Nieuws

Een happie voor Afrika

De prijs van mijn kamer? ‘Very bad’

De meeste buitenlandse studenten in Utrecht betalen tussen de 350 en 450 euro per maand, maar een kwart is meer dan 450 euro kwijt. Gevraagd naar hun mening over de hoogte van dit bedrag antwoordt 56 procent ‘bad’ of ‘very bad’.

Deze gegevens komen uit een enquête van ISHA, International Student Housing Assistence. Dit is een samenwerkingsverband tussen het Erasmus Student Network, de koepel van SSH-woonbesturen Boks en USF Studentenbelangen. Sinds anderhalf jaar wordt ISHA door de SSH aangemerkt als de vertegenwoordiger van buitenlandse bewoners.

Jesse van Mourik van SSH Short Stay Solutions zegt de uitkomsten te kunnen verklaren. “Veel buitenlandse studenten vergelijken de prijs die zij betalen met die van een Nederlandse buurman en vergeten daarbij dat die buurman nog extra kosten maakt, bijvoorbeeld voor gas en elektra.”

Van Mourik benadrukt dat de prijs gebaseerd is op werkelijk gemaakte kosten. “Buitenlandse studenten moeten bedenken dat de SSH ervoor zorgt dat hun kamer gestoffeerd en gemeubileerd is. Bovendien krijgen ze tijdens hun verblijf meer service van onze medewerkers. Als er een magnetron stuk gaat, moet de SSH die vervangen.”

Een verlaging van de prijzen zit er dus niet in. De SSH zegt zich te willen richten op een betere voorlichting over de hoogte van het bedrag. “Zo zullen we nog beter gaan verwijzen naar de uitleg die we geven bij de FAQ’s op onze website.”

Ook de UU noemt de hoge kamerprijzen voor studenten “een bekend probleem dat moeilijk is op te lossen”. Femke van der Geest van het International Office: “Een kamer in Utrecht is nu eenmaal duur. Bij de reserveringen die wij maken, proberen wij daar wel rekening mee te houden. Daarom reserveren wij nu meer kamers in De Warande in Zeist. Maar daar wil weer niet iedereen wonen.”

Roel Weerheijm van ISHA zegt overigens dat de meeste buitenlandse bewoners “over het algemeen redelijk tevreden zijn over hun kamer“. Hij wijst ondermeer op de positieve oordelen over de staat van de kamer bij aankomst.

Weerheijm kan niet verklaren waarom studenten zich in het onderzoek negatief uitlaten over de klachtenafhandeling van de SSH. Bijna de helft noemt deze slecht tot zeer slecht. “Daar moeten we in een volgende enquête nog eens naar vragen.”

Volgens Van Mourik geven de eigen evaluaties van de SSH een positiever beeld over de klachtenafhandeling. “Maar vanaf volgende maand beginnen we met een digitaal volgsysteem waarbij studenten klachten via internet melden. Daarna kunnen we precies volgen hoe daarmee wordt omgegaan.”

Camels at De Uithof

Arabic scenes at De Uithof: last Thursday, students had the chance to take a ride on a camel in front of the University Library. The ride was offered by the Nour Project, which organises internships in Morocco, Jordan, Egypt and Tunisia.

Jeroen van Eenennaam, student of Economics, is coordinator of the Nour Project, which is part of international Student Platform Aiesec. Dressed as an Arab, he tried to persuade passing students to take a ride on the back of a camel and consequently engage them in the opportunities of completing an internship in the above-mentioned countries in summer. “These are great internships, which give students the chance to really get to know Arabic culture. And what is more, they can still follow their regular programmes as the internships take place in July and August.”

Where did Jeroen get the seven-year-old, brown-haired Soraja? “By typing ‘rent a camel’ into Google. That is how we got in touch with Bert’s Animal Rental, the cheapest camel rental business we could find.”

Bert tells us that Soraja lives in good circumstances. “I have twelve camels and they feel very at ease. They graze on the pasture or stay in the shed. If I take one of the camels to an event like this, they all appear very eager to come. Today, this lady was the lucky one.”

