Achtergrond

Sexuoloog Lex van Naerssen gelooft niet in een verpreutsing van de samenleving: 'De rol van AIDS is nog lang niet uitgespeeld... er staat ons nog veel leed te wachten'

Sexuoloog Lex van Naerssen gelooft niet in een verpreutsing vande samenleving: 'De rol van AIDS is nog lang niet uitgespeeld... erstaat ons nog veel leed te wachten'

Het 'Acquired Immuno-Deficiency Syndrome' behoeft geenintroductie. Jarenlange voorlichtingscampagnes hebben hun vruchtenafgeworpen. Men vrijt veilig of men vrijt niet. Of toch wel? Vraageens door over wat nu precies veilig is en wat niet. De kennis isoppervlakkig. Vraag eens op de man af of die oppervlakkige kennisook wel altijd in praktijk wordt gebracht. Veelal zul je eenschoorvoetend "meestal" te horen krijgen. Toch is de ziekte inNederland nooit echt een epidemie geworden.

"De meeste mensen hebben zo'n saai seksleven dat ze simpelweggeen risico lopen", zegt Van Naerssen. "Mensen zijn serieelmonogaam en dat met gemiddeld zo'n twee, drie partners en dan hebje het ook wel weer gehad."

Voor bepaalde groepen, zoals studenten, ligt dat wat anders.Voor hen is de experimenteerfase sinds de jaren zestig aanmerkelijkverlengd. Men begint jonger en kan wat langer doorgaan voordatmensen gaan vragen of ze al een vaste relatie hebben. Bij homo'stelt mee dat er begin jaren tachtig een hepatitisepidemie heerste.Zij waren al wat voorzichtiger geworden. Ook is er sprake vanveranderde technieken. Anaal contact is minder kenmerkend gewordenvoor homoseks en juist in dat anale contact schuilt het groterisico.

Preuts

Toch is er ook wel degelijk sprake van een gedragsverandering."De promiscuiteit is onder jongeren afgenomen", aldus Van Naerssen."Zowel bij homo's als bij hetero's." Maar dat heeft weer niet zoveel met AIDS te maken, denkt hij. Eerder met het inzicht datsommige wegen doodlopend zijn. "Op ideeen over communes of het openhuwelijk wordt niet meer zo snel gereageerd met 'jaloezie isonzin'. Het mag dan wel onzin zijn, maar mensen zijn nu eenmaaljaloers. Als ik terugkijk naar wat ik in de jaren zeventig dachtwat allemaal moest kunnen Ach die ideeen lijken nu overdreven maarhet was gewoon een reactie op de enorme truttigheid en benepenheidvan de jaren vijftig."

Dat de afname van promiscuiteit wordt veroorzaakt door eenalgehele verpreutsing, zoals wel wordt beweerd, verwerpt hij tenstelligste. "Je hoeft de TV maar aan te zetten en je zietmerkwaardige programma's als 'Seks voor de Buch'. Nou dat noem ikgeen verpreutsing. Integendeel: de tolerantie neemt nog steeds toe.We gaan naar het maximum punt. Sommige christenen overtuig je niet,sommige Moslims niet, maar jonge mensen en de totale bevolkingworden steeds liberaler."

De recente ophef rond de uitspraken over homoseksualiteit van deRotterdamse Imam El Moumni, noch de toegenomen intolerantie jegenspedofilie (zie kader) brengen hem van die mening af. "Het is tochalgemeen bekend dat Marokkanen en Turken niet vies zijn vanhomoseksueel gedrag. Ik heb het idee dat ze niet zo vreselijk tegenhomoseksualiteit 'an sich' zijn, als wel tegen de manier waarop dehomoseksuele identiteit vaak wordt vormgegeven. De homowereld isnog steeds een fun-cultuur. Toen ik erin terecht kwam dacht ik ook:'Is het nou wel nodig om in jurken rond te lopen'? Zo schets je eenverkeerd beeld van homoseksualiteit. Het lijkt oppervlakkig enseksgericht en dat terwijl het een interessante subcultuur iswaarin mensen op sommige punten heel anders tegen het levenaankijken. Het gaat al een stuk meer in de richting van de positieffysiekere cultuur van veel zuidelijke landen. Wat seksualiteitbetreft kunnen we nog veel leren van landen als Indonesie."

Voorbeeldfunctie of niet, het bijeffect van deze lichamelijkheidis niet nastrevenswaardig. Het zijn juist deze (sub)culturen dieeen goede voedingsbodem blijken voor AIDS. Van Naerssen reageertnuancerend. "Er zijn inderdaad specifieke subgroepen binnen dehomowereld die excessief promiscue zijn. Uit het grote onderzoeknaar de ontwikkeling van AIDS in de eerste helft van de jarentachtig bleek dat sommige homo's wel 850 verschillende seksuelecontacten per jaar hadden. Het ging om mensen die veel naar sauna'sen naar darkrooms gingen. Veelal kom je dan niet verder dan eenbeetje aftrekken, maar dat werd ook meegeteld, omdat in die tijdnog niet bekend was hoe AIDS werd overgedragen. In die groep zijnbetrekkelijk veel mensen besmet geraakt. Hele vriendenkringen zijnletterlijk gedecimeerd, maar die rampspoed bleef grotendeelsbeperkt tot een specifieke groep."

Afrika

In het rijke Westen is de verspreiding van het 'HumanImmunideficiency Virus' (HIV) na een aanvankelijk scherpe groeiinmiddels aardig onder controle. In Amerika heeft de het virus ietssneller om zich heen gegrepen dan in Europa. In de Verenigde Statenzijn een kleine miljoen geinfecteerden terwijl in West-Europa deteller op iets meer dan de helft van dat aantal is blijven steken.Op beide continenten vielen de meeste slachtoffers in detraditionele risicogroepen: homomannen, drugsgebruikers enhemofiliepatienten. De reacties op de ziekte verschilden welaanmerkelijk per continent. Terwijl Europa relatief snel enzakelijk reageerde werd de ziekte in de Verenigde Staten de eerstejaren nauwelijks erkend. Er heerste grote angst. Kinderen met AIDSwerden van school gestuurd en de homo-emancipatie kreeg een flinkeknauw. Pas toen Rock Hudson in 1984 openlijk voor zijn besmettinguitkwam en Elizabeth Taylor zich in de strijd mengde begon het tijlangzaamaan te keren.

De Westerse cijfers vallen echter in het niet in vergelijkingmet de ramp die zich sinds de late jaren tachtig aan het voltrekkenis in het Afrika ten zuiden van de Sahara. Op dit moment zijn daarruim 25 miljoen AIDS-patienten of HIV geinfecteerden. De schulddaarvoor ook schuiven op vrijere seksuele omgangsvormen slaatvolgens Van Naerssen kant noch wal. "Het probleem is eigenlijkarmoede", meent Van Naerssen. "Ik zeg altijd maar: 'AIDS is niet degrootste ramp, maar armoede'. De natuurlijke weerstand vanondervoedde mensen is al lager en als dan zoveel mensen om je heenAIDS hebben wordt het risico wel erg groot."

Er wordt veel gedaan aan preventie, maar als je eenmaal in zo'nnegatieve spiraal zit helpt dat nog maar weinig, ook al zijn ersinds kort meer medicijnen voorhanden doordat de Zuid-Afrikaanseregering een lagere prijs heeft afgedwongen voor AIDS-remmers. InWesterse landen kan de ziekte met de uitgebalanceerdecombinatietherapie lange tijd worden onderdrukt. Daarvoor is goedezorg echter onontbeerlijk en daar ontbreekt het dan weer aan inAfrika. Als dan bovendien de regering categorisch blijft weigerendat HIV het voorstadium is van AIDS wordt het moeilijk om positiefte blijven. "Toch is de situatie niet wanhopig", meent VanNaerssen. "De mensen die ik gesproken heb zijn strijdbaar."

"In Nederland had je ook van die mensen die beweerde dat HIV enAIDS niets met elkaar te maken hadden. Ik ben daar eens vreselijkkwaad om geworden. Het ging om mensen die er gewoon niet aan wildenomdat ze koste wat kost vast wilden houden aan hunlevensstijl."

Homohuwelijk

Inmiddels is die homoseksuele levensstijl toch blijvendveranderd. Van Naerssen wil geen een-op-een verband leggen, maarhij meent dat het niet voor niets is dat Nederland inmiddelsofficieel het homohuwelijk erkent. "We willen daarmee dat soort'veilige' relaties ook bij homo's aanmoedigen." Voor hemzelf hoefthet niet zonodig. "De eerste keer dat ik voor een homohuwelijk werduitgenodigd ging ik daar met gemengde gevoelens heen. Hebben wedaar nu twintig jaar voor geknokt? Huisje, boompje beestje. Maarals mensen dat het toppunt van geluk vinden, dan moeten ze het maardoen. Ze zullen nog bedrogen uitkomen," sneert hij, "want hethuwelijk is de meest gewelddadige context binnen desamenleving."

Het is een van de vele terzijdes waarmee Van Naerssen zijnbetoog lardeert. Hij heeft in de veertig jaar dat hij inmiddels metseksuologie bezig is een enorme kennis vergaard die hij losjes aanelkaar weet te rijgen. Volgend jaar neemt hij afscheid. Voor eenterugblik vindt hij het nog te vroeg. Als hij dan toch een tipjevan de sluier op moet lichten, wil hij wel kwijt dat hij deAIDS-epidemie samen met de uitvinding van de pil de belangrijksteontwikkelingen vindt binnen de seksuologie, ontwikkelingen die nietalleen in die afgelopen periode van belang waren maar die ook detoekomst van de mensheid in belangrijke mate zullen bepalen.Geboortebeperking zal een van de prioriteiten moeten worden ingrote delen van de wereld. Ook de rol van AIDS is nog lang niet uitgespeeld. "Het ziet er niet naar uit dat er binnen afzienbare tijdeen vaccin wordt ontwikkeld. Als je naar landen als de Filippijnenkijkt dan is het een wonder dat daar nog geen epidemie isuitgebroken. Net als aardbevingen kun je epidemieen niet tegenhouden. Er staat ons nog heel veel leed te wachten."

