Vivien van Geen is net ingewerkt als kamerlid voorD66 als het kabinet valt. Juist op het moment dat ze er vol tegenaan wil gaan. Nu moet de knop weer even om en moet ze zich inzettenvoor de verkiezingen van 22 januari. Als ze tenminste weer op dekandidatenlijst komt. Ze hoopt het van harte, wantvolksvertegenwoordiger zijn, vindt ze geweldig.
De ontmoeting vindt plaats bij haar thuis, tijdens hetherfstreces. In vrijetijdskleding en onder het genot van een kopthee vertelt de voormalige docent organisatiepsychologie over dekorte doch heftige periode dat ze kamerlid is. Het is zeker geennegen tot vijf baan; het is dag- en nachtwerk. Ook tijdens hetreces is ze nog druk, want er is een kamervergadering over deuitbreiding van de Europese Unie en door de val van het kabinetmoet in no time een verkiezingsprogramma samengesteld worden. Endaar is haast bij en of het interview daarom niet te lang gaatduren, want ze heeft alleen maar vandaag en misschien nog morgen detijd om programmapunten in te dienen.
U treft het wel als nieuwkomer; u bent net ingewerkt en dan valthet
kabinet?
"Ik vind dit echt heel jammer, want nu moet ik op campagneterwijl ik na deze inwerkperiode juist van plan was productie tedraaien. En ik kan mezelf ook verschrikkelijk boos maken dat ditdemissionaire kabinet gewoon door wilt regeren."
Heeft u eigenlijk wel uw maidenspeech gehouden?
"Jazeker, ik wel. Ik had mijn speech al vrij snel na mijnbeediging op 23 mei, tijdens het debat over de wachtlijsten inkleine ziekenhuizen. Niet alle nieuwe kamerleden hebben hun speechal gehouden, vooral bij grote fracties als het CDA. Dievolksvertegenwoordigers hebben kleine portefeuilles, er zijn daarmeerdere woordvoerders voor een onderwerp."
Wat was uw aanpak?
"Om te beginnen, trek je je mooiste kleren aan. En ik heb despeech goed voorbereid. Achteraf kan ik inmiddels zeggen dat ik indie vijf minuten tientallen punten heb willen maken. Ik had erbeter een paar punten uit kunnen halen. Veel inhoud leidt niet totveel invloed. Je kunt die inhoud beter in pakketjes brengen. Datwas beslist een leermoment."
Heeft u in die korte tijd wel iets kunnen bereiken?
"Het zijn altijd kleine stappen, maar ja ik denk dat ik wel watbereikt hebt. Ik heb, vind ik, best een heftige portefeuille. Zoheb ik naast gezondheidszorg ook pensioenen. En daar gaat het heetaan toe, want er staan veel belangen op het spel. Met name die vande sociale partners, dat zijn de werkgevers en de vakbonden. Zijmaken de dienst uit in de besturen van de pensioenfondsen. D66knokt voor een wetsvoorstel dat medezeggenschap voorgepensioneerden in die fondsen regelt. Dit staat hoog op mijnagenda. Ik heb staatssecretaris Rutte van het ministerie vanSociale Zaken steeds gevraagd hoe hij denkt over de besturen van depensioenfondsen. Nadat hij tot twee keer toe afhoudend heeftgereageerd op mijn vragen, lees ik afgelopen week dat Rutte in hetFinancieel Dagblad zegt dat hij invloed van gepensioneerdenbelangrijk vindt. Ik heb hier echt het gevoel dat ik een steentjeheb bijgedragen. Nu die wet nog."
Vlak voor de Tweede-Kamerverkiezingen van 15 mei noemde u in hetU-blad uw lidmaatschap van de Universiteitsraad een mooieoefensituatie. Heeft u ook daadwerkelijk iets gehad aan die U-raadervaring?
"Mijn U-raad ervaring is zonder meer bruikbaar gebleken. Ik hebdaar geleerd om bij een nieuw onderwerp snel aangrijpingspunten tevinden. Zo kan ik nu heel snel bepalen wat voor mij de belangrijkepunten uit een rapport van veertig pagina's zijn. Verder merk datik in debatten heel makkelijk interrupties pleeg: ik kan snelreageren en naast zeggen dat ik iets onredelijk vind, kan ik ookformuleren waarom ik dat vind. "
Niet alles was vast gesneden koek. Waar moest u aan wennen?
