“Er is al veel onderzoek naar emotioneel eten gedaan. Daaruit zou blijken dat sommige mensen naar eten grijpen als ze negatieve emoties ervaren. Ze eten dus ook als ze geen honger hebben. Daardoor lopen ze het risico op overgewicht. Ze worden ook wel emotionele eters genoemd. Eén van die onderzoeken maakte gebruik van vragenlijsten waarin mensen moesten aangeven wanneer ze zich naar voelden, wat ze dan aten en of er een verband bestond tussen beide. Dit soort tests lijken niet waterdicht, want je herinneren hoe je je eerder voelde en wat je gegeten hebt, is bijzonder moeilijk.”
Heb je daarom zelf ook een onderzoek gedaan?
“Ja, in ons eerste onderzoek maakten we gebruik van experimenten waarin we bij de deelnemers eerst negatieve emoties als verdriet of boosheid opwekten. Vervolgens kregen ze in een zogeheten smaaktest eten voorgeschoteld waarvan ze zo veel mochten proeven als ze zelf wilden. Er bleek geen enkel verschil in de hoeveelheid die zij aten en wat de mensen aten bij wie geen naar gevoel was opgewekt.”
Waarom zien sommige mensen zichzelf dan als een emotionele eter?
“Het antwoord op die vraag hebben we gevonden door de deelnemers, die zichzelf als emotionele eter beschouwen, in een dagboekje te laten bijhouden hoeveel tussendoortjes ze eten per dag. Uit dit onderzoek konden we afleiden dat mensen vooral uit gewoonte meer gaan snacken, en niet als gevolg van nare gevoelens. Het lijkt er op dat deze mensen zich zorgen maken over hun eetgedrag en een legitieme reden zoeken voor dit snacken. Dat is niet zo gek. Tegenwoordig wordt iedereen bestookt met gezondheidsinformatie en wordt er van je verwacht dat je let op wat je eet, omdat er nou eenmaal veel te eten valt. Jezelf een emotionele eter noemen, is dan een excuus voor die paar kilo’s die erbij kunnen komen. Mensen snappen heel goed dat gezond eten belangrijk is, ze maken zich er zorgen over, maar ze voelen zich niet in staat om hier ook daadwerkelijk iets aan te doen. Sterker nog, omdat ze weten dat het slecht voor ze is, lijken mensen het snacken strategisch in te zetten om zichzelf te kunnen belonen na een zware week.”
Dat klinkt alsof mensen zichzelf voor de gek houden?
“Het is in ieder geval iets anders dan emotioneel eten. Dat zien we sterk terug in ons huidige onderzoek. Twee groepen moesten bijvoorbeeld dezelfde opdrachtjes doen in het lab, maar bij een aantal gaven we aan dat er iets mis was gegaan en dat ze het taakje opnieuw moesten doen. Doordat ze langer moesten doorwerken, aten deze deelnemers vervolgens meer dan de andere groep, als een soort beloning.”
Emotioneel eten bestaat dus niet!
“Er is zeker wel een verband tussen emoties en eten, maar het is niet waar dat akelige gevoelens daadwerkelijk automatisch leiden tot meer eten. Daar vinden wij geen bewijs voor en bij andere onderzoeken is het heel wisselend. Veel mensen denken wel dat ze eten uit emotie en dat dit daadwerkelijk helpt, maar in feite tobben ze alleen maar over het eten wat ze vervolgens afschuiven op nare gevoelens.”
Troost eten eigenlijk?
“Nee. Natuurlijk geeft eten een gevoel van verzadiging, maar dat is iets anders. De gewoonte is iets van deze tijd, waarin overal wat te snaaien valt. Ik denk dat mensen een schaal met hapjes niet snel kunnen overslaan, terwijl ze geen behoefte naar die snacks zouden hebben als de schaal er niet zou staan. Het zou goed nieuws zijn als men zou bewijzen dat je er wel gelukkiger van kan worden. We zouden dit vervolgens zelfs in een bepaalde mate kunnen propageren. Maar mensen voelen zich niet beter, ze voelen zich eerder schuldig. Ze weten dat ze het verkeerde middel hebben gebruikt.”