Raymond van de Wiel


Van Naerssen over pedofilie en Brongersma

Een heksenjacht is onzin, maar 'kan het niet gewoon met eenleeftijdsgenootje?'

De afgelopen decennia heeft de Nederlandse wetgevereen groot aantal veranderingen op het gebied van de seksualiteitdoorgevoerd. Zo is abortus bij wet geregeld en is als kroonjuweelonlangs het burgerlijk huwelijk opengesteld voor homoparen.Liberaler is het in de wereld vooralsnog niet te vinden. Op eengebied is de wet echter recent nog verscherpt. In 1995 werd hetbezit van kinderporno strafbaar. "Met een mitrailleur op een mugschieten," meent van Naerssen.

"We leven in een informatiemaatschappij", zegt Van Naerssen. "Devraag is of je wel iets moet verbieden wat je niet kn verbieden.Het is pure werkverschaffing voor de politie. Het schiet zijn doeltotaal voorbij en kan leiden tot een heksenjacht."

Van Naerssen windt geen doekjes om zijn afkeer van dewetswijziging. "Ik denk wel eens: 'Stel je prioriteiten' want latenwe wel wezen", zegt hij, "in Azie, Midden-Amerika en sommigeAfrikaanse landen is er pas echt een probleem. Daar kun je voorweinig geld kinderen van 8, 9 jaar op je hotelkamer bestellen. Alsik dan denk aan een onderwijzer die wat plaatjes op zijn computerheeft Dat is niet fris. Helemaal mee eens, maar om er nou meteenvanalles bij te halen. Ze mogen hier niet lopen, daar niet wonen,dat vind ik zo'n onzin."

Van Naerssen herhaalt nog maar eens dat ook hij tegen seks metkinderen is. "Het kan hele negatieve effecten hebben, denk maar aanposttraumatische stress. Je moet wel een onderscheid maken tussenkinderen in de voorpuberale fase dus zeg maar tot een jaar of 12,13 en kinderen in de pubertijd. Die laatste groep heeft gewoonduidelijk seksuele verlangens. Seks is voor die groep over hetalgemeen geen probleem, dus ook seks met een volwassene niet. Ikvraag me alleen af of het nou zo nodig moet. Kan het niet gewoonmet een leeftijdsgenootje?"

Gedoogd

Van Naerssen haalde in 1974 de PvdA-senator dr. EdwardBrongersma naar Utrecht om gastcolleges te geven over pedofilienaar aanleiding van een reeks artikelen die de jurist over hetonderwerp had geschreven in Intermediar. Brongersma moest zijnlidmaatschap van de Eerste Kamer opgeven toen hij in 1950 tot tienmaanden celstraf werd veroordeeld wegens seksuele omgang met een16-jarige. In 1963 keerde hij terug in de Senaat en zag daar eenaantal jaren later hoe het wetsartikel waarvoor hij werdveroordeeld uit de zindelijkheidswetgeving werd geschrapt.

De jaren zeventig leken gouden tijden voor de pedofilie inNederland. Er was een zekere mate van tolerantie. Rond 1980 nam hetbegrip echter weer af. Van Naerssen meent dat interrelationeleverhoudingen in Nederland nooit echt voeten aan de grond hebbengekregen. "In tegenstelling tot bijvoorbeeld de tolerantie vanhomoseksualiteit die naar mijn idee echt diepgeworteld is, ispedofilie in de jaren zeventig tot op zekere hoogte gedoogd. Waaromdat weer voorbij is gegaan is niet duidelijk te zeggen."

Het archief dat Brongersma in de loop der jaren over hetonderwerp bij elkaar had verzameld en had ondergebracht in eenstichting, werd na zijn dood in 1998 onderwerp van discussie.Uiteindelijk nam justitie het in beslag. Het zou namelijkkinderporno bevatten en het bezit daarvan is immers bij wetverboden. In de wet wordt echter een uitzondering gemaakt vooreducatieve en wetenschappelijke doeleinden.

Van Naerssen was beheerder van het archief en kent de collectiedaarom goed. "Het is historisch zonde als er ook maar een snippervan wordt vernietigd," meent hij. "Hoe kun je in zijn algemeenheidstellen dat iets niet geschikt is voor wetenschappelijk onderzoek.Dat is toch onzin. Ik zeg niet dat de hele collectiewetenschappelijk is. Integendeel, maar het materiaal is welinteressant. Er zitten bijvoorbeeld veel dagboeken en persoonlijkegetuigenissen bij van mensen van over de hele wereld. Gewoonlijkkom je pedofielen alleen tegen in therapeutische of juridischecontext. Je krijgt dan alleen de probleemgevallen. Die persoonlijkeverhalen soms compleet met video's en foto's geven een uniekinzicht in de belevingswereld van de gewone pedoseksueel."

Een wetenschappelijke commissie die namens justitie hetmateriaal bekeek kwam echter tot een ander conclusie. "Het istamelijk onschuldig materiaal, maar wij vinden het geenwetenschappelijke collectie, dus is het nu eenmaal bij wetverboden," zegt commissielid dr. Ed Leuw. De Brongersma-Stichtingging in beroep en de zaak ligt nu in handen van de rechter.

RvdW


Historisch overzicht AIDS

1981

In een Amerikaans rapport worden vijf gevallen beschreven vanplotselinge sterke afnemende weerstand bij jonge homomannen.Vermoed wordt dat de oorzaak gelegen is in de 'homoseksuelelevensstijl' of dat het een seksueel overdraagbare ziektebetreft.

1982

Het Acquired Immune Deficiency Syndrome wordt voor het eerstgedefinieerd. In Nederland wordt het eerste gevallenvastgesteld.

1983

AIDS blijkt te worden veroorzaakt door een virus. Dit viruswordt HIV genoemd.

1984

De Franse filosoof Michel Foucault overlijdt aan de gevolgen danAIDS. Een van zijn theorieen zal later omarmd worden door deradicale patientengroepen die iedere vorm van behandelingafwijzen.

1985

In Nederland wordt het AIDS-fonds opgericht. Een groot onderzoekonder homo's in Amsterdam laat schrikbarende cijfers zien. Deeerste nationale voorlichtingscampagne gaat van start.

1987

De eerste AIDS-therapie Azidothymidine (AZT) wordt goedgekeurddoor de Amerikaanse Food and Drug Administration. Uit onvrede methet AIDS-beleid van de Amerikaanse regering word de Aids CoalitionTo Unleash Power (ACT-UP) opgericht die via ludiek protest via demassamedia veel succes heeft.

1989

Madonna voegt aan haar album "like a prayer" een inlegvel toemet daarop "the facts about AIDS". Op dat moment is vriend enpopart kunstenaar Keith Haring al ernstig ziek. Hij overlijdt eenjaar later.

1991

Al vanaf 1983 wordt het virus in Afrika via heteroseksueelcontact verspreid, maar onderzoek in Uganda toont een plotselingesterke toename van het aantal AIDS-geinfecteerde jonge vrouwen. Hetbegin van de echte crisis in Afrika.

1992

De Wereld Aids Conferentie wijkt wegens de Amerikaanseinreisbeperking voor HIV-positieven uit van Boston naarAmsterdam.

1993

De AIDS-patient Rene Klijn scoort een hit met het nummer "MisterBlue" dat hij zingt in het televisieprogramma van Paul de Leeuw. Deernstig zieke Klijn overlijdt niet lang daarna. Zijn as wordt doorzijn partner en De Leeuw over de baai van New Yorkuitgestrooid.

1995

Uit twee grote trials blijkt dat combinatietherapie (een mix vanmeerdere AIDS-remmers) wel degelijk effectief is. De laatstescepsis over effect van HIV-remmers en van combinatietherapie isdaardoor definitief uit de wereld geholpen. Monotherapie ispasse.

1996

De Verenigde Naties richt een speciale organisatie op voor debestrijding van AIDS: UNAIDS.

1999

Bisschop Muskens van Breda meent dat de Aids-epidemie in Afrikavraagt om het verstrekken van condooms, hoewel dat formeel instrijd is met de kerkleer. In 2000 geven de gezamenlijkeNederlandse bisschoppen een verklaring uit dat ze condoomgebruikblijven afkeuren en gedragsverandering voorstaan. Een woordvoerderzegt dat Muskens zich in deze verklaring kan vinden

2001

De farmaceutische industrie spant een rechtzaak aan tegenZuid-Afrika dat goedkope AIDS-remmers namaakt waarop nog patentenrusten. Onder internationale druk laten ze de rechtzaak later weervaren en treffen een schikking met de Zuid-Afrikaanse regering.

Utrechtse filosoof ontwikkelt bloeiende relatie met vaatwasser en inductieplaat: 'In het begin had ik alleen iets met de keukenradio'

Utrechtse filosoof ontwikkelt bloeiende relatie met vaatwasseren inductieplaat: 'In het begin had ik alleen iets met dekeukenradio'

"Of ik de apparatologie serieus neem? Natuurlijk doe ik dat."Jan Vorstenbosch kijkt de verslaggever zo onbewogen aan dat dezebegint te twijfelen. Dat boekje van die Vorstenbosch over zijnstofzuiger en zijn citruspers, dat is toch zeker een grote grap?Maar de Utrechtse filosoof legt doodernstig uit dat apparaten eengrote invloed kunnen hebben op ons maatschappelijk functioneren endat de apparatologie in die zin een zeer onderschat vakgebied is."Neem de vaatwasmachine. Toen die bij ons in huis kwam, heeft datmijn leven ingrijpend veranderd." Dan kan ook Vorstenbosch eenglimlach niet meer onderdrukken. "Gelukkig ging hij snel kapot. Nukan ik weer zelf afwassen."

Wat moet je met een boek dat je voortdurend op het verkeerdebeen zet, een boek waarin hilarische passages over de politiekedimensie van het strijkijzer worden onderstreept door citaten vandenkers als Hannah Arendt? Wil Jan Vorstenbosch serieus eenfilosofie van het apparaat ontwikkelen of is het voor hem zelf ookmaar een geintje? De schrijver herkent het dilemma. Ik moest laatstoptreden in het tv-programma van Midas Dekkers over nieuwe boeken."Ik had me ingesteld op serieuze vragen over apparaten, waar ik netals in mijn boek met de nodige ironie op kon reageren. Maar totmijn verbazing begon Dekkers zelf heel ironisch te doen. Toen moestik dus opeens serieus de filosofie gaan verdedigen. Zo gaan ze metje aan de haal als je niet oppast."

