In de bus op weg naar mijn tweede hospiteeravond ooit, schieten alle do's en don'ts nog een keer door mijn hoofd. Mijn gedachten dwalen af naar de vorige avond. Toen beleefde ik mijn ontmaagding, op hospiteergebied.
Voor mijn gevoel ging het niet slecht voor een eerste keer. Ik ging daar rond een uurtje of acht weg en ze zouden me aan het einde van de avond en "anders morgen" laten weten of ik het geworden was. Ik zat nog niet in de bus of de telefoon rinkelde al. "Toch succes met verder zoeken!"
Lag het aan mij? Was ik wel 'interactief' geweest? Vonden ze mij wel interessant genoeg? De koekjes die ik had meegenomen in elk geval wel, getuige het tempo waarin de voluptueuze verpakking veranderde in een verschrompeld stukje plastic.
Ach, misschien was het huis iets te bèta voor mij, en ik iets te alfa voor hen. Ik geloof ook niet dat zij zaten te wachten op een druktemakertje uit 's lands hoofdstad, met een meer dan gemiddelde voorliefde voor ongeremd slap ouwehoeren. Degelijkheid, daar zochten ze naar. Aan de andere kant, met droge ogen 290 euro vragen voor een opgepimpte meterkast van krap drie bij drie...daar is niets degelijks aan.
En ook al ben ik niet echt op zoek zijn naar een kamer, en ook al is mij op de 'allereerste hospiteercursus in Nederland' duidelijk gemaakt dat eigenlijk niemand al na een paar keer hospiteren wordt uitgekozen, toch hoop ik vanavond stiekem die negatieve spiraal te doorbreken.
Al was het alleen maar om de zure nasmaak van het blauwtje dat ik gisteren heb opgelopen weg te spoelen. Je gaat toch twijfelen aan jezelf. Wat begonnen is als een grapje, wordt nu een pure eerkwestie. Ik voel dat mijn zelfvertrouwen gedaald is tot onder NAP. Het kan wel een overstrominkje gebruiken.
Ben ik op tijd? Check. Zit mijn haar goed? Check. Zenuwachtig? Check.
--- DE CURSUS ---
Hoe anders was het op de avond van de hospiteercursus. Ontspannen wandelde ik de Oudegracht over, richting de studentenkamer waar de cursus volgens organisator USF 'vanzelfsprekend' gehouden werd. Bij aankomst wist voorzitter Mark Laagewaard mij te melden dat er al 'mwah, een paar' deelnemers zaten. En inderdaad, er zaten welgeteld drie mensen in het tot klaslokaal gepromoveerde zolderkamertje.
Niet veel later kraakte de deur open. Een bekende, van school. Ik had met Mark afgesproken dat ik undercover deel zou nemen en was vastberaden van plan dat ook te blijven. Net toen ik had besloten mijn hogeschoolgenoot maar tijdelijk te negeren, stormden er nog twee meisjes binnen. "Trajectum!" Typisch journalisten. Altijd te laat.
Voordat de cursus begon, hadden de cursusleiders eerst een vraag. Of de deelnemers er moeite mee hadden dat er pers aanwezig was. Nee, daar had ik geen principiële bezwaren tegen. "En willen de aanwezige journalisten even vertellen voor welk medium ze hier aanwezig zijn?", vervolgde Maike. Bye bye dekmantel! Van de negen deelnemers, bleken er vier van de pers te zijn.
Aangezien ik toch al was ontmaskerd, besloot ik bij het 'stel jezelf eens voor'-rondje de aftrap te nemen. Na luttele minuten mezelf ontzettend kwetsbaar te hebben opgesteld, riep één van de Trajectummeisjes "best wel saai eigenlijk!" Van je vakgenoten moet je het hebben.
Maike benadrukte dat je op een hospiteeravond het meest interessante van jezelf zo moest zien te brengen, dat je toekomstige huisgenoten na afloop denken 'goh, die is interessant!'. Dat viel niet mee. Ik voelde me wel heel erg doorsnee.