RvV

Interested in an internship in Morocco, Jordan, Egypt or Tunisia? Go to: www.nourproject.nl

One hundredth female professor appointed

With vessel and kidney researcher Marianne Verhaar being appointed to Professor of Experimental Nephrology, Utrecht University now has one hundred female professors, which means that about fifteen per cent of the professors in Utrecht are women.

During a brief ceremony in the Bestuursgebouw, President of the Executive Board Van Rooy said to be happy with the steady growth in the number of female professors, because both Utrecht University and University Medical Center Utrecht (UMC Utrecht) greatly value the development of female academic talents. Verhaar, who studied in Rotterdam, was employed by UMC Utrecht in 1992. Apart from conducting research, she is also a lecturer and involved in patient care. Last year, she received a Vidi grant from research promotor NWO (Netherlands Organisation for Scientific Research).

EH

Meer ‘smoel’ door nieuw Centrum voor Cultuur en Wetenschap

“Meer smoel.” Vraag De Haan naar de reden voor de operatie en dat is kort en goed zijn antwoord. “Kijk”, legt hij uit, “zowel op het gebied van cultuur als op dat van wetenschappelijke vorming worden hier voortreffelijke dingen gedaan. Alle clubs op die terreinen zijn hartstikke goed bezig. Maar omdat ze allemaal hun eigen koers varen, ontbreekt het tot nu toe aan een helder universitair profiel. Dat ervaart niet alleen het college van bestuur als een gemis, ook vanuit de stad wordt ons gevraagd om een herkenbaarder aanbod van kennis en cultuur. Wij denken dat de vorming van één centrum kan bijdragen aan een betere synergie tussen de verschillende onderdelen van het programma.”

Als voorbeeld van de huidige versnippering wijst De Haan op het feit dat niet alleen twee faculteiten, maar ook het Universiteitsmuseum en Studium Generale dit voorjaar een eigen Darwin-programma aanbieden. “Op zich hoeft dat geen bezwaar te zijn, maar als het nieuwe Centrum al had bestaan, hadden we de activiteiten misschien wat beter op elkaar af kunnen stemmen. Veel belangrijker vind ik dat we dan samen de PR hadden kunnen verzorgen, want ook dat doen alle vier clubs nu op eigen houtje. Met name in dat opzicht zie ik een duidelijke meerwaarde voor meer samenwerking. Iets anders is dat we door de vorming van het Centrum ook de kans krijgen om incidentele activiteiten zoals de Culturele Zondag en het Pianoconcours beter op de andere activiteiten af te stemmen.”

De Haan beklemtoont dat de huidige clubs vooral moeten blijven doen wat ze nu ook al doen, “We hebben speciaal voor een droogkloterige naam voor het Centrum gekozen, want de ‘merken’ Parnassos, Universiteitsmuseum en Studium Generale moeten blijven bestaan.” Hij kan echter niet ontkennen dat er wel iets voor ze zal veranderen. “Ik zal hen als directeur van het Centrum iets dichter op de huid zitten dan ze tot nu toe gewend waren. Ik ga me niet met de dagelijkse gang van zaken bezig houden, maar ik wil wel graag verder nadenken over wat we ons bezoek nu precies willen bieden. En uiteraard wat daar nog aan ontbreekt.”

Een schoolvoorbeeld van wat nog ontbreekt is wat De Haan betreft een goed cultureel aanbod in De Uithof. “Parnassos doet in de vroegere Uitwijk prima dingen, maar voor de leefbaarheid van De Uithof wordt het echt hoog tijd voor een cultuurcafé met een goede programmering. Ik weet niet of het betaalbaar is, maar de voormalige bibliotheek van het Van Unnik, die nu al tijden leeg staat, zou daar bij uitstek geschikt voor zijn. In de binnenstad ontbreekt het juist weer aan een science-café, zoals de Volkskrant dat een tijdje heeft verzorgd. Een café in de buurt van het Janskerkhof waar je met een biertje in je hand naar spannende wetenschap kunt luisteren en erover mee kunt kletsen. Dat zou toch geweldig zijn?”

