Studenten in uniform: 'Voor twintig piek per uur trek ik welzo'n pakje aan'
Bij het bukken altijd door de knieen
Hijgerige blikken van mannen en complimenten van vrouwen.Tijdens haar bijbaan als serveerster bij de Winkel van Sinkelkrijgt Merel Kraan (22), eerstejaars psychologie, regelmatigreacties op haar korte werkjurkje.
Merel werkt sinds anderhalf jaar parttime bij de Winkel vanSinkel. "Ik vind het een hele leuke zaak. En juist die kleding vindik eigenlijk bijzonder. Het is best wel een net cafe en dan zulkeprovocerende jurkjes. Dat vind ik grappig."
Volgens Merel symboliseert de kleding de tegendraadsheid van hetcafe. "Sommige vrouwen complimenteren me, die vinden het leuk datje er zo uit durft te zien. Andere, vooral jonge, vrouwen vragenjuist of ik zo'n korte rok niet denigrerend vindt", vertelt destudente psychologie. "Of ze willen weten waarom het mannelijkepersoneel geen korte broeken draagt. Die hebben geen mooie benen,zeg ik dan maar. Ik vind het eigenlijk een beetje ouderwets om zote denken. Als je hier komt werken, weet je wat voor kleding jemoet dragen. Daar kun je voor kiezen of niet. Dat vrouwen zoudenworden uitgebuit om hun lichaam, dat is meer de manier van denkenvan de vorige generatie." En de starende mannen? "Als je er niet opreageert, heb je er ook geen last van."
Merel voelt zich dan ook niet ongemakkelijk in haar werkkleren."Maar ik ga er toch liever niet mee over straat. En je moet evenoefenen met bukken: altijd door de knieen. Alle serveersters dragentrouwens een kort broekje onder het jurkje."
Volgens Merel moet je een beetje bijdehand zijn om alleopmerkingen te kunnen beantwoorden. "Hoe je eruitziet maakteigenlijk niet uit. Daar word je ook niet op beoordeeld bij jesollicitatie. De serveersters zijn ook echt niet allemaal slanketypes. Maar we zijn allemaal goed gebekt."
De Winkel van Sinkel heeft duidelijk nagedacht over de kledingvan het personeel. "En het werkt. Het cafe heeft er een groterenaamsbekendheid door gekregen. Ik vind het slim opgezet." In elkwillekeurig ander cafe zou Merel meer moeite hebben met deroklengte: "De Winkel heeft gewoon een goed imago. Daardoor krijgende jurkjes ook een andere betekenis. In een of andere 'sleezy' tentzou ik dit niet aantrekken. Dan gaat het alleen maar om hetopgeilen van de klanten."
"Die broek zou ik echt hebben geweigerd"
Arjen ter Braak (23), derdejaars Nederlands, haalt zijnPTT-werkkleding onder zijn bureau vandaan. Het zit nog keurigopgevouwen in de doos. "Te lelijk, of te klein."
Toen Arjen was aangenomen als pakkettenbezorger bij de PTT kreeghij een formulier toegestuurd waarop hij zijn maten moest aangeven."Dus ik met een meetlint aan de slag: borstomvang, lengte van okseltot pols, lengte van heup tot hiel. Maar toen ik de kledinguiteindelijk kreeg, was de helft te klein of te strak." In dePTT-jas bijvoorbeeld zouden Arjens polsen tevoorschijn komen alshij een pakketje overhandigt. "Dat kan toch niet?"
Daarom draagt hij alleen de rood/grijs gestreepte PTT-polo metlange mouwen en de rode regenjas. "Verder heb ik nog die te kleinegewone jas, een voering voor in die jas, een wollen zweterigezomerpolo, een soort schipperstrui met kraag, een rode regenbroeken de bruine PTT-jeans."
Die jeans, met het PTT-logo in kleur op de kontzak, vindt Arjenhet ergst. "Toen ik net begon met werken zag ik sommige collega'sin die broeken lopen. Ik heb ze toen zelf ook nog gepast, met deschipperstrui erboven. Dat was heel erg. Als ik dat echt had moetendragen, had ik geweigerd. Dan had ik misschien wel ander werkgezocht."
Maar Arjen kan zijn werkgarderobe gerust aanvullen met zijneigen broeken. "Er wordt bij mij op de afdeling niet zo op gelet.Ze zeggen er in ieder geval niets van als je niet volledig inPTT-uniform gekleed gaat. Een collega van mij draagt zelfs eenkorte broek in de zomer en dat is binnen de PTT eigenlijk verboden.Ik vind dat als je geen goede, passende werkkleding levert, je jepersoneel ook niet kan verplichten het te dragen."
