Nieuws

Homan redt het net niet

De studente Biomedische Wetenschappen maakte het Vergeer zondag in Beijing wel zeer lastig. De als tweede geplaatste Utrechtse studente trok uiteindelijk in de derde set aan het kortste eind: 6-2 4-6 6-7.

In een interview met het Ublad in november zei Homan dat haar grote ambitie is om de nu drievoudig Paralympisch kampioen en al jaren ongenaakbare Vergeer te verslaan.

XB

Lees het interview: http://www.ublad.uu.nl/WebObjects/UOL.woa/3/wa/Ublad/archief?id=1031017

Korie Homan in finale tegen Esther Vergeer

De als tweede geplaatste Homan versloeg in de halve finale de Francaise Florence Gravellier 6-4, 6-2. Rivale Vergeer, afgestudeerd aan de Hogeschool Utrecht, maakte korte metten met Jiske Griffioen, die ooit een blauwe maandag Psychologie studeerde in Utrecht.

In een interview met het Ublad afgelopen november zegt Homan, die na een auto-ongeluk op haar twaalfde in een rolstoel belandde, zich ten doel te hebben gesteld ooit tennisdiva Vergeer te verslaan. Zondag zou een mooie gelegenheid zijn.

XB

Lees het interview met Korie Homan: http://www.ublad.uu.nl/WebObjects/UOL.woa/3/wa/Ublad/archief?id=1031017

Nederlandse man bindt zich pas laat

Dat blijkt uit een onderzoek van Discovery Channel dat vandaag (12 september) wordt gepresenteerd. Discovery ondervroeg 17.000 mannen in 15 Europese landen.

Het gezin is voor de Nederlandse man geen belangrijke categorie. Ze steken van alle zaken in het leven de minste tijd in de zorg voor vrouw en kinderen.

Daarmee behoort de Nederlandse man tot het type ‘Alles draait om mij’ — bijna de helft van de in Nederland ondervraagden past in dit type, dat zichzelf boven relaties en familie plaatst.

De overige drie types die uit het onderzoek naar voren komen zijn de conservatieve, ‘druk bezette kostwinner’ (die het meest voortkomt in Roemenië). En voorts de moderne man met 'alles onder controle’ (die heel veel in Zweden voorkomt, voor bijna 60 procent).

Tenslotte is er de man die zich helemaal niet wil binden en die alle verantwoordelijkheden uit de weg gaat. Dat type overheerst in geen enkel land maar komt over de hele linie in Europa toch nog in 14 procent van de gevallen voor.

AH

200 Miljoen voor taal- en rekenonderwijs

De extra miljoenen worden toegevoegd aan de basisbegroting van scholen. Die moeten de besteding achteraf verantwoorden. Het maakt OCW niet uit of ze het geld gebruiken voor de ontwikkeling van nieuwe lesmethoden of voor extra lesuren.

Het hoger onderwijs klaagt steen en been over het taal- en rekenniveau van hun eerstejaars. Het bekendst zijn de pabo-studenten, maar bijvoorbeeld ook eerstejaars VU-studenten bleken moeite te hebben met een taaltoets.

Vandaag meldt het AD op basis van een vertrouwelijk OCW-document dat de exameneisen voor havisten en vwo’ers de komende jaren verder zullen worden aangescherpt. Om te slagen zouden examenkandidaten op hun eindlijst minstens twee voldoende moeten halen voor de basisvakken Nederlands, Engels en wiskunde. Voor het centraal schriftelijk examen zouden ze bovendien gemiddeld een voldoende moeten halen voor alle vakken.

Het voortgezet onderwijs reageert niet enthousiast en vreest verspilling van talent. Maar een woordvoerder van Van Bijsterveldt noemt die kritiek in het AD voorbarig. “We bestuderen nog alle opties.”

Vorig jaar adviseerde de Onderwijsraad om voor alle basisvakken een voldoende op de eindlijst te eisen. Die plannen werden door minister Plasterk aanvankelijk linea recta naar de prullenmand verwezen. Hij verwachtte dat zeker de helft van de scholieren in dat geval geen diploma zou halen. De Onderwijsraad zelf hield het op basis van inspectiegegevens op vijftien procent.

HOP

Ook brons voor tafeltennisser Blok

Het was de derde keer dat Blok (27) meedeed. Ook in Sydney en in Athene was hij erbij. Toen greep hij naast de prijzen. In een interview met het Ublad vier jaar geleden voorspelde Blok echter al dat hij in China, de bakermat van het tafeltennis, het hoogtepunt van zijn carrière wilde beleven.

Na zijn overwinning in de strijd om het brons kondigde Blok, die aan een mysterieuze spierziekte lijdt, zijn afscheid van de wedstrijdsport aan. In de Volkskrant van vrijdag zegt hij te hopen op een bekroning: hij wil Utrechts sportman van het jaar worden.

