Toch zijn er maar een paar studenten te vinden in de boksschoolaan de Biltstraat. Die school heeft een zweterige ruimte waar driekeer per week twintig mannen en een paar vrouwen anderhalf uur langvreselijk worden afgebeuld door een bloedfanatieke, schreeuwendetrainer. Aan de muur hangen krantenknipsels uit betere boksdagen.Rond de ring sieren levensgrote schilderingen van boksgevechten demuren. De kleedkamer heeft geen deur. Naakte mannen lopen in en uitde douche. Maar eigenaar Jan Brouwer drinkt aan het barretje zijnpilsje, verhuurt ondertussen telefonisch zijn partyboot, en zietdat het goed is.

De bokstraining bestaat uit verschillende onderdelen. Eenstevige warming up. Daarna allerlei gedoe met de handschoenen aan:op een zak slaan of op elkaars handschoenen. De echt gevorderdenmikken zelfs voorzichtig op elkaars lichaam. Daarna volgt nog eenuitputtende krachttraining.

De krachttraining is het hoogtepunt voor de bloedfanatieketrainer. Zijn boksers staan stuk voor stuk al op instorten, maarhij laat ze nog ongeveer tweehonderd keer opdrukken. Dat opdrukkenis op zich niet zwaar tenzij je het twintig keer achter elkaar op nhand moet doen, nadat je al anderhalf uur door die trainer bentafgebeuld. En na die twintig keer op n hand, beveelt dezevriendelijke Utrechter luidkeels het nog twintig keer op viervingers te proberen.

Ondertussen is het behoorlijk warm geworden in de zaal door aldie zwetende lijven. Maar de Utrechtse en weinig verfijnde humorvan de trainer en de bezoekers, als ze nog voldoende adem hebben omhem weerwoord te bieden, vergoedt veel.

Boksen trekt niet zoveel studenten zoals hockey of roeien, geeftwiskundestudent Eelco Nederkoorn toe. Nederkoorn is samen metMichel Dullaert, student bedrijfskader, en een andere vriendminimaal een avond per week te vinden in de boksschool. Het gaatNederkoorn niet in eerste instantie om het vechten. Hij komt puurom zijn conditie op peil te houden. De drie vrienden roeiden eerstbij Triton, maar dat vonden ze teveel 'gedoe'. "We waren'zondagsroeiers', maar de halve zondag was al voorbij voordat deboot in het water lag. Dit is leuker, dichter bij huis en een stukzwaarder."

Boksen is de zwaarste sport die hij ooit heeft beoefend, zegtNederkoorn. Alleen al het hooghouden van de handschoenen valt hemzwaar. "Je staat de hele tijd met je handen omhoog. Probeer maareens een uur een glas hoog te houden. Dat weegt op het laatst ooktachtig kilo." Behalve zwaar vindt hij de trainingen gezellig. "Desfeer is vriendelijk en totaal niet agressief. De trainers zijn ookleuk. Ze maken geen watjes van je. Geen geouwehoer. Ze zorgen datje constant blijft bewegen. Ze peppen je op en ze zetten je onderdruk. Dat maakt het ook zo vermoeiend."

Nederkoorn vindt het boksen een mooie uitlaatklep. "Ik hebdoordeweeks veel te veel energie, die kan ik dus mooi in het boksenkwijt. In het begin dacht ik 'oh lekker rammen' en dan verspil jeal je kracht veel te snel. Maar daar komt dan nog een keer diezware krachttraining bovenop. Dan wil je de volgende dag nietwakker worden."

Het touwtje springen is van oudsher een vast onderdeel van debokstraining. Een kinderlijke bezigheid, waar veel mannen tochbehoorlijk moeite mee hebben. Het is een bizar gezicht om bijnatwee meter lange kerels, met grote spierbundels opeens onhandig meteen touw in de weer te zien. Dat touwtjespringen is overigensbedoeld om de conditie en het voetenwerk te verbeteren. Bovendienleren de boksers zo het lichaamsgewicht van de ene voet op deandere over te brengen. "Dat touwtje springen, moet je in het beginook leren. Als ik moe word dan gaat het mis. Dan sta je daar heelhouterig te springen. Dat kost veel te veel energie. Daar moet ikme echt op concentreren", vertelt Nederkoorn.

Zijn vriend Dullaert wordt toch ook wel aangetrokken door hetsimpele slaan. "Ik vind het heerlijk om te rammen. Dat vindtiedereen volgens mij leuk." Tijdens een bokstraining kan hij directzijn ei kwijt. "Bij roeien moet je eerst aan je techniek werken opeen bepaald punt komen, voordat het zwaar wordt. Maar op eenbokszak rammen en touwtje springen daar hoef je niet veel voor tekunnen." Toch is het ook weer niet verstandig om al een blind paardop een zak te gaan slaan. "Je moet je techniek oefenen en alleen deoefeningen doen die je geleerd hebt. Anders leer je verkeerdedingen."

Hoewel iedereen bij boksen denkt aan historische gevechten vanMohammed Ali en Mike Tyson, waarbij de boksers elkaar met hunlaatste energie te lijf blijven gaan en de verwondingen en deuitputting van de lichamen af te lezen zijn, komen veel bokserszelden voor een wedstrijd in de ring. Verder dan sparren, komen demeeste niet.

Het sparren is het hoogtepunt van de trainingsavonden en hetdient om wedstrijdsituaties te benaderen. Bij het sparren gaanboksers elkaar te lijf op een hele technische, bij sommige boksersbijna sierlijke manier, waarbij ingehouden moet worden geslagen.Het sparren moet namelijk niet ontaarden in een wilde knokpartij.Menig goede bokser is op de training al vermoord, luidt een bekendboksgezegde.

De andere aanwezigen staan redelijk soepel op elkaar in teslaan, maar voor Nederkoorn en Dullaert is het sparren nog een brugte ver. Ze hebben allebei nog geen goede mondbeschermer. "Als jeeen klap op je gezicht krijgt, zijn je tanden stuk. Dat hoeft vanmij niet." Bovendien helpt zo'n bitje om de kaken op elkaar tehouden. Want het is uitermate pijnlijk om een klap te krijgenterwijl je je mond openhoudt. De twee studenten oefenen wel deslagen en de slagencombinaties op elkaars handschoenen. Dat ziet erbehoorlijk echt uit en is ook niet geheel van gevaar ontbloot.Nederkoorn: "Soms raak je de handschoen niet en het gezicht zitnatuurlijk heel dichtbij. Dan wil er wel eens een tand door de lipgaan. Verder zie ik hier zelden verwondingen. Een enkele keer eenbloedneus. Beslist geen bebloede koppen met verweesde ogen die tothet uiterste doorvechten."

Boksen is een redelijke goedkope sport, maar met een korte broeken een paar sportschoenen ben je er nog niet. Zo hebben de boksersaparte handschoentjes om op de bokszak te slaan. "Met die grotehandschoen geef je zoveel kracht dat ze uit elkaar ploffen",vertelt Nederkoorn. De reacties van de omgeving op zijnboksavonturen van zijn niet echt positief. De meeste mensen vindenboksen zinloos of gewelddadig. Nederkoorn: "Dan zeg ik: dat geldttoch voor iedere vechtsport. Maar zij vinden dat je zo'n Oostersevechtsport doet voor de bewegingen. Dat vind ik onzin. Vechten isvechten. Je gaat niet op judo of taekwondo omdat het zo sierlijkis."

Jurgen Swart

Aan de eerste versie van dit toernooi doen tien herenteams enacht damesteams mee en onder de spelers zijn heuse(oud)hockeyinternationals te bewonderen. Robbie Derikx van DenBosch bijvoorbeeld. Hij is middenvelder van de nationale ploeg enrechtenstudent in Utrecht en lid van het Utrechts Studenten Corps.USC heeft het geluk dat Derickx geen andere hockeyverplichtingenhad dit weekeinde; daardoor kan het corps als enigestudentenvereniging over een international beschikken.

USC kan bovendien nog putten uit leden die spelen in het eersteelftal van Kampong. Zo verdedigen voormalig international PaulFrederik van Esseveldt en voormalig jeugdinternational Olaf Bakkervrijdag en zaterdag de kleuren van het Utrechts Studentencorps. Omdeze eerste strijd om de hockeytrophy niet direct een al tevoorspelbare te maken, heeft de organisatie bepaald dat tijdensdeze eerste editie maar drie hoofdklassespelers tegelijk op hetveld mogen staan.