Wisselende reacties

Directeur Melanie Peters van Studium Generale is niet gelukkig met de plannen: “Onze programma’s hebben duidelijk een heel andere opzet dan die van het museum. Het is dus onzin om te zeggen dat er sprake is van doublures. Wij mogen weliswaar ons eigen programma blijven maken, maar ik ben toch bang dat het straks één grote hutspot wordt. Ik denk dat wij onze wetenschappelijke status beter als aparte organisatie waar kunnen maken dan als onderdeel van het nieuwe Centrum.”

In het Universiteitsmuseum werd de afgelopen weken vooral geklaagd over de vele onduidelijkheden in het plan. Maar na een verhelderend gesprek met rector-magnificus Stoof is de lucht volgens hoofd presentatie Ria Aalders inmiddels opgeklaard. “Inhoudelijk hebben we zin in meer samenwerking.”

Ronduit positief is directeur Marieke van Merriënboer van Parnassos Cultuurcentrum. “Wij voelden ons bij Studenten Service toch een beetje een vreemde eend in de bijt, en ik ben blij dat wij nu kunnen aansluiten bij andere culturele initiatieven van de UU. Essentieel is voor mij wel dat wij onze programmeervrijheid behouden.”

‘Super student’ fell in love with Utrecht

Jessica Dorsey is the first EuroScholar in Utrecht. EuroScholars is a unique programme which offers excellent students from the USA and Canada the opportunity to do research at a leading European university for six months.

At the University of Kansas, USA, Jessica (27) was one of the best international law students. With an average mark of 3.4 out of 4, she qualified for the EuroScholars programme. In September 2008, Jessica started her research semester and was supervised by Professor Ian Curry-Sumner of the Law Faculty. She participated in the International Child Maintainment Project and studied European legislation on child support after divorce. “In America, every state has the same child support rules, which means that if the father is going to live in another state than the mother and child, he still has to obey the same rules,” says Jessica. Although the European Union is made up of countries instead of states, the American system could also be implemented here, believes Jessica. “I made an analysis as part of the research of Professor Curry-Sumner, which could eventually become a proposal to the European Union.”

Jessica has finished her research semester and is now taking a Public International Law Master, also at Utrecht University. Surprisingly, this is not a research master: “A research master would take me another two years and it is about time I enter the ‘real world’,” explains the American student with a smile. “EuroScholars gave me a fantastic preview of academic research, but I prefer doing research for an NGO or an international tribunal.”

Jessica feels ‘very proud’ to have been the first EuroScholar in Utrecht. “It is a chance not many students get. If this will give a real boost to my career will only become apparent after I have finished my studies. At least it is an addition to my CV,” says Jessica modestly. With Jessica being the first ‘super student’, Utrecht University is a novice when it comes to the EuroScholars programme, says UU Programme Coordinator Caspar de Bok. “We deliberately decided to gradually take part in this programme in order to develop a well-organised structure before recruiting EuroScholars on a large scale.”

Jessica will stay in Utrecht for the time being. She fell in love with the city. With a subtle American accent, she orders a hot chocolate and tells about her little dog, a terrier from the US, with which she is now sharing her new flat near the Wilhelminapark. “It is great to cycle through Utrecht in summer and to pass the busy outdoor cafes along the canal,” she says with a twinkle in her eyes. “In the US, people are very focused on their work, here people enjoy life.” She finds this a very pleasant attitude, which is peculiar for a top student who studies very hard, attends Dutch classes and trains with a Utrecht football club twice a week. “Utrecht is just so gezellig.”

Mitra Nazar

The EuroScholars Programme offers students from universities in the USA and Canada the opportunity to do research at a leading European university for six months. “It is a customised programme,” explains Utrecht University Coordinator Caspar de Bok. “The student and his or her coach discuss the exact focus of the research.” Apart from international experience, EuroScholars also offers the chance to study at a top university. Participation costs €9,975 per semester; this includes accommodation and has to be paid by the students themselves.

More information: www.euroscholars.eu

hoe kan dat nou?