Keuken

Praten met Vorstenbosch is een even postmoderne ervaring alszijn boek lezen. De ernst en de ironie zijn in zijn woorden op eenzo ragfijne manier met elkaar verweven dat je niet weet waar de eenophoudt en de ander begint. Maar gaandeweg wordt duidelijk dat deapparatologie, die hij ontwikkelde voor het maandblad FilosofieMagazine, meer is dan vrijblijvende grappenmakerij.

"Ik ben deze stukken gaan schrijven toen wij thuis een anderekeuken kregen. Ik zag opeens allerlei nieuwe apparaten om me heenen het leek me interessant om te observeren wat voor invloed die opmij zouden hebben, hoe mijn leven zou veranderen door zoiets alseen vaatwasser. Mijn zelfrespect als filosoof eiste alleen wel datik er iets nieuws mee zou doen. Dus niet weer een keer opschrijvendat samen afwassen leuk is en dat dat door de vaatwasser verlorengaat, maar serieus nadenken over de vraag wat dat samen afwassentot zoiets bijzonders maakt."

Hoewel de techniek in de hedendaagse filosofie een nietonbelangrijk thema vormt, komt het maar zelden voor dat filosofenzo concreet op individuele apparaten ingaan als Vorstenbosch doet."Filosofen benaderen problemen in het algemeen op een nogalabstracte manier. In de filosofie gaat het over 'de techniek' enhaar invloed op 'de mens'. Ik wilde graag wat concreter zijn en wattoegankelijker, terwijl ik toch heb geprobeerd om in die stukjeseen paar ideen te investeren die ik ook in een artikel voorvakgenoten zou kunnen uitwerken. Ik heb dit boekje op mijnpublicatielijst gerangschikt onder 'overige producten', ik ga nietzover om het als vakfilosofie te beschouwen, daarvoor is het teassociatief. Maar aan de andere kant vind ik dat nadenken over devaatwasser wel degelijk een filosofische bezigheid kan zijn."

Binnen de faculteit Wijsbegeerte, waar Vorstenbosch werkt alsmedewerker toegepaste ethiek, woedt al enige tijd een discussieover de vraag in hoeverre een vlot geschreven artikel in een bladvoor niet-filosofen als serieuze publicatie mag worden meegeteld.Hijzelf heeft daar geen moeite mee."Ik zie het als een vorm van watde Amerikaanse schrijver John Seabrook in De Volkskrant onlangs'nobrow'-cultuur noemde, een moeilijk te vangen mix vanverwijzingen naar traditionele hoge cultuur ('highbrow') en lagecultuur ('lowbrow'). Zolang een filosofisch artikel origineel is ende auteur zijn standpunt met kracht van argumenten onderbouwt, zieik niet in waarom het niet goed en met humor opgeschreven zou mogenworden."

Stofzuigen

Op de vraag wat voor hemzelf het meest leerzaam is geweest in deapparatologie, praat Vorstenbosch vol vuur over zijn ontdekking vande waarde van het cyclisch karakter van huishouden, de eeuwigeherhaling van veel huishoudelijk werk. "Stofzuigen, strijken,afwassen, het gaat maar door, met apparaten die om met Marx tespreken als enige functie hebben dat ze de reproductie van dearbeidersklasse in stand helpen houden. Om die reden wordt vaak opdit soort activiteiten neergekeken, maar dat ben ik hoogstonterecht gaan vinden. Juist het routinematige van dat werk biedtje de kans om tegelijk met iets anders bezig te zijn, met nadenkenof naar muziek luisteren of samen praten. Dat maakt routinematigehandelingen uniek. Ik denk dat veel mensen gelukkiger zouden zijnals ze dat routineuze karakter van huishoudelijk werk meer opwaarde wisten te schatten."

Opmerkelijk is de bloeiende relatie die de auteur in het boekmet zijn apparaten ontwikkelt. "In het begin had ik alleen iets metde keukenradio", bekent Vorstenbosch lachend, "maar al schrijvendis dat veranderd. De grootste ommezwaai betrof mijn omgang met deinductiekookplaat. Eerst vond ik het maar een onzinnig ding, duuren overbodig, maar geleidelijk ontdekte ik dat koken met die plaatecht veel leuker is. Ik zou hem -of is het haar?- nu niet meerwillen missen, net zomin trouwens als de citruspers en debijzondere manier waarop die mijn vingertoppen masseert. Ik beweegme nu ook heel anders door het huis. Telkens als ik een van mijnapparaten zie, denk ik: he, over jou heb ik ook geschreven, het isme gelukt om je uit de anonimiteit te schrijven, je bent nietonopgemerkt gebleven. Ik had dat niet verwacht, maar al schrijvendheb ik echt een band met ze gekregen."

Erik Hardeman

'Twaalf huishoudelijke apparaten' van JanVorstenbosch, uitgeverij Nieuwezijds, 24,90


Heidegger aan de afwas

Een ten onrechte verwaarloosde vraag in de geschiedsschrijvingvan de moderne filosofie is of Hegel, Husserl of Heidegger wel eenshielpen met de vaat. Zelfs Weischedel besteedt er in zijnlezenswaardige boek over de alledaagse levens van beroemdefilosofen 'Filosofie door de achterdeur' geen aandacht aan. Net alseen aantal andere huishoudelijke karweitjes strijken, stofzuigengeeft het doen van de vaat namelijk een inkijkje in de aard enontwikkeling van het menselijk bewustzijn en in het bijzonder in derelatie tussen bewustzijn en handelen. Voor dit type alledaagse enoverzichtelijke huishoudelijke handelingen blijkt het bewustzijn opeen laag pitje te kunnen worden gezet, en vrij gemaakt te kunnenworden voor het rustig overdenken van de meest brandendeonderwerpen en vragen die zich in de loop van de dag aan deafwasser hebben voorgedaan.

Leidt denken dan niet af? Nee. Het is niet alleen heel goedmogelijk om op excellente wijze de vaat te doen, zonder dat je ermet je gedachten geheel en al bij bent. Het laatste lijkt zelfsvoor het eerste een voorwaarde. Met iemand die zich tijdens hetafwassen volledig concentreert en moet concentreren op de glazen enborden, is iets mis. Hij of zij is onervaren en nog aan het leren,kinderen in de leeftijd tot acht, negen jaar, bijvoorbeeld. Of tegespannen, obsessief en onevenredig gericht op hygiene ofschoonheid. Zo iemand weet de vaat geen geigende plaats te geven inhet menselijk leven als geheel. Kortom, er klopt iets niet met hemof haar. Er is in zo'n geval, tragisch genoeg, grote kans dat erfijngeslepen glazen stuk gaan. Deze afwasser is niet alleen geengoed voorbeeld van mens-zijn wat nog tot daaraan toe is, omdat ergeen harde criteria zijn voor wat een goed mens is hij deugt ookniet als afwasser.

Eerste twee alinea's van het hoofdstuk over devaatwasser

Mega-introductiefeest op twee buitenpodia in De Uithof: 'We zijn niet bang dat dit feest gaat floppen'

Mega-introductiefeest op twee buitenpodia in De Uithof: 'Wezijn niet bang dat dit feest gaat floppen'

Hoe groter het feest hoe gaver, lijkt het wel.Mega-studentenfeesten zijn helemaal in. Gingen er jaren voorbij dateen SWAK-feest in Tivoli met ongeveer achthonderd personen hetgrootste festijn in Utrecht was, het afgelopen jaar werd ditbezoekersaantal herhaaldelijk ruim overtroffen. Na Sixpack inCentral Studios en het lustrumfeest van de universiteit in hetBeatrixtheater met beide rond de 2.000 bezoekers, komt er op 13augustus een feest in De Uithof waar meer dan 5.000 mensen heenkunnen.

"Wij willen met alle studenten een kick off geven voor hetnieuwe collegejaar", zegt Bart de Jong van de ICU. "Hetopeningsfeest van de UIT-dagen wordt altijd heel goed bezocht, maarde meeste ouderejaars kunnen niet naar binnen omdat ze geenpasse-partout hebben. Dat is jammer, want het zijn toch deouderejaars die de sfeer van een feest maken. Geen enkele locatiebleek groot genoeg om zowel alle eerstejaars als ouderejaars tebergen, daarom komt er een festivalterrein met twee podia in DeUithof."

Hetzelfde idee dus eigenlijk als het HvU-lustrum van vorig jaar,dat letterlijk en figuurlijk in het water viel? De Jong: "We zijnniet bang dat dit feest gaat floppen. De fout bij het HvU-lustrumwas dat er geen studenten bij de organisatie betrokken waren. Wijweten wat studenten leuk vinden." De ICU, die STUDANCE samen heeftopgezet met productiebureau Bogers dat ook Mysteryland en hetUU-lustrum '96 heeft geproduceerd, heeft bewust gekozen voor'nationale bekenden en Utrechtse trots', zoals dj van het jaarTisto, de band Van Dik Hout en studentenband Sigs! van Veritas. Dathet feest in De Uithof is, is volgens De Jong geen belemmering voormensen om te komen. "De Central Studios, waar Sixpack werdgehouden, liggen ook buiten het centrum maar dat was bijnauitverkocht. Belangrijk is alleen dat er goed vervoer is metbussen."

Voor de studentenverenigingen kan een feest van dergelijkeomvang een negatief effect hebben. Zij hebben de UIT-dagen nodig omnieuwe leden te werven en willen de eerstejaars zoveel mogelijk inhun eigen panden hebben. Bovendien kunnen ze ook op donderdag opstevige concurrentie rekenen, omdat de ICU dan een gratis concertop het Vredenburg organiseert met Def Rhymz, Birgit en dj's Wipneusen Pim. "We hebben aangeboden aan alle verenigingen om deel tenemen aan dit openingsfeest als gezamenlijke start", zegt De Jong,"maar daar stonden zij niet positief tegenover. Gelukkig waren zewel verstandig en hebben zij hun grote acts tijdens de UIT-dagen opandere dagen dan maandag en donderdag gepland, zodat zij ookvoldoende publiek naar hun sociteit trekken." Een anderemoeilijkheid voor de verenigingen is dat de UIT-dagen dit jaar maarvier dagen duren in plaats van vijf. Met dat besluit staat los vande ICU. "Het college van bestuur heeft dat besloten omdat ze degehele introductietijd willen bekorten. Niet onverstandig. Devrijdag was toch altijd een beetje leegloopdag", zegt De Jong."Gelukkig is het UIT-dagenprogramma dusdanig spectaculair dat je navier dagen en nachten feesten doodop bent."

