Nieuws

Rob van der Vaart nieuwe Dean University College

Van der Vaart was lid van de landelijk canoncommissie die de Nederlandse geschiedenis samenvatte in veertig hoogtepunten, maar is in Utrecht vooral bekend als onderwijsman pur sang.

Hij is lid van de onderwijsadviescommissie van de UU en vertegenwoordiger van de universiteit binnen het internationale Oxford Network, dat onderzoekt hoe onderwijs versterkt kan worden binnen vooraanstaande onderzoeksuniversiteiten. Ook bij de introductie van het bama-stelsel aan de UU speelde Van der Vaart een belangrijke rol.

In een interview dat volgende week in het Ublad verschijnt kijkt hij met enige tevredenheid terug op de ontwikkelingen van de afgelopen jaren: "De Universiteit Utrecht heeft op onderwijsgebied echt gezicht gekregen. Vroeger had je hier een verzameling van onderwijsactiviteiten; je kon heel weinig zeggen over dé universiteit. De één deed dit, de ander dat, er waren geen gemeenschappelijke standpunten. Dat is de laatste vijftien jaar echt veranderd."

XB

TU Delft straft Delftsch Studenten Corps

Onder de kop ‘Abu Ghraib aan de Schie’ schreef een boze vader drie weken geleden een opinieartikel voor NRC Handelsblad, waarin hij fulmineerde tegen de ontgroeningspraktijken van het DSC. Zijn zoon kreeg een rauw ei in zijn mond geduwd en moest in ijswater zitten. Hij werd geslagen, uitgescholden en van zijn slaap beroofd. Dat ging vroeger anders, herinnerde de vader zich, oud-lid van hetzelfde corps.

De TU Delft stelde een onderzoek in. Niet alle feiten konden worden bewezen, zegt het bestuur, maar het voorval net het ei schijnt te kloppen. Bovendien werden sommige studenten vastgebonden met tape in een kooi opgesloten. Een aantal studenten kreeg te maken met fysiek geweld en verregaande vernedering, concludeert het college van bestuur.

DSC-bestuursleden met directe verantwoordelijkheid voor de introductieperiode, waaronder de senaat, krijgen dit collegejaar geen geld meer. In totaal zijn er 144 van de 384 maanden afgetrokken. Ook worden de formele contacten opgeschort.

Het corps heeft besloten “het doel en de middelen van de kennismakingstijd kritisch te herzien”, zo meldt de senaat in een reactie. Vanavond vergaderen ze daarover met hun leden. Ze zullen voorstellen tot verbetering doen en die aan het bestuur van de universiteit voorleggen.

Maar de TU Delft wilde de voorstellen niet afwachten. Daarvoor waren de voorvallen te ernstig. Bovendien werden er in voorgaande jaren ook al incidenten gemeld. Dat schaadt het imago van de Delftse academische gemeenschap, vreest het bestuur.

Het DSC wast zijn handen voorlopig in onschuld. De vereniging heeft naar eigen zeggen geen grond gevonden voor de zware beschuldigingen, “afgezien van een kleiner incident waartegen toen onmiddellijk maatregelen zijn genomen”.

HOP

Universiteiten bieden sigaar uit eigen doos

Gaat het hier eigenlijk niet om een sigaar uit eigen doos, Jurjen van den Bergh, woordvoerder van de VSNU? "Nee, want er zijn absoluut mogelijkheden om extra salaris te bieden. Maar meer loon is slechts een onderdeel van een heel pakket aan maatregelen. We willen meer ruimte en werkgelegenheid creëren voor jonge onderzoekers en goede regelingen realiseren voor verlof en studie én beter rechtdoen aan de flexibele aard van het werk van wetenschappers. Omdat uit onderzoek blijkt dat zeventig procent van alle universitaire werknemers hun vakantiedagen niet opmaakt, lijkt het de VSNU verstandig om die nu in te zetten voor deze ambitieuze cao. Het is niet zo dat we vrije dagen voor verlof ruilen en daarna de portemonnee sluiten. We verdelen het alleen anders."