Universitaire vlag met verkeerde kleuren

Hilde Vos, communicatiemedewerker van het JBI, hoe zit het met die kalender?

“Wij verspreiden die kalender al jaren. Mét deze kleuren inderdaad. Maar volgens mij zijn die kleuren helemaal niet van de universitaire vlag. Vijf van de zeven kleuren komen overeen? We bellen later even terug.”

Hoe ziet de universitaire vlag eruit, Pedel Paulien van der Veer?

“De vlag telt al heel lang zeven kleuren, voor elke faculteit één. Het klopt nu heel mooi, want er zijn zeven faculteiten. De kleuren zie je – behalve in de vlag – ook als bandjes op de mouwen van de toga’s van hoogleraren. De volgorde van boven naar beneden is: rose voor Geowetenschappen; rood voor Recht, Economie, Bestuur en Organisatie; groen voor Geneeskunde; geel voor Bètawetenschappen; donkerblauw vaoor Geesteswetenschappen, paars voor Diergeneeskunde, en lichtblauw voor Sociale Wetenschappen. Als het goed is, wappert op elk gebouw een vlag tijdens de Dies en de opening van het academisch jaar, en bij het uitreiken van Koninklijke onderscheidingen.”

Hoe lang hebben we deze kleuren al, hoogleraar universitaire geschiedenis Leen Dorsman?

“Al voor 1800 werden er kleuren voor verschillende disciplines gebruikt. De juristen hebben bijvoorbeeld voor zover we weten sinds 1786 de kleur rood.“

Leneke Visser van het UFonds, het gerucht gaat dat u nog een zeskleurige vlag heeft liggen?

“O, dat zou best kunnen. Maar daar houd ik me niet mee bezig en ik ga het ook niet uitzoeken. Ik vind het een non-item, sorry.”

Dank voor het terugbellen Marlijn Mosterd, communicatiemedewerker van het JBI. Hoe zit het nou?

“Dit ontwerp is al jaren oud en die kleuren zijn nog nooit iemand opgevallen. Het heeft helemaal niets met de universitaire vlag te maken. Wij gebruiken kleuren om onze verschillende activiteiten te markeren in folders en op onze site. Het is toeval dat vijf van de zeven kleuren overeenkomen, en dan ook nog eens in de goede volgorde . Maar ik heb geen idee waarom de ontwerpster de academische feestdagen zo gekleurd heeft. Bent u trouwens van de universitaire huisstijl? Want misschien moeten we toch even contact opnemen.”

Nog plannen voor de kalender van 2010?

“Dit heeft ons wel wakker geschud. Ik denk niet dat we onze kleuren aanpassen, maar dat we iets met de academische feestdagen op de kalender gaan doen. Want de intentie is nooit geweest om de vlag na te maken.“

MvdK

wetenschap

Freelancers

Promotor van de eeuw stopt

Jan Jongeneel stopt als promotor. Op 24 maart staat hij zijn laatste promovendus terzijde, de Ghanees Emmanuel Addo. Daarmee komt een einde aan een opmerkelijk academische verschijnsel. Want de honorair emeritus hoogleraar missiologie (geboren 1938) heeft maar liefst 41 promovendi naar hun doctorsbul begeleid. Dat is het bijna recordaantal promoties in Nederland, alleen voorbijgestreeft door VU-theoloog Gerrit Berkouwer met 46 promoties. De meerderheid van de promovendi van Jongeneel is niet-Nederlands en zelfs niet-westers. Zijn bekendste pupil is Hans Visser, emeritus predikant van de Pauluskerk in Rotterdam. Opmerkelijk was dat een Indonesiër bij hem de gelegenheid kreeg om zijn dissertatie in zijn moedertaal te verdedigen – de eerste verdediging aan de UU in een niet-westerse taal. Nog een wapenfeit: onder Jongeneels supervisie kwam de eerste godgeleerde dubbelpromotie tot stand, van een Indonesiër en een Duitser die samen één boek schreven.

