“Een collega van een vriendin vroeg me hoeveel voetbalplaatjes je moet sparen om de verzameling van 270 eredivisievoetballers compleet te krijgen. Ik dacht eerst: dat reken ik wel even op een kladblaadje uit, maar na een kwartiertje ben ik de zaak gaan programmeren. Dat was gemakkelijker.” In een zogeheten Monte Carlo simulatie liet Dijkema zijn computer een miljoen keer inkopen doen bij Albert Heijn, elke keer net zo lang totdat de verzameling compleet was. Binnen dertig seconden kwam de uitslag: voor een volledig album had een verzamelaar gemiddeld 1655 plaatjes moeten scoren. Dat zou iets meer dan 3300 euro aan boodschappen hebben gekost.
“Het is dus gekkenwerk om in je eentje te sparen”, concludeert Dijkema, die over een paar maanden promoveert op een onderwerp uit de numerieke wiskunde. “Je moet samenwerken. Wie dubbele plaatjes met één andere spaarder ruilt, heeft gemiddeld aan 1126 kaartjes genoeg. Als een compleet voetbalelftal met alle reserves (twintig kinderen) samen spaart, dan zijn ze er al na gemiddeld 473 plaatjes.”
Toen voorlichter Robert Kerst van de bèta’s van het rekenwerk hoorde, schakelde hij een bevriende journalist in met als gevolg dat Dijkema vorige week zijn eerste publicitaire succes boekte. “Nou ja”, zegt hij bescheiden, “het was maar onderaan pagina 11.” Zelf heeft hij de plaatjes niet gespaard. “Ik heb niets met voetbal, ik heb ze aan mijn zusjes gegeven. Nee, ik heb ook geen favoriete club, althans geen profclub. Mijn club is VIOS uit Oosterhesselen, ‘Voetbal Is Onze Sport’.” Op de achtergrond klinkt protest. “O sorry, volgens mijn vriendin is het ‘Vooruitgang Is Ons Streven’. Nou ja, in ieder geval is VIOS mijn club.”