Waarom maken medewerkers van de universiteit hun vrije dagen niet op Rob Cozzi, directeur P&O van de Universiteit Utrecht? "Veel mensen nemen geen vrij, omdat ze vinden dat hun werk dat niet toelaat. Daarnaast werken er veel deeltijders aan de UU. Die nemen minder snipperdagen op, omdat zij de loodgieter bestellen op de dag dat ze toch al vrij zijn."

Waar komen al die vrije dagen vandaan? "Wie 38 uur per week werkt, heeft 31 vrije dagen. Werk je 40 uur dan heb je er twaalf extra en het totaal aantal leeftijdsdagen dat iemand kan krijgen is 6. Een werknemer heeft dus maximaal 49 vrije dagen per jaar. Ook aan onze universiteit bestaan er stuwmeren. Op mijn eigen afdeling bijvoorbeeld nemen velen aan het einde van het jaar het maximaal aantal dagen mee. Verder kun je er eens in de drie jaar een paar inwisselen voor een nieuwe fiets, kun je vijf jaar lang maximaal 19 dagen sparen voor een langer verlof of verkoop je een aantal dagen bij diensten en faculteiten waar dat mogelijk is. Het lijkt me vanuit werkgeversoogpunt geen slecht voorstel om vrije tijd om te zetten in geld."

Maar hebben de medewerkers die vrije dagen niet gewoon verdiend? "We zitten relatief royaal in onze dagen en dat is een erfenis uit de tijd dat we nog onder de rijksambtenarenregeling vielen", zegt VSNU'er Van den Bergh. "Die ambtenaren hadden relatief al veel vrij. Daarnaast kwamen bonden en werkgevers in het verleden vaker extra verlof overeen dan een salarisverhoging." UU'er Cozzi beaamt dit: "Ja, vroeger kregen we er vrije dagen in plaats van geld bij. Zo is ook de ATV ontstaan. Het leek een regeling om in tijden van grote werkloosheid mensen aan het werk te helpen. Wij kregen aanvankelijk zeven ATV-dagen voor wie 40 uur werkte en geen salarisverhoging. In een tweede ronde werd het voltijdwerken teruggebracht naar 38 uur waardoor we meer vrij kregen voor hetzelfde loon. Wie 40 uur bleef werken, kreeg er nog eens extra verlof bij."

Dagen inleveren voor een loonsverhoging van 3 of 3,5 procent lijkt nu toch wel heel erg op een sigaar uit eigen doos... "Maar dat is het ook", zegt onderhandelaar Marieke van den Berg van Abvakabo FNV. "Daar voelen wij dus ook helemaal niets voor. Die vrije dagen hebben de medewerkers verdiend. We kunnen alleen akkoord gaan, als er een aantoonbare plus komt uit de onderhandelingen. Die zouden we dan bovendien goed moeten kunnen beargumenteren naar onze leden toe. "

Kader: Vrije tijd voor salaris?

Joop Schippers, fulltime hoogleraar Arbeids- en Emancipatie-economie, die elk jaar een aantal vrije dagen in de prullenmand gooit: "Dagen inleveren voor een salarisverhoging is een lachertje. Bij ons in het departement ruilen heel veel medewerkers dagen in voor een fiets of een ov-jaarkaart. Als je hen dagen afpakt, pak je ze geld af. Die 3 procent loonsverhoging is dan een compensatie en géén verhoging. Dan moet je gaan naar de 6 procent. Een loonsverhoging lijkt me netjes, want de zuigkracht van het bedrijfsleven wordt steeds groter. Toevallig ben ik met een onderzoek bezig over de arbeidsvoorwaarden in de publieke sector van de afgelopen twintig jaar en de conclusie is dat deze zijn verslechterd door bezuinigingen en loonmatiging."