Tedere seks

Advertenties met schaars of zelfs in het geheel niet geklede dames hebben een negatieve invloed op het enthousiasme van vrouwen voor de aangeprezen producten. Hun houding wordt echter aanzienlijk minder afwijzend wanneer het bloot en de seks in het teken staan van liefde en genegenheid. Dat concludeert een internationaal team van onderzoekers op basis van experimenten met verschillende soorten advertenties in het ‘Journal of Consumer Research’. In dit bij uitstek toegepaste stukje onderzoek kregen mannen en vrouwen verschillende versies van een advertentie voor een horloge te zien. Op de versie met bloot zonder context reageerden vrouwen zonder uitzondering negatief. Over een versie waarin een man een ontklede dame het horloge vol tederheid als geschenk aanbood, waren de vrouwen aanzienlijk positiever. Of deze nieuwe strategie bij reclamemakers ingang zal vinden, is echter de vraag. Mannen waren namelijk minder enthousiast over de ‘tedere’ variant.

Iedereen universiteit

De minister schreef dit in antwoord op kamervragen over opleidingsinstituut Via Vinci. De instelling uit Breda blijkt studiekiezers gouden bergen te beloven. Zo staat op de website dat de masteropleidingen “vergevorderd” zijn in de accreditatieprocedure van NVAO. Volgens de directeur van instelling is de accreditatie zelfs al rond. Geen van beide is waar. Via Vinci diende slechts voor één van haar vier masteropleidingen een aanvraag in bij NVAO. Deze werd niet ingewilligd, schrijft Plasterk.

Ook presenteert de instelling zich als een universiteit, terwijl Via Vinci niet als universiteit, noch als hogeschool is erkend. Dat is misleidend, zegt Plasterk, maar verbieden kan hij het niet. De begrippen ‘hogeschool’ en ‘universiteit’ zijn immers niet strafrechtelijk beschermd. Instellingen die niet als zodanig werden erkend, mogen zich dus wel zo noemen.

Op één punt kan Plasterk wél juridische stappen zetten. Op haar website belooft Via Vinci doctor-titels aan studenten die het ‘promotieprogramma’ doorlopen, en dat is in de WHW verboden: alleen erkende universiteiten mogen een doctorsgraad verlenen. Als Via Vinci de onjuiste informatie niet van de site verwijdert, doet de minister aangifte bij het Openbaar Ministerie. Omdat hij verder weinig juridische middelen heeft tegen “minder bonafide” aanbieders als Via Vinci, drukt Plasterk studiekiezers op het hart kritisch te kijken naar het “zeer diverse” onderwijsaanbod.

HOP

Uitwisselingsstudent ontevreden over prijs kamer

Meer dan de helft van de studenten noemt de hoogte van de huur slecht tot zeer slecht, zo blijkt uit een onderzoek van ISHA, een samenwerkingsverband tussen het Erasmus Student Network, de koepel van SSH-woonbesturen Boks en USF Studentenbelangen.

Volgens de SSH gaat het om een bekende klacht. Op de site van de studentenhuisvester wordt buitenlandse studenten daarom uitleg gegeven over de samenstelling van de prijs.

De SSH benadrukt dat de prijs gebaseerd is op werkelijk gemaakte kosten, ondermeer voor het stofferen, inrichten en onderhouden van de kamers.

Volgens een woordvoerder vergelijken veel buitenlandse studenten de prijs die zij betalen bovendien onterecht met die van een Nederlandse buurman. “Ze vergeten daarbij dat die buurman nog extra kosten maakt, bijvoorbeeld voor gas en elektra.”

XB

VU en UvA bundelen bèta-masteropleidingen

Met de Amsterdam Graduate School of Science, die op 1 september van start gaat, hopen VU en UvA hun huidige aantal gemeenschappelijke ‘tracks’ en masteropleidingen verder te kunnen uitbreiden en samenvoegen. De nieuwe school wordt ook verantwoordelijk voor de opleiding van de bètapromovendi. Dat moet de beide instellingen aantrekkelijker maken voor met name buitenlandse topstudenten.

Eerder werden de VU en de UvA het eens over de oprichting van het Amsterdam University College. Medewerkers blijven in dienst van hun eigen instelling.

HOP