Volgens een verklaring van de politie is het slachtoffer rond één uur vannacht een aantal keren gestoken door een andere man. Het slachtoffer was door een in De Bisschoppen wonende vrouw gevraagd om te bemiddelen in een ruzie tussen haar en de 23-jarige verdachte. Bij deze ruzie zou de vrouw mishandeld zijn.

Toen het slachtoffer de vrouw te hulp kwam, trok de verdachte een mes en stak een aantal keren in op het 24-jarige slachtoffer. Ondanks pogingen van een op dezelfde verdieping woonachtige geneeskundestudente om hem te reanimeren, overleed het slachtoffer ter plaatse aan zijn verwondingen.

De verdachte ontkwam in eerste instantie met zijn auto, maar werd in de loop van de nacht in Rotterdam aangehouden. In afwachting van de uitkomsten van een onderzoek naar de exacte toedracht van de dodelijke steekpartij kon de politie donderdagmiddag geen nadere mededeling doen over de identiteit van de betrokkenen. Ook is niet bekend of het om studenten gaat.

MvdK / EH

In de drie voorgaande jaren ging de titel naar particuliere huisbazen. Zo viel in 2006 de Utrechtse huisbazin Chang nog in de prijzen. “Ditmaal hebben we voor bemiddelaars gekozen; deze instanties waren naar onze mening wat onderbelicht”, legt Wimar Hebels van studentenvakbond LSVb uit die samen met politieke jongerenorganisatie Rood de initiatiefnemers zijn voor deze verkiezing.

Rots-Vast heeft 32 vestigingen in het land waarvan er één op de Utrechtse Oudegracht zit. Het bedrijf helpt woningzoekenden aan een huis of kamer. Niet op de juiste manier, aldus Hebels: “Ze rekenen een maand huur voor hun bemiddeling. Het komt voor dat iemand 600 euro moet neertellen voor het enkel in contact brengen met een verhuurder.” Ook treedt Rots-Vast volgens de LSVb op als tussenpersoon. Hebels: “Daardoor is het voor de huurder niet duidelijk wie benaderd moet worden bij bijvoorbeeld achterstallig onderhoud: de verhuurder of Rots-Vast. Zo wordt je als huurder van het kastje naar de muur gestuurd.”

De directeur van Rots-Vast, Ed Kimmel, was onbereikbaar voor commentaar. In dagblad het AD liet hij na de bekendmaking weten dat niet iedereen die klant is bij Rots-Vast van te voren weet wat de kosten zijn: “Als je die niet kan betalen, begin er dan niet aan. Ik snap al die herrie niet zo goed.”

Gijs Houtbeckers, voorzitter van Rood, geeft toe dat klanten bij Rots-Vast op de hoogte zijn van de hoge kosten. “Maar het blijft een feit dat Rots-Vast een profiteur is van de woningnood. Daarom willen wij dat er een norm wordt gesteld aan bemiddelingskosten.”

Utrecht krijgt volgende week, door de lokale tak van Rood, een eigen ‘huisjesmelker van het jaar’ aangewezen.

RvV

‘Natuurlijk weet Piet ook wel: een poll vertrouw je niet

Maar hij is nu heel manipuleerbaar, zoals je toch wel ziet

Met een simp'le IP-logger stem je niet meer zo vaak

Wellicht is daarmee de uitslag vaker raak’

Piet heeft beide polls over tentamens op zaterdag gemanipuleerd en de laatste poll over Sinterklaas met behulp van een ‘stemscriptje’: Er was bijna 29.000 keer gestemd.

Piet ziet graag dat er een IP-begrenzer op de poll komt. Volgens systeembeheerder Hans van de Made van het Ublad is dat een goed idee. Hij gaat er voor zorgen dat er per IP-nummer nog maar 10 of 15 keer gestemd kan worden. “De IP-begrenzer zit er niet op, omdat we niet het idee hadden dat iemand het interessant zou vinden om de poll te manipuleren, Het gaat hier niet om telebankieren. Bovendien weten we dat studentenhuizen soms samen één IP-nummer hebben en dan zou je de individuele studenten die willen stemmen die gelegenheid niet geven.”

Piet kan dus gerust zijn, over enige tijd zal de poll een stembegrenzer kennen! Piet heeft het Ublad beloofd voortaan nog slechts één maal per week op onze poll te stemmen.

Volgens FBU security was er een groot aantal meldingen van valpartijen. Eén incident was ernstig van aard. Op de hoek van de Cambridgelaan en de Bolognalaan liep een vrouw een hoofdwond op. Zij moest naar het ziekenhuis worden overgebracht.

Op de Padualaan gleed bus 3 naar Zuilen in de berm. Er was alleen materiële schade.