CH


Win gratis kaarten voor STUDANCE

STUDANCE is op 13 augustus van 22.00 - 4.00 uur in De Uithof. Erzijn twee podia. Op het dancepodium treden op: dj's Bennet &Mason (staan op Koninginnedag altijd op de Asch van Wijckkade), djTiesto (dj van het jaar) en dj Moore. Op het bandpodium treden op:Sigs! (studentenband van Veritas), Van Dik Hout en dj's De GemeneMixmeesters (dj's van Ekko). Kaartjes kosten17,50 gulden in devoorverkoop en 22,50 gulden aan de deur. Medewerkers van deUIT-dagen mogen gratis naar binnen. De voorverkoop begint op 2 juli(voor verkoopadressen zie poster of http://www.introductie-utrecht.nl).

In U-volgt (pagina 2) van deze week vind je de poster vanSTUDANCE. Als je deze poster uitscheurt en ophangt voor het raamvan je studentenhuis, maak je kans op gratis kaarten voor je helehuis voor STUDANCE. De introductiecommissie zal in de eerste weekvan juli drie huizen loten die gratis kaarten krijgen.

Utrecht wint sporttoernooi

Het OC en W-toernooi is een jaarlijkse sportontmoeting van hetpersoneel van de Nederlandse instellingen van wetenschappelijkonderwijs en het ministerie met als doel de onderlinge banden aante halen. De organisatie is ieder jaar in handen van een andereinstelling. Utrecht haalde dit jaar de organisatie binnen om hetlustrum nog meer luister bij te zetten. En de sportploeg buitte datthuisvoordeel ten volle uit door een groot aantal ereplaatsen teveroveren en de eerste plaats in het algemeen klassement.

Acht vaste onderdelen kent het toernooi. Een voetbal- en eenvolleybaltoernooi voor mannen, een volleybaltoernooi voor vrouwenen aan tennis-, tafeltennis- en badmintonwedstrijden waar gemengdeteams aan deelnemen. Voor de meer intellectueel ingesteldemedewerkers is er een bridge- en een schaaktoernooi. Alletoernooien kennen een winnaar en daarna worden alle resultaten bijelkaar opgeteld om te bepalen wie zich dit jaar de meest sportieveuniversiteit mag noemen.

De schakers hebben een belangrijk aandeel in de Utrechtse zege.Ook op fysiek gebied leveren zij een topprestatie. WiskundigeMichiel Hochstenbach en medicus Guus Rol slepen een tweede plaatsin de wacht in de kleinste zaal van het sportcentrum die ze ook nogmoeten delen met de bridgers en waar de temperaturen hoog oplopen.De schakers die over het algemeen meer kleding dragen dan anderesporters drijven de zaal uit. Hochstenbach had er enigszins opgerekend en een korte broek aangetrokken. Maar zijn maatje Rol gaater na iedere partij verhitter uit zien. Rol laat zich echter doorde tropische temperaturen niet van de wijs brengen en scoort hetonwaarschijnlijke aantal van twaalf punten uit veertiensnelschaakpartijen. "Hij speelde als een tijger", oordeelt zijnteamgenoot na afloop.

Hochstenbach doet al jaren mee aan dit toernooi en de teamspiritontbreekt volgens hem dit jaar een beetje. "We missen de bus. Alswe ergens anders heen gaan zitten we eerst een uur met zijn allenin de bus. Dat schept een band."

Lenen

Een zekere winnaar leek het Utrechtse voetbalteam, maar ook devoetballers bereiken een tweede plaats. Het team heeft een kern vanuniversiteitsmedewerkers met een Velox-verleden en ziet erprofessioneel uit. De voetballers hebben een eigen tenue, eencoach, een verzorger en fans, kortom een entourage die in 'AllStars' niet zou misstaan alleen de voorzitter ontbreekt. Detevredenheid over het resultaat is een stuk minder dan bij deschakers. "Het is gewoon kut", is het enige dat keeper Rolf Pot(technische dienst) na de 1-1 in de beslissende wedstrijd tegen deUniversiteit van Amsterdam weet uit te brengen. Pot pakte deafgelopen zes jaar vijf keer de hoofdprijs in dit toernooi. Zijnteam speelde de poulewedstrijden ook erg goed, maar in de eerstewedstrijd van de finaleronde gaat het fout. De mannen luisterenteveel naar hun coach die ze in de eerste halve finale tegenRijksuniversiteit van Groningen adviseert om in ieder geval de nulvast te houden. Hij wordt er zwaar voor gestraft. De wedstrijdeindigt volkomen onnodig in 0-0. In de beslissende wedstrijd moetgewonnen worden, en ook dat lukt -ondanks een vroege voorsprong eneen veldoverwicht- net niet.

De andere teams hebben geen coaches, maar toch worden devolleybalsters een meer dan verdienstelijke tweede. Devolleybalmannen eindigen een plek lager, maar maken eigenlijk nogmeer indruk. Ze hebben maar vijf spelers. Tegen de zwakstetegenstanders weten ze zelfs met die vijf spelers hun wedstrijdjeste winnen. Tijdens de andere wedstrijden lenen ze een speler. Zogoed is de sfeer wel en daarbij zijn ze ook nog zo sportief om nietde beste spelers uit te kiezen. Voor oud ACCU-medewerker PietDelfhout is het toernooi vooral een renie met zijn teamgenoten. Hijdoet al sinds zeven jaar trouw mee en komt ieder jaar weer dezelfdemensen tegen. Delfhout vindt het vooral fijn dat hij door hetthuisvoordeel in staat is om ook eens de verrichtingen van andereUtrechtse teams te volgen. In andere universiteitssteden vindt hettoernooi vaak op verschillende locaties plaats.

De tennissers bereiken met een achtste plaats een historischdieptepunt. Terwijl het kunstgras voor de andere universiteitentoch een volkomen vreemde ondergrond is. Het team aangevoerd dooraio Arjen Kramer en chauffeur Frank Schuller aangevuld met tweehogeschoolstudentes heeft voldoende talent, maar door pech, eenongelukkige loting en tegenstanders die er alleen tegen hen ietsvan terechtbrengen eindigen ze ver onder hun niveau.

Toch had de Utrechtse overwinning nog veel verpletterenderkunnen uitvallen als ook de punten van de zogenaamde alternatievesporten waren meegeteld in de uitslag. De Utrechters wonnen tweevan die onderdelen. De organiserende instelling mag zelf een sporttoevoegen en om het flitsende karakter van de UU te benadrukken waser gekozen voor een puzzeltocht op de fiets en in de kano. Onnodigte zeggen dat hier een grote zege werd behaald. Vier dames van hetlustrumbureau wisten alle vragen goed te beantwoorden en met eenruime voorsprong te winnen.

Ook het petanque (jeu de boules) weten de Utrechters te winnen.Het kwam zelfs tot een geheel Utrechtse finale, omdat het tweedeteam, dat was ingevallen voor een universiteit zonder petanquers,erg sterk speelde. Voor het jeu de boules was speciaal een zandbakop de stoep voor het sportcentrum neergelegd. Er wordt zelfsFranstalige muziek gedraaid voor de deelnemers en de finale vindtplaats onder het welluidende gehijg van 'Je t'aime moi non plus'.Het tweede team laat zich het minst afleiden en pakt dehoofdprijs.

Jurgen Swart


Top tien

1 UU - 1354 pnt.

2 KUN - 1228 pnt.

3 TUD - 1204 pnt.

4 WU - 1188 pnt.

5 RUG - 1178 pnt.

6 UT - 1034 pnt.

7 EUR - 960 pnt.

8 UvA - 942 pnt.

9 VU - 852 pnt.

10 OCenW846

Wetenschappelijk housen: onderzoek naar xtc-gebruik tussen slikkers en snuivers

Wetenschappelijk housen: onderzoek naar xtc-gebruik tussenslikkers en snuivers

In de Heineken Music Hall dreunen de beats het 5500-koppigepubliek om de oren. Er wordt trance, techno, acid en hardhousegedraaid. De bezoekers komen hier op het Qlimax-feest echt om 'uithun bol te gaan' en dus staat er bijna niemand aan de rand van dedansvloer. Het publiek draagt cowboyhoeden en waaiers alsaccessoires en heeft glitter in het haar. Kale koppen zijn ernauwelijks. De ordi-chic van nepzilveren riemkettingen ennetshirtjes overheerst.

In de gangen tussen de twee danszalen worden kroketten enpizzapunten verkocht. Naast bier en baco's worden flesjesmineraalwater achterovergeslagen. Gekleurde zonnebrillen verbergende ogen en er wordt verwoed aan lolly's gelikt. Het zijn volgenshet onderzoeksteam van de Utrechtse faculteit Sociale Wetenschappentekenen van xtc-gebruik. Om uitdroging te voorkomen moet jenamelijk genoeg drinken, verwijde pupillen verraden dat je hebtgebruikt en de behoefte aan zoetigheid neemt toe, ook al om 'demalende kaken' in bedwang te houden en niet je hele mond stuk tekauwen.

Dope

Het onderzoeksteam staat achter een tafel in de gang en deeltenqueteformulieren en potloden uit aan het publiek. "Het gaathartstikke goed", zegt studente pedagogiek Godelieve van Geldrop."We hadden nooit gedacht dat zoveel mensen mee zouden willenwerken."

Het team bestaande uit twee docenten van de capaciteitsgroepKinder- en Jeugdstudies en twee studenten pedagogiek neemt defeestgangers de enquetes af. "Krijg ik ook nog wat?", vraagt eenjongen vrolijk als hij zijn papier inlevert. "Normaal krijg je tocheen cadeautje als je iets invult?" "Nee, daar hebben we geen geldvoor", reageert onderzoeker Tom ter Bogt lachend. "Mensen hebbenzin om te kletsen", legt hij uit. "Ze zijn aanrakerig en willen metje praten, ze willen hun verhalen kwijt. Dat zijn allemaalconsequenties van xtc-gebruik."