Toch ziet hij ook de voordelen van het werken in uniform."Mensen herkennen je meteen. Ze weten waarvoor je komt. Misschiendoen ze zelfs wel eerder de deur open omdat ze je uniformherkennen. De regenjas is trouwens ook wel handig."
Opmerkingen over zijn werkkleding krijgt hij nooit. Ook niet alshij in zijn uniform naar zijn werk fietst. "Postbodes zijnhartstikke sociaal geaccepteerd. Toch?"
Ze denken dat je achterlijk bent als je bij MacDonaldswerkt
De patatlucht krijgt ze nooit meer uit haar werkkleren. Ook nietmet wasverzachter. Dus is Gemma Bierman (22), vierdejaarsNederlands, eigenlijk wel blij dat ze bij de McDonald's een uniformdraagt. Gemma is ooit na een vakantiebaantje blijven hangen bij dehamburgerbakkers. "Het is gewoon gemakzucht. En ik verdien bestgoed: twintig gulden bruto per uur. Daar trek ik wel zo'n pakjevoor aan."
Als Gemma moet werken, draagt ze een blauwe polo en een zwartebroek. "Die polo is wel fijn, die zit tenminste niet zo strak om jekeel. Maar de broek heeft wel een heel vreselijk model, met enormeheupen en toelopende pijpen. Eigenlijk moet je je polo ook nog inje broek doen en dan overbloezen, maar bij mijn McDonald's zijn zegelukkig niet zo streng." Ook het naambordje laat ze meestalachterwege.
Dat de nieuwe uniformen ontworpen zijn door designer Sheila deVries vindt ze ongelooflijk. "Die broekspijpen! Vreselijk! Ik rolze meestal op, zodat ze nog een beetje recht lopen. Bovendien heeftde broek ook nog nepzakken, witte stiksels en zo'n elastieken bandin de taille."
Maar het kan nog erger. "De kleren die we droegen toen ik begonbij McDonald's, die waren echt niet om aan te zien. Lichtgrijzebroeken, rood-wit gestreepte blousjes en een rode strik. Dat wasnog veel fouter dan nu." Het idee achter het verplicht stellen vanwerkkleding begrijpt de studente overigens wel. "Iedereen moet erhetzelfde uitzien. Maar het werkt dus gewoon niet. De een vergeetdit, de ander dat."
Gemma kleedt zich ook altijd op haar werk om. "Ik ga echt nietin die stinkende kleren over straat. Soms neem ik ze vast mee naarcollege in een plastic tas en dan schaam ik me gewoon voor dievieze lucht. Die gaat er nooit meer uit. Daarom lijkt het me nogerger om in je eigen kleren in de keuken te staan."
Commentaar van mensen krijgt ze niet vaak. "Hoewel ze wel denkendat je achterlijk bent als je daar werkt." Vooral vrienden enkennissen zijn verbaasd als ze Gemma achter de kassa ontdekken.Werk jij her?, vragen ze haar dan. Of ze beginnen over het 'leuke'petje. "De meeste mensen vinden de kleren raar en stom. Dat petjeis trouwens ook erg; je haar gaat er ontzettend fout van zitten.Maar je wordt er gelukkig wel een beetje onherkenbaarder van."
'Je ziet de koffievlekken niet meer'
Peter Bas Disberg (25), zevendejaars rechten, ishartstikke blij met de nieuwe uniformen voor de treinstewards. "Diedonkerblauwe broeken zien er een stuk professioneler uit. Hetdraagcomfort is verbeterd. En je ziet de koffievlekken ook nietzo."
De beige spijkerbroek met 'railcatering'-borduurselis niet meer. De treinstewards dragen nu behalve de blauwe pantaloneen wit T-shirt met daaroverheen een blouse. Optioneel zijn dedonkerblauwe trui, de cap, de jas met rode biezen en de tas. "Hetlogo staat wel overal groot op. Dat is een ananas."
Peter Bas werkt sinds een paar maanden bij AlbronTravelcatering. Als hij naar zijn werk gaat, heeft hij zijn uniformal aan. "Dan krijg je weleens opmerkingen. Vooral die over gevuldekoeken, van de reclame, is heel populair. Maar het betekent dat jeherkenbaar bent en dat is natuurlijk de bedoeling."