De problemen ontstonden doordat het strooizout dat maandagavond tussen acht en elf was verspreid, ’s nachts door de regen wegspoelde en het vervolgens ging vriezen. De gladheid is inmiddels op de meeste plaatsen verdwenen.

XB

Zondagavond 23 november vielen de vlokken in De Uithof. De sneeuw was welbesteed aan de bewoners van de studentencomplexen De Bisschoppen en Casa Confetti. Ferdi: “Binnen mum van tijd stonden we met zo’n twintig man sneeuwpoppen te bouwen en sneeuwbalgevechten te houden.”

De sneeuw was een bijzondere ervaring voor enige buitenlandse studenten in De Uithof. “Er stond een aantal studenten uit Aruba of Curaçao met grote ogen te kijken naar wat er uit de hemel kwam vallen. Ze waren ook benieuwd hoe wij die grote sneeuwballen maakten. Dat heb ik ze uitgelegd. Gewoon, rollen.”

Een van de sneeuwpoppen leek niet zo te lukken. “Toen zei iemand dat onze pop wel erg veel weg had van een penis. Inderdaad!” Ferdi en drie vrienden rolden twee ballen en het kunstwerk was gereed. “Voorbijrijdende bus- en taxichauffeurs zagen we afremmen, kijken en lachen. Eg leuk.”

In een stuk dat aanstaande dinsdag in een raadscommissie van de universiteitsraad wordt besproken, schrijven de universiteit en de hogeschool niet te willen bezuinigen op de beurzen en subsidies zelf, maar wel op de uitvoeringskosten daarvan.

Het jaarlijks werven, inwerken en begeleiden van de SAC-leden en het extra papierwerk zou onevenredig duur zijn. Zo wordt het totale subsidiebudget voor studentenactiviteiten, zo’n 15.000 euro, voor tweederde opgeslokt door de lasten die de commissie met zich meebrengt.

Arjen Segers, lid van de SAC, reageert verontwaardigd op het plan. “In de eerste plaats slaat het nergens op dat wij dit via via moeten horen. Daarnaast ben ik het niet eens met de argumentatie. Ze zeggen dat er zoveel kosten worden gemaakt aan ondersteuning. Maar straks moeten dezelfde beleidsmedewerkers ook ons werk voor hun rekening nemen. Tenslotte vind ik dat bij de besluitvoering over zaken die studenten direct aangaan ook altijd studenten moeten worden betrokken.”

Er worden door de twee instellingen ook nog andere maatregelen genomen om de uitvoering efficiënter te maken. Zo mogen studenten-, studie-, sport- en culturele verenigingen straks zelf bepalen hoeveel een bestuurslid betaald krijgt. Daarvoor krijgen zij een vast bedrag van 285 euro voor elke maand beurs waar hun bestuur aanspraak op maakt. Nu zijn instellingen nog verplicht per individueel bestuurslid de laatstgenoten studiefinanciering uit te keren. Een wetswijziging brengt daar naar verwachting op korte termijn verandering in.

Daarnaast kunnen decanen vanaf volgend jaar zelf beslissen hoeveel beurs de besturen van de studieverenigingen binnen hun faculteit krijgen. Op dit moment geven zij slechts advies.

Het totaal aantal beurzen voor studieverenigingen wordt ook opnieuw verdeeld over de faculteiten. Deze verdeling wordt afhankelijk van het aantal studenten per faculteit. Dit kan een verschuiving van bestuursbeurzen tussen faculteiten met zich meebrengen. De oude historisch gegroeide verdeling ontbeerde volgens het universiteitsbestuur logica.

De studentgeleding in de Universiteitsraad heeft inmiddels om meer duidelijkheid gevraagd over de achtergronden en de effecten van de maatregelen. In de vragen die schriftelijk zijn ingediend, klinken zorgen door over meerdere deelaspecten van het nieuwe plan.

Studentenservice heeft inmiddels toegezegd voor de raadsvergadering van aankomende dinsdag extra uitleg te geven, onder meer over het verdwijnen van de studenteninspraak. Ook zal dan bekend worden welke faculteiten meer en welke minder beurzen voor studieverenigingen krijgen.

Het begon met een vraag van de Mount Sinai School of Medicine in New York, vertelt Van Schooneveld, inmiddels promovendus in het Debye Instituut. “Professor Meijerink, die aan nanodeeltjes voor fysisch-chemische toepassingen werkt, had de vraag gekregen of zijn deeltjes ook gebruikt konden worden voor medische toepassingen, bijvoorbeeld om tumoren al in een vroeg stadium zichtbaar te maken. Dat zou kunnen door er fluorescerende deeltjes aan te koppelen of deeltjes met eigenschappen die ze ‘zichtbaar’ maken in een MRI-scan of een CT-scan.”