Vera Boonekamp, secretaresse bij Sociale Wetenschappen, werkt 4,5 dag per week: "Ja, goh, natuurlijk wil ik geen vrije dagen inleveren. Ik zou graag én iets meer geld hebben én mijn dagen houden. Ik vind dat onze koopkracht is gedaald en na al die jaren van 1,2 procent mag het wel een keer iets meer zijn. Ja, we hebben veel vrije dagen, maar dat vind ik wel lekker. Ik moet wel enige moeite doen om ze op te maken. Aan het eind van het jaar ga ik dus altijd snipperen."

Martin de Geest, teamleider crediteuren Administratief Diensten Centrum, werkt 40 uur per week: "Vrije dagen zijn voor mij heilig en ik ben dus in principe tegen het inleveren ervan. Het grote aantal vrije dagen was voor mij één van de redenen om bij de universiteit te gaan werken. Voor iemand van mijn leeftijd heb ik het maximum aan vrije dagen. Ik maak ze ook altijd op. Vrije dagen inruilen voor geld is voor mij niet bespreekbaar, het houdt voor mij geen verbetering van de cao in. Ik vind wel dat we recht hebben op loonsverhoging, al was het alleen maar om de inflatie bij te benen."

Geert-Jan Roelofs, docent-onderzoeker, werkt 38 uur per week: "Ik wil best enkele dagen inleveren, als ik weet dat ik er iets goeds voor terug krijg, hoewel het financieel niet minder moet worden. Ik spreek dan wel vanuit de luxepositie van iemand die al tien jaar leuk werkt bij de universiteit, die kan rondkomen van wat-ie verdient en die elk jaar wel vrije dagen over heeft. Ik denk wel dat ik het daarom netter zou vinden als de keuze aan elke individu wordt overgelaten om dagen in te zetten voor reiskosten of een fiets of meer geld, zoals nu eigenlijk ook het geval is, "

GK

Veertien euro te veel

In het kader van de Check Je Kamer-week lanceerde de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) www.checkjekamer.nl. Op die site kun je uitrekenen of je te veel huur betaalt.

Als student met een kamer neem ik de proef op de som. Is mijn kamer van 8,5 vierkante meter, waar ik maandelijks 142,90 aan kale huur voor moet betalen, te duur of niet? De eerste vragen zijn simpel. Hoeveel huur betaal je?, met hoeveel mensen woon je?, en wat is de oppervlakte van je kamer? Daarna wordt het verwarrender. De oppervlakte van verwarmde gemeenschappelijke verblijfsruimtes? Wat er allemaal onder 'gemeenschappelijke ruimte' valt, weet ik niet precies. De hal, de gang? Je moet minimaal vijftien meter invullen, dus dat doe ik dan maar. Het hele huis is centraal verwarmd en de keuken, wc en douche deel ik met meer dan vijf personen. Extra punten kunnen verdiend worden met een buitenruimte en een fietsberging. We hebben een balkon, en de fietsen staan in de gang, dat tel ik dan maar als berging. Het enige wat mij aftrekpunten oplevert, is dat mijn kamer kleiner is dan tien vierkante meter.

Dan komt de laatste stap: bereken. Volgens checkjekamer.nl is mijn kamer in totaal 73 punten waard. De maximale huur bij dit aantal punten is 128,09 euro. In rode cijfers op mijn scherm wordt me duidelijk gemaakt dat ik meer dan veertien euro te veel betaal en dat de verhuurder van mijn kamer de regels van het Woningwaarderingsstelsel overtreedt. De test is heel simpel, binnen twee minuten weet je hoeveel je kamer volgens het puntensysteem zou moeten kosten en welke stappen je daartegen kunt ondernemen. Maar voor veertien euro per maand ga ik geen ruzies met mijn huisbaas riskeren.

