Nieuws

Onderwijs wiskunde met oude en nieuwe media

De onderzoekers hebben het samenspel tussen leren, onderwijzen en het gebruik van technologische hulpmiddelen onderzocht. Daarvoor zijn zogeheten ‘applets’ ontwikkeld. Dat zijn kleine interactieve programma’s die via internet toegankelijk zijn. De applets zijn aan een digitale leeromgeving gekoppeld.

De onderzoekers ontwikkelden een nieuw leerarrangement voor leerlingen van de tweede klas havo en vwo. Het leerarrangement werd door 700 leerlingen én 16 docenten getest. De onderzoekers stelden vast dat de lessen het beste werken als docenten verschillende werkvormen hanteren, verschillende media gebruiken, én alles duidelijk met elkaar in verband brengen. Doordat leerlingen zowel met pen en papier als in de digitale omgeving werken en dit in tweetallen of groepjes doen, wordt voorkomen dat de leerervaringen in de ICT-omgeving een geïsoleerd en individueel karakter hebben.

Die gecombineerde manier van werken stimuleert de leerlingen om kritisch te kijken naar hun eigen werk. Ook concluderen de onderzoekers dat leerlingen een verdiept inzicht ontwikkelen in het wiskundige functiebegrip, wat vooral blijkt uit de redeneringen die leerlingen daarbij opzetten en de manier waarop ze de geleerde technieken toepassen.

De docent heeft een belangrijke rol bij de reflectie op het computerwerk. Hij of zij moet het computerwerk verbinden met het probleem en de 'pen en papier'-wiskunde. Het leerarrangement met de verschillende werkvormen en media blijkt veel van docenten te vragen. Hun eigen opvattingen over leren en onderwijzen hebben veel invloed op de manier waarop zij inspelen op een ICT-rijk leerarrangement.

(Bron: Perscommunicatie UU)

Rector pusht academische studie bij scholieren

De ‘rectors league’ is een groep Utrechtse hoogleraren en docenten die de aantrekkelijkheid van een universitaire studie op scholieren probeert over te brengen. Ze doen dat voor het scholennetwerk, waarin 40 regionale scholen voor voortgezet onderwijs participeren. De universitaire medewerkers gaan op die scholen enkele lessen verzorgen in de bovenbouw van het vwo, waarin ze laten zien hoe op een universiteit met zo'n schoolvak wordt omgegaan, en wat ze met zo'n studie op de arbeidsmarkt kunnen gaan doen.

De rectors league is in het leven geroepen door de voormalige rector Willem Hendrik Gispen toen de belangstelling van scholieren voor een academische studie, met name in de bèta-hoek, te wensen over liet. Stoof heeft dit initiatief overgenomen.

In het verleden was één van de deelnemende hoogleraren de huidige onderwijsminister Plasterk. Nu doen onder meer mee Stefan Rudiger (scheikunde), Astrid Kappers (natuurkunde) en Peter Koopmans (Engels).

Het stimuleren van scholieren om een studie te gaan volgen in vooral béta-vakken is nog steeds zinnig, zegt onder meer het Platform Bèta Techniek. Hoewel er op dit moment minder vacatures zijn voor afgestudeerde bèta’s, waarschuwt dit platform voor een al te groot optimisme. In 2012 zijn er zeker 125 duizend extra bèta’s en technici nodig, waaronder 44 duizend hoogopgeleiden.

AH

Nieuw studentenfestival

UvA bedankt voor Gay Pride-boot

Met de brief reageert het college op een verzoek van UvA-socioloog Laurens Buijs. Die zette begin dit jaar een internet-petitie op, waarin hij pleitte voor een UvA-boot op de jaarlijkse ‘Canal Parade’. Meer dan honderd mensen bleken daar wel voor te vinden, zelfs de naam van collegevoorzitter Van Toorn stond onder de petitie.

Dat die niet zelf heeft getekend, is nu wel duidelijk, want Van Toorn maakt in de brief bekend dat de UvA niet “als instelling” in de parade wil meegaan. “Als academische instelling zijn we er voor onderwijs en onderzoek”, zegt een woordvoerder van de universiteit. “We zijn natuurlijk wel voorstander van homo-emancipatie en we steunen het initiatief van Gay Pride, maar geld uitgeven om dat standpunt kracht bij te zetten, dat gaat een stap verder.”

Met het sponsoren van een boot kunnen bedrijven of instellingen het liberale, homovriendelijke karakter van hun organisatie benadrukken. Ook de Amsterdamse burgemeester Job Cohen en onderwijs- en emancipatieminister Ronald Plasterk voeren afgelopen zomer mee.

HOP

Uitstel rond bijbaantjes hoogleraren

Uit een voortgangsrapport van universiteitenkoepel VSNU blijkt volgens Plasterk “dat alle universiteiten het belang van openbaarmaking onderschrijven”. Dat zegt hij in antwoord op kamervragen van SP-lid Jasper van Dijk.

Vorige maand bleek dat universiteiten weinig haast hebben met het openbaar maken van de bijbaantjes van hoogleraren. En dat terwijl Plasterk had gezegd tegen de jaarwisseling resultaat te willen zien. De universiteiten krijgen nu extra tijd: pas in september moeten ze opnieuw een voortgangsrapport voorleggen. Van Dijk, die lang pleitte voor openheid rond de nevenactiviteiten van hoogleraren, noemt het antwoord van de minister “teleurstellend”.

