Achtergrond

Roos voelt zich geen dom model

"ARD Department zoekt voluptueuze studentes met lang haar dienaakt model willen staan voor kunstreproducties en -kaarten." Depersoneelsadvertentie die eind januari in het U-blad verscheen wasaanleiding om een kijkje in de keuken te nemen van ARD Department.ARD blijkt geen dubieuze firma waar blote vrouwen in een donkerkamertje op een oude vieze stoel moeten poseren voor pornografischeafbeeldingen.

Ger Doornink is een van de associates van het pas opgerichte ARDDepartment. Het bedrijf produceert commerciële kunst voorgaleries en winkels. Doornink maakt schilderijen, die vaakgebaseerd zijn op foto's van modellen. Meestal zijn het vrouwen dievoor de foto's en schilderijen poseren, soms ook mannen.

Roos (24 jaar) studeert communicatie in Amsterdam. Ze loopt opdit moment stage bij een reclamebureau. Ze heeft sinds 1994 eenaantal keren als model voor Ger Doornink gewerkt nadat hij contactmet haar zocht. Hij was in die tijd haar overbuurman en had haar opstraat zien lopen. Roos vond het heel leuk dat hij haar belde. "Alsklein meisje droomde ik er al van om fotomodel of stewardess teworden en dat soort dingen, weet je wel. Maar ja, ik heb maat 42,dus dat houdt dan wel op." Ze heeft niet vanaf het eerste momentbloot geposeerd maar dat is een geleidelijk proces geweest.

Roos heeft haar familie gelijk verteld dat ze als model gingwerken. "Daar hamert Ger ook op. Maar ik heb ze niet alles verteld.Als je net op kamers bent, maken ze zich toch al snel zorgen: 'Pasje wel goed op jezelf?'." Haar vriend is wel eens mee geweest toenze ging poseren voor Doornink. Hij heeft toen de resultaten van eeneerdere sessie bekeken en was enthousiast over het resultaat. Hijheeft er geen problemen mee dat Roos dit werk af en toe doet.

Zelf doet ze het ook met veel plezier. "Het voelt niet echt alswerk. Ik kom binnen en dan gaan we eerst een kopje thee drinken ofeen boterhammetje eten. Het is heel gezellig allemaal." Belangrijkvoor Roos is ook dat ze zelf kan bepalen wat ze wel en niet wildoen. Als ze iets niet wil, dan gebeurthet niet. Daarom voelt zezich absoluut geen dom model. Ze denkt mee tijdens het werk enDoornink hecht waarde aan haar mening. "Hij zegt altijd: 'Jij bentmijn doelgroep: een jonge, hoger opgeleide vrouw'." Heteindresultaat van het werk vindt Roos mooi. "Het is vaak zo andersdan je in gedachten had. De foto's zijn vrij hard door debelichting, maar de schilderijen die Ger van de foto's maakt, diezijn heel anders."

Doornink zal nooit platte naakten afbeelden. Schoonheid en deintegere uitstraling van de reproductie zijn belangrijk. Deverkoopcijfers (vooral in Italië en Duitsland) tonen aan datdat ook commercieel gezien geen slechte invalshoek is. Want hoeexplicieter en realistischer een afbeelding is, hoe minder goed hetverkoopt.

Freaks

De modellen die Doornink zoekt, moeten - zoals uit deadvertentie al duidelijk werd - een klassieke uitstraling hebben enniet al te slank zijn. Doornink houdt van classicistische kunst enheeft een voorliefde voor Italië en de sfeer van het land. Hetis niet gemakkelijk om een goed model te vinden. Zo'n twintigprocent van de reacties op een advertentie bestaat uit meisjes dieniet geïnteresseerd zijn in het werk of het resultaat daarvanmaar alleen in de verdiensten. Die vallen voor Doornink gelijk af.Naast een kleine groep enge freaks (vaak mannen) reageert er ooknog een grote groep serieuze kandidaten die over het algemeenbelangstelling heeft voor kunst en mooie dingen. Maar van devijftig reacties blijven er uiteindelijk maar een stuk of vier overdie als model zouden kunnen werken. Naast het bezit van juisteuiterlijke kenmerken is het ook belangrijk dat het klikt tussen dekunstenaar en het model. Er moet een vertrouwensrelatie ontstaan enals een model mee kan denken over het resultaat is dat ideaal. Hetleuke van werken met studenten is dat ze een goed stel hersenenhebben. "Het is toch zo dat je op gelijk niveau makkelijkercommuniceert."

Roos verdient ongeveer zestig gulden per uur met poseren. "Datis wel handig, want nu ik stage loop kan ik het geld goedgebruiken." Maar voor het geld alleen doet ze het niet. Ze is hetmet Doornink eens dat een model en een fotograaf of schilder hetvooral goed met elkaar moeten kunnen vinden. Daarnaast is het voorRoos ook een eer om model te zijn. "Het is zo leuk als je hetatelier binnenkomt en daar een heel groot schilderij van jou hangt.'Wauw, dat ben ik!' denk ik dan. Ja, als-ie morgen belt en vraagtof ik wil komen, dan doe ik het gelijk weer."

Lineke van den Boezem

'Offertes geven een goed beeld van je tijdsbesteding'

"Wat ik nou weer meegemaakt heb. Loop ik hetsecretariaat van het Communicatie Service Centrum binnen omdat ikeen Universiteitsgids nodig heb. Kost zo'n ding 25 gulden.Vijfentwintig gulden!!! Dat is toch te zot voor woorden? Het gaatom de telefoonnummers van de medewerkers. Dat soort informatie zoutoch gratis beschikbaar moeten zijn? Maar ja, dat krijg je met dienieuwe commerciële aanpak. Alles moet tegenwoordig geldkosten. Ik vind het je reinste waanzin."

Voor hoofd Studium Generale André Klukhuhn had het allemaalniet gehoeven, de reorganisatie van het Bureau van de universiteitdie twee jaar geleden tot gevolg had dat ambtelijke afdelingenwerden vervangen door facilitair werkende service centra. Hetbeproefde systeem van vaste budgetten per afdeling ongeacht dehoeveelheid werk, maakte toen plaats voor een meer zakelijke aanpakwaarin elke gulden moet worden verdiend en waarin elke geleverdedienst zijn prijs heeft.

Net zoals zes jaar eerder bij het Faciliteiten Bedrijf FBU gingdie meer commerciële aanpak - op de terreinen buitenland,communicatie, huisvesting en studenten - aanvankelijk gepaard metde nodige onwennigheid. Maar bij het Communicatie Service Centrum,de voormalige afdeling In- en Externe Betrekkingen, is eenmeerderheid van de 31 medewerkers inmiddels enthousiast over denieuwe werkwijze, vertelt directeur Maria Mennen.

"Natuurlijk was het in het begin even wennen. Vroeger kon men,als er een opdracht binnenkwam, meteen aan de slag, bijvoorbeeld omeen mooi boekje te gaan maken. Nu moeten de medewerkers van tevoren goed nadenken over de tijd die het ze gaat kosten, de prijsdie daarvoor wordt betaald en ze moeten ook al vrij precies wetenwat ze leveren. Wil je een zakelijke en verantwoorde offerteuitbrengen, dan kun je niet zonder vastomlijnd plan aan de ganggaan zoals vroeger nog wel eens gebeurde."

Inge Nix en Gijs de Graaf zijn als oudgedienden van het CSC tespreken over de ommezwaai, die er volgens Nix vooral toe heeftgeleid dat er nuprofessioneler wordt gewerkt. "Ik houd mij bezigmet het organiseren en publicitair begeleiden van manifestaties,zoals bijvoorbeeld de opening van het Jeugdlab in hetUniversiteitsmuseum vorige week. Twee jaar geleden zou daar min ofmeer op de gok een vast budget voor zijn uitgetrokken. Dan kon hetwel eens gebeuren dat dingen erbij inschoten. Als zo'n happeningwat duurder uitviel, besloot je om dan de koffie maar te schrappen.Of er was zo weinig tijd dat we het toegezegde 'pluggen' van degebeurtenis bij de media noodgedwongen beperkten tot eenpersbericht en een paar telefoontjes. Nu breng ik een offerte uitwaarin exact staat omschreven hoeveel koffie er wordt geschonken enhoeveel tijd er zal worden besteed aan contact met de media. Datgeeft zowel de opdrachtgever als mijzelf duidelijkheid."

Gijs de Graaf is onder meer coördinator van hetstudievoorlichtingspakket en de magazines voor scholieren. Hoewelhet college van bestuur in vrijwel alle gevallen zijn opdrachtgeveris, moet ook hij nu voor elke brochure een offerte opstellen. "Voormij is heel belangrijk dat daardoor nu ook de tijd die ik aan eenopdracht besteed, in de prijs wordt verdisconteerd. Vroeger had jehet vaak 'heel druk' met van alles en nog wat zonder dat echtduidelijk was hoe je je tijd precies besteedde. Nu geven deoffertes een goed beeld van je tijdsbesteding. Dat betekentinderdaad dat wij elke dag moeten tijdschrijven, maar dat vind ikgeen enkel probleem. De helderheid die dat oplevert, bevalt meprima."

Inge Nix: "Het is trouwens ook prettig dat we nu contact hebbenmet één concrete opdrachtgever. Daardoor wordt veelduidelijker wat er van je verwacht wordt. En als je goed werk hebtafgeleverd, krijg je dat ook te horen. Niets is zo leuk als met eenmap vol krantenknipsels bij je opdrachtgever aan te komen."

Grootste probleem met de nieuwe werkwijze is volgens Mennen hetaanleren van een andere houding. "Vandaar dat we de laatste tijdrelatief veel aandacht besteden aan trainingen en opleidingen. Wezijn begonnen met een cursus effectief communiceren, met als doelde samenwerking te verbeteren en een basis te leggen voorcommunicatie met opdrachtgevers. Ook feedback geven was hierbij eenonderdeel, opdat mensen wat minder bang worden om de kritiek diezij hebben op het werk van collega's ook te uiten. Want dat komt dekwaliteit van de producten alleen maat ten goede. Daarnaast volgenmedewerkers dit jaar cursussen op het gebied van projectmatigwerken en het leiding geven aan projecten. Later in het trajectkomt ook de hele acquisitie om de hoek komt kijken."