Aan een wankel tafeltje op de eerste verdieping is Gerrie (24)bezig een blowtje te bouwen. Voor hem staat een biertje. VolgensGerrie is ongeveer 75 procent van het publiek onder invloed van(hard)drugs. "Ik gebruik zelf ook nog cocane en pillen. Samen metde muziek geeft dat een heftige ervaring. Na een week hard werkenis het lekker om zo uit de band te springen. Op zaterdag ga jelos." Volgens Gerrie zorgt de <I>dope<I> voor eenrelaxte sfeer. "Iedereen is je vriend, je krijgt een warm gevoel.Het is natuurlijk nep maar wel leuk voor een avondje."

Dankzij die relaxte sfeer is het wel gezellig bij deenquetetafel. Van Geldrop: "Ik vind het een bijzondere ervaring omhier te zijn. Ik was nog nooit op een houseparty geweest. Mensenzijn prachtig uitgedost en zijn makkelijk te benaderen." Even laterplaagt ze een man die commentaar heeft op de vragen: "Het is tochgeweldig dat jij mag bijdragen aan de wetenschap?"

Hoewel de jongeren geduldig beginnen de vragen te beantwoorden,is het voor sommigen moeilijk om geconcentreerd te blijven. Eenjongen kruist zo snel een rij vakjes aan dat hij de vragen nieteens gelezen kan hebben. Een meisje zou het een beter idee vindenals op de tafel een enorm doek lag waarop iedereen kon schilderen."Niet alle ingevulde vragenlijsten zijn betrouwbaar", beaamtonderzoeker Rutger Engels. "Van de tweehonderd enquetes die we nuverzamelen is waarschijnlijk zeventig procent bruikbaar. We vragenook om een mail-adres zodat we de antwoorden nog eens kunnenchecken."

Susan (19) is enthousiast over het onderzoek. "Ik denk dat bijnaalle bezoekers van zulke feesten wel wat gebruiken. Ik ben hier meteen stuk of vijftien vrienden die allemaal xtc slikken maar zelfgebruik ik niet. Ik ben er gewoon tegen. Ik zie bij mijn vriendenwel positieve effecten zoals gezelligheid en interesse in eenander, maar dat komt natuurlijk allemaal door de xtc." Haar vriendMark (19) is inderdaad erg gezellig maar heeft ook nog wat tevertellen. "Als je duizend slikkers bij elkaar zet heb je altijdnog een betere sfeer dan wanneer je duizend dronkaards bij elkaarzet."

Zwalken

Ondanks de opwekkende middelen begint bij de meeste feestgangersde vermoeidheid toe te slaan naarmate het later wordt. Op detrappen en langs de muren zitten steeds meer mensen ineengedokenvoor zich uit te kijken. Een paar jongens kunnen nauwelijks meer ophun benen staan en zwalken door de gang. Maar als er door eenbotsing bijna gevochten gaat worden houden omstanders de jongensuit elkaar. "Doe niet zo raar joh, ga even zitten, neem een slokjewater." Het loopt met een sisser af.

Studente pedagogiek Christa Volmanbeck is druk bezig de stapelingevulde formulieren te beschermen tegen plenzen cola en bier. Eenjongen leent een potlood om zijn blowtje aan te duwen. Als delaatste enquetes ingevuld zijn begeven de onderzoekers zich rondvieren naar de uitgang. In de hal danst een meisje op blote voeten,naast de toiletten ligt een plasje kots. Het feest gaat nog totzeven uur door.


'Over tien jaar zijn het brave huisvaders'

Onderzoekers Tom ter Bogt en Rutger Engels leiden het onderzoeknaar xtc-gebruik onder jongeren op dansfeesten. De studentespedagogiek Godelieve van Geldrop (23) en Christa Volmanbeck (21)ondersteunen hen met een enquete-onderdeel over de invloed van xtcop de beleving van vriendschap. Over dit onderzoek zullen zijuiteindelijk hun scriptie schrijven.

Het onderzoek is in het najaar begonnen en Ter Bogt en Engelshopen het voor de zomer af te ronden. Het team bezoekt een aantalgrote feesten om daar ter plekke de enquete af te nemen.

De vragen in de enquete betreffen achtergrondgegevens van derespondent, motieven voor gebruik of niet-gebruik, effecten enverwachte effecten, persoonlijkheid van de respondent en belevingvan vriendschap. Ter Bogt: "We vermoeden op basis van eerderetesten dat gebruikers positiever zijn over de effecten van xtc.Niet-gebruikers zijn juist banger voor de negatieve effecten:fysiek ongerief en een soort psychische kater."

Ook de verschillende jeugdculturen die xtc gebruiken worden inkaart gebracht. Ter Bogt: "We proberen te achterhalen in hoeverrextc-gebruik samengaat met het gebruik van andere drugs zoals cocaneen speed. Groepen die hiermee grote risico's nemen willen weidentificeren." Dat doen de onderzoekers door achtergrondgegevenszoals opleiding, leeftijd en gebruikspatroon te vergelijken.

In april bezochten de docenten een congres in Zweden overjeugdculturen en drugsgebruik om hun eerste resultaten tepresenteren. De uiteindelijke resultaten zullen worden gepubliceerdin wetenschappelijke tijdschriften.

Het onderzoek is uniek in zijn soort omdat er nog niet vaak opeen systematische manier onderzoek is gedaan op party's zelf.Volgens Engels komt dat doordat een dergelijk type onderzoek inveel landen op ethische bezwaren stuit. "In veel landen is xtcnatuurlijk hartstikke verboden. Nederland is gelukkig een tolerantland maar we nemen de enquete wel anoniem af. En we hebben voorafuitgezocht hoe het juridisch zit: kan de politie onze gegevensinnemen en gebruiken voor vervolging? Zo'n ingevulde enquete isnatuurlijk eigenlijk een schuldbekentenis."

Engels vindt het leuk om de feesten te bezoeken. "Het is nietmijn soort muziek, maar ik vind het geweldig om die mensen te zien.Er valt geen onvertogen woord. Xtc is een harddrug en daar wordtvaak raar naar gekeken terwijl er nauwelijks ongelukken meegebeuren. Deze mensen zijn nog jong en willen feesten. Over tienjaar is het grootste gedeelte van die jongens braaf huisvader."

Eva Houtsma

Cricketster Maartje Koster na afronden studie in de lappenmand: Crack op krukken

Cricketster Maartje Koster na afronden studie in de lappenmand:Crack op krukken

De geboren Utrechtse (26) kan zich het moment nog makkelijk voorde geest halen. We waren met het Nederlands team in Pakistan. Ikhad al een tijdje last van die knie. In de zesde wedstrijd zei ieopeens knak. Ik dacht eerst nog aan een meniscus, maar het bleekeen scheurtje in mijn kruisband te zijn. Het cricketseizoen, datafgelopen maand begonnen is, zal Koster aan zich voorbij moetenlaten gaan. Daar gaat een dikke streep doorheen. En dat is goedbalen, ik had er erg veel zin in. Zodoende hanteert de tegenwoordigin Amsterdam wonende Koster voorlopig krukken in plaats vanbats.

Jongensteam

Al op zesjarige leeftijd werd Maartje Koster door haar vaderaangemeld bij de cricketafdeling van Kampong. Na enkele jarengemengd cricket werd ze op haar tiende ingedeeld bij de jongens,omdat er domweg geen pupillenteams voor meisjes waren. Na een jaarhad ze er genoeg van en richtte ze zich op hockey. Ik ben op mijnveertiende eigenlijk toevallig weer begonnen, omdat ik ook hockeydebij Kampong.

Vanaf dat moment ging het rap met haar cricketloopbaan. Naenkele jaren bij de nationale jeugdselecties volgde op haarnegentiende een uitnodiging voor het grote Oranje, waar Kosternooit meer uit is verdwenen, al heeft ze Kampong inmiddels verruildvoor VRA in Amstelveen. Achter haar naam prijken ondertussen dertiginterlands.

Het Nederlands team voerde Koster onder meer naar India,Pakistan, Sri Lanka, Engeland, Nieuw-Zeeland en Australie. Landenwaar cricket op een compleet ander niveau wordt gespeeld enbeleefd. In sommige landen weet je niet wat je meemaakt, zegtKoster. Het publiek is er hondsfanatiek. Pakistan bijvoorbeeld:daar breken regelmatig relletjes uit op de tribune, zoals hier bijvoetbal gebeurt.

De tournees met Oranje openden Koster de ogen. In 95, tijdenshaar derde studiejaar, zette ze haar studie stop om haar geluk inAustralie te zoeken. Cricket, reizen en werken. Ik logeerde bijtwee Australische cricketsters die in Nederland hadden gespeeld. Ikging naar Sydney om een betere cricketster te worden. Het was eenongelofelijke ervaring om daar te kunnen spelen. Bij internationaleherenwedstrijden in de Sydney Cricket Ground zitten erveertigduizend man op de tribune. Ik heb er veel geleerd. Laterverbleef Koster ook nog voor langere tijd in India enNieuw-Zeeland.

Wereldtop

Na een verblijf in een van de topcricketlanden volgdeonvermijdelijk de terugkeer naar Nederland, waar cricket in de ogenvan de goegemeente synoniem is voor dodelijke saaiheid. Koster kentde vooroordelen. Het spel met de witte mannetjes, er gebeurt niks,niemand snapt het. Opvallend is dat je verkocht bent zodra je jevoor de sport gaat interesseren. Het is niet voor niets depopulairste sport in een groot deel van de wereld. Feit blijft datNederland als non-cricketland (plusminus zesduizend actievespelers) nooit aansluiting bij de wereldtop zal vinden. Landen alsAustralie of Nieuw-Zeeland zullen we niet gauw verslaan, nee. Danmoet cricket eerst een echte sport worden in Nederland, steltKoster. Er zijn wel projecten om mensen aan het cricketen tekrijgen, maar waarschijnlijk is de uitstraling van cricket nietaantrekkelijk genoeg voor Nederland. Misschien is het te Brits.