Gelukkig was ik niet de enige. Ja, Jasmijn had ooit eens gewindsurft in Spanje en de favoriete bezigheid van Thijs was slapen. En nee, niet zomaar slapen. Hij stond voor de stufi ingeschreven bij de UU, zodat hij betaald kon slapen. Interessant allemaal, maar hoe uitzonderlijk is dat voor studenten? Het waren niet de flamencodanseressen waar Maike het in haar voorbeeld over had.
Aandachtspunt numero twee. Interactie. "Praat niet alleen over jezelf en maak contact met mensen", adviseerde Rienk. "Vraag ook eens wat de ander doet. Misschien doet hij wel iets wat jij leuk vindt. Praat daar dan over verder." Rienk kreeg de smaak te pakken. "Ga op zoek naar jezelf. Het maakt niet uit als je niet wordt uitgekozen. Je hebt altijd een huis!" Maike voegde daar snel "wees jezelf" aan toe. Ik waande me heel even op een oppep-bijeenkomst voor depressieve huishoudvaders. Zat ik wel in het juiste zaaltje?
Lichaamstaal, non-verbale communicatie. Het derde en laatste belangrijke onderdeel waar je op moet letten tijdens hospiteren. Timo en Thijs beaamden dat zij daar moeite mee hebben.
Maike wierp zich op als lichaamshoudinggoeroe. Timo en Thijs moesten aan de hand van stellingen een verhaaltje doen. Maike hield hen nauwkeurig in de gaten en gaf tips hoe zij hun houding konden verbeteren. Vervolgens deden de heren nogmaals hun verhaal. De vooruitgang was duidelijk zichtbaar. Applaus! Beide jongens leefden zichtbaar op.
Inmiddels waren we met zijn allen in een kring gaan zitten. De tips vlogen over en weer. Kom niet te vroeg, niet te laat, maar op tijd! Doe alsof je niets te verliezen hebt! Bied geen spullen aan, dat is een zwaktebod! Neem nooit iemand mee, kom altijd alleen! Maike had misschien wel de mooiste. "Fake it till you make it!" Dat zoveel wil zeggen als 'je hoeft je niet anders voor te doen, maar het helpt soms wel een handje.'
We sloten de cursus af met een rollenspel, maar je zag dat iedereen al veel van zichzelf gegeven had, ondergetekende incluis. Bij het verlaten van het zolderkamertje pepte Rienk ons voor de laatste keer op. "Zoek iets interessants in jezelf, wees interactief, en let op je lichaamstaal." Ik was er klaar voor.
KADERACHTIG MAAR WEL OP DEZE PLEK
De cursisten: Allereerst was er Jasmijn. Deze studente psychologie had al vijftig keer gehospiteerd. Eén van haar huidige huisgenoten was een junk, dus ze was 'eigenlijk wel op zoek naar iets anders'.
Verder had je Thijs en Timo. Thijs' schuchtere blik was vooral naar beneden gericht. Hij was naar eigen zeggen autist, maar dan wel eentje met een gezond gevoel voor humor. Op de vraag hoe hij hospiteeravonden ervaren had, antwoordde hij heel ad rem dat het hem tot nu toe 'altijd gelukt was om weer thuis te komen'.
Timo woont reeds in een SSH-woning in Zeist, maar wilde meer richting centrum. Als hij aan het woord was, bewoog hij heel erg met zijn bovenlichaam, en uitsluitende met zijn bovenlichaam: zijn broek leek vastgespijkerd aan zijn stoel.
Ten slotte zat achterin de kamer Pablo onderuitgezakt op de bank, met naast hem zijn nichtje Maria. Hij had nog nooit gehospiteerd en vond gezelligheid in zijn toekomstige woonruimte van minder belang. Zij wekte vooral de indruk voor de gratis koffie, thee en Fanta gekomen te zijn.
De namen van de cursisten zijn gefingeerd.
De cursus stond onder leiding van Maike en Rienk.
Maike studeert dramatherapie aan de HU. Dat is 'iets met toneel' en dat was te zien. Met groot gevoel voor drama en wilde armgebaren hield ze haar toehoorders scherp.
Rienk was de stabiele factor van de twee. Rustig, gemoedelijk en zonder stemverheffing nam hij vooral het theoretische deel van de cursus voor zijn rekening.