Op de vraag of zij nog terug zou willen naar de oude situatieantwoordt Mennen met een hartgrondig 'nooit'. Maar, is de vraag,het is toch niet leuk dat tegenwoordig voor elke zucht geld moetworden betaald? Mennen: "Het is echt niet zo dat je bij ons vooralles moet betalen. Wie hier komt voor een persbericht of voor eenadvies over een tekst wordt gewoon gratis geholpen, net alsvroeger. Deze diensten vallen binnen de pakketofferte die wijjaarlijks aan het college uitbrengen. En de Universiteitsgids? Tja,het spijt me, maar dat is niet echt een goed voorbeeld, want diegids was nu juist een van de producten waarvoor vroeger ook almoest worden betaald bij een nabestelling. Dat moet voorkomen datmensen hun gidsen al te gemakkelijk laten slingeren. Wat de gidsbetreft is er de afgelopen tijd dus juist niets veranderd."

Erik Hardeman

'Brouwer had lak aan de conventies van zijn tijd'

De grootste Nederlandse wiskundige sinds Huygens. Datis de reputatie die L.E.J. Brouwer in ons land en ver daarbuitengeniet. Onlangs voltooide prof.dr. Dirk van Dalen het eerste deelvan zijn biografie over de man die in de jaren twintig een zoeigenzinnig wiskundig systeem ontwikkelde dat de ware betekeniservan pas nu tot vakgenoten begint door te dringen.

Het leven is een toovertuin. Met wonderzacht blinkendebloemen, maar tusschen de bloemen loopen de kaboutermannetjes, daarben ik zoo bang voor, die staan op hun kop en het ergste is dat zemij toeroepen dat ik ook op mijn kop moet gaan staan, een enkelemaal probeer ik het, en ik schaam me dood; maar soms roepen dan dekabouters dat ik het heel erg goed doe, en toch ook een echtekabouter ben. Maar dat laat ik me in geen geval ooitwijsmaken.

Aldus wiskundestudent Luitzen Brouwer in 1906 in een brief aanzijn vriend, de dichter Adama van Scheltema. Een mooi citaat, vindtde Utrechtse emeritus-hoogleraar prof.dr. Dirk van Dalen. "Hetboeiende van Brouwer is dat hij niet alleen als wiskundige maar ookals mens volstrekt uniek is geweest en dat hij altijd heeftgeweigerd om zich iets van de andere 'kabouters' aan te trekken. Ikwas als student al onder de indruk van zijn wiskundige ideeën,maar van zijn persoon wist ik niet veel meer dan dat hij een koppigen eigenzinnig man was, die met iedereen ruzie maakte. Pas in dejaren zestig hoorde ik in Amerika voor het eerst al die kleurrijkeanecdotes, zoals bijvoorbeeld dat hij in Blaricum huisjes in zijntuin had staan waar hij, ondanks dat hij getrouwd was, vriendinnenliet wonen.

Gaandeweg werd ik steeds nieuwsgieriger en ben ik materiaal gaanverzamelen voor een biografie, uiteraard met het idee dat iemandanders dat boek zou schrijven. Maar niemand had tijd en toen ben ikhet zelf maar gaan doen in mijn vrije tijd. Vrijwel al mijnzomervakanties zijn de afgelopen twintig jaar in Brouwer gaanzitten. Gelukkig komt er nu wat meer belangstelling voor dit inmijn ogen zeer belangrijke stuk wiskundige geschiedsschrijving,zeker nu NWO heeft besloten om mijn Brouwerproject de komende vierjaar financieel te steunen."

Intuïtionisme

Van Dalen, emeritus-hoogleraar in zowel de logica als defilosofie van de wiskunde in Utrecht, mag zonder overdrijvingworden beschouwd als de grote pleitbezorger van de door Brouwerontwikkelde wiskunde. Niet verwonderlijk, want met zijnintuïtionisme presenteerde Brouwer een wiskundige theorie dieonverbrekelijk verbonden is met een op mystieke uitgangspuntengebaseerde 'filosofie'.

Van Dalen: "Brouwer stelt dat de mens op een soort absoluutnulpunt begint en zodra hij geboren is sensaties begint teondergaan. Al snel gaat hij daarin patronen herkennen en op basisdaarvan construeert ieder mens geleidelijk een voor hem of haaruniek beeld van de wereld. Behalve sensaties van buiten komen erechter ook sensaties van binnenuit. Daartoe behoren uitingen vancreativiteit en kunst, maar ook filosofie en wiskunde. VolgensBrouwer maakt elke mens dus als het ware zijn eigen wiskunde."

Volgens de meest gangbare opvatting is wiskunde een spel metformele symbolen dat niet noodzakelijk naar een werkelijkheidbuiten de wiskunde hoeft te verwijzen. Maar daarmee nam Brouwergeen genoegen, zegt Van Dalen. "Als je zegt dat er iets is, dan kunje volgens hem niet volstaan met een formeel bewijs zoals deklassieke wiskunde doet. Nee, je moet echt kunnen laten zien dathet bestaat. (zie kader) Een van de voornaamste consequenties vandeze opvatting van wiskundige correctheid is dat hij het sindsAristoteles algemeen geaccepteerde principe van de uitgeslotenderde afwijst.

"Volgens onze logica zijn er maar twee mogelijkheden: Of iets isrood, of het is niet rood. Dat logische uitgangspunt maakt in dewiskunde het bewijs uit het ongerijmde mogelijk: Als de ontkenningvan een bepaalde bewering onwaar is, dan is de bewering zelf perdefinitie waar. Brouwer vond dat een leeg begrip van waarheid. Hijvond dat de waarheid van een bewering pas mocht worden gaccepteerdals er een rechtstreeks bewijs voor kon worden geleverd. Omdat datniet altijd mogelijk is, komen in de intuïtionistische logicanaast ware en onware beweringen ook zinvolle beweringen voor meteen soort zwevende, onbesliste status. Het 'in principe waar ofonwaar zijn' wordt als zinloos beschouwd.

Het was overigens niet zo dat Brouwer de klassieke wiskundeverwierp. Hij noemde haar een prachtig en ook heel bruikbaar spelmet symbolen. Wat hij verwierp was de aanspraak van de klassiekewiskunde op uiteindelijke correctheid. Daarvoor kwam naar zijnmening alleen de intuïtionistische wiskunde inaanmerking."

In zijn boek besteedt Van Dalen uitgebreid aandacht aan hetgrondslagendebat uit de jaren twintig tussen Brouwer en devertegenwoordigers van de klassieke wiskunde onder leiding van deDuitse coryfee Hilbert. "Als je de geschiedenis overziet moet jeerkennen dat Brouwer die strijd verloren heeft. In de hedendaagsewiskunde speelt het intuïtionisme geen rol van betekenis. Datligt echter anders in de logica endaarmee ook in de informatica.Het interessante is dat in de jaren zeventig en tachtig duidelijkwerd dat de aanpak van Brouwer cruciaal is om aan te tonen datprogrammeertalen consistent zijn. Vandaar dat er op dit moment ookin Utrecht weer sprake is van een groeiende belangstelling voor hetintuïtionisme."

Landloperij

Hoewel Van Dalen veel tot nu toe onbekend nieuw wiskundigmateriaal presenteert, ziet hij zijn biografie in de eerste plaatsals document humain over een man die lak had aan de conventies vanzijn tijd en die zich bij voorkeur inliet met kunstenaars enschrijvers als Frederik van Eeden. Grinnikend vertelt de biograafhoe Brouwer in zijn studententijd een voettocht van Amsterdam naarRome maakte.

"Hij sliep tijdens zulke tochten altijd in de open lucht en werddaarom in Noord-Italië opgepakt wegens landloperij. De zaakwerd nog erger toen bleek dat hij een boekje bij zich had van hetAmsterdams Socialistisch Leesgezelschap. U kunt zich voorstellenhoe verbaasd de politie was toen hij op het bureau in vloeiendItaliaans uitlegde dat hij op weg was naar de grote Italiaansewiskundige Bianchi en nonchalant een uitnodigingsbrief uit zijnbinnenzak haalde."

Brouwer was volstrekt wars van conventies. Volgens een anderverhaal had hij van een vriendin gehoord dat een Amsterdamseapotheker een zeer aantrekkelijke dochter had. Dat meisje is zijnvrouw geworden, maar niet voordat Brouwer tegenover de apotheek ineen boom was geklommen om op zijn gemak te kunnen bekijken of zijer echt zo leuk uitzag als hem was verteld.

Dat de grote wiskundige een cynisch gevoel voor humor had, magtenslotte blijken uit het volgende verhaal: Tijdens een toerneedoor Amerika moest de chairman van een van de bezochteuniversiteiten hem meedelen dat de toegezegde fee niet kon wordenuitbetaald omdat de faculteit het bedrag niet had goedgekeurd. Zijnwraak was zoet. In plaats van de voordracht van één uurdie hij normaal altijd hield, is hij op deze universiteit twee uuronafgebroken aan het woord gebleven.

Erik Hardeman

(Dirk van Dalen, 'Mystic, Geometer, andIntuitionist: The Life of L.E.J. Brouwer, volume 1, The DawningRevolution. 448 pagina's. Introductieprijs tot 1 oktober 178,80gulden)


De macht van twee irrationale getallen

Het verschil tussen de klassieke en deintuïtionistischewiskunde kan goed worden duidelijk gemaakt aan de hand van hetvolgende probleem uit de getaltheorie. De vraag is of er tweeirrationale getallen (bijvoorbeeld wortels) A en B kunnen wordengevonden zodanig dat AB rationaal is.

In de klassieke wiskunde wordt die stelling als volgt bewezen:Neem voor A en B allebei fl. 2. Dan geldt dus: AB = ( fl. 2) fl. 2.Nu zijn er twee mogelijkheden:

1) ( fl. 2) fl. 2 is een rationaal getal, waarmee het bewijs isgeleverd.

2) ( fl. 2) fl. 2 is het irrationale getal C. Maar in datlaatste geval geldt dat AC rationaal is. AC is namelijk (( fl. 2)fl. 2) fl. 2. En dat is volgens een basale wiskundige regelhetzelfde als fl. 2( fl. 2* fl. 2) = ( fl. 2)2 = 2.

