“Moet dat nou?” Niet alle persleden waren op de hoogte van de strikte veiligheidsmaatregelen bij een sectie met publiek. Om mogelijke besmetting tussen beest en bezoeker te voorkomen, moest bijvoorbeeld het eigen schoeisel uit en de rubber laars aan. Misschien niet heel modieus maar wel zo veilig.
De bruinvis die deze maandag wordt onderzocht is de 36ste op rij en hoort bij de grote groep die eerder dit jaar aan de Noordzeezijde van Texel aanspoelde. Een deel van deze beschermde varkensvissen, zoals ze ook wel worden genoemd, zaten onder de krassen. Nadat was uitgesloten dat de dieren door menselijk handelen om het leven waren gebracht, gaf het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit toestemming om de autopsie onder toeziend oog van de pers te houden. “Normaal zijn we heel terughoudend in dit soort zaken vanwege de privacy van de eigenaar van de dieren”, zegt een voorlichter van de faculteit.
Deze maandag ligt een jong mannetje van ruim 23 kilo op de onderzoekstafel. Zijn huid zit vol met krassen. Zijn rechteroog ontbreekt. “Het is een relatief vers dier”, zegt veterinair patholoog in opleiding Lidewij Wiersma die wordt bijgestaan door sectiezaal medewerkster Natashja van Beusekom.
Met vloeiende bewegingen ontleedt ze de vis volgens internationaal protocol. Anderhalf uur later zijn alle organen bekeken en monsters verzameld voor nader onderzoek. “Een sectie is voor de pathologie slechts een eerste stap”, zegt Wiersma. “Nader onderzoek van de weefsels stelt ons dikwijls voor verrassingen.” De conclusie die nu voorlopig getrokken kan worden, is dat het dier goed doorvoed was en op het moment dat hij stierf een lege maag had. Dat het dier misschien verdronken is of gestikt is in een vissersnet zijn aannames. Die diagnose kan pas als ‘waarschijnlijk’ worden gemeld als alle andere mogelijkheden na nader onderzoek zijn uitgesloten, zeggen de specialisten.