Op de website van USF Studentenbelangen kun je kijken of er nog eens een hospiteercursus wordt georganiseerd. Surf naar www.USFstudentenbelangen.nl
--- OP HOSPITEREN ---
Bus 5 richting Kanaleneiland heeft inmiddels het einde van de Vleutenseweg bereikt. Uitstaptijd. 'Daar steek je de straat over, op de hoek zie je een kroegje. Die straat is het', lees ik op de uitnodiging. Kind kan de was doen.
Bij binnenkomst van het studentenstulpje wordt ik meteen verwelkomd door een erehaag opgestapelde kratjes bier en dozen vol lege flessen. Het statiegeld vertegenwoordigt zeker een maand huur, schat ik. Er wordt tenminste gedronken hier! Altijd positief. In het bètacrib van gisteren werd ik nog getrakteerd op een heerlijk potje alcoholvrije thee. Promillagehoudende substanties heb ik daar niet kunnen ontdekken.
Al dat flessengeweld maakt mijn gang door de gang, van geboorte al vrij slank, er niet makkelijker op. Na wat geslalom duik ik via de keuken rechtsaf de knusse woonkamer in. Ik ben niet alleen.
De drie bewoners Irene, Lennart en Marc zitten er. Samen met twee toeschouwers, die niet komen hospiteren, maar een keer 'willen zien hoe dat nou gaat.' In de linkerhoek van de bank zit de concurrentie van vanavond: Janita, 18 jaar en biologe in wording. 'Die kan ik hebben', denk ik meteen.
Daar komt bij het introductierondje al snel verandering in. Ik kom niet verder dan een ruwe schets van het stereotype beeld dat van studenten bestaat. Beetje studeren, beetje werken, veel uitgaan. In mijn hoofd hoor ik Maike echoën: 'Zoek wat interessants in jezelf, zodat ze na afloop denken 'goh, die was interessant!'. Het kwaad lijkt al geschied. De kraan staat wijd open, dweilen is als water naar de zee brengen.
Nee, dan Janita. Nadat zij ons verteld heeft dat ze oorspronkelijk uit het Hoge Noorden komt en dat het huis waarin zij nu woont afgebroken gaat worden, voegt zij daar ook nog even nonchalant aan toe dat ze op Capoeira zit. Ik voel het zwaartepunt van alle aandacht overhevelen naar de andere kant van de bank. "Is dat niet die vechtsport die je op het strand doet?", vraagt Lennart geïnteresseerd. Janita knikt. "Maar niet alleen op het strand hoor, daar is het in Nederland vaak te koud voor."
Capoeira? Dat is ongeveer de vechtsportvariant op het flamencodansen uit het voorbeeld van Maike. Ik moet een list verzinnen, en heel snel, anders zie ik het wel weer gebeuren. Rustig blijven, Tim, rustig blijven. Denk aan Rienk en Maike. Denk aan alle tips die zij je hebben meegegeven.
Waar mannen zijn, gaat het gelukkig al snel over voetbal. Ha! Voetbal. Ik durfde het woord gisteren bij mijn ontmaagding niet te laten vallen, nadat ik in de kamer van één van de mannelijke bewoners een paar kunstschaatsen had zien liggen. Zie daar maar eens een interactief bilateraaltje over te houden. Ondoenlijk. "Dus jij kijkt ook altijd naar Dancing on the Stars?", vroeg ik nog, in een laatste wanhoopspoging een gesprek op gang te brengen.
Voetbal dus. Janita is met haar Capoeira op een hele sneaky manier op 1-0 voorsprong gekomen. Ik voel echter dat de 1-1 in de lucht hangt. Allemaal leuk en aardig, dat Braziliaanse stijldansen, maar het nadeel is dat je er wel heel snel over uitgepraat raakt. Niemand anders heeft er namelijk enige kaas van gegeten. Ik moet er alleen voor waken dat ik niet té gretig wordt en vervolgens tegen een lullige counter aanloop. Dan is de wedstrijd nog voor rust beslist.
"Voor welke club ben jij eigenlijk?", vraagt Marc. Strikvraag. De tijden dat je maar ongestraft uit de kast mag komen over je favoriete voetbalclub liggen helaas al lang achter ons. Voorzichtigheid is geboden. Een verkeerd woord en ik mag morgenavond weer fijn 'op' hospiteren. Ik overweeg nog om het mysterieus te houden door slechts te roepen dat mijn cluppie in rood-wit speelt. Dat komt echter weer onzeker over.