Hoewel deze redenering volgens de normen van de klassiekewiskunde als geldig mag worden geaccepteerd, verwerpt Brouwer eendergelijke bewijsvoering omdat niet duidelijk is welke van de tweeoplossingen de juiste is.

'Waar anders kun je nou ongestraft met granaten gooien?'

Quake is een computerspelletje van 89,50 gulden waarbij het debedoeling is zoveel mogelijk tegenstanders overhoop te schieten.Het spel is een geavanceerde uitvoering van het aloude Doom. Maarin de nieuwste versies van Quake is het mogelijk om op Internettegen echte tegenstanders te spelen.

Met name op het IBB-net woeden nachtenlang bloedige gevechtenwaarbij op bijzonder plastische wijze de afgeschoten lichaamsdelenen de stukken vlees in het rond vliegen. Sander Van Geloven en Jaapvan Bekhoven zijn fanatieke spelers. Zeker vier uur in de weekbesteden ze aan hun moordpraktijken. Van Bekhoven: "Het is heelspannend en bevredigend om mensen op een onschuldige manier aanflarden te schieten"

Echt duur is quaken niet voor studenten. De kosten voor hetIBB-net bedragen vijfentwintig gulden per maand. Bovendien blijkenveel studenten in staat om het spel op minder legale wijze tebemachtigen.

Je start het spel op en je kunt op het net uitzoeken op welkeplekken je kunt spelen. Het aantal spelers is heel wisselend. Maarhet soort spel varieert ook. Zo is er het zogenaamde Death Match,waar het er alleen om draait zoveel mogelijk dodelijke slachtofferste maken. Elke slachtoffer levert punten op, wordt een speler zelfgeraakt dan kost dat een punt. Met een simpele klik van de muiskomt hij echter weer tot leven. Je bent op dat moment wel al jewapens kwijt. Het is goed gebuik onder quakers om mensen die netdood zijn geweest niet onmiddellijk weer af te knallen, maar ze dekans te geven te herstellen.

Hoewel er eigenlijk geen regels zijn, is het zogenaamde campenerg fout. Campen is een laffe techniek waarbij een speler zichverstopt een stil hoekje en alles afknalt wat voorbijkomt. Bijverschillende clans is dit verboden.

Spelers die de handen ineen willen slaan richten een clan op. Jekunt je als clan aanmelden bij de makers van het spel. Met minimaalvijf spelers en een eigen Internetpagina ben je een officiëleQuakeclan. "We hebben inmiddels onze eigen IBB-clan opgericht",vertelt Van Geloven. "Maar dat is nog niet echt serieus", voegt hijdaar aan toe.

Goede spelers worden gevraagd door clans met welluidende namenals SQA, Solo Quake Alliance. De quakers zelf verschuilen zichachter namenals UA-Killer. Van Geloven heeft gekozen voor naamMusubi, Van Bekhoven treedt op als Dook. Er zijn ook quakers die'appelmoes' als strijdkreet hebben.

Knutselen

Op het IBB-net kan het spel gespeeld worden op de IBB-server.Maar zijn er veel mensen op het net dan wordt het spel langzaam.Daarom treedt een van de spelers vaak als gastheer op. Zijn systeemfungeert dan als server. De gastheer bepaalt in welk level er wordtgespeeld en volgens welke regels. 'Gastheer' moet trouwensletterlijk worden genomen, want de spelers zijn volgens Van Gelovenaltijd mannen.

Ook biedt het spel de mogelijkheid om zelf levels te maken. Demakers van het spel zijn erg slim. Op verschillende plaatsen op netzijn tools te vinden om zelf een level te bouwen. Handige hackersknutselen hele nieuwe levels in elkaar door nulletjes en eentjes inde programmacode te veranderen.

Je komt hele absurde dingen tegen. Spelers die het Witte Huishebben nagebouwd. Studenten in Delft bouwden hun sociëteit na.Van Bekhoven heeft met het idee gespeeld om een virtueel IBB temaken. "Maar eigenlijk is dat saai, het is allemaal rechttoerechtaan", vindt hij bij nader inzien.

Het wordt regelmatig nachtwerk maar Van Geloven heeft niet hetidee dat het quaken ten koste gaat van zijn sociale leven. "Hetbrengt juist enige regelmaat in mijn bestaan. Door het quaken komik minder in het café. En ik kijk geen televisie."

Het contact met de tegenstander, een belangrijkelement bij demeeste ander sporten en spellen, ontbreekt bij quaken volkomen. VanBekhoven: "We kunnen elkaar wel boodschappen sturen. De tekstverschijnt dan boven in het scherm. Je kunt afspreken om even niette schieten en met elkaar te praten." Van Geloven: "Je kuntproberen elkaar op te naaien, door teksten als: Jezus wat ben jijslecht. Maar de meeste spelers trekken zich daar niets vanaan.'

Je wordt een goede quaker door het spel heel vaak te spelen.Maar ook hier is het materiaal van wezenlijk belang. Zonder eensnelle computer ben je helemaal nergens. Dan ontwijk je te langzaamen ben je een willig slachtoffer voor quakers als Van Bekhoven, diewel over de nieuwste apparatuur beschikken.

Waarom trekken rustige en beschaafde types als Van Bekhoven enVan Geloven op het Internet ten strijde tegen spelers die zichtooien met namen als UA Killer. Van Geloven: "Waar anders kun jenou ongestraft met granaten gooien. Andere mensen geven kapitalenuit aan vuurwerk. Ik besteed liever honderd gulden aan Quake."

Over het bloederige uiterlijk van het spel kan hij kort zijn."Bij stratego lopen ze ook op bommen. Dat is toch ook zielig voordat poppetje."

Jurgen Swart

'Een certificaat dekt de lading niet'

Iedereen lijkt het erover eens te zijn. De UtrechtseMediëvistiek is iets bijzonders. Toch wordt de opleidingbinnenkort gedegradeerd tot variant van Algemene Letteren envervalt de eigen bul. Studenten en promovendi zijn verbijsterd. "Ikben kwaad dat kwaliteit niet beloond wordt. We steken even onshoofd boven het maaiveld en het wordt eraf gehakt."

Het nieuws dat de opleiding Mediëvistiek haar zelfstandigestatus zou gaan verliezen kwam voor promovendus Els Rose enstudentassistent Babette Hellemans vorig jaar als een 'donderslagbij heldere hemel'. Ze hadden steeds in de veronderstelling geleefddat de inkrimping van het opleidingenaanbod waartoe de VSNU hadbesloten alleen de in de marge opererende en obscure studietjes zoutreffen. En als Mediëvistiek iets niet is dan is het welobscuur en marginaal.

Rose: "Ik kan niets anders concluderen dan dat ze niet genoegwisten van wat de opleiding Mediëvistiek inhoudt." Depromovendus schroomt niet om samen met Hellemans de loftrompet testeken over wat nu nog een bovenbouwopleiding is. Kwamen ze tijdensde laatste visitatie niet als een van de beste UtrechtseLetterenstudies uit de bus?

Komt niet veertig procent van de studenten in hetwetenschappelijk onderzoek terecht? En is de opleiding niet dekweekvijver voor het onderzoek dat als enige bij Letteren hetpredicaat 'excellent' toebedeeld kreeg?

"Het is misschien vreemd om jezelf zo op de borst te slaan",zegt Rose. "Maar voor mij is Mediëvistiek echt eenkostbaarheid. Twintig jaar lang heeft iedereen keihard gewerkt omdit tot een succes te maken en het heeft zijn vruchten afgeworpen."De Utrechtse Mediëvistiek is volgens de twee internationaalvermaard. Hellemans: "We hoeven alleen maar het congres over demiddeleeuwse kronieken te noemen dat in juli weer plaatsvindt. Ofde serie Utrechtse Bijdragen tot de Mediëvistiek."

Wat Babette Hellemans nog het meest bevreemdt is dat deopleiding nu naar het schijnt wordt afgestraft voor de uniekeopzet. Vanuit het merendeel van de onderwijsinstituten van defaculteit Letteren en soms ook van daarbuiten zijn docentenbetrokken bij het onderwijs van de opleiding. "Deinterdisciplinariteit wordt ons met de paplepel ingegoten.Middeleeuwse bronnen zijn heel weerbarstig en moeilijk teontrafelen alsniet de kennis van verschillende vakgebiedenvoorhanden is." De studentassistent begrijpt dan ook niet dat,juist nu overal binnen de wetenschap de roep ominterdisciplinariteit klinkt, een opleiding waar die aanpak succesheeft wordt gekleineerd. "Wij zijn waarschijnlijk beter dan anderestudenten in staat toegang te krijgen tot de bronnen en de wereldachter die bronnen."

[?mP#a4!#$&

Noodoplossing

Even voor de goede orde. Mediëvistiek met al haar meritesblijft gewoon bestaan. De beslissing van de VSNU bracht een stroomvan briefwisselingen en discussienota's binnen de faculteit opgang. Die hebben geleid tot een redelijk bevredigende maatregel.Het oorspronkelijke plan om de opleiding onder te brengen bijGeschiedenis werd verworpen. Het bleek in de eerste plaatsorganisatorisch vrij lastig het hele programma van dertien modulenbij de opleiding Geschiedenis te plaatsen. Daarnaast zoubijvoorbeeld de student Frans die Mediëvistiek wil studeren indat geval een bul geschiedenis moeten halen en dus ook alledoctoraalvakken van die studie doen. De opleidingscommissie vondeen beter alternatief, waarmee de faculteit uiteindelijk instemde.Het integrale programma Mediëvistiek wordt voorlopig eenvariant van Algemene Letteren

Ook voor Rose en Hellemans is de plaatsing binnen de studie dievanaf september 2000 onder de naam Taal- en Cultuurstudies door hetleven zal gaan 'de beste noodoplossing'. Inhoudelijk blijft allesbij hetzelfde en er wordt niet getornd aan de kwaliteit van hetprogramma. Bovendien is Algemene Letteren vaak de keuze vanstudenten die niet precies weten wat ze willen. Voor hen wordtMediëvistiek misschien een meer voor de hand liggendeoptie.