Olaf Bakker, de voorzitter van de sportvereniging van het corpsSphaerinde, is de aanvoerder en samensteller van het USC-team.Bakker wil die Trophy per se winnen. Hij maakt er geen geheim datde geldprijs en de vakantie een belangrijkere drijfveer zijn voorhem en zijn medespelers dan het mogelijke prestige dat er met hetverslaan van de andere studentenverenigingen te verdienen valt.Bakker heeft het team verder aangevuld met spelers van Schaerweydeuit Zeist en lagere teams van Kampong. "Jongens die vroeger in dejeugd wel heel hoog hebben gespeeld." Het team van USC heeft zelfsal een paar keer getraind voor dit toernooi.

Op de website van het toernooi, http://www.studentshockeytrophy.nlroepen de leden van het team zich met het zelfvertrouwen enbravoure waar leden van deze vereniging bekend om staan uit totfavoriet en dat lijkt terecht. De meest serieuze tegenstand moetkomen van de corpora uit Rotterdam en Amsterdam die met driespelers van hoofdklasser Pinok het veld betreedt.

Commercie

Het toernooi wordt georganiseerd door de Binnenloper. Eenbedrijf dat een studentenblad uitgeeft en gespecialiseerd is inalles wat met studentenmarketing te maken heeft. Het helptbedrijven die de studentenmarkt willen aanboren. Werknemer ennatuurkundestudent Maarten van der Velde is uitverkoren tottoernooidirecteur. Reden voor het organiseren van een wedstrijd alsdeze was het gebrek ervan. Het verbaasde Van der Velde namelijk dater voor het hockey - de meest populaire sport onder studenten enbovendien de sport waar studenten een groot deel van de nationaleploeg uitmaken - geen groot en prestatiegericht toernooi bestond. "Terwijl er meer dan voldoende gezelligheidstoernooien zijn ", zegtVan der Velde.

Zijn bedrijf verdient in eerste instantie niets aan deorganisatie, maar heeft wel een commercieel oogpunt. Een evenementwaar honderden studenten bij elkaar komen en dat kan uitgroeien totiets heel groots, is natuurlijk bijzonder interessant voor de vasteklantenkring van de Binnenloper, waaronder de ABN-Amro die metliefde haar naam verbond aan de Trophy. Studenten zijn interessantvoor de bank, want ze zijn op de leeftijd om een bankrekening teopenen en bij de ABN-Amro weten ze natuurlijk heel goed dat degemiddelde Nederlander vaker van geliefde verandert dan vanbankrekeningnummer. Ook de alcohol ontbreekt natuurlijk ook niet.Een Brabants biermerk stelt een grote hoeveelheid bier beschikbaarvoor de winnaar van de fair-playcup.

Kansloos

Van der Velde hoopt dat dit toernooi zal uitgroeien tot eensoort Varsity voor hockeyers. Dit jaar is een proef. Hij schreefalle Nederlandse studentenverenigingen aan, maar zijn toernooiwordt voor een belangrijke deel gedragen door de vier groteUtrechtse gezelligheidsverenigingen. Hoewel het Utrechtse corpszich favoriet acht is Van der Velde er zelf niet van overtuigd dateen vereniging uit de Domstad gaat winnen.

Toch is ook bij de dames een Utrechtse vereniging favoriet enwel UVSV. Dat zegt Judith van Deelen zelf speelster van hetVeritasteam, dat ook al fanatiek in training is. Van Deelen zelfspeelt overgangsklasse bij Hilversum en ook Veritas heeft een goedteam samengesteld, vindt zij. Maar Van Deelen acht zich bijvoorbaat kansloos tegen het team van UVSV dat net als bij de mannenkan rekenen op de goede Kampongspeelsters. Ook bij de dames moet degrote tegenstand uit Amsterdam komen.

Het is overigens niet alleen prestatie wat de klok slaat. Ookaan de verbroedering tussen de verenigingen is gedacht. Op Kampongis het twee avonden feest. Op zaterdag na de finales worden dewinnende teams per limousine naar de Woolloomoolloo vervoerd, waarhet slotfeest is.

Jurgen Swart

De jaarclub, aflevering drie: De snelkookpan voorvriendschappen: Meli-Melo

Floor Willems (20) studeert Communicatie enInformatiewetenschappen. Is het jonkie van de club en kan hethardste lachen, vooral als er ergens een feest is.

Lotte Janssen (22) studeert aan de PABO. Lotte is verliefd enleuk met kindjes. Het is altijd lachen met Lotte, behalve als zealleen thuis is en een beetje op haar gitaar tokkelt.

Kathelijne de Nijs (22). De modejunk en rechtenstudent wasafwezig tijdens het gesprek, omdat ze tijdelijk in Toulouse zit.Heeft, zo zei ze vorige keer, een druk sociaal leven nodig om goedte kunnen studeren.

Rachel Semeijn (22) studeert Psychologie en is een schatje eneen 'spuit 11 'van de club. 'Prettig gestoord, maar ook welserieus'.

Linda Jansen (22) studeert Economisch Linguistisch. Ze is altijddruk. "Ze krijgt alles voor elkaar."

Caroline Winten (21). Een Psychologie-studenten van hetstille-wateren-diepe-gronden type. "Ze zoekt steeds weer nieuwedingen in het leven."

Marca de Vries (23) studeert Commerciele Economie. Verzorgend eneen constante factor in de club die goed banden kan plakken.

Saskia Adriaens (22) is journaliste in spe en een kletskous:"Streberig in positieve zin, georganiseerd en vindt sport heelbelangrijk."

Fleur Winters (22). De studente Theaterwetenschappen heeft hetgrootste Veritas-hart. Is ook nog eens cultureel onderlegd. Eengezelligheidsdier die wel eens te veel hooi op haar vork neemt.

Een bed, een bank, een tafel, een wereldbol, multivitaminepillenen een Aristona televisie. De kamer van Saskia Adriaens is eengewone studentenkamer in Lombok. Mysterieuze Afrikaanse poppengetuigen van een stage in Zuid-Afrika die Saskia gedaan heeft. Nuis Saskias kamer gevuld met acht Meli-Melomeisjes. Kathelijne,nummer negen, is afwezig. Ze leert Frans in Toulouse waar ze nogwel een tijdje zal blijven voordat het uitwisselingsprogrammavoorbij is.

De meisjes van deze Veritasjaarclub zijn bijna allemaal in deeindfase van de studie terecht gekomen. In de modernestudentenwereld, waar mensen niet veel langer dan vier jaar destudent uit kunnen hangen, ben je snel een oude rot. Linda: "Op eenwoensdag- of donderdagavond op Veritas, zijn er nu wel heel veelmensen die jonger zijn."

Voorafgaande aan het eerste gesprek hieven ze nog gezamelijk hunjaarclublied aan.'Katjelam, daar zijn we dan. Negen van die leukemeiden...' Het jaar erop was er sprake van een licht gespannensfeer met onderhuidse grappen en blikken over en weer. Nu anno 2002zitten de meiden er als een ervaren jaarclubje bij. Er wordt geniptaan witte wijn, terwijl de jonge huispoes Muis rondsluipt, op zoeknaar prooi.

"Iedereen is veel drukker", zegt Linda. "We gaan minder uit." Enals er uitgegaan wordt, geen 'truth or dare' bierspelletjes meer,maar wel een goed gesprek in het cafe. "We praten overal over. Delaatste tijd zelfs veel over politiek."

Liefde

De meiden van Meli-Melo lijken iets rustiger, maar niet minderambitieus. "Niemand loopt te fluimen", zei Saskia vorig jaar, endat is nog steeds zo. De studie is geen bijzaak, en, hoewel hetvoor de een belangrijker is dan de ander, ambieren alle meisjes eengoede baan. Geen Meli-Meloer legt zich bij voorbaat neer bij eenhuismoederbestaan. Een leuke baan, passend bij hetopleidingsniveau, waarin je jezelf kunt ontplooien, en ontwikkelen,staat hoog op het verlanglijstje.

Maar een goede baan, zonder liefde. Dat is niets gedaan. AlleMeli-Melomeisjes wensen vroeg of laat een gelijkwaardige partner.Allemaal willen ze een man als levenspartner. Vijf van de meidenhebben al een vriend. En dat moeten bijzondere snaken zijn., wanteen Meli-Melovriendje word je niet zo maar. De lat ligt hoog.