Het gapende gat met de wereldtop weerhoudt Koster er niet van omzich in te blijven zetten voor Oranje. Natuurlijk is het wel eensmoeilijk te beseffen dat Nederland zijn beperkingen heeft. Maar hetheeft geen zin je daarover op te winden: het is nu eenmaal zo. Maardan kan je nog wel goed presteren naar je eigen standaard. Het ishoe dan ook fantastisch om tegen een land als Australie te kunnenspelen. In de toplanden zijn cricketers atleten die elk onderdeelvan het spel beheersen. Dat is een genot om naar te kijken.

Fysiotherapeut

In november vorig jaar studeerde Koster af in de Klinische- enGezondheidspsychologie, net voor het WK in Nieuw-Zeeland. Decombinatie sport-studie heeft Koster naar eigen zeggen nooit vooronoverkomelijke dilemmas gesteld. Ik heb sport altijd op een gezet,maar daar heeft mijn studie nooit heel erg onder geleden. Het valtprima te combineren, al moet ik zeggen dat ik veel medewerking hebgekregen van docenten. Het WK in India in 1997 viel bijvoorbeeldmidden in een tentamenperiode. Die tentamens kon ik laterinhalen.

Momenteel vult Maartje Koster haar tijd met het bezoeken van defysiotherapeut, in de hoop op tijd fit te raken voor het EK inEngeland in augustus. Stiekem mik ik toch op dat kampioenschap. Ikwil er niet aan denken dat ik dat niet haal. Daarnaast is ze bezigmet de voorbereidingen op een postdoctorale opleiding. Ik zou graagdoorstuderen voor gezondheidszorgpsycholoog." Gaat cricket dan opeen lager pitje? Nee, knikt Koster beslist. Daar is het veel teleuk voor. Ik heb nog een paar jaar te gaan. Voorlopig houd ik erniet mee op, tenzij mijn lijf uit elkaar dondert.

Michiel van Ruitenbeek

Studente zoekt geluk in het boeddhisme: 'De kans dat ik ooit weer naar de universiteit ga, is nihil'

Studente zoekt geluk in het boeddhisme: 'De kans dat ik ooitweer naar de universiteit ga, is nihil'

"Natuurlijk ging ik naar de universiteit. Je hebt talent en datmag je niet verspillen, dat is wat de maatschappij je voorspiegelt.Studeren hoorde bij de algemene opvoeding, een verplicht nummer. Ikging naar school met het idee dat je daarna vrij was. Wat dievrijheid precies inhield, daar dacht ik niet eens concreet over na.Het was een soort ideaalbeeld. Al in de laatste klas van de lagereschool zei ik tegen mijn ouders dat ik een jaar naar het buitenlandwilde. Dat ging natuurlijk niet door, maar na 4 vwo had ik er echtgeen zin meer in. Omdat mijn ouders niet wilden dat ik een jaar zoublijven zitten, ben ik toen naar een highschool geweest.

"Na de middelbare school wilde ik door, door, door. Zo snelmogelijk die opleiding afronden. Wat ik wilde studeren, wist ikhelemaal niet. CKI leek me leuk: beetje psychologie, filosofie enwat met computers. Mooie combi, dacht ik. In 1998 begon ik maar hetbeviel helemaal niet. Toen heb ik de rest van het trimester lopenlanterfanteren en me kut gevoeld. Alle studies bekeken enweggestreept, psychologie bleef over. Dus in het tweede trimesterdaar ingestroomd.

"Stiekem hoopte ik dat het nu allemaal zou beginnen, maar ikwerd totaal niet gestimuleerd, de stof interesseerde me matig en indie grote collegezalen was totaal geen ruimte voor discussie.Natuurlijk kan een studie geweldig zijn en ik zeg niet dat deuniversiteit niets te bieden heeft. Alleen niet voor mij. Na mijntweede jaar had ik mijn propedeuse en een trimester gehaald. Ik wasme ondertussen af gaan vragen of mijn redenering wel klopte. Wantals ik eenmaal klaar was, moest ik gaan werken en dat was nou ookniet echt mijn idee van vrijheid.

Nepal

"Een tijdje weggaan trok me dus aan. Met mijn toenmalige vriendbesloten we drie maanden op reis te gaan. Precies zo gepland dat ikna de reis weer verder kon met mijn studie. Samen hebben we zittenbedenken waar we heen zouden gaan: Peru, India, China. Uiteindelijkwerd het Nepal.

"Het was zo'n reis die veel studenten maken tijdens hun studie.Standaard toeristen die hun kijk op de wereld eventjes verruimen endaarna teruggaan. We hadden niets geregeld behalve eenretourticket, want in de 'Lonely Planet' stond dat je overal welkon slapen. Nou, wij zouden het gewoon laten gebeuren. De vrijeloop.

"De eerste maand hebben we rondgereisd. Tenslotte hadden we nogdrie weken over. Ik vroeg me af wat ik daarmee ging doen. Ikbesloot een cursus boeddhisme te volgen, had ik dat ook meteenmeegepikt. Een monnik wees me de weg naar een klooster waar jezeven jaar lang vier maanden per jaar intensief met boeddhismebezig kunt zijn. Ik had wel eens een cursus boeddhisme bij deuniversiteit gevolgd, dus ik wist intellectueel gezien wat hetinhield.

"De kern? Het leven is lijden en het lijden gaat altijd door.Van huis uit ben ik niet gelovig, maar ik heb altijd gevonden datin het boeddhisme veel wijsheid zit. De meeste mensen bij diecursus hadden zich heel lang van tevoren voorbereid. Natuurlijkzijn het zwevers en zoekers, maar ergens hebben ze het ookgevonden. Ik was de enige die gewoon eens drie weken wilde kijkenwat het boeddhisme inhield.

"In dat klooster begon je met Tibetaanse, zangerige gebeden:'Mag ik van deze les zoveel mogelijk opsteken', blablabla. Onderleiding van iemand die ver gevorderd is in het boeddhismebestudeerden we boeken. Eigenlijk net als op de universiteit dus.Maar hier zaten veel oude en jonge mensen samen op de grond en werder echt gepraat.

"Mijn relatie was al eerder uit gegaan en mijn vriend ging terugnaar Nederland. Hij kon niet meegaan in het boeddhisme, het wasecht mijn ding. Ik realiseerde me dat ik me daar veel meer op mijnplaats voelde dan op de universiteit. Ik was niet echt op zoek naarredding of iets dergelijks, ik hoopte gewoon meer grip op het levente krijgen. Toch wilde ik gewoon terug naar huis en deuniversiteit, met de twijfels hoe ik het boeddhisme in mijn verdereleven een plaats moest geven.

Lef

"Net na kerst kwam ik thuis. Pas daar ging ik nadenken.Eigenlijk was ik alleen maar op zoek naar een alternatief voor diecursus in het klooster. Toen dacht ik: dan moet ik gewoon terugnaar Nepal. In vier weken was alles geregeld. Uitgeschreven bij deuniversiteit, kamer opgezegd, alles.

"Tja, de reactie van de omgeving... mijn moeder wilde dat ik ergoed over nadacht en in tweede instantie zei ze dat ze wilde dat zezelf het lef had gehad zoiets te doen toen ze jong was. Mijn vaderwas heel negatief, begreep er niets van. Met boeddhisme kun je geenbaan krijgen. Maar ik hoef niet rijk te worden en huisje, boompje,beestje te hebben. Bovendien kun je financieel gezien je hele levenboeddhisme bestuderen als je niet zulke hoge materiele eisen stelt.Als je per jaar twee maanden in het westen werkt, heb je hetjaarinkomen van een Nepalees.

"Veel van mijn vrienden hadden bij terugkomst gemerkt hoe ikstraalde en in balans was. Anderen begrepen het niet. Probeerde meweer op het goede pad te brengen of voelden zich beledigd omdat zedachten dat ik de universiteit niets vond.

"Toen ik voor onbepaalde tijd terug naar Nepal ging, voelde datheel anders dan de eerste keer. Totale vrijheid is lastig. Nietzozeer eng, maar je bent helemaal op jezelf teruggeworpen. Ikhaalde bijvoorbeeld een deel van mijn eigenwaarde uit het feit datik aan de universiteit studeerde. De identiteit van student was ikkwijt. Net na de douane las ik de afscheidsbrieven vanvriendinnetjes en toen heb ik hard gehuild. Maar op het vliegveldin Nepal heb ik alleen maar gelachen: ik was terug, ik had gedaanwat ik wilde!

"In Nepal heb ik nog twee maanden dezelfde cursus gevolgd. Vande andere cursisten gingen sommigen daarna reizen, anderen gingennaar huis. Ik wilde samen met een Amerikaanse jongen naar India omTibetaans te leren. Ik had een visum voor zes maanden en moest detijd overbruggen tot het jaar erop opnieuw de cursus begon.

"Nu zit ik weer in Nederland. Die jongen waarmee ik inmiddelseen relatie had gekregen, bleek psychisch totaal niet in orde. Hijraakte letterlijk en figuurlijk helemaal de weg kwijt. Ik wist maareen ding: hier moet hij niet blijven. Na twee dagen India ben ikmet hem naar Nederland gegaan. Waar hij nu is, weet ik niet. Hij isin Nederland zijn eigen weg gegaan. Ikzelf moet van mijn tijd inNederland het beste zien te maken. Ik ga werken, naar hetOerol-festival, fietsen naar Denemarken en in retraite in eenklooster.

"Het prettigste hier is de luxe. Geen darmproblemen, drinkbaarwater, niet wachten op een warme douche, niet de rijke westerlingzijn die geld uit de zak geklopt moet worden.

"Als de cursus begint, ga ik terug naar Nepal. Of eerder, ik ziewel. Ik denk erover Tibetaanse medicijnen te gaan studeren inIndia, daar kan je zelfs in Nederland een baan mee krijgen. De kansdat ik ooit weer naar de universiteit ga, is nihil. Boeddhisme isvoor mij meer wetenschap dan psychologie. Bovendien: de zin van hetleven is het geluk te vinden. Dat vind ik in het boeddhisme. Eendoctorandustitel is voor mij vooral een papiertje."