Toch hebben de beiden een belangrijk bezwaar. Studenten zullenin het vervolg een bul van Algemene Letteren met een certificaatMediëvistiek ontvangen in plaats van een bulMediëvistiek. Dat maakt volgens de twee gevoelsmatig een grootverschil. Rose: "Ik ben er trots op Mediëvist te zijn. Ik benook trots op mijn bul. Voor deze opleiding moet hard gewerktworden. Het niveau is stevig. Een buitenstaander vraagt zichmisschien af waar we ons druk over maken, maar met een bul rond jezo'n studie echt af."

De twee denken bovendien dat het voor een opleiding zonder eigenbul onder de paraplu van Algemene Letteren nog moeilijker zalworden zichzelf te profileren. Nieuwe studenten zullen de variantmoeilijker weten te vinden en ook voor afgestudeerden die dearbeidsmarkt opmoeten zal hetnegatieve effecten hebben. Nu al wordter vaak gedacht dat Mediëvisten 'iets met media' doen. Als danuiteindelijk duidelijk wordt dat het over de middeleeuwen gaat danwordt direct de link met geschiedenis gelegd. Terwijl dat slechtseen van de betrokken disciplines is.

"Mediëvistiek is een volwaardige opleiding", aldus Rose."Het is dus niet zo'n letterenopleidinkje dat je doet omdat je geenzin hebt om Rechten te gaan studeren. Studenten voelen zich ookvolwaardig Mediëvist. Dat zullen ze ook onder AlgemeneLetteren blijven doen. Maar een certicifaat dekt de lading in niethelemaal."

Overigens gaan alle betrokkenen ervanuit dat er sprake is vaneen tijdelijke maatregel. Gehoopt wordt dat de Mediëvistiek opkorte termijn, dat wil zeggen over twee jaar, weer de beschikkingkrijgt over een eigen opleidingslabel. Het faculteitsbestuur, datzich steeds zeer ongelukkig heeft getoond met de gang van zaken,heeft de Mediëvisten toegezegd een uiterste inspanning tewillen leveren om het college van bestuur ertoe te bewegen eennieuwe aanvraag voor een dergelijk label in te dienen. BabetteHellemans: "Misschien denk ik te simplistisch of zo. Maar volgensmij hebben we dan voor niets veel geld uitgegeven aan de verhuizingvan het secretariaat en het vervangen van briefpapier. Waarom kaniets dat goed is niet blijven bestaan."

Xander Bronkhorst

'Met langlopende groepen hoeven we echt niet meer aan te komen'

'Met langlopende groepen hoeven we echt niet meer aan tekomen'

Er zijn genoeg studenten die belangstelling hebbenvoor het geloof. Maar actief worden in de studentengemeente, dat iseen tweede. De EUG, de Oecumenische Studentengemeente Utrecht geeftde moed niet op en probeert nieuwe wegen om zichzelf onder deaandacht te brengen. "'Zieltjes winnen', dat is niet onze taak. Hetbelangrijkste is dat iedereen weet dat we er zijn."

Geen Hollandse pot maar gado gado met rijst. De zes deelnemersaan de eetgroep Spek en Bonen geven om beurten hun bord door zodatCasimir Struijk - de gelegenheidskok van deze avond - enstudentenpastor Jasja Nottelman - koksmaat - kunnen opscheppen. Danwordt een moment stilte in acht genomen. De twee katholieken in hetgezelschap slaan een kruis, de zes protestanten sluiten deogen.

Begin januari ging de nieuwste activiteit van de EUG van start:een wekelijks eetgroep. Voor EUG-leden, maar ook voor studenten vanbuiten, die eens wat meer willen horen over de activiteiten van destudentenkerk. Zonder verdere verplichtingen, want je mag besteenmalig aanschuiven aan de eettafel bij Cunera aan deNieuwegracht.

De jongeren die deze donderdagavond om de tafel zitten hebbenallemaal al een band met de EUG. Matthias zit in delithurgiecommissie, Wilmer en Roeland in de publiciteitscommissie,Fran ois is beheerder van het pand, Pieter zingt in het koor entheologiestudent Casimir loopt stage bij de EUG. Maar daar komen zepas in de loop van de maaltijd achter. De meesten kenden elkaarniet of hooguit van gezicht. Voor studentenpastor Jasja Nottelmandie de eetgroep oprichtte, het bewijs dat de eetgroep zinheeft.

Bovendien blijkt het een uitgelezen moment om te lobbyen.Casimir verzucht dat hij nog mensen nodig heeft om de dienst vanmaart voor te bereiden. "Is dat niet iets voor jou?" probeertMatthias bij zijn buurman Roeland. Die zegt voorzichtig dat het hembest interessant lijkt om zo'n dienstvoorbereiding eens mee temaken. En daarmee is de zaak beklonken: Roeland zal zich maandagmelden voor de eerste bijeenkomst.

Kloosterweekend

Studentenkerken in Nederland beleven moeilijke tijden.Studietijdverkorting en een almaar slinkende studiebeurs maken datstudenten moeten wikken en wegen met de kostbare vrije tijddieoverblijft. En de animo voor het lidmaatschap van eenstudentenvereniging of een sportclub is groter dan dat van de EUG,de Oekumenische Studentengemeente Utrecht.

Dat de hedendaagse student helemaal geen interesse heeft invragen van levensbeschouwelijke aard, dat wil er niet in bijstudentenpastor Tejo van der Meulen die al zo'n achttien jaar indienst is van de EUG. "Voor mijn promotieonderzoek heb ik in 1996aan vijftien procent van de voltijdstudenten een vragenlijstgestuurd. Ik peilde daarin hun belangstelling voor geloof, God enkerk. En die bleek bij het gros van de studenten aanwezig tezijn."

Maar belangstelling hebben voor geloof en actief zijn in destudentenkerk zijn twee verschillende dingen. Dat merkte JasjaNottelman, toen zij in september 1998 in dienst trad van de EUG."De eerste keer dat ik op zondagochtend in de Janskerk kwam, moestik de studenten zoeken met een loepje." Er waren veel meeroudstudenten die inmiddels baan en gezin combineren, danstudenten.

Bij de gespreksgroepen die op een doordeweekse avond wordengehouden, varieert de opkomst van studenten. Een medewerker van hetsecretariaat pakt er de cijfers over het afgelopen jaar even bij.Honderdtien studenten hebben in 1998 geholpen bij de voorbereidingvan de diensten. Een cursus bijbellezen werd door 23 studenten entwee niet-studenten gevolgd. Bibliodrama trok achtbelangstellenden, van wie er vijf studeerden. In de twaalfkoppigebelijdenisgroep zaten twee studenten. Maar daarentegen is debelangstelling voor het kloosterweekend elk jaar groter dan detwaalf plaatsen die er te vergeven zijn.

De zes studentenpastores van de EUG laten zich niet ontmoedigendoor de aantallen. Voor het eerste kwartaal van 1999 bieden ze maarliefst 22 gespreksgroepen aan. Wel zijn er enige concessies gedaanaan de wensen van de hedendaagse student.

Tejo van der Meulen: "Met langlopende groepen hoeven we echtniet meer aan te komen. Vroeger kwam een gespreksgroep twaalf keerbij elkaar. Nu maximaal vijf keer. Het is allemaal wat vluchtigergeworden. Persoonlijk vind ik dat jammer, want om met zo'n clubdrie maanden bezig te zijn met een boek, dat schept een hele hechteband, er groeit dan echt iets. Aan de andere kant: de kortlopendegroepen bieden het voordeel dat mensen die zich in maart aanmeldenhooguit een paar weken hoeven te wachten voor ze kunnen beginnen.Terwijl we vroeger moesten zeggen: helaas, kom in september maarterug."

Slogan

Ook de belangstelling van studenten is gewijzigd, in de achttienjaren dat Van der Meulen meedraait. "Vroeger waren politieke enmaatschappelijke thema's zeer in trek. Het politiek café datwe maandelijks organiseerden trok veel belangstellenden. En nuboeit dat studenten niet meer."

Zijn collega Jasja Nottelman vindt wel dat er meer moet gebeurenom studenten te bereiken dan het drukken van een fraaie folder metalle activiteiten van de EUG alleen. "Ik ben aangesteld voor deHogeschool dus dan moet je ook zorgen dat ze je daar kennen. Laatstheb ik het decanenoverleg bijgewoond. Nu de decanen mijn gezichtkennen, hoop ik dat ze studenten die met bepaalde vragen naar hentoekomen, naar ons doorverwijzen." Maar om tijdens de pauzes destudenten zelf aan te klampen, gaat haar weer te ver. "Ik ben nietzo van het zieltjes winnen. Mijn doel is niet om studenten tebekeren of lid te maken van de EUG. Maar als studentenpastor heb jevooral de taak om duidelijk te maken dat je in de stad aanwezigbent en dat ze naar je toe kunnen komen."

In hun pogingen om meer studenten te bereiken, hebben depastores de hulp ingeroepen van een aantal studenten. Zes van henhebben zich verenigd in de publiciteitscommissie. En zij denken meeover hoe ze aan hun medestudenten beter kunnen overdragen waar deEUG voor staat.

Wilmer de Jong en Roeland Sluiskes, respectievelijk vierdejaarsmuziekwetenschap en sociale geografie en allebei gereformeerd, zijnnu een jaar lid van de publiciteitscommissie. Hun activiteiten totop heden: tekstwijzigingen suggereren voor folders, een inleidendetekst schrijven in het programmaboekje, posters bedenken, deInternetpagina verbeteren.

Het meest gewaagde tot nu toe is hun voorstel aan de EUG-leidingom de naam in te ruilen voor een andere. Roeland: "EUG,Oekumenische Studentengemeente Utrecht, dat werkt niet meer. Demeeste studenten weten niet eens wat oekumenisch betekent."

"De nieuwe naam moet duidelijker zijn", vindt Wilmer. Tweewoorden moeten er in elk geval in: studenten en Utrecht. Maar ofhet dan Utrechtse Studentenkerk, Utrechtse Studentengemeente ofUtrechts Studentenpastoraat moet worden, daar zijn ze nog nietuit.