"We zijn hoog opgeleid, dus we zoeken natuurlijk allemaal welveel in een man", zegt Floor. Hij moet ook studeren, humor hebben,er leuk uitzien, sociaal zijn, niet alleen maar zichzelf en zijneigen dingen interessant vinden. "En belangrijk bij een relatie isdat je allebei een eigen wereldje hebt. Alle tweeonafhankelijkheid", benadrukt Linda.

Stel dat je verliefd word op zon leuke kerel, dan wil je in hetbegin natuurlijk alleen maar bij hem zijn. Wordt dat geaccepteerddoor de groep? "Dat wil je niet", zegt Floor beslist. "Het is niethet een of het ander." Je kunt best naar het jaarclubetentje komen,en ook genoeg tijd voor een vriendje hebben.

Clubjas

Waarom verbindt iemand zich aan een jaarclubje? Is het niet eenbeetje een wordt-vriendin-of-ik-schiet afspraak? Als je eenjaarclubje over straat ziet gaan, valt vaak de uniformiteit op.Geen opwaaiende zomerjurkjes en dansende lange haren, maarclubjasjes, spijkerbroeken, en de haren gladgetrokken in een kleinstaartje. Ook op de groepsfoto van vorig jaren dragen alleMeli-Melomeisjes een staartje, terwijl op de foto van twee jaargeleden, mooie lange haren en modieuze truitjes te zien zijn.

Is het onzekerheid? Angst om op te vallen? "Het is toeval, wanthet klopt helemaal niet", zegt Saskia. "We geven allemaal best veelgeld uit aan kleding en de meesten zijn zelfs heel ergmode-gevoelig. En wat ons haar betreft, ik denk dat het toeval wasdat we allemaal een staart hadden, want ik draag mijn haar meestallos." Linda: "Misschien dat het in het begin wel iets metonzekerheid had te maken, maar dat was er na een paar weken welvanaf. We zijn nu allemaal onszelf."

Wel is het zo dat het 'Veritas-element' het laatste jaar ietsnaar de achtergrond geschoven is. Zo werd er nog met trotsgesproken over de witte clubjas, met twee gouden M-en op de rug. Dejas die werd gedragen tijdens de stapavonden. Tegenwoordig komt hijnog maar zelden van de kapstok. "Met zijn allen zon clubjasdragen....dat doe je de eerste twee jaar", zegt Kathelijne."Veritas wordt hoe langer hoe meer bijzaak. Maar Veritas is wel debasis." Een groep meisjes werd een Veritas-clubje en vervolgens eengroep vriendinnen.

De jaarclub kan gezien worden als een snelkookpan voor nieuwevriendschappen. "Als ik een oude vriendin tegenkom heb ik haar vaakminder te vertellen dan mijn jaarclubgenootjes, omdat het al zolang geleden is." Met de jaarclubgenoten is dat anders. Er wordtdagelijks gemaild, dus iedereen is op de hoogte van elkaarsbelevenissen. Het contact is zo frequent, dat je elkaar echt goedleert kennen, en dat je elkaar dus, als je een paar dagen nietgesproken hebt, veel te vertellen hebt. Daarnaast is een jaarclubstimulerend. Als de een een flitsende stage in het buitenlandheeft, wil de ander dat natuurlijk ook. "En via via heb je doorelkaar ook veel contacten", zegt Lotte.

Een groep intelligente, ambitieuze jonge vrouwen, met veelcontacten, die elkaar ook nog eens opjutten. Is het geen idee omeen eigen bedrijfje op te richten? De wereld wat laten zien! Zehebben er inderdaad over nagedacht. "We zouden wel een bar willenbeginnen, of een gala-datingbureau."

Gerard Jansen

Demissionair minister Netelenbos tijdens forum 'Femme Fatale':'Laat die baan niet los, meiden'

Naast Netelenbos schoven afgelopen dinsdag de directeurstrategie van de Rabobank Bahlmann, universitair docente Noordenbosen directeur Vrije Academie Rollema aan tafel. Vier heelverschillende types, die het wonderbaarlijk goed met elkaar kondenvinden. Carrire maken en tegelijkertijd kinderen opvoeden, hoeftvoor vrouwen geen enkel probleem te zijn, was hun unanieme mening."Het is onzin om je baan op te zeggen wanneer je een kind krijgt",zei Netelenbos. "Laat die baan niet los, meiden. Blijf vooraldoorwerken!"

De minister geeft toe dat het met twee kinderen soms lastig isom een baan van tachtig uur per week te combineren met werk. "Jemoet wel willen knokken." Bahlmann, die zeventig uur zegt tewerken, heeft nooit problemen ondervonden. "Ik kan alle damesadviseren om niet te laat aan kinderen te beginnen. Stel het nietuit, want dan krijg je spijt. Het kan echt: carriere maken enkinderen opvoeden." Netelenbos betreurt het dat er zo "fnuikendwordt gedaan over kinderopvang. Trap niet in de valkuil datkinderopvang niet goed zou zijn voor je kind."

"Maar mevrouw Netelenbos", vraagt een UVSV-lid, "waarom neem jekinderen als je ze toch vijf dagen per week in een creche stopt? Ikvind dat onverantwoordelijk." "Dan doe jij dat toch niet",antwoordt Netelenbos. "Maar hoe hoger je in de hierarchie komt, hoeminder plooibaar werkgevers zijn en hoe minder tijd je voor jekinderen hebt. Dat zijn keuzes die je maakt." Na nog een aantalvragen, is het tijd voor een allesomvattende conclusie. "Jongevrouwen moeten blijven werken, ook als ze kinderen krijgen", zegtBahlmann. "Er moet meer kinderopvang komen", pleit Netelenbos. "Enjullie moeten hard knokken. Dan komen we er wel."

Fleur Baxmeier

Biologiestudente wint twee maal goud op Pythische Spelen: "Ikvind gewoon heel veel dingen leuk"

Hoog in de IBB-flat op de kamer van haar huisgenootje - haareigen kamer is een rommeltje door de Ikeakast die maar niet inelkaar wil - draagt Tuvit Shlomi haar twee winnende gedichten voor.Ze spreekt langzaam en in meeslepend ritme. Totaal anders danwanneer ze bijna over haar woorden struikelend van enthousiasmevertelt over haar ervaringen op de Pythische Spelen.

Deze culturele spelen voor studenten was van 8 tot 12 mei inEnschede. Er deden 700 studenten mee aan de wedstrijd die bestaatuit vijf categorieen: beeldende kunst, letteren, muziek, theater ennieuwe media. Dit was de achtste editie.

Tuvit wist niet van het bestaan van de Pythische Spelen totdatze een poster zag hangen bij de Uitwijk. Ze schreef sinds drie jaarvoor een paar bladen en wilde haar schrijfstijl vergelijken metanderen dus besloot ze zich voor journalistiek in te tekenen. Zemaakte bovendien sinds een tijdje met veel plezier gedichten. "Ikvind het leuk om mezelf aan het denken te zetten, kritisch naardingen te kijken vanuit verschillende perspectieven. Een gedicht isdaarvoor een geschikte uitingsvorm" legt de studente uit. Ooktekent en schildert ze al van jongs af aan, dus schreef zich ookvoor deze twee onderdelen in.

Het thema van de Pythische Spelen 2002 was Ergens Anders en ditvertaalde zich in een opdracht voor journalistiek waarin ze vanuithet gezichtspunt van een asielzoeker de multiculturele samenlevingin Nederland beschrijft. De tweedejaars studente Biologie ging opbezoek bij de vluchtelinge Nargiz uit Azerbeidzjan die met haarfamilie in een Utrechts asielzoekerscentrum wacht op eenverblijfsvergunning.

In het artikel getiteld 'dinsdag stempeldag' beschrijft Tuvithoe Nargiz probeert de draad van haar leven verder op te pakken.Hierin wordt ze gehinderd door de onzekerheid die het gevolg is vanhet wachten op een verblijfsvergunning. Ze volgt cursussen en leeftvan dinsdag tot dinsdag, de dag waarop ze bij devreemdelingenpolitie een stempeltje moet halen.

Er waren twee inzendingen voor journalistiek en Tuvit'saangrijpende artikel won.

Omdat ze had meegedaan aan het onderdeel journalistiek werd zegevraagd om mee te werken aan de festivalkrant die elke dagverscheen. Op het festival moest de biologiestudente net als deandere veertien deelnemers aan het onderdeel poezie haar gedichtenvoordragen. Door alle drukte zag ze echter geen mogelijkheid zichvolledig voor te bereiden. "Uiteindelijk stond ik dus op het podiumvoor te dragen van een lange sliert aan elkaar geplakte papiertjeswaar ook mijn aantekeningen op stonden". Op het onderdeelvoordracht werd ze tweede en ze kreeg de eerste prijs voor haartwee gedichten 'Boterthee' en 'Wat ik zeg...'.