"Wat mij overweldigd heeft, is die enorme stapels post per dag.Elke dag een stapel van ongeveer veertig centimeter hoog. Dat komtten dele omdat veel stukken van het Ministerie van Volksgezondheidkomen. Zij levert een kwart van alle stukken uit alle ministeries.Vervolgens reduceert mijn medewerkster de stapel tot 25 centimeteren
verdeelt 'm wederom in verschillende stapels. Wat mij ookverbaasd heeft, is dat de hele planning continu veranderd. Je bentabsoluut niet de baas over je eigen tijd. En daar heb ik nog hetmeest aan moeten wennen. Mijn prive-leven staat op een laag pitje,maar de timing is wel goed. Mijn dochter zit namelijk sinds ditjaar op het University College."
Mist u ons, de universiteit niet heel erg?
"Ik mis de diepgang en de grondigheid wel en de voorspelbaarheidin de planning. Tweede-Kamerwerk is veel vluchtiger. In een weektijd houd ik me bezig met veel verschillende onderwerpen, vankinderopvang, orgaandonaties, de betaling van fysiotherapeuten totpensioenen. Die veelzijdigheid vind ik tegelijkertijd ook weergeweldig. Evenals de werkbezoeken."
U bent getuige geweest van een waar schouwspel. Wat is uwbelevenis met de LPF?
"Nou, ik zal je een voorbeeld geven: het debat over het wel ofniet voortzetten van het heroine-experiment. D66 wilde graagdoorgaan met het verstrekken van heroine onder medisch toezicht aanonherstelbare verslaafden. We hadden meningen gepeild, gebeld,gelobbyd. We dachten echt een meerderheid te hebben, totdat ertijdens het debat opeens een andere woordvoerder voor de LPFopstond. Die voelde zich niet gebonden aan de afspraken van zijnvoorganger en dit kamerlid was tegen heroine. Daar word je wel boosvan. Je verwacht van de LPF iets anders, temeer omdat je denkt datzo'n partij ook tegen overlast van drugsverslaafden is."
En dan de Minister van Volksgezondheid: hoe vond u de heerBomhoff?
"Hij ging op het pad van Els Borst verder, maar dan met ietsmeer poeha en daadkracht. Bomhoff heeft ook echt wel ietsgeforceerd. Ik verwachtte er wel iets van. Maar in de commissievoor het Ministerie van Volksgezondheid waar ik in zit, hebben wijhem op het matje geroepen. Als we een debat hadden, ging hij nietin op de vragen, maar vertelde hij wat hij kwijt wilde. Dataccepteerde de commissie niet. Maar gek genoeg luisterde hijuiteindelijk wel. In een debat heb ik tot drie keer toe gezegd dater kwaliteitsproblemen zijn in de kleine ziekenhuizen. Dat er dodenvallen. In het debat ging hij daar niet op in, maar een week laterkondigde hij via een brief aan dat hij er alsnog aandacht aan gingbesteden."
Een rare man?
"Ik denk dat hij veel in zijn mars had, maar dat hij zwak was inzijn contacten. Het gekke was ook met Bomhoff dat hij zich voorzaken interesseerde die buiten zijn portefeuille vielen. Hij hadook interesse in pensioenen en daar wilde hij wel een keer met mijover
praten, terwijl dat helemaal niet zijn terrein was. En dat hijdaar tijd voor had, verbaasde mij ook. Tot een afspraak is hetnooit gekomen. Hij zat al snel in de problemen.
Al met al mag u binnenkort de straat weer op met ballonnen?
"Ja, meteen na het reces, folders over het referendum uitdelenin Utrecht met de jonge democraten. Ik hoef niet de hele dag op deStadhuisbrug te staan."
Gelukkig?
"Ja, gelukkig. Campagne voeren moet je niet te lang doen, het iseen vak apart. Ik ben toch meer van de inhoud. "
Bij het afscheid kan Vivien van Geen het niet laten:
"Het liefst zou ik nu nog vragen naar de roddels over de
universiteit, maar omwille van de tijd hou ik me in. Wie weetben ik
trouwens in januari weer terug op de universiteit, mocht ik nietop
de kandidatenlijst komen of mocht ik niet herkozen worden. Maargoed:
ik wil heel graag volksvertegenwoordiger zijn. Het is echteen
prachtig vak."
Carina Nijssen