XB

Lees het interview met Nico Blok uit 2004: http://www.ublad.uu.nl/WebObjects/UOL.woa/4/wa/Ublad/archief?id=1010433

PvdA wil prestatieafspraken over kamernood

Aanleiding voor de vragen is de nieuwste inventarisatie van de kamernood door studentenbond LSVb. Die concludeert dat veel steden geen idee hebben hoeveel studenten er een kamer zoeken en dat gericht huisvestingsbeleid doorgaans ontbreekt. Sociale studentenhuisvesters hebben nog altijd wachtlijsten, en die zijn volgens de bond het langst in Amsterdam, Leiden, Zwolle en Nijmegen.

Volgens bestuurslid Wimar Hebels gelden daar wachttijden tot drie jaar. Dat kwam hem op de site van het Nijmeegse universiteitsblad Vox op hoongelach te staan. De Stichting Studentenhuisvesting Nijmegen (SSHN) meldde daar immers een maand geleden dat ze alle 2700 eerstejaars die zich voor het lopende jaar hadden ingeschreven binnen een jaar een kamer zouden bezorgen.

Foutje? “In Nijmegen kregen de eerstejaars dit jaar voorrang”, verweert Hebels zich. “Dat blijkt inderdaad een succesformule. Maar als een student uit welk studiejaar dan ook zich nu nog meldt bij de SSHN, krijgt hij echt te horen dat hij twee tot drie jaar geduld moet hebben.”

De wachttijden van andere probleemsteden behoeven volgens Hebels geen nuancering. “Nijmegen is voor zover ik weet de enige studentenstad die eerstejaars zo’n voorkeursbehandeling geeft. Verder weet ik dat de grootste Groningse verhuurder studenten prioriteit geeft die erg ver weg wonen, maar de rest wordt gewoon in de wacht gezet.”

Minister Vogelaar heeft van haar eigen PvdA het verzoek gekregen spoedig te reageren op de door de LSVb geconstateerde wachttijden op de kamermarkt. De sociaaldemocraten vinden dat de bewindsvrouw er op moet toezien dat studentenhuisvesting meer aandacht krijgt in de grote steden en wenst prestatieafspraken.

HOP

UU neemt deel aan reeks over de romankunst

De komende jaren zullen tien gevestigde prozaschrijvers hun licht laten schijnen over romans, dit met als achtergrond de claim van Milan Kundera dat de roman in de moderne wereld — die verlaten is door de filosofie en versplinterd door tientallen wetenschappelijke disciplines — de laatste plek is van waaruit men het menselijk leven als een geheel kan omvatten. “De roman is de grootste ontologische uitvinding van de moderne tijd”, aldus Kundera.

Behalve Buikema zitten in de redactie van de reeks: Ernst Bruinsma, Marjolijn Februari, Oek de Jong en Annie van den Oever. KVB en UU zijn initiatiefnemers en Athenaeum-Polak & Van Gennep de uitgever. Het boek van Van der Heijden over de romankunst na James Joyce, kost 9.95 euro.

Het volgende deel in de reeks, De sneeuwslaper, wordt geschreven door de Zuid- Afrikaanse schrijfster en dichter Marlene van Niekerk, die aan de UU het afgelopen jaar de ‘Africa chair’ bezette. Het eerste exemplaar daarvan wordt aangeboden aan minister Plasterk.

AH

Ons Utrechters bint zunig

Uit onderzoek dat werd uitgevoerd onder 1530 lezers, blijkt dat meer dan de helft van de Utrechters minimaal een keer per week in de kroeg of club zit. Alleen Amsterdammers overtreffen de uitgaanders op dit vlak.

In zowel de categorie club als kroeg scoorde Kafé België het hoogst. Waarschijnlijk omdat Utrechters het meeste bier drinken, wat uit het onderzoek bleek. Feestgangers gaan het liefst naar een feestje in Tivoli. Maar als men zich daar niet vermaakt, vertrekt maar liefst 62 procent naar Amsterdam.

Bijna eenderde van de Utrechters gaat het liefst naar een danscafé zoals Heerenplein of ’t Gras van de buren. Danscafés in onze stad zijn geliefder dan in andere steden.

In vergelijking met de andere steden is de Utrechter het gierigst. Ruim de helft van de domstadbewoners geeft tussen de 20 en 40 euro uit per avond. Reden: als studentenstad is de drank goedkoop en zijn de meeste tenten gratis.

Opvallend is dat Utrechters de grootste bierdrinkers zijn en vaker dronken naar huis gaan terwijl ze aangeven dat drinken niet de belangrijkste reden is om uit te gaan .

62 procent van de stappers gaat dronken naar huis.
Utrechters zijn verder redelijk tevreden over het uitgaan in de stad; ze geven gemiddeld een 7.