Tot hun opluchting werd hun voorstel niet bij voorbaat van dehand gewezen door de oudgedienden binnen de EUG. Wilmer: "We warenbang dat die erg gehecht zouden zijn aan de huidige naam. Maar hunreactie was: als jullie vinden dat de naam anders kan, dan moetenwe er maar eens met zijn allen over praten."

Maar zal een nieuwe naam ook meer studenten trekken? Roeland:"Tja, da's afwachten. We willen in elk geval dat de naam de ladingbeter dekt."

Wat is die lading dan, kunnen ze dat in twee zinnen samenvatten?Misschien in een wervende slogan? Lange stilte. Denkpauze. Roelandlacht: "Daar zijn wij al een jaar over aan het denken en praten."Wilmer, uiteindelijk: "Ruimte. Er moet iets met ruimte in: jekrijgt de ruimte om na te denken en te ontdekken wat voor joubelangrijk is. Door daar met anderen over te praten. En door teluisteren naar wat andere geloven te zeggen hebben." Want voor destudenten die het niet weten: oekumenisch betekent dat protestantenen rooms-katholieken samen één kerk vormen.

Karin Alberts

Eten, snacken, tafelen

Lineke van den Boezem


Pray for peace and grace and spiritualfood,

For wisdom and guidance, for all these aregood,

But don't forget the potatoes.

- John Tyler Pettee


Echte mannen eten geen quiche

-Bruce Feirstein

Life is too short to stuff a mushroom

- Shirley Conran

No man can be wise on an empty stomach

- George Eliot

Never eat more than you can lift

-Miss Piggy


Ontbijten doe je niet, of wel

De één is pas gelukkig als hij na een vijfuur durend tête-à-tête met de foodprocessor aantafel schuift. De ander doet een moord voor een nachtelijk patatjesmurf. Van babymelk via friet met appelmoes naar het veelzijdigemenu van de student anno nu.

Eten: het begint met drinken, aan de borst of uit een flesje.Wat later ben je toe aan potjes Olvarit en geprakte Liga's metbanaan en sinaasappelsap.

Dan word je zes, er zijn volop spekjes en dropveters, je hebt jeeerste echte fietsje gekregen en hoera, je mag 's avonds kiezen watje wilt eten. Dat kan maar één ding betekenen: kip metfriet en appelmoes.

Nog zes jaar later ben je brugpieper en staat er weer een fietsin de schuur te glimmen. Tussen de middag heet voortaan 'grotepauze' en die pauze biedt ongekende mogelijkheden wat eten betreft.Eet je braaf de boterhammetjes uit je broodtrommel (later: plasticzakje) op? Gooi je je brood op het dak voor de meeuwen en koop jeeen half ongesneden wit waar je de binnenkant al wandelend vanopeet? Of leef je op roze koeken en Marsen?

Met ontbijten stop je halverwege de tweede klas omdat het teveel tijd kost. Avondeten doe je wel, en veel ook. Twee borden vol.Dat is onvoorstelbaar, want om half vier had je nog een gevuldekoek, drie boterhammen met twee gebakken eieren en een tostiweggewerkt. Zuurkool valt in de categorie 'niet te douwen' en dedubbelvla dient slechts één doel: het pesten van jekleine zus door met het pak te schudden zodat de smaken vanille enchocolade in elkaar overlopen tot een hopjesvla-kleurige brij.

In de vierde klas grijp je terug op een gewoonte die je sinds jebabytijd hebt laten versloffen. Je gaat weer 's nachts eten. Eengroot broodje shoarma, een patatje smurf en een broodje frikadelspeciaal zijn favoriet.

Voor sommigen van ons is er sinds die tijd weinig veranderd.Ontbijten doe je nog steeds niet en 's nachts zit je waarschijnlijkmet meer regelmaat dan ooit in de snackbar. Omwille van eenhuisregel wordt er gezamenlijk gegeten en dus moet je nog altijd optijd thuis zijn. Waarschijnlijk niet meer om zes uur, maar om eenuur of half acht. Spaghetti Bolognese is één van jelievelingsgerechten en helpen met de afwas vind je nog steeds eenidioot idee. Op zondag wil je biefstuk met gebakken aardappelen

Was je vroeger iemand die met een halfje tijgerwit over straatliep, dan behoor je nu waarschijnlijk tot de categorie afhaaleters.Je begint de dag met een kant en klaar ontbijtprodukt. Variatie iser genoeg: yoghurt met granen, melk met granen, vruchtensap metgranen. Om een uur of twee ga je een broodje halen bij Bakker Bartof bij Mario op de Oudegracht. Tussendoor neem je een 'soepie' ofeen kaassoufflé uit de muur. 's Avonds biedt een stad alsUtrecht ontelbare afhaal- en bezorgmogelijkheden. Je kunt kiezenuit kip tandoori, een vegetarische burrito, pizza al tonno, sushivan het centraal station, de Daghap van de Albert Heijn en nog veelmeer. Tja, zoals vrijdag voor de katholieken ooit visdag was, zo isdinsdag nu jouw chinees-op-de-hoek-dag.

Kookt er dan niemand zelf, en ook nog eens lekker? Natuurlijkwel. In dat geval sta je 's ochtends op en het eerste dat je doetis bedenken wat je zal gaan eten. Daarna spring je op de fiets omverse kruiden en groenten te kopen in Lombok. De rest van de dag isgewijd aan een tête-à-tête met de foodprocessor, devijzel en de oven. Vijf uur later ben je klaar. Tijd zat om nogeven een ordinaire tiramisu in elkaar zetten. Om zeven uur trek jede wijn open (je hebt van Hubert geleerd dat zo'n Bordeaux evenmoet ademen) en dek je de tafel. Je bent gelukkig.

Naast puberale eters, afhaaleters en culinair maniakken lopen erveganisten, health freaks, chipsverslaafden, chocoholics, koshereeters en junkfood-junkies rond op de universiteit anno 1999. Ommaar wat te noemen, want de lijst is eindeloos. Kennelijk is dehuidige student niet alleen de moedermelk, maar ook de macaroni metprutjes allang voorbij.


Steaks, knoflook en tropische sferen

Utrecht kent zoveel restaurants en café's dat degemeente een horecastop heeft ingevoerd. Kiezen is dan ook nieteenvoudig. Waar kun je terecht als Mr. Jack's, de Connaisseur enThe Pancake Bakery je neus uitkomen maar je buik nog niet gevuldis? Drie van de tientallen mogelijkheden worden hieronderbesproken.


Steakway Rock Restaurant

Op de eerste verdieping van Stairway to Heaven zit eenrestaurant waarvan de naam doet vermoeden dat Aerosmith continu jegesprek overstemt. Dat is allesbehalve waar. De tafels in Steakwaystaan op zo'n afstand van elkaar dat je geen last hebt van jeburen. Mariabeelden, kerstlichtjes en guirlandes maken er eengezellig kitscherige boel van en de muziek overheerst niet en isbest te pruimen.

Bij Steakway kun je - verassing! - steaks in verschillendesoorten en maten bestellen. Naast de biefstukken en anderevleesgerechten staan er twee vegetarische hoofdschotels op de kaarten drie visgerechten. Ook is er een tiental salades te krijgen inhet klein (ca. 10 gulden) of groot (ca.13 gulden). De saladesworden geserveerd met stokbrood en basilicum-kruidenboter en jekunt kiezen uit vier verschillende dressings. De grote goat cheesesalad was okay en inderdaad erg groot. De dikke frieten (voor 3gulden all in geleverd met zakjes mayonaise en ketchup) die weerbij bestelden waren lekker maar niet nodig. Met de spareribs(plus een gepofte aardappel) was helemaal niks mis en het waren erveel. Wegens volle buikjes besloten we een erg lekker toetje tedelen.

Een extra bonuspunt verdient de bediening: van begin tot eindeen en al vriendelijkheid. Toen het eten door een foutje wat langop zich liet wachten kregen we een drankje van de zaak en eenmandje stokbrood met kruidenboter om de ergste honger testillen.

Steakway is een aanrader. Lekker eten, ruimte genoeg, leukebediening enje krijgt veel voor weinig. De schade voor tweepersonen bedroeg 51 gulden. Hardcore vegetariërs kunnen beterthuis blijven. Al was het alleen maar vanwege de placemats waaropeen rund staat afgebeeld als een illustratie in eenslagersvakschoolboek.

Mariaplaats 11-12

Tel: 232 22 88

De keuken is iedere dag open van 17.00 tot 22.00uur. Het maandmenu kun je vinden op www.stairway.nl


Ouzerie Eleni

Bij een ouzerie bestel je, net als bij een tapasbar, een aantalverschillende hapjes en vervolgens prik je met je vork vrolijk inhet rond. Zo ook bij het Griekse eetcafé Eleni. Kleine, lagehouten tafels zijn zodanig in de twee verdiepingen van de ouzerieopgesteld dat je regelmatig moet bukken als er iemand met eendienblad langskomt.

De kaart is anders dan die van de doorsnee Griek. Bij Eleni geensouvlaki of giros maar veel vis. Uiteraard is er niets waar geenknoflook inzit. Per persoon bestel je twee of drie gerechten die inprijs oplopen van 3,50 gulden voor een schaal gefrituurdeaardappelschijfjes tot 24,50 gulden voor gebakken zalm indillesaus. Standaard komt er een mandje brood op tafel waar jeverschillende smeersels bij kunt bestellen. Aanrader is dekopanisti, een fetaprutje. Wat mezethes betreft is er erg veelkeus. Oppassen dus: je ogen zijn al snel groter dan je maag en jebudget. De courgetteballetjes vonden we erg lekker. Over degegrilde octopus waren we iets minder enthousiast: vrij vet en duszwaar op de maag.

Wie bij Eleni gaat eten moet geen haast hebben, het nietvervelend vinden om geen eigen bord te hebben en ook niet voor eendubbeltje op de eerste rang willen zitten. Met z'n tweeënwaren we voor brood met kopanisti, vier verschillende hapjes, eenpaar biertjes en koffie en thee, 67 gulden kwijt. Maar als jeduurdere mezethes en een fles wijn bestelt, ben je zonder moeite120 gulden lichter. Wel wat overdreven voor een eetcafé.

