)politici, journalisten, communicatie-experts en andere scherpe geesten. Daarnaast keek hij uren aan debatten terug.
Volgens Wigt weet Wilders precies waar de pijnpunten liggen van zijn tegenstander. De PVV-voorman ontpopte zich door de jaren heen als een ware politieke bully, vooral gericht op politici die hij aankan. Voormalig premier Mark Rutte was hem immers keer op keer te slim af.
Na het lezen van dit boek begrijp je enigszins hoe Wilders zijn strategie – bewust of onbewust – vormgeeft. Hij kiest zijn woorden met zorg. Waar anderen minstens 140 tekens op X nodig hebben, kiest hij voor een krachtig woord: “Heks”. En weet hij te ontsnappen aan politieke missers, zoals bij zijn opmerking dat de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema mee het land uit mág met het tuig. En dus niet hoeft.
Kopvoddentaal is een boek dat je gelezen wilt hebben deze zomer. Of je nu meer inzicht wilt in Wilders’ overtuigingskracht in de politieke arena, of simpelweg omdat je een echte taalpurist bent. (Matthijs Meulblok)
Robbert Wigt, Kopvoddentaal. 2025. Uitgeverij Brooklyn 17,50 euro

Houvast bij het maken van moeilijke keuzes
Wie belangrijke beslissingen niet maakt door een muntje op te gooien of blind op intuïtie te varen, zal Ethiek in praktijk van Naomi van Steenbergen en Carla Kessler weten te waarderen. Vanuit het filosofisch debat over goed en kwaad, reikt het boek de lezer handvatten aan voor het maken van beslissingen in de (beroeps)praktijk.
Iedereen wordt geconfronteerd met moeilijke en minder moeilijke keuzes in het leven. Ethiek in praktijk biedt met “Het Utrechts stappenplan” een theoretische benadering die kan helpen bij deze beslissingen. Voordat dit stappenplan wordt geïntroduceerd, nemen de auteurs de lezer mee langs verschillende, voor de praktijk relevante, ethische theorieën. Immers, wie de juiste beslissing wil maken, doet er goed aan kennis te nemen van theorieën over het juiste.
In het tweede deel van het boek wordt het gat tussen theorie en praktijk overbrugd. Waar praktijk en theorie elkaar vaak mislopen, laten de auteurs juist zien hoe filosofie praktische meerwaarde kan hebben. De analytische benadering van Het Utrechts stappenplan is daar de kristallisatie van. Door het stappenplan heen worden de relevante aspecten uit ethische theorie aangereikt in de vorm negen vragen die je door het maken van een ethische beslissing in de praktijk heen loodsen. Een kant-en-klaar antwoord hoeft de lezer niet te verwachten, maar juist dit geeft inzicht in de complexe wereld van ethische praktijk.
Wie zich niet wil wijden aan uitgebreide studie van de wijsbegeerte, maar weloverwogen keuzes waardeert, zal waardevolle inzichten vinden in Ethiek in praktijk. (Bram Braat)
Naomi van Steenbergen, Carla Kessler. Ethiek in Praktijk. 2025. Uitgeverij Van Gorcum. 41,00 euro

Hoe piraterij verdween van de Middellandse Zee
Wie het boek De laatste dagen van Barbarije leest, wordt niet alleen ondergedompeld in de wereld van de piraterij op de Middellandse Zee aan het begin van de negentiende eeuw, maar ook in de Europese internationale betrekkingen van die tijd. Dat klinkt misschien minder spannend dan piraten, maar niets is minder waar.
De lezer wordt onder andere meegenomen naar de slavengevangenis in Algerije, krijgt een inkijkje in het politieke gekonkel tijdens het Congres van Wenen (1815) en maakt kennis met een excentrieke marinecommandant die een heuse ridderorde uit de grond stampt.
De piraten van Barbarije (Noord-Afrika) hebben overigens weinig te maken met de woestelingen die we uit Hollywood kennen. In plaats van papegaaien, houten benen en ooglapjes hebben ze officiële kapersbrieven waarmee ze volgens internationale verdragen koopvaardijschepen ‘mogen’ overvallen van landen waarmee ze in oorlog zijn. Het waren dus geen vrijbuiters en schurken, maar zeevaarders die namens hun land vijandige schepen innamen - een middel waar ook Nederland niet voor schuwde in oorlogstijd.
UU-docent geschiedenis van de internationale betrekkingen Erik de Lange beschrijft hoe de verhoudingen tussen Europa en de Noord-Afrikaanse staten veranderde. Hij laat zien hoe de piraterij samenhangt met de grote thema’s uit die tijd, waar imperialisme en Europese rivaliteit belangrijke onderdelen van zijn. Deze brede thematiek en de vlotte, verhalende schrijfstijl van De Lange maken het boek interessant. Het is daarmee een aanrader voor zowel de liefhebber van kanongebulder en piratenverhalen als voor de liefhebber van achterkamertjespolitiek en internationale betrekkingen.(Annemijn Groeneveld)
Erik de Lange, De laatste dagen van Barbarije; Hoe piraterij verdween van de Middellandse zee. 2025. Uitgeverij Prometheus. 24,99 euro.