Volgens Joost van der Veen van de LSVb, is de site tot nu toe succesvol. "Binnen een week hebben ruim 1100 studenten hun kamer gecheckt." Of studenten die te veel betalen ook daadwerkelijk stappen ondernemen is nog de vraag. Joost: "Een aantal studenten is blij dat ze duidelijkheid hebben en is vastberaden om huurverlaging te vragen, terwijl veel andere studenten toch wel angstig zijn voor hun huisbaas. Wat natuurlijk ook wel een gegronde angst is, omdat er tegen de macht van verhuurders weinig wordt ondernomen."

IK

hoe kan dat nou?

Een universiteit die in 2010 niet voldoet aan de vrouwennorm van minister Plasterk wordt publiekelijk aan de schandpaal genageld. Hij wil dat minimaal vijftien procent van het hooglerarencorps en het bestuurderssegment vrouw is. Kan het niet goedschiks, dan dus kwaadschiks.

Hoe staat het met het glazen plafond van de Universiteit Utrecht Dianne Timmerman van Onderwijs & Onderzoek? "Op 31 december 2006, onze jaarlijkse peildatum, waren er van de 341 hoogleraren 49 vrouw, gerekend in fulltime-eenheden. Dat is afgerond dus 14,4 procent."

En als het gaat om vrouwen in bestuurlijke topfuncties, O & O'er Age Halma? "Daar zijn wel cijfers van, maar eigenlijk houden we dat niet meer zo bij, omdat we al veel vrouwen in topfuncties hebben. Vele diensten hebben een vrouw als leidinggevende, één van de drie collegeleden is vrouw en één van de zes faculteitsdirecteuren ook. We hebben alleen geen vrouwelijke decaan. Inmiddels voeren we ook niet meer een speciaal beleid om meer vrouwen in hoge functies te krijgen, omdat het de goede kant opgaat. Het college van bestuur heeft het er de afgelopen jaren goed ingestampt bij bijvoorbeeld decanen om altijd ook met vrouwelijke kandidaten te komen voor een hoogleraarsfunctie. Het zit inmiddels goed tussen de oren en het heeft gewerkt. Ik ben niet bang voor de billenkoek van Plasterk."

Heb jij het idee dat de UU het goed doet Anne-Marie van Gijtenbeek van het Vrouwennetwerk? "Ik geloof echt dat de UU er werk van maakt om meer vrouwen te benoemen tot hoogleraar. De rector zegt ook altijd dat hij benoemingscommissies terugstuurt als er geen vrouw bij de kandidaten zit. Maar als die commissies dan vervolgens zeggen dat ze geen vrouw kunnen vinden, vraag ik me af welke handvaten er geboden worden om ze alsnog te vinden. En hoe goed iedereen zijn best ook doet, ik moet eerlijk zeggen dat het mij nooit hard genoeg gaat."

Hoe is het jou gelukt om hoogleraar te worden prof. dr. Astrid Kappers van het Helmholtz Instituut? "Ik denk doordat ik een Vici-beurs heb gekregen. Als je in aanmerking wilt komen voor zo'n NWO-subsidie moet de faculteit je professorabel vinden. Dus als je zo'n hoop geld binnenhaalt, ben je dat. Voordat ik promoveerde was ik hier al universitair docent en daarna werd ik uhd. Ik ben nu tweeëneenhalf jaar hoogleraar. Of het voor vrouwen moeilijker is om hoogleraar te worden? Ik zit in een mannenwereld en ik weet alleen dat het zeker niet makkelijker is, maar heel veel zinnigs kan ik daar niet over zeggen. Ik denk wel dat het lastiger is om hoogleraar te worden als je minder dan vier dagen in de week werkt. Maar dat is ook reëel, want je bouwt toch minder snel iets op als het gaat om publicaties, het begeleiden van promoties en binnenhalen van projecten."

En Ineke van Oosten, hoe ben jij directeur geworden van het FBU? "Ik werd gepolst of ik interesse had. Ik was zelfs enthousiast en toen bleek ik de meest geschikte kandidaat te zijn. Daarvoor was ik directeur van University College en dat was ik geworden omdat ik enthousiast en vol overtuiging heb meegewerkt aan het concept en de realisatie ervan. Ik denk dat je niet bang moet zijn voor veranderingen, dat je enthousiasme moet uitstralen en je ambitie moet tonen."