Oudegracht 261

Tel: 233 39 98

De keuken is iedere dag open van 17.00 tot 23.00uur, op vrijdag en zaterdag tot 23.30 uur. In het weekend isreserveren verstandig.


Sweetie

Verstopt in een zijstraat van de Voorstraat en de Breedstraatzit Chinees-Indisch-Surinaams restaurant Sweetie. Eenmaal binnenzijn de kou en nattigheid van de fietstocht snel vergeten.Tropische muziek, batikkleedjes op de tafels en lampionnen: wat wileen mens nog meer? Het is bij Sweetie niet alleen erg gezellig enlekker warm, de kaart belooft ook wat. Maar wie 'wat de boer nietkent, dat vreet-ie niet' boven zijn bed heeft hangen, zit hierverkeerd.

Roti's, nasi, bami, kip kerrie-, ossehaas-, garnalen-, eend-,ei- en groentengerechten in verschillende varianten kosten tussende 15 gulden en de 20 gulden. Er staan een paar uitschieters naarbeneden of boven op de kaart. Voor- en bijgerechten lopen van 2,50gulden (voor de banenchips) tot 15 gulden (voor degarnalensaté). Een drie gangen menu is er voor fl 25,-. Eentip: vraag gewoon uitleg als je niet weet wat iets is, want anderswordt kiezen helemaal moeilijk.

We begonnen met jasmijnthee en vegetarische mini-loempiaís.Daarna nam onze roti-passie de overhand. De vegetarische variantkwam met veel tjap tjoy-achtige groenten. De roti kipfilet waslekker maar had misschien iets gekruider gekund. Hoe dan ook: onzevolle borden gingen helemaal leeg. Af en toe een slokje Fernandesen orgeade (amandelsiroop) en we waren volkomen tevreden. Tot dekaart met toetjes kwam. Het bordje met mango, stervrucht, meloen enbanaan en nog twee kopjes thee zorgden ervoor dat we fl 61,25moesten afrekenen. Niet duur voor een relaxte vakantie in detropen.

Predikherenstraat 21

Tel: 232 27 24

Sweetie is open van dinsdag tot en met zondagvan 15.00 tot 22.00 uur. Afhalen is ook mogelijk.


Kantine Top 5

Wat eten we het liefst tussen de middag? Een steekproef in dekantine van de Letterenbibliotheek (Wittevrouwenstraat 7-11) en eengesprek met een kantinemedewerksterleverden de volgende top vijfop:

1. De kroket. Op een zacht wit bolletje, met tweebruine boterhammen of au nature.

2. Fruit. Bananen, appels en sinaasappels.

3. Het belegde broodje. Ook wel: luxe broodje. Belegdmet kaas- of vleessoort, plakje tomaat en schijfjekomkommer.

4. Het kopje soep. Driehonderd jaar nadat er 'smiddags warm werd gegeten nog altijd populair.

5. De tosti. Uiteraard.


Men neme

Voor het recept van chili con of sin carne, pasta metspinazie & roomkaas en nasi is een willekeurigstudentenkookboek goed genoeg. Wil je wel eens iets anders makendan mihoen in een koffiezetapparaat, dan heb je misschien iets aande volgende recepten. Ze zijn makkelijk, in drie kwartier klaar,laten geen gat achter in je portemonnee en ze zijn natuurlijk heellekker.

Gebaseerd op: Penelope Casas, Tapas ( BZZTôH)

Voor 10 stuks:

10 plakjes bladerdeeg

2 eetlepels rozijnen

1 eetlepel (olijf-)olie

400 gram verse spinazie

6 ansjovisfilets

2 tenen uitgeperste knoflook

2 eetlepels pijnboompitten

peper, zout

Laat de plakjes bladerdeeg ontdooien en verwarm de oven voor op175C . Week de rozijnen een paar minuten in heet water. Was despinazie en snij de blaadjes fijn (je kunt ook 400 gram diepvriesspinazie nemen. Laat die dan ontdooien en daarna goed uitlekken ineen zeef). Verhit de olie in een grote pan, bijvoorbeeld een wok,en bak de spinazie zachtjes een paar minuten tot de groente slinkt.Hak intussen de ansjovis, rozijnen en pijnboompitten grof en voegze samen met knoflook, zout en peper aan de geslonken spinazie toe.Bak alles nog even door en zet het vuur dan uit. Leg op iederplakje bladerdeeg ca. twee eetlepels van de vulling en vouwdeflapjes dubbel in de vorm van een driehoek. Druk de zijkantengoed dicht en prik het deeg hier en daar in met een vork. Bak despinazieflapjes op een ingevet bakblik 20 minuten tot ze goudbruinzijn. Met stokbrood en kruidenboter en een salade erbij kun je metz'n vieren of vijven aan tafel.

Tijd in de keuken: ongeveer 30 minuten (+ 20 minuten voor hetafbakken)

Kosten p.p.: ca. 5,50 gulden


Thaise curry

Gebaseerd op: De complete Aziatische keuken (Künemann)

Voor 4 personen:

1 ui

2 tenen uitgeperste knoflook

2 eetlepels olie

300 gram kipfilet in stukjes

2 rode pepers of twee theelepels sambal

1 theelepel serehpoeder

mespunt kerrie-, koriander- en gemberpoeder

scheutje citroensap

400 ml kokosmelk

300 gram panklare gemengde groenten (broccoliroosjes, wortelen,paprika, stukjes perzik)

Snipper de ui. Verwijder de zaadlijsten uit de rode pepers ensnij ze fijn. Verhit de olie in een grote pan, bak de ui en deknoflook glazig. Bak daarna de kipfilet, de fijngesneden pepers ofde sambal en de kruiden met de ui mee tot de kip rondomdichtgeschroeid is. Giet de kokosmelk en het citroensap in de panen laat alles een minuut of tien zachtjes koken. Doe dan degroenten erbij en laat alles tenslotte nog eens tien minutenpruttelen. Eet rijst bij de curry en eventueel komkommer-raita ofeen zoete chutney.

Tijd in de keuken: ongeveer 35 minuten

Kosten p.p.: ca. 6,50 gulden


Paddestoelenrisotto

Gebaseerd op: Linda McCartney's beste vegetarische gerechten(Kosmos-Z&K Uitgevers)

Voor 4 personen:

1 ui

400 gram gemengde paddestoelen (champignons, oesterzwammen,shiitake)

3 eetlepels (olijf-) olie

2 tenen uitgeperste knoflook

2 eetlepels fijngehakte peterselie (vers of uit dediepvries)

400 gram risottorijst

600 ml. witte wijn

600 ml. groentenbouillon (van een blokje)

150 gram geraspte belegen kaas

een half bekertje crème fraiche

peper, zout

Snipper de ui en snij de paddestoelen in plakjes. Verhit de oliein een grote pan en bak de paddestoelen, ui, knoflook en peterselieeen paar minuten. Voeg dan de rijst toe en bak die zachtjes evenmee. Giet dan een soeplepel wijn en bouillon bij de rijst en laatde boel - zonder deksel - zachtjes aan de kook komen. Als het vochtbijna verdampt is, weer een soeplepel wijn / bouillon toevoegen. Gazo door tot al het vocht door de rijst is opgenomen en de rijstgaar is. Roer dan 75 gram van de geraspte kaas en het halvebekertje crème fraiche door de rijst en warm de risotto alroerend nog even door. Peper en zout naar smaak toevoegen. Zet derest van de kaas op tafel en eet een tomatensalade bij derisotto.

Tijd in de keuken: ongeveer 40 minuten

Kosten p.p.: ca. 7 gulden

Bètastraling moet kransslagaders openhouden

In het AZU draait sinds eind januari een studie meteen variant op de klassieke dotterbehandeling. Radioactievebestraling vanuit de dotterballon moet daarbij voorkomen dat eenvernauwing in de kransslagader maanden later terugkeert, eenveelvoorkomend probleem. Utrecht is naast Leuven de enige Europeselocatie waar deze studie plaatsvindt.

Mensen met vernauwde kransslagaders die geholpen zijn metdotteren, komen vaak een half jaar later toch weer in de problemen.Bij dertig tot veertig procent blijkt de vernauwing terug te keren.Maar bestraling van de vaatwand, direct na de dotterbehandeling,kan het probleem mogelijk met de helft reduceren. Het Hart-LongInstituut in het AZU experimenteert nu met een systeem waarbij eendotterballon met radioactieve vloeistof enkele minuten in dekransslagader gebracht wordt, direct na de standaarddotterbehandeling.

Dotteren is een relatief eenvoudige ingreep die al jarenredelijk succesvol wordt toegepast in de strijd tegen vernauwdekransslagaders. Kransslagaders voorzien het hart van zuurstofrijkbloed en slecht functioneren ervan kan leiden tot hartklachten ofzelfs een hartaanval. Bij een dotterbehandeling wordt eenballonnetje aan een catheter via de lies in het lichaam gebracht.Via slagaders en aorta wordt het in de vernauwde kransslagadergebracht en daar 'opgeblazen' door er vloeistof in te persen.

Na een dotterbehandeling is de weg door de kransslagader in demeeste gevallen weer vrij. Maar het oprekken van de slagaderwanddoor de ballon is niet probleemloos. Door irritatie kan er eensoort litteken gaan groeien dat maanden later opnieuw tot eenvernauwing leidt. De oplossing voor dat probleem was tot nu toe hetaanbrengen van een zogeheten stent. Dat is een soort kippengaasjedat om de dotterballon zit en dat mee opgerekt wordt bij hetopblazen. Na de behandeling blijft het achter om te voorkomen datde vaatwand opnieuw insnoert.

In ongeveer twintig procent van de gevallen is ook de stent niettoereikend omdat littekenweefsel toch weer door het gaasheengroeit. Interventie-cardioloog P.R. Stella: "Dan blijft er vaakmaar één oplossing over: een bypassoperatie. Maar eenrelatief jonge patiënt gaan opereren terwijl hij slechtséén vernauwde kransslagader heeft, dat is nogal wat."

Het idee om het lastige litteken te voorkomen door bestraling isbegin jaren negentig in de Verenigde Staten ontstaan naaraanleiding van goede ervaringen met littekenbestrijding op de huid.Het principe is erop gebaseerd dat de straling de cellen die hetlitteken vormen doodt. Deze, zich vermenigvuldigende, cellen zijnnamelijk extra gevoelig voor straling.