Scheikundestudent Van Schooneveld mocht onder leiding van promovendus Rolf Koole naar een oplossing gaan zoeken, waarbij hij er rekening mee moest houden dat nanodeeltjes zonder deugdelijke vermomming vrijwel onmiddellijk door het afweersysteem onschadelijk worden gemaakt. Daarom besloot hij ze te verpakken in een vetlaag om ze vervolgens als een soort te brengen. “Ik heb glasdeeltjes gebruikt met een doorsnee van dertig nanometer (30 x 10-9 meter) en die verstopt in een dun vetlaagje. En met succes, want de deeltjes bleven bij proefdieren lange tijd in de bloedbaan circuleren. Uiteraard is er nog veel onderzoek nodig om dit principe uit te werken tot een effectieve en veilige medische toepassing, maar duidelijk is nu wel dat de aanpak met een vetlaagje werkt.”

Deze week zat Van Schooneveld bij VPRO’s Noorderlicht. “In het begin was ik nerveus, maar dat ging snel over en ik kon het verhaal in redelijk simpele bewoordingen uit de doeken doen. Heel leuk om je onderzoek voor een groot publiek te presenteren.”

Deze maandag diende de strafzaak tegen de 19-jarige Ruben H. Hij hoorde drie jaar cel tegen zich eisen waarvan zes maanden voorwaardelijk voor poging tot doodslag op de 19-jarige Utrechter Jonas Melsert. Een forse eis, in gelijksoortige zaken zijn straffen uitgedeeld van één tot anderhalf jaar.

De onfortuinlijke ontmoeting vond plaats in de nacht van 13 op 14 augustus, in de week van de Utrechtse Introductietijd. Ruben zou gaan beginnen aan de opleiding Economie en Recht aan de Hogeschool Utrecht. Vijf vrienden uit Doetinchem waren overgekomen om te vieren dat Ruben een kamer had gevonden. Tijdens de housewarming dronken de jongens zich in; ze hadden zo’n vier liter bier de man op toen ze uiteindelijk de stad ingingen.

Aangekomen in het centrum kocht Ruben een fiets met kabelslot van een junk. Even daarna kregen zijn vrienden ruzie met de twee vrienden van Jonas. Deze jongens vroegen de groep uit Doetinchem om een sigaret. De jongens uit Doetinchem konden de sigaret niet snel genoeg produceren waarna een vechtpartij ontstond. Wie was begonnen, werd niet duidelijk. Beide partijen wijzen de andere partij aan als initiator.

De ruzie werd beslecht in het voordeel van de vrienden van Jonas, maar de Doetinchemse hockeyvrienden lieten het er niet bij zitten en achtervolgden de vrienden van Jonas naar de Neude. Daar raakten ze opnieuw slaags. Zowel Jonas en Ruben waren eigenlijk niet betrokken bij deze ruzie. Jonas stond bij de vechtende jongens en Ruben zag, gezeten op zijn nieuwe fiets de ruzie aan. Op een gegeven moment – en hij zegt zich niet te herinneren waarom - sprong hij met het slot tussen de vechtende jongens en sloeg Jonas op het hoofd. Niet wetende dat Jonas zo zwaar gewond was, aldus Rubens verklaring, verliet het Doetinchemse groepje de Schoutenstraat.

Nadat de volgende dag bekend werd dat door de klap met het fietsslot een stuk van de schedel van Jonas was verplaatst, meldden de jongens zich bij de politie. De vrienden van Ruben kregen een taakstraf, Ruben werd in hechtenis genomen.

Ruben was tijdens de zitting erg emotioneel en heeft spijt van zijn daad. De jongen heeft een strafblad voor brandstichting en was daarvoor in jeugddetentie geplaatst. Toen hij weer op vrije voeten kwam, deed hij twee jaar havo in één jaar en schreef zich in bij de HU. Nu hij niet kan gaan studeren, is hij begonnen met het atheneum.

Jonas heeft aan het ongeval een zware hersenbeschadiging over gehouden en moet binnenkort weer worden geopereerd. Hij heeft geen gevoel meer in één hand en lezen, schrijven en spreken gaat nog heel moeilijk. Ook hij zou gaan studeren. Bedrijfswetenschappen in Amsterdam.

Op 8 december doet de rechtbank uitspraak.

Het ministerie stond tien jaar geleden samen met de universiteiten in Leiden, Amsterdam, Nijmegen en Utrecht aan de wieg van het International Institute for the Study of Islam in the Modern World (ISIM). Toen vorig jaar de Haagse financiële bijdrage ten einde leek te lopen, besloot Utrecht zich samen met de Amsterdamse universiteit terug te trekken uit het in Leiden gevestigde instituut. Nijmegen nam eerder al eenzelfde stap.

Politieke, wetenschappelijke en maatschappelijke druk heeft minister Plasterk echter overtuigd van het belang van een kenniscentrum over de moderne islam. Volgende week spreekt de minister met de universiteiten over een mogelijke voortzetting van het ISIM.