PH

Nederlandse strafrecht aangepast na 9/11

Na de aanslagen op het WTC, de aanslagen in Madrid in 2004, de moord op Theo van Gogh en de massale media-aandacht voor het onderwerp 'terrorisme' is de angst onder burgers en politici voor terroristische aanslagen toegenomen. Door al deze ontwikkelingen lijken rechters wetsartikelen steeds breder te interpreteren en verschuift het strafrecht van het bestraffen van daden naar het bestraffen van ideeën. Dat blijkt uit onderzoek van Chantal van der Geest dat zij in opdracht van het Utrechts Kennispunt Faculteit Recht, Economie, Bestuur en Organisatie heeft gedaan. "Het is binnen het Wetboek van Strafrecht mogelijk geworden om mensen te veroordelen op basis van intenties. De zaak van Samir A. is hier een goed voorbeeld van."

"Het is logisch", zegt Van der Geest, omdat de roep van burgers om hardere maatregelen voor het bestrijden van terrorisme luider is geworden. De Nederlandse regering probeert hierop in te spelen door de strafwetgeving te veranderen. Er zijn aanpassingen in het wetboek van strafrecht gemaakt die het mogelijk maken om mensen sneller op hun intentie te veroordelen. "Tien jaar geleden was dit nog ondenkbaar. Vroeger moest je echt een misdrijf hebben gepleegd om veroordeeld te worden. Tegenwoordig werken en justitie en de AIVD liever preventief."

"Op zich logisch, want als er een aanslag is gepland die de AIVD of politie kan voorkomen, doen ze dat. Zelfs als dat betekent dat de planners minder makkelijk veroordeelt kunnen worden dan wanneer de aanslag wel had plaatsgevonden. Jusititie en AIVD willen natuurlijk slachtoffers voorkomen en de planners van terrorisme vastzetten. Dat is het spanningsveld dat nu bestaat: vroegtijdig ingrijpen met de kans dat er onvoldoende bewijs is of afwachten tot het kwaad is geschied waardoor een veroordeling beter mogelijk is. De nieuwe wetsartikelen staan nu eenmaal in het wetboek en zullen hoogstwaarschijnlijk niet terug worden gedraaid", aldus Van der Geest die wel een kleine kanttekening bij de ontwikkeling plaatst. "Het is gevaarlijk om mensen op de intentie te veroordelen. Je kan nooit in het hoofd van de verdachte kijken".

Stabiele instroom met enkele uitschieters

Een verrassing voor Communicatie- en Informatiewetenschappen

"Blij verrast, maar ook echt verrast." Tom Koole, coördinator van Communicatie- en Informatiewetenschappen weet zo snel niet waar hij de enorme toeloop bij zijn opleiding aan te danken heeft. De teller staat op 215 eerstejaars; vorig jaar waren dat er 127. "Aan de voorlichting hebben we niets veranderd en vergelijkbare opleidingen elders in het land dalen zelfs. Het blijft een beetje chaostheorie."

Logistiek heeft de opleiding na wat ad-hocmaatregelen de zaken inmiddels op orde. "Al is het ontbreken van een goede collegezaal in de binnenstad een probleem. Ze passen allemaal net in de zaal die we nu hebben, maar dan dreigt er wel zuurstoftekort."

Voor het overige zijn er geen heel grote verschuivingen waar te nemen bij de opleidingen van Geesteswetenschappen, of het moet zijn dat Portugees is verdubbeld van vijf naar tien eerstejaars. Ook de cijfers van Geowetenschappen en Sociale Wetenschappen leiden niet tot grote ophef. De nieuwe Academische Pabo lijkt opmerkelijk genoeg een aanzuigende werking op de reguliere opleiding Onderwijskunde te hebben. De Rechtenopleiding kende voor het tweede jaar een numerus fixus en loopt mogelijk opnieuw niet vol. De angst om uitgeloot te worden, schrikt kennelijk af.

De cijfers bij Bètawetenschappen vertonen al eveneens een stabiel beeld. "We handhaven ons op een hoog niveau", zegt vice-decaan Harrie Eijkelhof. "En daar zijn we zeer tevreden mee." Grote winnaar in vergelijking met voorgaande jaren is Wiskunde, waar dit jaar 112 studenten mee beginnen. De stijging is volgens Eijkelhof een gevolg van de maatschappelijke aandacht voor de staat van het rekenonderwijs en van de initiatieven die er vanuit de universiteiten is genomen om wiskunde populairder te maken bij middelbare scholieren. "Websites, wedstrijden, workshops, het heeft klaarblijkelijk iets opgeleverd."

Eijkelhof is bovendien verheugd over het groeiende aantal studenten dat twee opleidingen in Utrecht wil combineren, de zogenoemde twinners. "Dat zijn de veelvraten die we graag binnenhalen."