Stella is nu door het Amerikaanse bedrijf Mallinckrodt gevraagdom deze bestralingsmethode in een proef met dertig patiëntenuit te testen. De proef, waarvoor patiënten met mindergecompliceerde vaatvernauwingen in aanmerking komen, loopt nu ruimeen maand.

Veiligheid

"Het systeem is echt hartstikke nieuw en ik ben natuurlijk heelblij dat ik, samen met twee collega's, die voortrekkersrol magvervullen", zegt Stella. Mallinckrodt koos het AZU als proeflocatievanwege de goede relatie met de afdeling Nucleaire Geneeskunde. Diespeelt een centrale rol bij alle geneeswijzen die gebruik maken vanbestraling en voortaan dus ook bij het werk van Stella.

"Meteen na een geslaagde dotterbehandeling komt er iemand vanNucleaire Geneeskunde naar beneden met de radioactieve oplossing ineen speciale stralingswerende houder", vertelt Stella. "Van daaruitkan ik hem direct via een kraantje in de catheter brengen, die inverbinding staat met de dotterballon in de kransslagader." Doordruk op het systeem te zetten, zwelt de ballon, zodat hij over hethele oppervlak contact maakt met de vaatwand.

Stella: "Het gevoelige punt in het systeem is dat kraantje. Alsdat onverhoopt zou gaan lekken, komt allereerst de patiëntbloot te staan aan straling, maar ook ikzelf." Een van dedoeleinden van de proef is om de veiligheid van de behandeling vastte stellen. Tijdens de behandeling loopt er voortdurend eenmedewerker van Nucleaire Geneeskunde rond met een Geigerteller. Bijpatiënten wordt na afloop het bloed op radioactiviteitgetest.

Proefpersonen worden van tevoren uitvoerig geïnformeerdover het risico dat ze lopen. Volgens Stella is het niet groot. "Inhet ergste geval, als de ballon kapot zou gaan, is de stof binnenvierentwintig uur via de urine verdwenen. Het blijft dan bij eeneenmalige blootstelling. Maar voor de behandelaar die dit een paarhonderd keer per jaar doet kan een lek systeem op den duurschadelijk zijn. Ik heb stralingsdetectoren op mijn lichaam en opmijn vingers. We hebben nu twaalf patiënten gehad en we hebbennog geen buitenproportionele straling gemeten. Alles loopt dusgesmeerd.

Stella is na een maand tijd inderdaad al bijna op de helft vanhet experiment en dat is veel sneller dan hij had gedacht. "Depatiënten blijken zeer welwillend. Het merendeel van de mensendie we vragen, werkt mee. Als het zo doorgaat hebben we in aprilons eerste resultaat al binnen, namelijk de wetenschap of hetveilig is. En over een half jaar kunnen we dan gaan kijken of devernauwing definitief wegblijft." Hij is optimistisch. Op grond vandierproeven en ervaringen in de Verenigde Staten met een anderebestralingsmethode, schat hij dat de vernauwing nog maar in tientot twintig procent van de gevallen terug zal keren.

Kanaaltunnel

De methode die het AZU nu test maakt gebruik van zogehetenbètastraling die het voordeel heeft dat hij hooguit enkelecentimeters door lichaamsweefsel heendringt en daarbuiten dus geenschade kan aanrichten. Door de kunststof catheter dringt hijnauwelijks heen. De stralingsgevoelige geslachtsorganen waar decatheter vlak langs gaat lopen dus geen gevaar. De straling komtuiteindelijk heel gericht alleen terecht op de plek waar hij zijnwerk moet doen. De dosis ter plekke is fors vergeleken bij die vaneen doorsnee röntgenfoto, maar verwaarloosbaar bij vergelekenbij de hoeveelheden die gebruikt worden bijanti-kankertherapieën.

Ondanks de gunstige vooruitzichten zal de methode voorlopig nogwel in een experimenteel stadium blijven. Na de kleinschaligeproeven in Utrecht en Leuven, zullen eerst nog een aantal grotereproeven moeten volgen, zogeheten dubbelblind-experimenten. Dan weetde patiënt niet of hij met bestraling wordt behandeld of meteen placebo. En de arts weet het zelf ook niet. Pas als ook uit ditsoort proeven blijkt dat bestraling een duidelijk positief effectheeft, mag het op grote schaal toegepast worden.

Tegen die tijd zullen hopelijk ook de logistieke beperkingenwaar Stella nu mee kampt, tot het verleden behoren. "Deradioactieve stof die we gebruiken heeft een halfwaardetijd vanslechts drieëneenhalve dag", legt hij uit. "Als ik op maandageen patiënt wil behandelen, moet het de woensdag voorafgaandin de Verenigde Staten gemaakt zijn. Dat is helaas de kortstmogelijke termijn. Het kan dan op zaterdag met het vliegtuig inLonden zijn. Daarna moet het echter verder via de kanaaltunnelomdat andere Europese vliegvelden dit transport niet toestaan.Vanuit Calais gaat het per koeriersdienst hierheen. Ik neem aan datMallinckrodt het middel straks ook in Europa gaat produceren, zodatwe het op ieder moment kunnen gebruiken."

Frans van Mieghem

Een beurs die het mogelijk maakt te kiezen voor iets waarvan je stiekem droomt



Kijk ook eens op de homepage van Albo Helm: http://utopia.knoware.nl/users/albohelm/


De belangstelling voor buitenland-beurzen neemt gestaagaf

Een beurs die het mogelijk maakt te kiezen voor iets waarvan jestiekem droomt

Wie na het behalen van de afstudeerbul nog een poosin het buitenland wil studeren, moet opschieten. Op 1 maart sluitde inschrijving van de verschillende beurzen waarmee een verblijfin San Francisco, Londen of desnoods Antananarivo bekostigd kanworden. De kansen stijgen nu het aantal aanmeldingen voordergelijke buitenland-beurzen daalt.

`De heer Tummers is een stuk volwassener geworden'. Jurist LarsTummers moet met tevredenheid het rapport, dat de selectiecommissievan `het diplomatenklasje' vorig jaar over hem opstelde, hebbengelezen. Twee jaar eerder had Tummers de sollicitatieprocedure bijhet ministerie van Buitenlandse Zaken voortijdig afgebroken. Dejonge medewerker van de militaire inlichtingendienst had toen eensuccesvolle gooi gedaan naar een studieplaats aan de Paul H. NitzeSchool of advanced international studies, onderdeel van degerenommeerde John Hopkins University in Washington. De selecteursvan Buza wezen op de voordelen van de extra studie-investering."Het was bovendien altijd al mijn ideaal om ooit eens aan een goedeAmerikaanse universiteit te studeren. Ik hoefde dan ook niet langte aarzelen."

Het eerste gedeelte van het studieprogramma volgde Tummers inBologna. Zijn verblijf daar betaalde hij van het spaargeld dat hijhad overgehouden aan zijn tijd in Bosnië waar hij alsjuridisch medewerker voor de VN-strijdmacht had gewerkt. ToenTummers in het tweede jaar zijn MA wilde halen in Washington ginghij op zoek naar financieringsmogelijkheden. In Nederland bleekvoor pas afgestudeerden die naar Amerika willen de `Fulbrightbeurs'van tienduizend dollar een goede mogelijkheid. Het beursprogrammawordt gezamenlijk gefinancierd door de Nederlandse en deAmerikaanse overheid. Hoewel Tummers in Utrecht een `hakken over desloot-student' was, wist hijdoor zijn motivatie, zijn goedestudieresultaten in Italië en zijn Bosnië-ervaringen debeurs in de wacht te slepen. In Den Haag werkt de jurist nu - mededankzij zijn studie in de VS - voor de directie veiligheidsbeleidvan BuZa.

Arbeidsmarkt

Het verhaal van Tummers klink aanlokkelijk. De doctorandussen enmeesters zouden toch in de rij moeten staan voor dergelijkeervaringen. De werkelijkheid is anders. Het animo voor debeursprogramma's en buitenlandse vervolgopleidingen daaltzienderogen. Een tendens die bij uitstek is waar te nemen bij hetmeest bekende beursprogramma voor afgestudeerden: de VSB-beurzen.Na een pilot-jaar met 25 Utrechtse studenten breidde het VSB-Fondsin 1991 haar activiteiten uit tot 260 beurzen, verdeeld over zestiguniversiteiten en hogescholen in het gehele land. De populariteitneemt echter gestaag af.

Ondanks een jaarlijkse mailing van het college van bestuurwaarin hoogleraren en facultaire medewerkers wordt gevraagd hunstudenten te wijzen op de verschillende beursprogramma's, is hetaantal Utrechtse aanmeldingen de laatste jaren behoorlijkteruggelopen. In 1996 waren er nog 37 aanvragen voor een VSB-beurs,in 1997 waren het er 32 en vorig jaar slechts 23. "Voor het volgendseizoen heb ik nu twee aanmeldingen binnen", zegt Hella Snoeren vanBureau Buitenland drie weken voor de sluiting van deinschrijftermijn.

Dat er door studenten minder gebruik wordt gemaakt van demogelijkheden om tijdens de studie naar het buitenland te gaan isgezien de toegenomen studiedruk en tijdsdruk te begrijpen. Maarwaarom nu ook die aarzeling om na het behalen van de bul af tereizen? Volgens Snoeren is de aantrekkende arbeidsmarkt debelangrijkste reden voor de teruglopende belangstelling. "Studentenkunnen nu vrij snel aan de bak in de maatschappij. Het enthousiasmevoor nóg een jaar studeren wordt daardoor minder. Vooralrechtenstudenten kiezen in grote getalen voor die goede baan."

Dit zou kunnen betekenen dat de kwaliteit van de studenten dieaanvragen indienen terugloopt. Vorig jaar werden zeventien van de23 Utrechtse VSB-aanvragen gehonoreerd. De spoeling wordt dun.Willemijn van der Vaart, projectleider VSB-beurzen van hetVSB-Fonds maakt zich echter nog geen al te grote zorgen. "Dat doeik pas als we onze beurzen niet meer kwijt kunnen. Wij kijken nietzozeer naar cijfers als wel naar de motivatie en deextra-curriculaire activiteiten die iemand heeft ondernomen.Bovendien: studenten moeten van ons niet naar het buitenland. Wijwillen hen slechts de kans daartoe bieden."