GK

Utrecht heeft eigen Campuswiki

Keller, die in Utrecht studeert en woont, werkt samen met een Delftse en Amsterdamse student. "We zijn alledrie verantwoordelijk voor onze eigen Campuswiki van onze eigen stad." De sites voor Delft en Amsterdam zijn een maand geleden gelanceerd en worden volgens Keller al druk bezocht.

MV

www.utrecht.campuswiki.nl

wetenschap

Gevoelig netvlies

Dat wij zowel in het halfdonker als in het felste zonlicht scherp kunnen zien, is te danken aan een subtiel regelmechanisme in ons netvlies. In het toonaangevende blad Nature beschrijven de Utrechtse neurobioloog Martin Lankheet en twee Amerikaanse collega's deze week hoe dit mogelijk is. Met behulp van een nieuwe meettechniek ontdekten zij dat de gevoeligheid voor licht in het netvlies afhangt van een subtiel samenspel tussen de cellen in het netvlies die het licht opvangen, en een achterliggende laag cellen waar fotoreceptorsignalen samenkomen. Hoe indrukwekkend de gevoeligheid van ons gezichtsvermogen is, blijkt uit het feit dat wij zowel een zonverlicht strand als een strand bij maanlicht goed kunnen zien, ondanks dat dat eerste 1012 keer helderder is. Fotocamera's hebben grote problemen met dergelijke verschillen, stelt Lankheet. Hij verwacht dat zijn vinding fabrikanten kan helpen met het ontwerpen van lichtgevoeligere digitale camera's.

Verkeerd argument

Minister Plasterk heeft aangegeven dat hij prioriteit gaat geven aan het fundamentele onderzoek. Als je daarin voldoende investeert, hobbelt de innovatie er vanzelf achteraan, is zijn gedachte. Klopt dat, vroeg het Hoger Onderwijs Persbureau aan enkele kenners. Ja en nee, was het antwoord van de Utrechtse, hoogleraar 'dynamiek van innovatiesystemen' Marko Hekkert. "Fundamentele kennis is een wereldwijde vijver", stelt hij. "Als Nederland er ietsje meer geld in steekt, wordt die vijver niet veel groter. De Nederlandse innovatiekracht zal er niet meteen van toenemen. Toch is het goed om te investeren in zuiver pelijk onderzoek. Daarmee houd je namelijk talent vast aan de universiteiten. Dat maakt ook het onderwijs beter, waardoor de beroepsbevolking beter werk kan verrichten en zo geef je de innovatie toch een duwtje in de goede richting. Plasterk hanteert dus een verkeerd argument, maar komt wel bij de juiste politieke keuze uit."

Forel van zalm

Japanse onderzoekers hebben een zalmenechtpaar een nageslacht van forellen bezorgd. Dat meldt het Utrechtse online blad Veterinary Sciences Tomorrow. De onderzoekers injecteerden stamcellen van het sperma van regenboogforellen in embryo's van steriele zalmen. Afhankelijk van de sexe van de gastheer of gastvrouw groeien zulke stamcellen daar uit tot sperma of eitjes. Gevolg was dat de embryo's, eenmaal uitgegroeid tot volwassen zalmen, niet hun eigen zaad en eitjes gingen produceren, maar die van de forel. Tot hun niet geringe verbazing bleken zij korte tijd later een grote school gezonde regenboogforellen te hebben verwekt. Volgens de onderzoekers van de Universiteit van Tokio biedt deze aanpak gouden kansen om bedreigde vissoorten voor uitsterven te behoeden. In tegenstelling tot bevruchte eitjes kunnen stamcellen namelijk goed bij lage temperaturen worden bewaard, totdat zij in voor hen gunstiger omstandigheden in een gastvis kunnen worden geplaatst.