Faculteitsgebouwen gebouwd met geld uit de slavenhandel
De UU en de Nederlandse betrokkenheid bij slavernij gaan zo’n 225 jaar hand in hand. Zo zijn er verrassende overblijfselen van de slavenhandel te zien op de universiteit, bijvoorbeeld in de namen van bepaalde organisaties en de oorsprong van gebouwen. Sommige faculteitsgebouwen zijn gebouwd met geld uit de slavenhandel.
Al dit soort weetjes zijn te vinden in het boek Sol Iustitiae Setting?. Het boek onderzoekt hoe de professoren, studenten en alumni zich verhielden tot de slavernij en welke invloeden we vandaag de dag nog altijd kunnen traceren.
Het boek bestaat uit academische essays geschreven door studenten en wetenschappers van de Rechtenfaculteit. De essays bieden een kritische benadering van de complexe en vaak onbekende geschiedenis.
De analyses in het boek zijn zowel op micro- als macroniveau. Op grotere schaal wordt de Nederlandse betrokkenheid bij de slavenhandel onderzocht en meer specifiek wordt gekeken naar de relatie van de Utrechtse rechtenfaculteit met de slavenhandel. De auteurs komen met suggesties hoe je als universiteit of als faculteit met het verleden om moet gaan. Daarbij bespreken de auteurs ook zaken als herstelbetalingen en het maken van excuses door de Nederlandse overheid en instellingen.
De essays zijn academisch van toon en maken gebruik van juridische kaders, maar ze zijn gemakkelijk leesbaar en duidelijk. De inhoud blijft toegankelijk en de argumenten worden op een overzichtelijke en logische manier uiteengezet. De essays sluiten mooi op elkaar aan en geven een holistisch en complex beeld van de historische kwestie. Het boek benadrukt dat slavernij niet alleen iets is uit het verleden, maar dat de gevolgen ervan nog steeds aanwezig zijn. (Iren Serbetcioglu)
Michael Milo, Julie Fraser, Brianne McGonigle Leyh, E.G.D van Dongen, Sol Iustitiae Setting? The Utrecht Law School and its relation to Slavery. 2025. Uitgeverij Boom. 52 euro.

Anna Maria Schurman, de beroemdste maagd van Utrecht
Zelden wist een vrouw tijdens haar leven zoveel roem en faam te vergaren, als de Utrechtse Anna Maria Schurman. Bekende schrijvers, wetenschappers, theologen en leden van koninklijke families van over de hele wereld wilden met haar kennis maken. En velen kwamen haar ook bezoeken, in haar huisje Achter de Dom.
Haar verhaal is ook bijzonder. Bij de opening van de Utrechtse universiteit in 1636 mocht ze een gedicht schrijven als reflectie op de toespraak van de eerste rector, de theoloog Voetsius. Ze was ook de eerste vrouwelijke student die -weliswaar achter een doek- de colleges mocht volgen. Ze schreef gedichten, proza en essays in vele talen. Ze beheerste veertien talen, zoals het Grieks, Latijn, Hebreeuws, Aramees, Perzisch. En op verzoek van haar vader is ze altijd maagd gebleven.
De Utrechtse wetenschapper Pieta van Beek schreef het boek Het wereldwonder van Utrechtse Academie. Daarin zet ze de invloed van Schurman door de jaren heen op een rijtje. In 2016 maakte ze ter gelegenheid van het 76e lustrum van de UU een boekenrol met 76 onderwerpen. Dit boek is de uitwerking van al die thema’s. Ze zijn heel gevarieerd. Beschrijvingen van Schurmans eigen publicaties, ontmoetingen met onder meer de Zweedse koningin en de Griekse bisschop Meletios, lofdichten over haar, schilderijen. kinderboeken, toneelstukken, symposia en wetenschappelijke beschouwingen. Allemaal over Schurman.
Het boek is meer dan dat. Van Beek heeft ook hoofdstukken over de ontwikkeling van haar naam en faam en een essay over het dna van Schurman, letterlijk en figuurlijk.
Het is duidelijk dat Van Beek een groot deel van haar werkzame heeft besteed aan het leven en de nalatenschap van Schurman. Zo komt ze ook zelf meerdere keren terug in de items. Maar vooral lukt het Van Beek om vlot en gepassioneerd over het leven van de eerste vrouwelijke student te schrijven. Dat maakt het boek plezierig om te lezen. Ze geeft ook commentaar op de kritische noten en vermeende achterklap over haar maagd zijn. (Ries Agterberg)
Pieta van Beek. Het wereldwonder van Utrecht, naam en faam van Anna Maria van Schurman (1636-2025). 2025. Uitgeverij Provily Pers. 80 euro.