Inspiratie

De inspiratie voor het gedicht 'Boterthee' kwam van haar zelfgebeeldhouwde tafeltje dat bij haar tante die in het buitenlandwoont op het balkon staat. Shlomi: "Ik heb dat gemaakt toen iktwaalf jaar was en een week bij haar op zomerkamp was. Er kronkelteen slang om de tafel en op de vier poten heb ik de gezichtengemaakt die de verschillende continenten weerspiegelen. Ik heb metmijn tante afgesproken dat ik wanneer ik terug kom het tafeltjekrijg."

De boterthee komt uit de film 'Seven years in Tibet' waar eenkopje van deze thee door een gast wordt achtergelaten en op hemblijft wachten tot hij terugkomt. "Ik vind het een mooi gegeven datje expres iets achterlaat om iemand af en toe aan je te latendenken." Het andere gedicht 'Wat ik zeg...' spreekt volgens haarvoor zich. "Zo voel je je soms. Het gaat over het vinden van balanstussen wat de massa vindt en wat jij zelf vindt."

Met haar inzending in de derde categorie, haar schilderij,sleepte ze geen prijzen in de wacht.

Over twee jaar zijn de volgende Pythische Spelen en Tuvit weetzeker dat ze weer mee gaat doen. "Er zijn nog zoveel leukecategorieen." De studente heeft ooit een toneelcursus gevolgd enspeelde vroeger viool. Ze vindt het fijn om naast haar studiecreatief bezig te zijn. "Als ik met zo'n kwast en palet bezig benen werk aan een schilderij, dan ben ik even helemaal weg." Het isvoor haar een goede manier om te ontspannen. Want naast haarkunstzinnige hobby's en haar studie biologie zit ze in diversecommissies en verenigingen. "Tja ik doe standaard te veel",verklaart Tuvit. "Ik vind gewoon heel veel dingen leuk".

Marieke Feringa

Apollo

De Pythische Spelen zijn twee millennia geleden ontstaan om tevieren dat Apollo, de god van de schone kunsten, de draak Pythonhad verslagen. Apollo ging vervolgens als de Pythische door hetleven. Het evenement werd elk derde jaar van de olympiade gehoudentotdat in het jaar 390 de Christelijke Romeinse keizer Theodorushet afschafte vanwege het heidense karakter.

Mijn kopje boterthee

staat op het balkon

wellicht vergeefs op mij te wachten

weet niet of ik ooit weer kom

Het staat bij mijn oude tante

uit te drogen in de zon

Vier naieve steengezichten

Met een slang gedraaid erom

Kijken naar de kanten waar

de wind zich op moet richten

waarschijnlijk loenst er een enkel naar mij

Is allang vergeten

wie nou was de schepper

met al mijn neven en nichten erbij

Mooie groene vergezichten

tekenen zich voor aan mij

maar nu werd ik afgeleid

naar de waarheid toegeleid?

is nu zelfs de droom voorbij?

Wat ik zeg

resoneert niet in mijn hoofd

Het is het lauwe galmen

van de dommen

Wat ik zeg

resoneert niet in mijn hoofd

Alleen maar klanken

van de lammen en doofstommen

Mijn deun die dooft

nog voor hij is ontstegen

Geen echos hier:

de uitspraak wordt gesmoord

Wat ik zeg

resoneert niet in mijn hoofd

Ik heb mijn eigen stem

nog nooit gehoord

De Grote Universiteitsbladenquiz: Wie is de slimste student vanNederland?

DE SPELREGELS

In het kader van het project van de gezamenlijke Nederlandseuniversiteitsbladen en De Groene Amsterdammer, die dit jaar 125jaar bestaat, gaan de universiteiten op zoek naar de slimstestudent van Nederland. En de slimste wordt hier gedefinieerd als:de student die de breedste algemene ontwikkeling heeft. Zeg maar:de grootste homo universalis.

Twee rondes

De quiz is opgebouwd uit twee rondes. De eerste ronde bestaatuit twintig meerkeuzevragen die alle universiteitsbladen vandaagpubliceren. De antwoorden kunnen per post of e-mail wordenverstuurd naar het U-blad. De winnaar van elke universiteit magnaar de finale in september in cultureel centrum De Balie inAmsterdam. Wie daar wint, mag zich een jaar lang de<B>slimste student van Nederland<B> noemen.

Elke universiteit mag maar een student afvaardigen naar definale in Amsterdam. Als de voorronde meerdere winnaars heeftopgeleverd, wordt er tussen hen geloot. Deelname staat ook openvoor medewerkers, alleen zit er voor hen 'slechts' een eervollevermelding in het U-blad in en geen tweede ronde.

Antwoorden

De antwoorden op deze quiz worden op 20 juni in het U-blad (U37)gepubliceerd. De antwoorden moeten uiterlijk op 18 juni 2002 om12.00 uur binnen zijn. Deze kunnen per e-mail worden gestuurd aanredactie@ublad.uu.nlofper post aan U-blad, postbus 85.232, 3508 AE in Utrecht, of wordengedeponeerd in de Ukjes -brievenbus aan de Heidelberglaan 6 op DeUithof. Vergeet niet je naam en telefoonnummer te vermelden op jeinzending.

1. Een stijging van de koers van de euro ten opzichte van dedollar heeft in de visie van het Centraal Planbureau (CPB) devolgende effecten voor de Nederlandse economie

a) verslechtering van de concurrentiepositie en blijvendnadelige effecten voor het reeel Bruto Binnenlands Product(BBP)

b) een daling van de inflatie en blijvend voordelige effectenvoor het BBP

c) tegengestelde effecten met nauwelijks invloed op het BBP

d) aanvankelijk nadelige effecten maar na verloop van tijdneutrale tot voordelige effecten voor het BBP

2. In de discussie over de gezondheidszorg in Nederland wordtvaak gezegd dat de behandelende artsen moeten werken volgens deprincipes van "evidence-based medicine", welke van de onderstaandeantwoorden heeft betrekking op dit principe:

a) het voorschrijven van goedkope generieke geneesmiddelen inplaats van dure specialite's

b) een door de arts voorgestelde therapie is gebaseerd op doorhem/haar zelf waargenomen evidentie (effectiviteit bij een anderepatient)

c) de door de arts voorgestelde therapie is gebaseerd op deuitkomst van een meta-analyse van gerandomiseerd klinischonderzoek

d) het effect van een diagnostische handeling of therapie is, inrelatie tot de kosten, voor de individuele patient waardevol

3. Welke antropoloog articuleerde in de eerste helft van de 20eeeuw een "methodologische omwenteling" door de methode van departiciperende observatie als de belangrijkste wetenschappelijkeonderzoeksmethode van de antropologie te omschrijven?

a) Franz Boas

b) A.R. Radcliffe-Brown

c) Bronislaw Malinowski

d) Margaret Mead.

4. Hoewel we waterstofchloride zoutzuur, HCl meestal alsoplossing in water tegenkomen kunnen we het ook als gas aantreffen.HCl is een tweeatomig molecuul bestaande uit het lichte waterstofen het 35 maal zwaardere chloor. Zon molecuul in de gasfasetransleert (verplaatst zich), roteert (voert draaibewegingen uit)en vibreert (trilt). Bij een vibratie verplaatst het zwaartepuntzich niet.

Wat gebeurt er met de vibratie (trilling) als waterstof doordeuterium wordt vervangen?

a) de frequentie waarmee het Cl-atoom trilt verandert niet, wantbeide atomen trillen onafhankelijk

b) de frequentie waarmee het Cl-atoom trilt verandert een kleinbeetje, want het molecuul wordt nauwelijks zwaarder

c) de frequentie waarmee het Cl-atoom trilt verandert heelsterk, want het schrikt erg van zijn nieuwe buurman

5. Welke van de volgende uitspraken is niet te vinden in hetwerk van Friedrich Nietzsche?

a) alles wat mij niet om het leven brengt, maakt mij sterker

b) men moet nog chaos in zich hebben om een dansende ster tekunnen baren

c) waarover men niet spreken kan, daarover moet men zwijgen

d) God is dood! God blijft dood! En wij hebben hem gedood!