Christie Hofmeester

Feestelijke opening busbaan: meer comfort en ietsje sneller

Feestelijke opening busbaan: meer comfort en ietsjesneller

Lijn 11 zit op de zondagmiddag van de opening stampvol. Er zijnveel belangstellenden afgekomen op het gratis ritje dat tussentwaalf en vijf door het GVU is aangeboden. Van het Centraal Stationtot De Uithof rijdt de bus nu ongehinderd door wegwerkzaamheden enomleidingen flink door. "Het zijn voornamelijk mensen die langs debusbaan wonen", zegt buschauffeur Manse. "Die willen nu wel eenszien waarvoor ze zich twee jaar geergerd hebben. Verder heb ik veelbejaarden gezien. Die zijn dol op dit soort gratisevenementen."

Manse is zelf gematigd enthousiast over de nieuwe busbaan. "Erwordt gezegd dat er nu geen auto's meer over de baan mogen rijden,maar als ik van elke automobilist die er vandaag overheen reed vijfgulden zou krijgen, was ik nu rijk." Hij kan geen eenduidigantwoord geven op de vraag of de nieuwe busbaan een verbetering is."Dat zou je me over een maand nog eens moeten vragen. De zondag isgeen representatieve dag. Daarom kan ik nog niet goed oordelen ofde voordelen van het HOV opwegen tegen alle nadelen die het in debinnenstad heeft opgeleverd."

Buschauffeur Piet van der Hoven ziet de toekomst van het HOV(Hoogwaardig Openbaar Vervoer) met vertrouwen tegemoet. "De rit isnu helemaal voor de bus. Geen ergernissen meer voor passagiers enchauffeurs", zegt hij tevreden. "Het stukje onder de Berekuil dooris een echte attractie geworden. De adviessnelheid daar is 50 kmper uur. Dat betekent toch nog behoorlijk sturen door die scherpebocht", zegt Van der Hoven lachend. Iets anders waar hij zich opverheugt zijn de nieuwe bussen, die in 2002 komen. "In een nieuwebus rijden is natuurlijk altijd een ervaring. Vooral als het eenhypermoderne HOV-bus betreft!"

Vee

Bij het Wilhelmina Kinderziekenhuis staat een poffertjeskraam eneen informatietent waar gratis drankjes worden verstrekt. Voor deinformatie is weinig belangstelling, voor de poffertjes en drankjesdes te meer. "Ach, het is een verzetje voor de kinderen", glimlachtKees de Graaf, die samen met zijn twee zoontjes rondslentert. "Datlijkt mij een hele legitieme reden. Bovendien was ik wel benieuwdnaar de projecten die er nu nog aan zitten te komen. En het wasleuk om onder de Berekuil door te rijden. De situatie daar is sterkverbeterd", zegt hij. "Maar of dit alles nu veel tijdwinst heeftopgeleverd?"

Over de tijdwinst kan getwist worden. Dat geeft ook P.G. Peters,directeur van het GVU grif toe. "Bus 11 rijdt wel iets sneller,maar veel scheelt het niet. Dit komt vooral omdat het aantal haltesniet is verminderd, maar er meer zijn bijgekomen." HOV staatvolgens hem echter voor veel meer dan snelheid alleen. "Het staatook voor informatie en comfort. De passagiers moeten het gevoelkrijgen dat ze klnt zijn. En geen vee, wat je in de lijn 12ziet."

De nieuwe busbaan is slechts het startsein voor een reeksvernieuwingen die er nog aan zitten te komen. "We werken nu aan eennieuwe route voor de 12. Deze moet een heel eind langs het spoorgaan lopen, wat flink wat tijdwinst zal opleveren. Verder moet erbinnen een jaar dynamische reizigersinformatie zijn, in de vorm vandisplays met daarop de haltes, de actuele aankomsttijd van de busen een computerstem die de haltes omroept", vertelt Peters trots.Ook zijn er 15 nieuwe dubbelgelede bussen besteld, die in de zomervan 2002 op lijn 12 zullen gaan rijden. "Deze bussen hebben veelmeer ruimte, comfort en extraatjes. Pas wanneer deze bussen rijdenkunnen we cht spreken van HOV", aldus de directeur van het GVU.

Het zal de mensen bij de poffertjeskraam ondertussen worst wezenof ze HOV rijden of niet. "Mijn poffertjes zijn helemaal nietgaar", moppert een oude vrouw. Haar naam wil ze niet vertellen,"want er wordt zo snel gekletst". Ze had in het 'Stadsblad' gelezendat er deze middag gratis vervoer, hapjes en drankjes waren. "Ikwist helemaal niet dat er een 'lachbus' en een 'luisterbus'rondreden. In mijn bus stond een of andere dichter", vertelt zetussen het eten en drinken door. "Niet helemaal mijn smaak, maar zometeen ga ik in de lachbus. Daar zit een komediant in ofzoiets."

Inderdaad bevat de volgende bus richting stad eencomedy-artiest. Maar of de oude dame hier nu blij mee moet zijn? Degrapjes blijken niet erg aan te slaan bij de passagiers en delolbroek, Wilko Terwijn, neemt al snel zijn toevlucht tot degrovere lol. Wanneer een oudere Duitse man niet mee wil doen met defrivoliteiten vliegen er al snel nazigrappen door de bus. "Wil jede megafoon even lenen? Dat is een vrij nazistisch werktuig. Bam!Bam! Bam!" Er ontstaat een gespannen sfeertje in de bus. Wanneer erovergestapt kan worden op de luisterbus halen de voornamelijkoudere mensen opgelucht adem.

In de luisterbus draagt dichter Erik-Jan Harmens zijn gedichtenvoor. "Ik voel me vereerd dat de gemeente Utrecht mij hiervoorheeft gevraagd. Een erg leuk initiatief", zegt Harmens. Destudenten Myra van Leeuwen en Sing Chien Yap luisteren aandachtig.Zij zijn als student vandaag sterk in de minderheid tussen alleouderen. "Ach, dat is weer eens wat anders", roept Myra. "Het iseen leuke zondagmiddagbesteding om te kijken naar de nieuwebusbaan. Ik ben verder niet echt op de hoogte van de vernieuwingen,maar het is wel gezellig." Sing voegt eraan toe dat hij normaalgesproken "eigenlijk altijd met de fiets naar De Uithof gaat"."Maar de poffertjes smaakten goed hoor!"

Croissantjes

Maandagmorgen kunnen de vele reizende studenten profiteren vande nieuwe busbaan. Vanaf half acht 's ochtends staan GVU-directeurPeters en ing. Schrakamp, projectmanager HOV, 15.000 croissantjesuit te delen aan mensen die in de 11 stappen. Vier actricesvoorzien ook passagiers van andere buslijnen van een gratisontbijtje. "Lekker en leuk hoor, deze actie", smult Ineke, studentegeneeskunde. Peters is ondertussen druk bezig om mensen croissantsin de handen te duwen. "Ja, als ik hier niet de hele dag wil staan,moet het wel op een agressieve manier", lacht hij, terwijl hijiemand op de rug tikt die nog geen broodje in zijn handen heeft."Hoppa, weer eentje minder!"

De actie slaat goed aan bij de studenten, want de 11 lijkt eenstuk drukker dan normaal. Schrakamp kijkt onder het uitdelen doorvol verwondering naar een kleine Chinese man, die al voor devijftiende keer langskomt voor een lekkernij. Aan zijn arm hangteen uitpuilende plastic zak. "Die man bljft langskomen!" roept deprojectmanager verbaasd. "Ik wil wedden dat hij ze straks gaatverkopen op de perrons", antwoordt Peters gevat. Ze zijn het erovereens dat de opening van de busbaan zeer soepel is verlopen. "Alleswas op tijd klaar, de gratis ritjes waren een overweldigend succesen de croissantjes vliegen weg. En de bussen rijden zonderoponthoud, niet te vergeten." Het wachten is op de vernieuwingendie er nog aan zitten te komen. De 11 is in ieder geval 'back inbusiness'!

Fleur Baxmeier

RSI: ook studenten hebben recht op een veilige werkplek

De vereniging van universiteiten liet verstek gaan bij depresentatie van het zwartboek. LSVb-bestuurslid Ruben Post zaghierin weer eens bewezen hoe weinig belangstelling deuniversiteiten hebben voor het welzijn van hun studenten. Maar ookvan hbo-bobo De Greef, die het zwartboek in ontvangst nam, werd devakbond niet veel gelukkiger. Zijn praatje kwam er in het kort opneer dat rsi de eigen verantwoordelijkheid van de student is. Inplaats van eisen te stellen aan de instellingen kan de vakbond zichbeter richten op het voorlichten van haar studenten, vindt DeGreef. Zijn hogeschool neemt wel verantwoordelijkheid voor zijnpersoneel maar heeft met zijn studenten geen hirarchischeverhouding. De Greef voelt zich wel verplicht om zijnonderwijsklanten van goede computers te voorzien, maar hoe en hoelang ze daarachter gaan zitten, daar wil hij zich niet meebemoeien. Hij bemoeit zich er tenslotte ook niet mee hoeveel bierstudenten drinken.

De meeste aanwezigen vonden dat veel te kort door de bocht. DeLSVb wees erop dat de instellingen wel goede sier maken met deaanwezige technologie maar weigeren hun studenten te leren hoe zedaar veilig mee kunnen werken. Bovendien hebben volgens de Arbowetniet alleen werknemers maar ook studenten recht op een veiligewerkplek. In het curriculum van de meeste opleidingen iscomputergebruik eigenlijk onontkoombaar. Sterker nog veelopleidingen lokken studenten binnen met goedkope laptopjes, bijuitstek een rsi-gevoelig apparaat. De onderwijsinstellingen zijndus ook verantwoordelijk voor de eventuele fysieke schade diestudenten oplopen doordat ze urenlang dubbelgevouwen op een nietverstelbare stoel in een slecht geventileerd computerlokaal achterhun computer zitten, vindt de vakbond.

Het zwartboek bespreekt een aantal rsi-slachtoffers opverschillende hogescholen en universiteiten. Het is extraschrijnend dat juist studenten in de laatste fase van hun studie,als ze onder hoge tijdsdruk veel uren moeten maken achter huncomputer, het slachtoffer worden en hoewel afgestudeerdwaarschijnlijk nooit hun beroep kunnen uitoefenen.Natuurkundestudente Carlijn Langeveld liep de ziekte naar eigeninzicht op tijdens het uitwerken van een computeropgave waarmee inde regel wel een aantal dagen computerwerk gemoeid is. In decomputerzalen waren bovendien de bureaustoelen niet in hoogteverstelbaar en de monitoren stonden overal te laag.