Burgemeesterdebat in De Uithof voor referendum

Moeten studentenhuizen worden gespreid door de stad? Hoe betrek je 50.000 universiteits- en hogeschoolstudenten bij de Utrechtse gemeenschap? Hoe maak je als burgemeester voor hen de stad veilig, het fietsverkeer prettig of de cultuur toegankelijk? Over dit soort onderwerpen gaan Pans en Wolfsen met elkaar én met de studenten in discussie.

Yvonne van Rooy, voorzitter van het college van bestuur, opent het debat. Wereldkampioen debating Lars Duursma zal vervolgens de discussie leiden. Uitgangspunt van de discussie zijn vragen die studenten via de website van het Ublad van tevoren hebben kunnen indienen. Het zal vooral spannend worden of uit het debat de verschillen tussen de kandidaten, beide immers PvdA, te destilleren zullen zijn. In het Ublad van morgen staat een interview met Pans en Wolfsen.

AH

Het debat is op donderdag 4 oktober van 12.15 tot 13.30 uur In zaal Megaron van het Educatorium.

Spoetnik in Sonnenborgh

De expositie ‘Signalen uit de Ruimte’ laat de waarnemingen van de Spoetnik zien, zoals die op verzoek van de Russen vanuit Utrecht zijn gedaan. Daarnaast komt het ruimteonderzoek naar zon en sterren aan bod. De opening op 4 oktober gaat gepaard met de onthulling van het beeld ‘De Spoetnikkijker’ dat de Nederlandse beeldhouwer Oswald Wenckebach in 1957 maakte. Het beeld wordt herplaatst in het park bij Sonnenborgh.

Ongeloof en verbijstering. Dat waren de eerste reacties op het bericht op 4 oktober 1957 dat de Russen erin geslaagd waren de Spoetnik in een baan rond de aarde te brengen. Niettemin was Nederland er snel bij om de nieuwe mogelijkheden die ruimtevaart bood te onderzoeken. De internationaal leidende rol van Nederland op het gebied van wetenschappelijk ruimteonderzoek was daarmee vanaf het begin van de ruimtevaart gevestigd.

De Nederlandse ruimteonderzoekers, sinds 1983 verenigd in het in De Uithof gevestigde SRON, zijn vooral goed in het ontwikkelen van waarnemingsapparatuur. Daarmee leverden ze bijdragen aan internationale wetenschappelijke ruimtemissies. In 1974 werd zelfs de volledig Nederlandse satelliet ANS, gelanceerd.

AH

Zie ook: www.sonnenborgh.nl of www.sron.nl

Hoogopgeleide werklozen moeten aan de bak

Dat staat te lezen in een advies dat de Raad voor Werk en Inkomen (RWI) gisteren publiceerde. Het grootste deel van de niet werkende hoogopgeleiden is jonger dan 35 jaar, en bestaat voor ongeveer tweederde uit vrouwen. Welke opleidingen ze hebben genoten, heeft de RWI niet laten onderzoeken.

Omdat de groep geen uitkering ontvangt, staan ze niet verplicht ingeschreven bij de Centra voor Werk en Inkomen (CWI’s) – de vroegere arbeidsbureaus. Die ondernemen daarom weinig pogingen om ze aan werk te helpen, en dat is jammer, vindt de overkoepelende RWI.

Hoewel de jonge hoopopgeleiden goed in de markt liggen, lopen ze tegen een aantal problemen aan. De in vacatureteksten gewenste ‘recente werkervaring’ ontbreekt bijvoorbeeld. Ook willen ze vaak parttime werken, zeker als ze opgroeiende kinderen hebben.

De RWI denkt dat de niet-uitkeringsgerechtigden (‘nuggers’ in jargon) met een beetje goede wil aan werk te helpen zijn. Een meer gevarieerd aanbod van deeltijdbanen kan daarbij helpen. Ook moeten werkgevers deze groep meer mogelijkheden bieden om thuis te werken.

HOP