6. Kort geleden heeft de zogeheten dualisering van hetgemeentebestuur plaatsgevonden. Deze overgang van een monistischnaar een dualistisch systeem heeft tot gevolg dat:

a) een wethouder niet afkomstig kan zijn uit de gemeenteraad

b) een aspirant-wethouder niet bij de gemeenteraadsverkiezingenop een kandidatenlijst hoeft te staan

c) de burgemeester voortaan rechtstreeks wordt gekozen door degemeenteraad

d) een wethouder niet langer woonachtig hoeft te zijn in degemeente waar de wethoudersfunctie wordt uitgeoefend

7. Stel dat we de taal van de walvissen konden verstaan, zoudenwe dan ook met ze kunnen communiceren?

a) nee, want wat Wittgenstein het taalspel van de walvissennoemt heeft een ander geheel van spelregels dan het taalspel datmensen spelen

b) nee, want in de communicatie van de walvissen speelt de spuiteen belangrijke rol en wij mensen hebben geen spuit

c) nee, want walvissen hebben een ander gevoel voor plaats entijd.

d) nee, want met dolfijnen lukt dat ook niet.

8. Waarom lijken twee leden van een eeneiige tweelingpaargenetisch meer op elkaar dan twee klonen?

a) tweelingen delen dezelfde baarmoeder

b) tweelingen delen zowel genomisch als mitochondriaal DNA

c) klonen hebben een geboortemoeder aan wie ze biologisch nietverwant zijn

d) a + b + c zijn goed

9. Welke filosoof-pedagoog begint een van zijn hoofdwerken metde volgende zin: "Alles is goed zoals het uit handen van deSchepper komt, alles raakt verdorven in handen van de mens."

a) Augustinus

b) S. Freud

c) J. Rousseau

d) J. Locke

10. Op 12 april 2001 werd een omstreden nieuwe euthanasiewetaangenomen door de Eerste Kamer. Welk van de onderstaandeuitspraken is waar als die wet in werking is getreden?

a) euthanasie is geen strafbaar feit meer. Het desbetreffendeartikel is uit

de wet geschrapt

b) euthanasie is geen zelfstandig strafbaar feit meer; het wordtvoortaan

beschouwd als moord

c) euthanasie is nog steeds een strafbaar feit, maar artsenworden niet meer

strafrechtelijk vervolgd

d) euthanasie is nog steeds een strafbaar feit, maar wanneer eenarts volgens

bepaalde regels handelt kan hij niet gestraft worden.

11. De arbeidssatisfactie van een medewerker:

a) is bepalend voor diens arbeidsprestatie

b) hangt niet systematisch samen met diens arbeidsprestatie

c) is met name van belang omdat deze als persoonsgebonden factorzo lastig te veranderen is

d) is in hoge mate bepalend voor diens arbeidsmotivatie

12. Welke zin is ongrammaticaal:

a. there have been many applications received for this

post

b) there's a pen and paper on the table: get writing!

c) there has been said quite a lot about the salary

d) there won't have been much time to apply

13. Met het grote paleis in Knossos op Kreta (tussen 2000 en

1300 v.Chr) is een antieke mythe verbonden. Welke mythe wasdat?

a) Theseus en de Minotaurus

b) Europa en de stier

c) Herakles en Geryoneus

14. Als gevolg van de toename van de concentratie vanbroeikasgassen in de atmosfeer moeten we rekening houden met eenopwarming van de aarde en een stijging van de zeespiegel. Wat zoude gemiddelde landwaartse verplaatsing van de gestrekte duinenkustvan Noord- en Zuid Holland zijn bij een zeespiegelstijging van 1meter over 100 jaar?

De normale kustdynamiek, de invloed van de Waddenzee en ook eenmogelijke verandering van het stormklimaat mag je in de berekeningbuiten beschouwing laten. Ga uit van een gemiddelde duinhoogte van10 meter boven NAP, een gemiddelde helling van het onderwaterstrandvan 1 op 100. De diepte tot waar de zeebodem door de golfbewegingzich aanpast aan de gemiddelde zeestand mag worden geschat op 10meter.

a) ca. 10 meter

b) ca. 100 meter

c) ca. 1000 meter

d) ca. 10.000 meter

15. Fotosynthese is het proces waarmee planten de energie van dezon

omzetten in een voor hen bruikbare vorm. Wat is de maximaleefficientie

van dat proces?

a) groter dan 95%

b) 70%

c) 35%

16. In november 1912 werd Benito Mussolini hoofdredacteur vanhet dagblad "Avanti!" ("Vooruit!" of "Voorwaarts!"). Dit was hetorgaan van:

a) de Italiaanse Communistische Partij

b) de Italiaanse Socialistische Partij

c) de Italiaanse Fascistische Partij'

17 Wat houdt het begrip homologie in?

a) de studie van organismen die tot het genus Homo behoren

b) aanwezigheid van twee identieke allelen op een locus

c) een gemeenschappelijke evolutionaire oorsprong hebbend

18. Welke theoloog schreef deze zin in Latijnse taal: "Geschapenheb Jij ons naar Jezelf toe, en onrustig is ons hart, totdat hetrust vindt in Jou. (Fecisti nos ad te, et inquietum est cornostrum, donec requiescat in te)."

a) Calvijn

b) Augustinus

c) Luther

19. De 'Academie franaise' is ooit opgericht om:

a) het Frans te beschermen tegen de invloed van het Engels

b) de Franse taal te codificeren

c) vast te leggen dat niet langer het Latijn, maar het Frans deofficiele taal was bij de rechtspraak

20. Een duiker bevindt zich 25 meter onder het wateroppervlak.Hoe hoog is de druk in zijn longen ongeveer?

a) 100kPa (kilo Pascal = 1 atmosfeer)

b) 125 kPa

c) 250 kPa

d) 350 kPa

Voor deze quiz vroegen de collegas vanVU-weekblad Ad Valvas twintig wetenschappers uit verschillendedisciplines om een vraag die beantwoord moet kunnen worden door eenstudent uit die discipline aan het eind van zijn tweedejaar.

Met medewerking van: prof B. Compaijen, prof P.Postmus, dr. O Salemink, dr. M. Willemsen, prof C. Gooijer, Prof T.Janssen, prof. D. Boomsma, dr. A. van Montfort, prof. P. Jansen,mr. B. de Wilde, dr. M. Hannay, prof. B. Spiecker, dr. G. Ernsting,prof. P. Vellinga, prof. R. van Grondelle, dr. H. Langeveld, profd. Yntema, prof C. Burger, dr. M. Brinkman, prof P.Hollander

Psychologie lijdt onder Amerikaanse dominantie: 'Cultuur blijftniet beperkt tot etniciteit'

Op de dag van het symposium vertelt Matsumoto in de lounge vanhet Utrechtse Maliehotel over zijn ideeen. Bekende ideeen voorUtrechtse psychologen, want zijn boek 'Culture and psychology,people around the world' is verplichte kost bij het vakInterculturele psychologie. Matsumoto vraagt zich af wat de invloedvan cultuuronderzoek is op de psychologie. Volgens hem zijn er drieeffecten zichtbaar. "De bijdragen van cultuurstudies zijn meerkennis, kritisch denken en de identificatie van een psychologischeset van kernwaarden."

Psychologie heeft deze invloed van cultuuronderzoek dringendnodig, want de discipline heeft een probleem: Amerikaansedominantie. Matsumoto: "De psychologie is een monoculturelebezigheid waar Amerikaans onderzoek de dienst uitmaakt. Het is nietzo dat Amerikanen andere onderzoekstradities hebben overgenomen.Maar de Amerikaanse benadering vindt gretig aftrek, niet alleen inEuropa, maar ook in Azie. En de taal van de wetenschap is Engels.Engelse tijdschriften hebben de neiging gedomineerd te worden doorAmerikaans onderzoek. Dat onderzoek weet altijd wel een 'spotlight'te vinden. Zelfs in Nederland en vele andere landen is hetpsychologie-onderzoek in wezen Amerikaans. Deze monocultuur is the'key point' van de psychologie."

Het gevolg van deze monocultuur is een verarming. Matsumoto:"Naar schatting negentig procent van al het psychologisch onderzoekin Amerika wordt uitgevoerd met tweede- en derdejaars-studenten aan'colleges' en universiteiten. Die zijn makkelijk te krijgen. Dekennis die uit dat onderzoek rolt, wordt dan gegeneraliseerd. Hetis echter maar de vraag of iedereen net zo is als een tweedejaarsuit Nebraska."