Felle debatten binnen de literatuurkritiek
Een Nieuw Geluid - De geboorte van de moderne poëzie in Nederland 1900-1940, geschreven door emeriti hoogleraren Gillis Dorleijn en Wiljan van den Akker, is niet het type boek dat je in één ruk uitleest. Waarschijnlijk zal je het wel nooit helemaal lezen: het is 1116 pagina’s dik met dunne bladzijdes. Toch is het boek meer dan een doorsnee koffietafelboek, daarvoor zijn de gedichten en de beschreven historie te mooi. Ik ga uitleggen hoe je dit boek kan lezen..
Uiteraard móét je de inleiding lezen! Daarin zetten de auteurs goed uiteen hoe “een nieuw geluid” in de poëzie rond 1900 zijn intrede doet, de Beweging van Tachtig. Binnen deze stroming staat de auteur en diens emotionele gedachtewereld centraal.
Het is artistieke noodzaak om die binnenwereld zo goed, en zo origineel, mogelijk in een gedicht te krijgen. En zodoende wordt de geboorte van de Moderne Nederlandse Poezië ingeluid.
Dit begrijpen is ook de basis van het boek: tegen deze vernieuwende ideeën worden alle andere hoofdstukken afgezet. Chronologisch lezen kan, maar ik zou zelf steeds een hoofdstuk kiezen dat je interesseert en dat je dan kan afstrepen tot je ze allemaal hebt gehad. Zo blijft het een ongedwongen leesplezier.
De meest pakkende hoofdstukken zijn die waarin Dorleijn en Van den Akker de talloze felle debatten binnen de literatuurkritiek beschrijven. Voor iemand als ik die zo veel Twitter Beefs volgt, is een verademing om polemiek te lezen die daadwerkelijk goed gespeld is en voortkomt uit oprechte passie. Heel wat beter dat de hedendaagse digitale oprispingen van emotioneel beschadigde mensen. (Irem Zoodsma)
Gillis Dorleijn & Wiljan van den Akker, Een Nieuw Geluid - De geboorte van de moderne poëzie in Nederland 1900-1940. 2025. Uitgeverij Prometheus. 55 euro.

Een eigenzinnige literatuurgeschiedenis
Voor liefhebbers van stripverhalen over de Utrechtse geschiedenis zijn Nico Stolk en Niels Bongers geen onbekenden. Zij werkten mee aan een respectabele reeks albums van uitgeverij De Inktpot over zulke uiteenlopende onderwerpen als Sint Maarten, het Utrechts Psalter en de in 1713 gesloten Vrede van Utrecht. Des te onverwachter is het dat hun nieuwste Inktpot-productie geen historisch en ook geen Utrechts onderwerp heeft. Dit keer gooien schrijver Stolk en tekenaar Bongers, de laatste ook bekend als DUB-cartoonist, het over een literaire boeg. In het album Vorige Verhalen zetten zij hun tanden op een geheel eigen manier in acht verhalen en gedichten uit de wereldliteratuur.
Het dichtst bij het origineel blijven de hervertellingen van het gedicht Awater (1934) van Martinus Nijhoff en van ‘het mooiste surrealistische verhaal uit de Nederlandse literatuur’ Brommer op zee (1982) van Maarten Biesheuvel. In beide gevallen weet Bongers de wat dromerige sfeer van de vertellingen te vatten in sfeervolle, vaak nachtelijke beelden, terwijl geselecteerde stukjes tekst de lezer net genoeg houvast bieden om de gebeurtenissen te kunnen blijven volgen.
Dat laatste wordt een stuk lastiger in Hogerhand van Harry Mulisch en in een fragment uit Bewolkt bestaan van de Curaçaose auteur Cola Debrot, waar de getekende verhalen het om een niet nader genoemde reden zonder tekst moeten doen. Nog weer heel anders van sfeer zijn het door Nico Stolk in het Engels gedroomde verhaal over een man die zich afvraagt wat hij met zijn afgehakte hoofd zal gaan doen en de afsluitende hommage aan SF-auteur Philip K. Dick, waarin Stolk en Bongers ook zelf een rol blijken te spelen.
In Vorige verhalen laten beide auteurs een intrigerend licht schijnen op de door hen gekozen werken met als resultaat een volstrekt eigenzinnig stukje getekende literatuurgeschiedenis. (Erik Hardeman)
Nico Stolk & Niels Bongers, Vorige verhalen. 2025. Uitgeverij De Inktpot. 16,50 euro.