Volgens de Utrechtse collegevoorzitter Van Rooy willen de universiteiten van Amsterdam, Nijmegen en Utrecht hier alleen over praten als de nieuwe samenwerking de vorm krijgt van een onderzoeksschool. En dus niet van een instituut in Leiden zoals de Leidse universiteit voor ogen staat.

In een virtueel netwerk van onderzoekers ziet Utrechts hoogleraar Martin van Bruinessen echter niet veel. “Het mooie van het ISIM is dat het een fysieke plek biedt met voldoende kritische massa aan onderzoekers die werken vanuit een duidelijk onderzoeksprofiel. Als we met losse clubjes verspreid door het land gaan zitten, dan mis je dat. Geen van de universiteiten kent een vruchtbare onderzoeksomgeving die veel aio’s en postdocs uit het buitenland trekt, zoals het ISIM nu doet.”

Van Bruinessen benadrukt dat het ISIM onlangs door de QANU na een onderzoeksvisitatie als uitstekend is beoordeeld. “Uit een lijst met promoties, onderwijsbijdragen en conferenties en lezingen die ik voor mijn decaan opstelde, blijkt bovendien dat Utrecht financieel en inhoudelijk baat heeft bij het ISIM in de huidige vorm.”

Utrechtse studenten Arabisch en Islam bereiden een brief aan het college van bestuur voor waarin zij pleiten voor voortzetting van de Utrechtse deelname aan het ISIM. De brief zal ondertekend zijn door zo’n vijftig tot zestig studenten.

Met het oog op de nieuwe besprekingen zou de universiteit in Leiden inmiddels achter de schermen werken aan een alternatief plan om zonder de drie partners het ministeriële geld binnen te slepen. Met dat voorstel zou het grootste deel van het onderzoeksprogramma verdwijnen, aldus Van Bruinessen.

Een Leidse universiteitswoordvoerder wenst niet in te gaan op de aankomende besprekingen. Ook het ministerie zegt niets te kunnen zeggen over het standpunt van minister Plasterk.

Na een voorbereiding van bijna een jaar heeft het college van bestuur vorige week definitief vastgelegd waar het tot 2013 met de Universiteit Utrecht naar toe moet. Weliswaar krijgt de Universiteitsraad in december nog een keer de kans om zijn zegje te doen, maar na de discussierondes van de afgelopen maanden lijkt de kans klein dat die bespreking nog tot ingrijpende wijzigingen zal leiden.

De eerdere discussies hebben zich met name toegespitst op de vraag of het begrip universiteit in de visie van het college niet te veel wordt verengd tot ‘internationale toponderneming’, zoals U-raadslid Ruud Abma het elders in dit blad formuleert. In veel commentaren klinkt de vrees dat het nieuwe Plan de UU wel erg ver duwt in de richting van een bedrijf gericht op de efficiënte productie van goed te vermarkten wetenschap en zo hoog mogelijke studierendementen.

Hoewel collegevoorzitter Yvonne van Rooy de raadsleden keer op keer bezwoer dat het begrip ‘ondernemend’ niet te eng moet worden opgevat en dat ook de universiteit anno 2013 nog een ‘academie’ zal zijn, kon zij de scepsis niet wegnemen. Nu kent de UU tegenwoordig een collegiaal bestuur met een belangrijke stem voor de zeven in de ‘academie’ gewortelde faculteitsdecanen. Het zal vooral van hen afhangen of de soep de komende jaren zo bedrijfsmatig gegeten wordt als zij in dit Strategisch Plan wordt opgediend.

Behalve door de nadruk op een meer ondernemende organisatiecultuur, kenmerkt het nieuwe Plan zich door een torenhoog ambitieniveau. Gezien de constatering dat de UU al in veel opzichten voorop loopt en bovengemiddeld scoort, zou de vraag kunnen rijzen hoe urgent het nog verder opschroeven van de ambities eigenlijk is. Het is precies die houding die Van Rooy het meest vreest en die zij vaker tegenkomt dan haar lief is.

Als dit Strategisch Plan één centrale boodschap heeft, dan is dat de waarschuwing aan de universitaire gemeenschap om niet zelfgenoegzaam achterover te leunen. Zoals PSV dit jaar ervaart, kan zelfs een kort moment van stilstand ten opzichte van de concurrentie dodelijk zijn. Dat mag de UU niet overkomen, vindt het college. Wie de universiteit op dit moment al knap ambitieus vindt, kan de borst de komende jaren dus nat maken. Bij nader inzien kunnen de eerste vier jaar onder Yvonne van Rooy worden beschouwd als het taxiën naar de startbaan. Pas met dit nieuwe Strategisch Plan is de UU ‘ready for take-off’.

EH