"Ajax?!", stamel ik bijna op vragende toon. Ik zoek wanhopig naar bevestiging, maar het lijkt wel minuten te duren voordat ik die krijg. "Ah, wij ook. Mooi."
Pats, boem! Binnenkant paal, 1-1. Lennart is zich er waarschijnlijk niet van bewust, maar met zijn woorden blaast hij een last van mijn schouders af. "En ik heb twee seizoenskaarten", vervolg ik ontspannen. Ik zie dat ik zijn aandacht heb. In mijn enthousiasme nodig ik hem bijna uit een keer een wedstrijdje mee te pakken. Ik hou me net in. Dat ik helemaal niet kom voor de kamer, vergeet ik bijna. Voor je het weet gaat ie zich er nog op verheugen ook.
Ik zit wel ineens een stuk meer ontspannen op de bank. Ik leun al helemaal relaxed achterover als Janita moet vertellen voor welke club zij is. "Ik ben geen grote voetballiefhebber." Vindt Lennart helemaal niet erg. Zolang ze tijdens een wedstrijd maar niet door het beeld loopt en af en toe een biertje haalt, is het best. Ze glimlacht onwennig. Ik kan een harde lach niet onderdrukken.
Voor Irene is het welletjes geweest, al dat voetbal. Tijd voor een kleine excursie door het huis. De kamer waar het om te doen is, bevindt zich op de eerste verdieping. Ook deze keer krap drie bij drie en ook deze keer aan de prijs. 330 euro. Als je het snel zegt, klinkt het niet als een hoog bedrag. Bij de prijs zit wel een balkon inbegrepen, bijna net zo groot als de kamer zelf. Dat dan weer wel. De aarde schijnt toch steeds warmer te worden, dus mocht je je bed binnen niet kwijt kunnen, kan je hem altijd nog op het balkon neerzetten.
Verder is het huis niet al te spannend, vindt ook Irene. Een doodgewoon, gezellig en rommelig studentenhuis, waar eigenlijk niets moet en een hoop mag. Feestjes geven, geen probleem. Zolang je het maar van tevoren aangeeft, zodat iedereen erbij kan zijn. Geen verplichte avond-eet-sessies, alles vrijblijvend. En niet te vergeten, een enorme douchekop met de doorsnede van een kroonluchter. Zijn ze nog best trots op. Ik zou er zomaar kunnen gaan wonen.
"En per wanneer dan?" Irene komt ter zake.
Vervolgens spreekt de 'hospitant-in-opleiding' de magische woorden: "Ik heb de verhuisdozen al buiten staan. Als het wat wordt, slaap ik hier vanavond nog."
Rienk, jongen, als dat geen interactie is! Irene schiet keihard in de lach. Lennart kijkt verdwaasd boven zijn 'Jonge Ouders' uit, die hij laatst van zijn vrienden cadeau heeft gekregen toen een vriendinnetje van hem over tijd was. Irene blijft lachen.
2-1, blessuretijd. Vanaf nu is het slechts een kwestie van de rust bewaren en de wedstrijd professioneel uitspelen.
Janita en ik gaan samen naar buiten. Daar waar ik mijn ego gisteravond nog onbevredigd weer in mijn tas kon douwen, neem ik het bij het verlaten van het huis maar onder mijn arm mee, zo opgezwollen is het.
Ik geef nog bijna mijn undercoverstatus prijs als Janita in de bus opmerkt dat ik 'het wel gemaakt heb bij Irene met mijn opmerking over die verhuisdozen.' Verdomme, dat is nu ook weer niet de bedoeling: een 18-jarig meisje van huis en haard ontrekken. Als ze me niet veel later toevertrouwt dat ze de kamer vanwege de hoge huur waarschijnlijk toch niet wil, trek ik mijn dekmantel snel weer aan.
De volgende dag, vlak na de lunch. Telefoon. Het is Irene. "Je bent het geworden. We vonden jou de leukste." Mijn zelfvertrouwen stijgt weer, tot ver boven NAP. Bètaboys, eat ya heart out! Ik wist het zeker. Hospiteren? Valt wel degelijk te leren.