Dekharen, verenvachten en schapenvlokken
Wie als leek weleens een wettekst onder ogen heeft gehad, weet: daar zit weinig poëzie in. Toch combineert UU-hoogleraar Rechtsstaat en democratie Hanneke van Eijken de rechtswetenschap al meer dan tien jaar met een carrière als dichter. Dit jaar verscheen haar vierde bundel, Hazenklop.
Waar poëzie, net als het recht, de naam heeft ondoorgrondelijk te zijn, worden de gedichten in Hazenklop gekenmerkt door heldere, precieze en compacte taal. Voor Utrechters zullen sommige gedichten bovendien herkenbaar zijn: twee prijken op muren in de stad, een ander bezingt de plastic walvis die een aantal jaar geleden tijdelijk vanaf de Vredenburgkade te bewonderen was.
Toch gaan de meeste gedichten over wat zich buiten de stad afspeelt. We lezen over dekharen, verenvachten en schapenvlokken, rivierklei, zomerrogge en polderlandschap. Er wordt gegromd, gewoeld en omgewroet. Niet zelden staat de wildernis symbool voor de honger naar leven en beweging die ons mensen net zo goed als de dieren waarmee we samenleven kenmerkt.
Knap is hoe de thema’s in de bundel worden uitgewerkt: een voor een worden ze geïntroduceerd, maar naarmate de bundel vordert, lopen ze steeds meer door elkaar heen, als personages die elkaar niet kennen maar op een avond toch plots allemaal dezelfde kroeg binnenwandelen.
Daarmee is Hazenklop een geschikte bundel voor wie zich eens aan wat hedendaagse poëzie wil wagen, maar ook voor de ervarenere poëzielezer, die door de stapeling van beelden en thema’s genoeg heeft om over te blijven denken. (Rens van der Beek)
Hanneke van Eijken, Hazenklop. 2025. Uitgeverij Van Oorschot. 22,50 euro.

Stel je voor dat je zwanger bent
Hoe voelt het om als jonge studente plotseling te ontdekken dat je zwanger bent? De dichter en UU-alumnus Diet Groothuis heeft dat zelf meegemaakt. In haar young adult-roman De langste één minuut bevindt hoofdpersoon, Mel zich in dezelfde situatie. Ze moet beslissen of ze de zwangerschap wil uitdragen.
Het boek is niet alleen gebaseerd op de ervaringen van Groothuis. De auteur sprak ook met verschillende jonge vrouwen die ongewild zwanger zijn geraakt, waaronder een UU-student.
Het resultaat is een delicate, gevoelige en tot nadenken stemmende reis waarin jonge lezers worden uitgenodigd om in het hoofd van Mel te kruipen. Zij zit vol gemengde gevoelens en als lezer kun je haar besluitvormingsproces precies volgen. Dat is geen gemakkelijk proces, vooral gezien het feit dat haar vader erg religieus is.
Het nieuws van haar zwangerschap heeft niet alleen gevolgen voor het contact met haar vader, maar voor het hele gezin. Ook de relatie met haar vriend blijft niet onaangetast.
Er wordt wel gezegd dat we pas een goed oordeel van iemand kunnen vormen wanneer je je verplaatst in de ander. Abortus is een controversieel onderwerp, vooral in de huidige politieke context, en het debat rond deze kwestie mist vaak empathie en begrip. Dat is de kracht van het boek van Groothuis. Het nodigt lezers uit om juist dat te doen. Dus ken je iemand die begin twintig is, dan is dit boek een mooi cadeau. (Marjorie van Elven)
Diet Groothuis, De langste één Minuut. 2024. Uitgeverij Volt. 15,99 euro.