Beledigd

Matsumoto pleit dan ook voor een verbreding van het onderzoek inde psychologie. Door mensen uit andere culturen te bestuderen,kunnen we meer te weten komen over universele psychologischeprincipes. Aan een zo'n universeel gegeven doet Matsumoto veelonderzoek. Volgens hem bepalen vier psychologische kernwaardeniemands succes.

Die vier waarden of eigenschappen zijn emotionele regulatie,kritisch denken, openheid en flexibiliteit. "Deze viereigenschappen voorspellen het beste hoe succesvol iemand is. Hetzijn gereedschappen om je te handhaven in welke maatschappij danook."

De voornaamste functie van de vier kernwaarden is dat mensenerdoor soepel kunnen omgaan met cultureel anderen zonder boos ofbeledigd te worden. "Conflict management", noemt Matsumoto dat."Stel dat je in gesprek bent met iemand die jou per ongelukbeledigt. Je bent gekwetst en boos. Vervolgens blijf je bozegevoelens koesteren jegens je gesprekspartner. Uiteindelijk zou jezelfs kunnen 'terugslaan', iets beledigends terugzeggen. Dat isnatuurlijk niet goed voor die relatie."

Iemand met meer emotionele controle kan deze situatie wel aan."Die monitort zijn eigen gevoelens en stuurt deze. Vervolgens denkthij na over mogelijke redenen voor het gedrag van zijn partner. Datnoem ik kritisch denken, verschillende hypothesen overwegen omiemands gedrag te verklaren."

Dan komen de andere twee kernwaarden. "Iemand moet openstaanvoor nieuwe dingen, 'Hij deed dat omdat het onderdeel is van deFranse cultuur'. Als hij dat flexibel inpast in zijn wereldbeeld,dan is hij de volgende keer niet weer beledigd."

Het gaat vaak genoeg verkeerd. Diplomaten die hun collega's uitandere landen niet begrijpen, Amerikaanse en Japanse zakenliedendie onderhandelen over een contractruzie. Matsumoto, zelf JapanseAmerikaan, geeft een voorbeeld. "Het Japanse woord voor 'ja' is'hai' - maar het wordt ook gebruikt als voortgangsbevestigingtijdens een gesprek. Dus terwijl jij tijdens onderhandelingen aanhet vertellen bent, zeg ik de hele tijd, hai, hai, hai. Jij denktdaardoor dat ik het met je eens ben. Bij het volgende geprek meldik dan dat mijn mensen het toch niet zo'n goed idee vonden. Dan benjij geschokt, je dacht dat ik het met je eens was. Dit soortmisverstanden gebeuren continu."

Intelligentie

Niet alleen internationale zakenlieden kampen met dit probleem.Wat dichter bij huis geldt voor ruziende echtelieden hetzelfde."Cultuur is wat mij betreft niet beperkt tot etniciteit", zegtMatsumoto. "Twee personen kunnen in hetzelfde land geboren zijn,maar toch hele andere normen en waarden hebben. Wij kunnen dan ookvoorspellen hoe tevreden iemand is met zijn huwelijk. Als iemandmeer van de vier kernwaarden heeft, zal hij tevredener zijn."

Intelligentie is waarschijnlijk niet gekoppeld aan deze vierkernwaarden. Matsumoto onderscheidt emotionele intelligentie enstandaard intelligentie. "Het vermogen om aan gelaatsuitdrukkingenemoties te herkennen, het meest algemeen aanvaarde aspect vanemotionele intelligentie, overlapt voor een klein deel met dekernwaarden. In september gaan we onderzoek doen naar deovereenkomsten tussen standaard intelligentie en de kernwaarden. Ikverwacht dat als iemand voldoende emotionele regulatie bezit, datstandaard intelligentie hem dan kan helpen. Maar zonder dieregulatie werkt intelligentie remmend, omdat je dan alleen op jedenkvermogen gaat vertrouwen."

Puur rationeel kan niemand door het leven gaan, maar in hetWesten staan logica en rationaliteit natuurlijk wel hoog in hetvaandel. Dat heeft gevolgen voor de manier waarop wij tegen andereculturen aankijken. Bijvoorbeeld de discussie of je culturen moreelmet elkaar mag vergelijken. Wij vinden vrouwenbesnijdenis enkannibalisme verwerpelijk, maar het is de vraag of die normenuniverseel zijn of dat wij onze normen niet mogen projecteren opeen andere cultuur.

"Deze discussie is misleidend", vindt Matsumoto. "Het is eentypisch westerse discussie die geworteld is in een logische,deterministische traditie. Europeanen en Amerikanen brengen allesterug tot een 'dichotomy', een verdeling in tweeen. Maar praat eensmet een Boeddhist! Die zegt: het is dit en dat en de rest. Het isniet iets of niets, maar iets en niets."

De manier van denken die voor de Boeddhist te beperkt is, delogische denktraditie, heeft het Westen veel goed gebracht. Demoderne wetenschap komt er uit voort, die concepten werpen dus welhun vruchten af in onze maatschappij. Matsumoto: "Dat komt omdat wetot voor kort ook alleen maar met mensen omgingen die net zo denkenals wij. Maar als we andere culturen willen begrijpen, dan zullenwe moeten worstelen met die concepten."

Rinze Benedictus

Judo

Matsumoto is een productieve persoonlijkheid. Hij heeft zo'ntweehonderd boeken over cultuur en psychologie op zijn naam staan.Naast psychologie is zijn grote interesse judo, hij heeft dezesdegraads zwarte band. "Ik judo zes keer per week, dan kan ikmijn frustraties kwijt."

Hij praktiseert judo op hoog niveau, maar hij zet zich vooralbestuurlijk in de voor de sport. Hij is voorzitter van deDevelopment Committee van de Amerikaanse Judo Federatie. Daarnaastis hij onderzoeker van de Internationale Judo Federatie. Tot 2000was hij ook nog de coach van het Amerikaanse nationale Judo-team."Maar gelukkig ben ik daarvan af!", zegt Matsumoto. "Het is zoveelwerk. En er staat zoveel druk op je, het geeft hoofdpijn. Als jehet goed doet, hoor je niets. Maar als je het verkeerd doet, weetiedereen het."

Studente en atlete Helen Hofstede is bijna in vorm: 'Alleswordt breder en zwaarder: je sleept meer mee'

"Het was op zich wel grappig, die studentenkampioenschappen. Hadik eerst al die rondjes gelopen op de drieduizend meter, kwam ikeven later weer langs voor de vijftienhonderd", vertelt Hofstede.De 21-jarige studente Natuurwetenschappen en Innovatiemanagementkomt tijdens reguliere wedstrijden slechts uit op de acht- envijftienhonderd meter. De drieduizend hoort eigenlijk niet in haarrepertoire. "Maar op de NSK deed ik het ook een beetje voor deuniversiteit. Via de topsportcordinator krijg ik een deel van mijnkosten vergoed, bijvoorbeeld voor trainingskampen. En de kostenvoor mijn fitnessabonnement bij Olympos krijg ik terug."

Niet dat ze anders niet had meegedaan, hoor. Hofstede vindtrennen 'gewoon leuk'. Vanaf haar veertiende loopt ze inclubverband, maar daarvoor hield ze ook al van hollen. "Op demiddelbare school zat ik op frisbee. Moesten we als brugpiepersvooral tegen studenten spelen. Toen al zeiden mijn tegenstandstersdat ik zo hard kon lopen." Toen ze ook nog eens de NederlandseScholierenveldloop won, besloot ze om eens bij atletiek te gaankijken. Ze legde zich al vrij snel toe op de middellange afstanden,omdat bleek dat ze daar het meest succesvol in is.

Zo won ze onder meer de Nederlandse Kampioenschappen voorJunioren. En eigenlijk ging dat allemaal vrij gemakkelijk. "Iktrainde helemaal niet zo veel, en ik ging toch ieder jaar flinkvooruit. Ik liep eigenlijk gewoon op talent." Rond haar zeventiendekwam daar een einde aan. "Dat had mijn coach ook al gezegd. Tja, jewordt van een meisje een vrouw, dus je begint te groeien, alleswordt een beetje breder en zwaarder. Dan moet je meer meeslepen danals sprieterig meisje." Volgens Hofstede komt het dan ook vaak voordat atletes rond die leeftijd eetproblemen krijgen. "Ik hebmeegedaan aan een onderzoek onder twintig atletes. Twaalf daarvanbleken een eetstoornis te hebben. Ouders of trainers zeggen tegendie meiden dat ze te dik zijn, dat ze moeten afvallen om harder telopen. Ikzelf heb daar gelukkig nooit last van gehad."