HOP

Een half miljoen voor onderzoeksschool voor Islamstudies

ISIS is de opvolger van het internationale instituut voor de islam in de moderne wereld ISIM. Dat in Leiden gevestigde instituut stopte begin dit jaar. De partneruniversiteiten in Utrecht, Amsterdam en Nijmegen wensten niet langer mee te betalen aan een onderzoeksorgaan waar vooral de Leidse universiteit van profiteerde.

Deelnemers aan ISIS zijn Universiteit Leiden, Universiteit Utrecht, Universiteit van Amsterdam, Universiteit van Tilburg, Radboud Universiteit, Erasmus Universiteit Rotterdam, Vrije Universiteit en de Rijksuniversiteit Groningen. De Universiteit Leiden treedt de eerste 3 jaar op als penvoerder.

Waar het ISIM zich vooral richtte op onderzoek naar hedendaagse maatschappelijke, politieke, culturele en intellectuele ontwikkelingen onder moslims, is er in de nieuwe onderzoeksschool ook aandacht voor de historie van de islam.

De nieuwe samenwerking moet volgens de universiteiten een krachtige bijdrage leveren aan het academische onderzoek en onderwijs op het gebied van de islam.

XB

Honderdste vrouwelijke hoogleraar benoemd

Tijdens een korte plechtigheid in het Bestuursgebouw zei collegevoorzitter Van Rooy gelukkig te zijn met de gestage toename van het aantal vrouwelijke hoogleraren, omdat zowel de universiteit als het UMC Utrecht veel waarde hechten aan de ontwikkeling van vrouwelijk wetenschappelijk talent. Beide instellingen hebben een programma dat talentvolle vrouwelijke onderzoekers ondersteunt. “De benoeming van Marianne Verhaar bewijst dat die programma’s echt werken”, aldus Van Rooy.

Verhaar, die in Rotterdam studeerde, trad in 1992 in dienst van het UMC Utrecht. Zij doet daar onderzoek naar de mogelijkheid om patiënten met aderverkalking en chronische nierziekten te behandelen met stamcellen uit het beenmerg. Daarnaast is zij onder meer actief in de patiëntenzorg en als docent. Vorig jaar ontving zij van onderzoeksfinancier NWO een Vidi-subsidie van ongeveer zes ton.

EH

Juist deze week is in het Universiteitsmuseum een expositie geopend over het onderzoek van Marianne Verhaar. Zie voor meer informatie ook: http://www.ublad.uu.nl/WebObjects/UOL.woa/2/wa/Ublad/archief?id=1033202

Geen fonds voor student uit derde wereld

Waarom werft Nederland alleen de allerbeste studenten uit ontwikkelingslanden, vroeg Tweede Kamerlid Ed Anker van de ChristenUnie zich af. Hij vond dat het hoger onderwijs genereuzer moest bijdragen aan ontwikkelingssamenwerking en diende een motie in. Het zou goed zijn om ook studenten hierheen te halen die misschien iets minder uitblinken, maar die het onderwijs “hard nodig hebben, uit landen die het hard nodig hebben”.

Maar minister Plasterk heeft er geen geld voor en ziet de noodzaak niet. De beste studenten kunnen immers een beurs krijgen van het Huygens Scholarship Programme. Bovendien mogen universiteiten en hogescholen, als ze daar zin in hebben, hun eigen internationaliseringsbudget gebruiken voor de werving van studenten uit ontwikkelingslanden.

Daarnaast kunnen de studenten van buiten Europa aankloppen bij het Erasmus Mundus Programma van de Europese Unie, aldus Plasterk. Vorige week werd bekend dat dit programma de komende vier jaar bijna een miljard euro zal verdelen: 450 miljoen meer dan in de periode 2004-2008, toen er tienduizend beurzen werden verstrekt.

Voor ‘mid-career professionals’ is er het Netherlands Fellowship Programme. Voordeel van dit programma is volgens de regering “dat de kans op terugkeer naar het land van herkomst ná het programma in Nederland groter is dan bij studenten.”

HOP

Minder geld voor universiteit met bursaal

Dat schrijft hij in reactie op een motie die de Tweede Kamer heeft aangenomen. De parlementariërs verzochten de regering ervoor te zorgen dat universiteiten hun promovendi als werknemers behandelen.

Plasterk was blij met de motie, want hij had altijd al bedenkingen tegen het zogeheten bursalenstelsel. Hij vond het niet wenselijk dat promovendi voor hetzelfde werk op verschillende plaatsen in Nederland verschillend beloond werden. Momenteel krijgt een handjevol promovendi aan de Rijksuniversiteit Groningen een beurs. De Radboud Universiteit Nijmegen is de felste tegenstander van de promovendus-met-studiebeurs.

De universiteiten moesten “één lijn trekken”, zei Plasterk voorheen, waarbij hij in het midden liet welke lijn dat zou moeten zijn. Maar nu de universiteiten “nog geen stappen hebben gezet om hierover overeenstemming te bereiken”, beraadt de minister zich op ‘aanpassing’ van de bekostiging.

HOP

Geen huurtoeslag voor studentenhuizen

Vorig jaar beloofde toenmalig minister van wonen Ella Vogelaar de huursubsidie voor ‘onzelfstandige’ kamerbewoning – die in 1997 werd afgeschaft – opnieuw te overwegen. Studentenhuisvesters en vakbonden pleiten daar al jaren voor. Volgens hen is verruiming van de huurtoeslag cruciaal in de strijd tegen het kamertekort.

Maar Van der Laan ziet er weinig in. Volgens de minister zijn er betere oplossingen voor het tekort aan studentenkamers. Het invoeren van huurtoeslag voor onzelfstandige wooneenheden leidt, aldus Van der Laan, alleen tot “complexere regelgeving en hogere uitvoeringskosten”.

HOP