Volgens Peter Bas wekt een uniform vertrouwen op."Mensen weten dat ze niet worden opgelicht als ze die officielekleding zien. En ze zien meteen bij wie ze eventueel terecht kunnenmet klachten." Wel krijgt hij vaak vragen over het treinverkeer,omdat mensen er vanuit gaan dat hij ook bij de NS hoort. "Dieuitstraling heb je nou eenmaal. Ik probeer mensen altijd zo goedmogelijk te helpen. Gelukkig weet ik er wel wat vanaf omdat mijnvader tot voor kort bij het spoor heeft gewerkt."
Echt vervelende situaties heeft hij persoonlijk nognooit meegemaakt. "We zijn een extra service en zo zien mensen hetook." Wel wordt weleens door de conducteur gevraagd of hij erbijwil komen staan als er lastige zwartrijders staan." Je werkt tochsamen met het treinpersoneel. En twee uniformen maken meer indrukdan een."
Gestapo-schouders en huidkleurige panty's
In haar Schiphol-mantelpak heeft Charlotte Dirkse (23),vierdejaars journalistiek 'Gestapo-schouders'. "En de blouse is witmet oranje streepjes. Daarom draag ik mijn sjaaltje ook altijd: dathaalt de aandacht van de blouse weg." Als ze op weg naar haar werkhaar uniform al draagt wordt ze weleens nageroepen. "Vooral opzondag door al die voetbalsupporters. Ik schaam me ook wel als ikin die kleren over straat ga, maar ik heb ook geen zin om alles meete sjouwen."
Toen Charlotte in een horeca-gelegenheid op Schiphol werkte,hoefde ze alleen een knalblauw, gesponsord rugbyshirt te dragen.Maar als informatrice in het 'taxfree'
-gebied heeft ze een heel uniform. "Ik draag een rok, blouse,gilet en een jasje. De pumps heb ik er zelf bij gekocht en ook voorde panty's moet je zelf zorgen. Dat moeten dan wel huidkleurigezijn."
Tijdens het werk vindt ze het prima om een uniform te dragen."Je kiest er niet voor, maar het hoort er gewoon bij. De kledingzit gelukkig niet ongemakkelijk en in zo'n functie vind ik het wellogisch dat je bepaalde kleding aan moet. Je bent toch eenaanspreekpunt voor de mensen dus moet je herkenbaar zijn. En jevertegenwoordigt ook een bedrijf."
Hoewel de uniformen nu nog blauw zijn, worden ze binnenkortvervangen door kleding met de nieuwe Schiphol-kleuren geel engrijs. Dan is er ook meer keus. "Volgens mij hebben ze dan wel driemodellen rokken. En je mag ook een broek aan. De nieuwe uniformenzijn een stuk sportiever."
Hoewel de werkkleding voorgeschreven is, vindt Charlotte dat jezelf toch nog wel wat aanpassingen kan maken. "Niet alles isverplicht. En de rok, die gewoonlijk op de knie valt, valt bij mijmooier omdat ik een maat kleiner heb genomen." Streng zijn ze ookniet op Schiphol. "Als ik mijn blouse een keer niet heb gestrekenstaan ze gelukkig niet meteen in mijn nek te hijgen."
Kleding voor de politie, Volkswagen, Randstad. "Het is een helewaslijst", zegt Molenaar. "Ik word veel gevraagd omdat ik noueenmaal goed ben in het ontwerpen van bedrijfskleding. Ik bentrouwens ook helemaal niet zo duur, hoor."
Volgens Molenaar is goed ontworpen werkkleding erg belangrijkvoor een bedrijf. "Met een goed design heb je je eerste geld meteenal verdiend." Bedrijven die hem benaderen hebben meestal een aantalwensen. "De huiskleur moet natuurlijk terugkomen in de uniformen,de kleding moet makkelijk te reinigen zijn, comfortabel zitten enfunctioneel zijn. Een cassiere heeft bijvoorbeeld niks aan rucheslangs de mouwen."
Molenaar vindt het ontwerpen van bedrijfskleding een belangrijkezaak. "Het personeel gaat balen als de kleding voor geen meter zitof lelijk is. Ga maar na, veel werkkleding draag je langer dan jeprive-kleding. Dan is het wel zo plezierig als het comfortabel ziten door een vakman ontworpen is."
Bij je volgende bezoek aan het uitzendbureau weet je dus waar jeop moet letten.