Langeveld heeft haar ziekte direct bij de faculteit gemeld. "Endie schrokken zich het apelazerus", vertelt ze. Er zijn nu overalmonitorsteuntjes gekomen en er zijn nieuwe stoelen besteld.Langeveld is inmiddels wel studievertraging aan het oplopen. Ze kaneen in totaal een uurtje per dag achter een computer werken enheeft haar afstuderen uit moeten stellen. Ze pleit ervoor om bijalle studierichtingen tijdens de computercursussen een onderdeelrsi-preventie verplicht te stellen. Met alleen een foldertje kom jeer niet bij studenten, denkt zij.

De eerste rsi-folder van de universiteit, gericht op studenten,ligt juist bij de drukker. Studentenpsycholoog en medewerker vanhet Studenten Service Centrum Fokke Dijkstra heeft zich daarmeebezig gehouden. Volgens Dijkstra komen studenten, zoals Langeveld,in principe in aanmerking voor afstudeersteun. Hij is blij dat deUniversiteit Utrecht er in het zwartboek redelijk goed vanaf komt.Hij is ook de eerste om toe te geven dat het rsi-beleid op deuniversiteit voor studenten nog in de kinderschoenen staat. Er zalnaast die folder ook veel instructie moeten worden gegeven.Dijkstra wijst er wel op dat er naast heel veel media-aandacht voorrsi nauwelijks wetenschappelijk onderbouwde cijfers over de ziektezijn. Zelf vraagt hij studenten op zijn spreekuur altijd naarfysieke klachten. Sinds november hebben er welgeteld twee studentenaangegeven last te hebben van rsi.

Jurgen Swart

Belangstellenden kunnen het zwartboek 'RSI doorschuld' vinden op http://www.lsvb.nl/.

Oceanografen voorspellen gedrag van wereldzeeen met nieuwe onderzoekmethode: 'Wij pakken het op een veel fundamenteler niveau aan'

Oceanografen voorspellen gedrag van wereldzeeen met nieuweonderzoekmethode: 'Wij pakken het op een veel fundamenteler niveauaan'

Onderzoek naar oceanen is hot in wetenschapsland. De wereldzeeenspelen een grote rol bij het transport van warmte over de aardbol,en zijn daarom een belangrijk onderdeel van het klimaatsysteem. Zois bijvoorbeeld de Warme Golfstroom, die vanaf de oostkust van deVerenigde Staten richting Europa stroomt, voor een groot deelverantwoordelijk voor het milde klimaat in West-Europa. Katsmanlegt uit: Als je naar infraroodopnames kijkt, gemaakt door eensatelliet, kun je zien dat die Golfstroom in feite een warme rivieris, omringd door de veel koudere oceaan. Het water in de Golfstroomis ongeveer acht graden warmer dan het omringende water. En hijstroomt heel hard, gemiddeld zon 65 miljard liter water perseconde. De Yang Tze, een van de wildst stromende rivieren op hetland, verplaatst zon drie miljard liter water per seconde. Door dieGolfstroom wordt dus een enorme hoeveelheid warmte getransporteerd.Het punt is alleen dat de Golfstroom, en andere, vergelijkbarestromingen, geen vaste loop hebben, in tegenstelling tot derivieren op het land. Ze blijven wel zon beetje in dezelfde buurtliggen, maar ze lijken eigenlijk meer op een wapperende vlag dan opeen rivier. Ze stulpen uit, verplaatsen zich en wervelen door deoceaan. Die processen verlopen soms in tijden van maanden, soms ookin tientallen jaren en ze beinvloeden het klimaat."

Pioniersproject

Dus wordt er veel geld en tijd gestoken in de zoektocht naarmodellen die het gedrag van stromingen in de oceanen kunnenbeschrijven. Dr. ir. Henk Dijkstra van het Utrechtse Instituut voorMarien en Atmosferisch onderzoek (IMAU) en een van de co-promotorenvan Katsman en Schmeits, wist vijf jaar geleden eenNWO-pioniersbeurs in de wacht te slepen voor een nieuwe benaderingin dit veld. De meeste gangbare modellen voor het gedrag van deoceanen, zijn beschrijvend van aard. Er worden een hoop metingengedaan, die achteraf worden geinterpreteerd. Binnen hetpioniersproject hebben we dat omgekeerd. We gaan zeg maar terugnaar de wetten van Newton en proberen van daaruit te voorspellenhoe water zich onder bepaalde omstandigheden gedraagt. Vervolgenskijken we naar de resultaten van metingen in de oceaan, om te zienof we die processen ook in de werkelijkheid terug kunnen vinden,aldus Dijkstra.

Voor Katsman betekende die nieuwe aanpak, dat zij zich deafgelopen vier jaar bezig hield met de vraag hoe vloeistof zichgedraagt onder invloed van wind in een vierkante bak met water. Wiedaarbij visioenen krijgt van de onderzoekster getooid metzuidwester achter een aquarium, komt bedrogen uit. Nee hoor, ik hebgewoon de hele tijd achter de computer gezeten, zegt de Utrechtsedroog. Voor haar onderzoek maakte zij gebruik van virtuele modellenvan een dergelijke opstelling, gebaseerd op wiskundige techniekenuit de dynamische systeemtheorie. En, voegt zij daar aan toe, devloeistof in die virtuele bakken is meer te vergelijken met stroopdan met water.

Daar hebben we voor gekozen omdat water z beweeglijk is dat hetmoeilijk is om in die chaos een lijn te ontdekken. Een stroperigevloeistof is veel minder beweeglijk, waardoor je de chaosvermindert en het beeld veel rustiger en dus duidelijker wordt,legt zij uit. Bovendien kunnen de meetpunten in de minderbeweeglijke stroperige vloeistof verder uit elkaar liggen, wat ookeen voordeel is. Hoewel de computers waarmee wij werken veel meercapaciteit hebben dan de gemiddelde pc, kunnen ze toch maar eenbeperkte hoeveelheid gegevens aan. Als de meetpunten verder uitelkaar liggen, heb je er minder van nodig, en heb je meer ruimteover om andere variabelen in je model in te voeren."

Patronen

Katsman concludeerde dat de stromingen in de vloeistofmeanderende patronen volgen. Daarbij blijken er een stuk of viervaste patronen telkens terug te keren. En het goede nieuws is, datdiezelfde patronen ook terug te vinden zijn in de metingen uit dewerkelijkheid, vertelt Katsman. Dus onze aanpak lijkt te werken."Dijkstra zelf is nog enthousiaster. Het is veel mooier geworden danik in het begin had gehoopt. Nadat Caroline op een heel simpelniveau begon, zijn we verder gegaan door het model steeds meer aante passen aan de werkelijkheid."

Zo promoveerde Maurice Schmeits vorige week op de te verwachtenstromingen in een model dat is aangepast aan de kustlijn van deVerenigde Staten. Ook daaruit kwamen resultaten voort die terug tevinden zijn in de werkelijkheid. En zo zijn we steeds meer facettenaan het model aan het toevoegen, om de waarheidsgetrouwheid verderop te voeren, legt Dijkstra uit. Anderen zijn bijvoorbeeld bezig omde stromingen in de diepere lagen van de oceaan in het model op tenemen."

Zijn ambities blijken groot. Ik denk dat het mogelijk moet zijnom op den duur via onze methode een theorie op te stellen over deoceaancirculaties over een tijdsduur varierend van een tot duizendjaar, zegt hij. Om er onmiddellijk aan toe te voegen: Maar wat wijdoen is natuurlijk niet zaligmakend. Allerlei andereonderzoeksgroepen zijn ook met nieuwe methodes bezig. Het is zoncomplex probleem, iedereen moet steentjes bijdragen aan de totaleoplossing."

Dijkstra vermoedt overigens dat het nog wel even zal duren voorde waarde van deze nieuwe aanpak overal is doorgedrongen. Wijpakken het op een veel fundamenteler niveau aan dan de meesteoceanografen. Dat heeft denk ik te maken met het feit dat ikoorspronkelijk uit een hele andere hoek kom, die van de toegepastewiskunde. Daar zijn dergelijke methoden redelijk gangbaar. Het isalleen nog niet zo vaak in dit veld gebruikt." Hij vindt het danook niet verrassend dat in eerste instantie wat sceptisch naar denieuwe opzet werd gekeken. Het had mis kunnen lopen, omdatbijvoorbeeld onze modellen veel te simpel hadden kunnen blijken.Dan zou er in de werkelijkheid niets van zijn terug te vinden. Maarwe merken nu dat er de laatste twee jaar aanzienlijk meer interesseis gekomen uit de rest van de wetenschappelijke wereld.


Het klimaatsysteem

Het klimaatsysteem bestaat uit verschillende componenten dieelkaar onderling beinvloeden: de atmosfeer, de oceanen, deijskappen, en de vegetatie op het land. Wetenschappers doen sindsde jaren zestig verwoede pogingen om dit systeem te vangen incomputermodellen. Daarmee zou kunnen worden voorspeld wat eengeconstateerde verandering voor effect heeft op het geheleklimaatsysteem. Een verschijnsel als bijvoorbeeld El Nino datbegint met een stijging van de temperatuur van het oppervlaktewaterbij Peru zou dan voldoende tijdig kunnen worden aangekondigd, zodatbijvoorbeeld de landbouw in Indonesie zich voor kan bereiden op eendroge tijd.

Bovendien wordt inmiddels algemeen aangenomen dat ook de menshet klimaat beinvloedt. In de industrie en in huishoudens wordenbrandstoffen gebruikt die zorgen voor een toename van kooldioxidein de atmosfeer. Dit zogeheten versterkte broeikaseffect zougemiddeld een stijging van de temperatuur over de gehele aarde totgevolg hebben. Lokaal zou het echter grote verschillen intemperatuur kunnen veroorzaken. Om te achterhalen of dit effectbestaat, en hoe groot dat effect is, is het noodzakelijk om teweten welke variaties in het klimaat het gevolg zijn vannatuurlijke processen.

Hanneke Slotboom