Sjezen

Nadat ze zon twee jaar nauwelijks progressie boekte, zit er weerschot in haar sportcarriere vanaf het moment dat ze ging studeren."Ik werd toen lid van het Born-atletiekteam van de Utrechtsevereniging Hellas, en dat was allemaal wat ambitieuzer dan bij mijnoude vereniging. De eerste twee jaar van mijn studie trainde ik zeskeer per week, en dit jaar voor het eerst iedere dag. Maar dit jaarheb ik het ook behoorlijk druk met mijn studie, en als ik erg moeben, dan sla ik ook wel eens een dag over, hoor. Nee, daar voel ikme dan niet schuldig over. Ik weet inmiddels dat rusten soms debeste training is."

Toch betekent het volle trainingsschema niet dat Hofstede alleenmaar aan het sporten is. "Ik doe wel concessies, maar eigenlijkniet genoeg. In het wedstrijdseizoen, bijvoorbeeld, zorg ik dat ikop donderdagavond uiterlijk om twee uur in bed lig, zodat ik fitben als ik zaterdag een wedstrijd heb. Tot vijf uur uitgaan doe ikdan echt niet meer. Maar als ik de echte top wil halen, dan moet iker meer voor inleveren. Aan de andere kant, ik word gelukkiger alsik ook al die andere dingen kan doen: studeren, stappen, mensenzien, dansles. Op het moment denk ik dat ik wel een goede balansheb gevonden. Het betekent alleen wel dat ik veel aan het sjezenben, van de universiteit naar trainen, daarna bij iemand eten, danweer naar de film. Ik heb wel een druk leven, ja."

Toch wil Hofstede wel weten wat er gebeurt als ze zich echt ophet lopen stort. Daarom heeft ze zich voorgenomen om na haarafstuderen een jaar met een beurs naar Amerika te gaan. "Daar ishet volgens mij veel makkelijker om er helemaal voor te gaan. Hierverklaren mensen me soms voor gek dat ik zo veel train. Maar inAmerika vinden ze dat juist geweldig, ze zijn zich veel meer bewustwat je aan het doen bent." Voorlopig richt ze zich echter op hetnet begonnen seizoen. Ze heeft er vertrouwen in. "Ik heb wel hetidee dat ik goed ben, dit jaar. Het is er nog niet echt uitgekomentijdens wedstrijden, maar ik hoop op het NK echt in vorm te zijn.Ik ga me dit jaar vooral richten op de vijftienhonderd meter."Volgens Hofstede zou ze tevreden zijn als ze op het NK bij deeerste zes zou eindigen. Om daar even later aan toe te voegen: "enals ik bij de eerste vijf eindig, dan ben ik echt heeltevreden."

Hanneke Slotboom

Op zoek naar een weg uit het Zwarte Gat: 'Voor je het weet benje een grijze muis'

Toon Wurfbain (26) studeerde in de zomer van 2001 af alshistoricus. Sindsdien is hij secretaresse bij de Hogeschool vanUtrecht: "Alles wat ik altijd al had willen zijn." Gelukkig kan hijer om lachen. "Ik probeer wekelijks een sollicitatiebrief de deuruit te doen maar vacatures voor historici zijn erg schaars en ookbij andere banen lijkt academisch werk- en denkniveau niet veel tehelpen. Ik sta op het punt om volgend jaar maar Rechten te gaanstuderen. Er lijkt me geen fuck aan, maar je moet toch wat."

"Ik kan heel diep zakken en mezelf de grond in praten" verteltToon. "Dat zie ik als het Zwarte Gat. Maar ik ben ook heelwisselvallig. Het zit allemaal in je eigen hoofd. Een andere dagdenk ik misschien: 'Secretaresse zijn is eigenlijk prima.' Dan zieik er de humor wel van in dat ik toch elke dag weer een nieuwecomputerfunctie leer." Toon heeft besloten dat hij tot septembermag nadenken en dan een besluit moet nemen: weer studeren of eenandere baan.

Ervaring

Bij uitzendbureau Randstad zijn de intercedenten wel gewend aanex-studenten die een tijdelijk parttime baantje zoeken terwijl zesolliciteren. En inderdaad, de Letterenalumni worden vaak opadministratieve klusjes gezet. Intercedent Jos Klunder: "Zo'nsollicitatieperiode duurt al gauw een maand of vier. In detussentijd kunnen ze werken. Studenten zijn goed bemiddelbaar engemotiveerd om aan de slag te gaan. Het valt me op dat ze altijdparttime werk zoeken. Ik ben verbaasd dat dat financieel mogelijkis!

Suze de Wit (23) is de uitzendbureaus nog niet afgelopen. Zeleeft van de studiefinanciering en een bijbaantje in een caf en wilin mei de knoop doorhakken: werken of doorstuderen? Suze studeerdevorig jaar af in Management, Economie en Recht van het HBO. Inseptember begon ze een studie Rechten op de universiteit maar daaris ze inmiddels officieus mee gestopt. "Ik weet nog niet wat ikwil. Ik ben wel op zoek naar een echte, leuke baan maar ik moetmisschien nu maar gewoon een rotbaantje aannemen. "

Op zoek naar n van beide spit ze elke zaterdag de vacatures inde Volkskrant door en zoekt op internet. "Ik heb zelfs speciaalpapier gekocht voor mijn brieven, betere kwaliteit. Je moet toch opde n of andere manier opvallen." Op het moment wacht ze nog op eenreactie op weer vijf brieven die ze verstuurd heeft.

Suze weet na haar HBO-studie en haar eerste colleges Rechten datze eigenlijk helemaal niet in die branche zou willen werken. "Ikreageer nu op vacatures in de kunst & cultuursector, bijreclamebureaus." Ze vindt het jammer dat vacatures vaak gerichtzijn op sollicitanten met jaren ervaring. "Je moet toch ook eenkeer een kans krijgen om ervaring op te doen?"

Grijze muis

Chris van der Velde (24) kreeg de kans om die ervaring op tedoen in een eenjarig leertraject bij zijn oude bijbaan, eengroothandel in farmaceutische middelen. Hij is sinds afgelopennovember afgestudeerd Internationaal Econoom. "Ik was hiermanusje-van-alles maar nu volg ik een fulltime leertraject. Mijnspecialisatie Economie en Geografie komt van pas bij het onderzoeknaar de opzet van een nationale apotheekketen."

Toch dacht hij tijdens zijn studie altijd dat hij zou gaanwerken bij een grote financile dienstverlener. Nadat hij langs wasgeweest bij open dagen en een rondleiding had gehad bij INGveranderde hij van mening. "Het klinkt allemaal leuk, maar je weetnooit wat voor functie je krijgt. Voor je het weet ben je n van devele grijze muizen. Nu werk ik met een stuk of 25 mensen en ken ikiedereen."

Chris draagt op zijn werk een pak en een das. Om zijnvakantiedagen te sparen ging hij vlak voordat hij begon in zijnnieuwe functie nog op vakantie. Zijn leven is veranderd nu hijwerkt. Mede daarom onderhoudt hij nog intensief contact met deAECU, de Afgestudeerde Economen Connectie Utrecht. "Als je werktwordt je sociale leven anders. Alles verschuift naar de avonden.Het is leuk om van anderen verhalen te horen hoe het gaat, feelingte houden met studiegenoten."

Dat contact met oud-studiegenoten steekt historicus Toon geenhart onder de riem. "Toen ik laatst bij een huwelijk was waar veeloud-Geschiedenisstudenten waren, bleek dat het merendeel eenbaantje op een secretariaat heeft. En van mijn oude werkgroep werktbijna iedereen bij de Immigratie- en Naturalisatie Dienst. Ik gingal denken dat ik daar maar moest solliciteren maar het lijkt meecht een vreselijke baan."

Koudwatervrees

Toons baan als secretaresse neemt vier dagen per week in beslag,maar hij noemt het nog steeds een bijbaan. "Als studie heb ik ietsgekozen wat mijn interesse heeft, dat wil ik bij mijn baan ookkunnen." Om zijn perspectieven en mogelijkheden in kaart te brengenvolgde Toon de loopbaanorintatiecursus van het Studenten ServiceCentrum (SSC).