Toch heeft het VSB-Fonds voor het volgende jaar enkelemaatregelen getroffen. Moest eerder een gedeelte van de maximaal15.000 guldenworden terugbetaald, in het vervolg is het hele bedrageen schenking. Het aantal beurzen wordt tegelijkertijdteruggebracht tot 200.

Cambridge

Wie misschien nog wel gebruik willen maken van debeurzenprogramma's zijn studenten die in de wetenschap hun voorlandzien. Eva Bohn doet op dit moment in Cambridge een PhD in demiddeleeuwse filosofie. "De VSB-beurs heeft het mogelijk gemaaktdat ik kon kiezen voor iets waarvan ik stiekem droomde. Je hebt nueenmaal altijd een zetje in de rug nodig", zegt zij.

Dat de Neerlandica ooit in het Britse wetenschapsbolwerk terechtis gekomen is volgens haar `puur toeval'. Ze was al van plan haarvijfde jaar studiefinanciering in het buitenland door te brengen,toen ze drie jaar terug als student-assistente bij een congres vanmediëvisten in Utrecht aan de praat raakte met een professorvan de universiteit. Hij nodigde haar uit bij hem te komenstuderen. "Daar hoor ik nooit meer iets van, denk je dan. Maarenige tijd later lagen de inschrijfformulieren in de bus."

In het jaar dat de studente Historische Letterkunde in Cambridgeeen undergraduate-programma volgde, besloot ze een VSB-beurs aan tevragen om na haar afstuderen in Utrecht terug te kunnen keren naarEngeland. Dat ze uiteindelijk door de selectie heenrolde was voorhaar een bevestiging van haar ambities. De twijfel of ze wel verderwilde in het onderzoek was weg. In Engeland leerde ze om te gaanmet `het constante schuldcomplex' dat de studiedruk en deleefomgeving met zich meebrachten. Een verschijnsel dat ze inUtrecht niet of nauwelijks had gekend. "Ik ben van die druk gaanhouden. Van nature ben ik een beetje lui, maar hier heb ik zitvleesgekregen."

Bolleboos

Als Bohn op dit moment met een beurs naar het buitenland hadgewild dan had ze ook een beroep kunnen doen op hetTalentenprogramma van de Nuffic. Sinds twee jaar mag de organisatievan het ministerie van OC&W jaarlijks één miljoengulden verdelen onder `bollebozen' die een jaar aan eentopinstelling in het buitenland willen studeren. De bedragen die destudenten krijgen liggen hoger dan die bij de VSB-beurzen en kunnenoplopen tot 40.000 gulden. Vorig jaar werden 38 beurzen vergeven,waarvan twee in Utrecht. In tegenstelling tot het VSB-Fonds is deNuffic wel op zoek naar de `top of the bill'.

Ook de Nuffic ziet het aantal aanmeldingen in het korte bestaanvan het programma al afnemen. Zo waren er dit jaar in Utrecht zesaanvragen, terwijl dat er vorig jaar nog veertien waren.Programmabeheerder Mathilde Lagendijk wijst ook naar deaantrekkende arbeidsmarkt. "Eenaantal mensen dat een beurs wastoegekend hebben `m weer teruggegeven, omdat ze tussentijds eenbaan aangeboden kregen." De Nuffic is echter niet van plan om tetornen aan de kwaliteitseisen van het programma dat nog doorloopttot 2002. "Dan maar wat minder beurzen."

Hella Snoeren van Bureau Buitenland denkt echter dat ook de PRrondom de Nuffic-beurzen wel wat beter kan. "Nederlandse studentenzijn vaak heel bescheiden. Ze zien zichzelf niet zo snel als eentalent. Ik sprak laatst een student die gemiddeld bijna een negenstond. Zelfs hij twijfelde over zijn capaciteiten. Dat zit nueenmaal in de Nederlandse volksaard. Misschien kunnen we deTalentenbeurzen beter Doorzettersbeurzen gaan noemen."

Xander Bronkhorst


VSB-beurzen: http://www.vsbfonds.nl

Talentenprogramma: http://www.nuffic.nl

Fulbrightbeurzen: http://www.nacee.nl

Of: Service Centrum Bureau Buitenland van deUU

In deeltijd naar de top


Prof. Ten Horn mist inhoudelijke discussie over werk

Mevrouw prof.dr. S. ten Horn is als bijzonderhoogleraar Zorgmanagement verbonden aan het Julius Centrum voorPatiëntgebonden Onderzoek. Ze heeft een aanstelling van 1 dagper week. Daarnaast is ze inspecteur bij de Inspectie voor deGezondheidszorg in Den Haag.

"In december stond er een lijstje met toppromotors in hetU-blad. Ik realiseerde me dat je daar als deeltijder nooit van jeleven tussen komt te staan. Ik heb vier promoties op mijn naamstaan in de periode 1994-1998. Ik werk een dag per week, dus kun jedat getal met vijf vermenigvuldigen. Dan kom ik op twintigpromoties en zou ik op dat lijstje terechtkomen, maar zo werkt datkennelijk niet. Als deeltijder is het een stuk ingewikkelder omnaam te maken."

Ten Horn zet verder haar kanttekeningen bij het belang datgehecht wordt aan het aantal publicaties in gerenommeerdewetenschappelijke tijdschriften. "Wetenschap bedrijven lijkt steedsmeer op voetbal. De doelpunten zijn belangrijker dan het spel. Watik mis is een meer inhoudelijke discussie over het werk."

Van Horn wil niet beweren dat het het typisch mannelijk is omnaar de punten te kijken, maar "het is een kwestie van cultuur, dieten dele samenhangt met het grote aantal mannen in dewetenschappelijke wereld, maar het komt vooral omdat we de Engelseen Amerikaanse cultuur menen te moeten volgen. Hier wordt bij eenpromotie na drie kwartier gezegd: hora est. Onlangs was ik inSpanje bij een promotie die twee uur in beslag nam. Hoeinteressanter de promotie, des te langer duurt het. Het gaat daarveel meer om de inhoud."

Ten Horn heeft wel gemerkt dat mannelijke hoogleraren vakergericht zijn op scoren. "Dan hoor je ze bijvoorbeeld zeggen dat zegeen boeksprekingenmeer doen omdat daar zo weinig eer aan tebehalen valt. Een vrouw heb ik nooit zo horen redeneren."

Er zijn bij Geneeskunde minder vrouwen dan zou moeten, maarvolgens Ten Horn komt dat ook omdat vrouwen relatief kort in zogrote getale geneeskunde studeren. Er moet zich eerst nog eenvrouwelijk middenkader van universitair docenten vormen.Persoonlijk is haar nooit een duimbreed in de weg gelegd omhoogleraar te worden. "Ik ben gevraagd voor de functie."

Op de vraag of een deeltijdaanstelling een belemmering is om eenbepaald niveau te bereiken in de wetenschappelijke wereld,antwoordt Ten Horn ontkennend. "Ik ben het levende bewijs dat hetgeen belemmering hoeft te zijn. Als ik niet aan de normen zouhebben voldaan, was ik niet voor een tweede termijn benoemd en zoude faculteit niet hebben besloten de bijzondere leerstoel in 2001om te zetten in een reguliere."


Prof. Noordhuizen-Stassen heeft het idee dat generatie onderhaar meer eist

Mevrouw prof.dr. E. Noordhuizen-Stassen is voor 20uur universitair hoofddocent en voor 16 uur hoogleraar Relatie MensDier aan de faculteit Diergeneeskunde.

"Een aantal jaren geleden was ik voorzitter van deemancipatiecommissie. We concludeerden dat er een glazen plafondwas voor vrouwen bij Diergeneeskunde. Al bij de overgang vantijdelijke naar vaste aanstellingen, kromp het percentage vrouwendrastisch. Zelf heb ik een unieke positie op de faculteit. Toen ikAIO was en een tijdelijk contract had dat dreigde af te lopen, benik gevraagd om docent te worden. Ik zei: 'Dat is prima, maar ik doehet alleen parttime.' Dat werd geaccepteerd."

Noordhuizen-Stassen heeft nooit gemerkt dat collega's haar eropaankeken. Dat ze zich spiegelt aan degenen die fulltime werken zitpuur in haarzelf. "Maar kijk, deeltijd werken is niet ideaal als jeverder wilt. Mijn lijstje van prestaties zijn uiteraard korter dandat van een fulltimer. Dat kan niet anders. Voor toelating tot onzeonderzoekschool wordt echter niet naar individuen gekeken, maarnaar de projectgroep in zijn geheel en naar het aantal publicatiesin verhouding tot de aanstelling. Dus in mijn geval speelt dathelemaal niet. Behalve als ik ergens anders hogerop wil."

Ze vindt dat er niet te zwaar aan publicaties getild moetworden. Kwaliteit is belangrijker. "Er is een bepaald minimum datiemand gepubliceerd moet hebben om geloofwaardig te zijn, maar ofiemand nou 10 of 14 publicaties op zijn naam heeft staan, mag nietdoorslaggevend zijn."

Noordhuizen-Stassen ziet op haar faculteit meer mannen metambitie dan vrouwen. "Ambitie moet je hebben als je verder wiltkomen. Soms heb ik het idee dat de generatie onder mij ook meereist. Dat je deeltijd werkt en voor kinderen moet zorgen is ook jeeigen keuze. Je kan niet altijd vergaderingen afzeggen. Je moet ooghebben voor de organisatie en je een beetje soepel opstellen." Inhet verleden werd ze er, ondanks haar soepele opstelling, wel eensop aangekeken dat ze een dag in de week niet kon vergaderen omdatze bij de kinderen moest zijn. Maar nu ze hoogleraar is, heeft zedaar geen last meer van. "Deeltijdwerken is meer geaccepteerd in desamenleving, maar het is ook een kwestie van hiërarchie. Alsik nu niet op een vergadering kom, vraagt niemand meer naar dereden."

Suzanne Brink