Jacky Limvers is studieloopbaanadviseur bij het StudentenService Centrum. Zij krijgt elk jaar te maken met veel studentendie niet weten wat ze moeten doen na het afstuderen. "Dearbeidsmarkt opgaan is best eng en moeilijk. Veel studenten wetenniet wat ze in de praktijk voor baan willen. En dat geeft ook niks.De overstap van studeren naar werken is volgens mij nog groter dandie van middelbare school naar studie."

Het Studenten Service Centrum biedt onder meer verschillendesollicitatievaardigheidstrainingen aan en eenloopbaanorintatiecursus. Jacky: "Het lijkt bijna vanzelfsprekenddat studenten weten wat ze gaan doen na hun studie. Maar dat hoeftnatuurlijk helemaal niet zo te zijn. Veel afgestudeerden hebbenkoudwatervrees. Hier kun je wat aan doen door contacten te leggenmet de markt, je ideeen en angsten te toetsen aan de realiteit. Alsje wilt, kun je daarin worden begeleid."

Kans

Volgens de Arbeidsmarktmonitor 2000 is het voorLetterenstudenten het moeilijkst om een baan te vinden. 82% van deafgestudeerden aan die faculteit heeft een jaar na het behalen vande bul een baan op HBO of WO niveau. Voor de hele UniversiteitUtrecht is dat 94%. Toch reageert de met haar rechtenstudiegestopte Suze niet juichend op deze geruststellende statistieken."Er moeten toch ook mensen tot die overgebleven zes procent horen?Dat ben ik dan vast." Zij heeft, toen ze net gestopt was met hetvolgen van colleges, last gehad van het 'lege dagengevoel.' "Als jestudeert heb je nog een beetje ritme. Toen ik was gestopt, werd ik's ochtends wakker en realiseerde me dat ik die dag echt helemaalniks hoefde. Je voelt je nutteloos en in het begin had ik het daarwel moeilijk mee."

Elise Nuhoff (24) ziet er vooral tegenop om te gaansolliciteren. Ze vindt het na acht jaar studie tijd worden om af testuderen, te gaan werken en geld te verdienen. "Maar het lijkt memoeilijk om jezelf te verkopen, ik hou niet zo van datellebogenwerk." Elise is bezig met haar scriptie en hoopt in dezomer af te studeren. De vierdejaars student Film-, Theater- enTelevisiewetenschappen heeft eerder een PABO-opleiding afgerond enmaakt zich geen zorgen over haar kansen op de arbeidsmarkt. "Ik kanaltijd het onderwijs in, dat heb ik altijd achter de hand. Maar ikwil eigenlijk bij de televisie werken, jeugd- enjongerenprogramma's."

Ook Robert-Jan Wille (22, vijfdejaars Geschiedenis) is bezig metzijn scriptie. Hij houdt alle mogelijkheden na zijn studie nogopen. "Ik ben wel een beetje bang voor het Zwarte Gat. Daarom hebik tijdens mijn studie extra vakken gevolgd om het afstuderen uitte stellen. En als ik straks klaar ben ga ik ook nog een halfjaarverder studeren in Ierland. Netjes in vier jaar afstuderen is niksvoor mij: dan sta je ineens op de werkvloer en met je werken. Ikben na de middelbare school meteen gaan studeren en zie het nietzitten om nu meteen te gaan solliciteren."

Robert-Jan beraadt zich nog op zijn mogelijkheden om door testuderen, te reizen of een postdoctoraal jaar te studeren inSchotland. "Ik ben in ieder geval niet bang om werkeloos te worden,dat zal me nooit gebeuren. Dan word ik nog liever vuilnisman."

Eva Houtsma

Het Studenten Service Centrum overweegt eencursus Loopbaancoaching te starten. Daar zouden afgestudeerdenonder begeleiding ervaringen kunnen uitwisselen. Genteresseerdenkunnen contact opnemen met Jacky Limvers: j.limvers@ssc.uu.nl

Geneeskunde neemt maatregelen rondom ongecontroleerd bloed:'Achteraf blijkt het een verkeerde inschatting te zijngeweest'

Onderwijsdirecteur Borleffs werd een krap half uur na hetvoorval op de hoogte gesteld. De faculteitsdecaan werd een kwartierlater bereikt. "We hebben de zaak als zeer ernstig opgevat", zegtStoof. "De docent heeft gelukkig zeer adequaat gereageerd. Hij zagde studente de mond spoelen en besloot meteen in actie te komen. Wegingen meteen uit van het worst case scenario. Het bloed werdgeanalyseerd en de studente werd volgens onze procedures behandeld.Bovendien hebben we bij verschillende instanties melding gemaaktvan de gebeurtenis, hoewel we daar strikt genomen niet toeverplicht waren. Vervolgens hebben we onderzocht in welke mateongetest materiaal bij andere practica werd gebruikt. In overlegmet de studente is in eerste instantie besloten de zaak niet naarbuiten te brengen. Voor het betrokken meisje is dit natuurlijkvreselijk."

Maar hoe kan bij zo'n practicum ongecontroleerd bloedaanwezig zijn? Dat blijft toch de vraag die iedereen zichstelt.

Borleffs: "Gebleken is dat bij dit practicum altijd metniet-getest patientenbloed gewerkt werd. De docent van ditpracticum werkte al jaren op deze manier. Er werd vanuit gegaan dater geen risico's waren. De kans op aanwezigheid van het hiv-viruswas klein. En wil er iets voorvallen dan moet er ook nog onkundigmet het materiaal worden omgesprongen. Achteraf blijkt het eenverkeerde inschatting te zijn geweest. Ook wij trekken nu deconclusie dat hier niet met niet-getest bloed gewerkt had mogenworden."

Stoof: "We hebben het altijd tot de professioneleverantwoordelijkheid van de docent gerekend om te bepalen welkbloed gebruikt kan worden. Ik denk nog steeds dat dit bij deuniversiteiten die ons de afgelopen weken hebben aangesproken opdit voorval ook voorkomt. Zij kunnen niet met zekerheid zeggen dathet bij hen niet had kunnen gebeuren. Maar wij hebben onze lesgeleerd. Wij gaan ons systeem veranderen."

Wat gaat u doen?

Stoof:"Klaarblijkelijk zijn duidelijkere algemene richtlijnentoch op zijn plaats. Wij willen dit natuurlijk niet nog een keermeemaken.We hebben daarom meteen gezegd dat bij dit soort practicageen ongetest bloed meer mag worden gebruikt. En een commissie gaatnu bekijken wat we nog meer kunnen doen om dit soort incidenten inde toekomst te voorkomen. We nemen dit bloedserieus, om dat woordmaar eens te gebruiken. Mocht er een claim komen van het betrokkenmeisje, dan zullen we ons buigen over de vraag wie preciesaansprakelijk waren."

U zegt niet dat u helemaal niet meer met bloed bijpractica wilt werken?

Stoof: "Het is een illusie om te denken dat je alle risico'skunt uitsluiten. Wij kunnen niet garanderen dat studenten gedurendehun hele studie niet in contact komen met besmet materiaal. In onsnieuwe curriculum lopen studenten bijvoorbeeld al in het derde jaarco-schappen. Daar dienen zich patienten aan, van wie je niets weet.We kunnen hoogstens de risico's minimaliseren. We dachten dat wedat al deden, maar we moeten kennelijk nog een stapje verdergaan."

Borleffs: "We zijn de enige universiteit die de co-schappen zovroeg in de studie hebben. Gevolg daarvan is dat studenten alrelatief vroeg praktische handelingen moeten kunnen verrichten. Alin het eerste jaar moeten ze bij elkaar bloed prikken. Dan weet jeook niet wat daarmee aan de hand is. We hebben overigens gezienalle ophef besloten dat examenonderdeel dit jaar te latenvervallen. Het is echt een uitzondering. Volgend jaar is het weerexamenonderdeel. We moeten ons ook weer niet laten regeren doorpaniek"

U trekt niet de conclusie dat eerstejaars dit nietaankunnen?

Stoof: "Studenten moeten zich tijdens hun opleiding een aantaldingen eigen maken, waaronder het werken met bloed. In Utrecht doenze dat wat eerder dan elders. Maar je maakt mij niet wijs dat ikeen student van 19 niet hetzelfde kan leren als een student van21."

Borleffs: "Dit is een vreselijk incident, maar iedereen,studenten en docenten, is ervan overtuigd dat ons nieuwe curriculumzinvol en aantrekkelijk is voor studenten."

Xander Bronkhorst