Nieuws

tam tam

Ze bestaan: huisbazen die netjes voor hun huizen zorgen en netjes zijn jegens studenten zorgen. De Groningse jongerenorganisatie van de VVD, heeft daarom een huisbaas-van-het-jaarverkiezing uitgeschreven. Het idee ontstond nadat er weer een discussie oplaaide over de hoeveelheid studentenpanden die er per Groningse wijk mogen staan. Te veel studenten in een wijk zou tot overlast leiden. De JOVD vindt dat huisbazen de overlast kunnen tegengaan door hun huizen en tuintjes netjes te onderhouden.

Er viel meer te winnen deze week. Aan de Universiteit Twente zijn acht studenten ontzettend blij gemaakt met een heuse kamerplant die ze kregen als wisseltrofee. Elk jaar organiseert studentensymfonieorkest Musica Silvestra Orkest van deze universiteit een kamermuziekavond waar alle muzikanten zich van hun meest creatieve kant mogen laten zien. Het publiek bepaalt door middel van applaus wie de winnaar is. De prijs: een kamerplant die elk jaar een stukje groter wordt. De groep van acht moet nu proberen de wisseltrofee een jaar lang in leven te houden.

Als je denkt dat een kamerplant winnen een beetje vreemd is, dan heb je nog niet gehoord van de Dildo Music Awards van studentenroeivereniging Orca. Op 29 maart houden zij een wedstrijd waar iedereen mag laten zien wat hij of zij waard is op creatief gebied. Het belooft een afwisselende avond te worden, met acts variërend van een striptease, een kort filmpje of een concert op gieters. De wedstrijd begint om negen uur en wat kun je winnen? Je raadt het al, de enige echte gouden wisseldildo!

Natuurlijk kan niet iedereen in de prijzen vallen en zo greep de Utrechtse studente Nynke de Jong naast de prijzen van de Dutch Bloggies wedstrijd. Met haar weblog met verhalen over roepende paaseitjes, hospiteeravonden en overleden ratjes deed Nynke mee in de categorie best geschreven weblog. Helaas voor haar gingen twee wiskundemeisjes er met de prijs vandoor. De twee Leidse promovendi wonnen met hun blog waarop ze op creatieve manier over hun wetenschap schrijven. Precies een jaar geleden begonnen ze hun weblog met een ezelsbruggetjes om pi beter te kunnen onthouden. Ze maakten een zin waarvan het aantal letters van elk woord een cijfer van pi is: 'How I wish I could recollect pi easily today' oftewel 3,14159265.

de kwestie

Pleidooi bij Plasterk voor Debye

Met zijn brief doet Van Ginkel kort voor zijn pensioen "nog één poging om de internationale bekendheid van ons Instituut onder de naam Debye zeker te stellen", zoals hij zelf schrijft. Dat gebeurt ruim één jaar nadat het Utrechtse college van bestuur besloot om het fysisch-chemisch onderzoeksinstituut van de UU te verbieden de naam Debye nog te voeren.

Aanleiding voor die beslissing vormde het boek 'Einstein in Nederland', waarin historicus Rispens Debye ontmaskerde als nazi-collaborateur. Op verzoek van het Utrechtse college oordeelde directeur Blom van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) dat de door Rispens gebruikte bronnen deugdelijk waren, maar Van Ginkel bestreed dit oordeel van meet af aan. Na vier maanden bronnenonderzoek schreef hij in juni 2006 een voor Debye ontlastend onderzoeksrapport, dat toen echter niet werd gepubliceerd. Volgens Van Ginkel gebeurde dat onder druk van het college van bestuur, iets wat het college zelf ten stelligste ontkent.

Parallel aan de brief aan minister Plasterk heeft Van Ginkel nu alsnog een uitgebreide versie van zijn onderzoek in boekvorm gepubliceerd. Tevens heeft hij een chronologie van de gebeurtenissen rondom de naamgevingskwestie verspreid onder de medewerkers van zijn instituut. "Het is aan de onderzoeksleiders wat zij doen met de gegevens", schrijft hij aan zijn collega's. Het lijkt echter aannemelijk dat zij, net als het college van bestuur en minister Plasterk, de resultaten zullen afwachten van het uitgebreide onderzoek dat het NIOD uitvoert naar de rol van Debye voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog. De resultaten van dat onderzoek worden in de herfst van 2007 verwacht.

hoe kan dat nou?

De barcode is onpersoonlijk

Peter de Lange, derdejaars student scheikunde en voorlichter op de bachelordag, wat vond je daarvan?

"Ik vond het heel typisch dat de middelbare scholieren die afgelopen weekend naar de bachelorvoorlichting kwamen meteen een barcode moesten laten scannen die op hun ontvangstbrief stond. Dan kun je als opleiding nog zo proberen om heel persoonlijk over te komen, maar op deze manier sla je als universiteit dan de plank volledig mis."

Projectleider bachelorvoorlichtingsdag Esther van Zoen, waarom is hiervoor gekozen?

"Registeren van bezoekers is voor ons belangrijk. De gegevens gebruiken we om de voorlichtingsdag te evalueren en bepaalde dingen waar nodig te verbeteren bij een volgende voorlichtingsdag. Het is bijvoorbeeld om logistieke redenen handig om te weten hoeveel mensen er afkomen op bepaalde voorlichtingsrondes. Door te kiezen voor een systeem waarbij de bezoeker alleen maar een barcode hoeft te scannen bedien je de bezoeker juist."

Snap je de kritiek dat het vrij onpersoonlijk is, Esther?

"Ik begrijp wel dat een nummer op een registratiekaart onpersoonlijker kan worden ervaren dan een naam, maar de registratiekaart is naar de bezoekers verstuurd in een persoonlijke mail. Onze werkstudenten zijn erop geattendeerd om de bezoekers vriendelijk en enthousiast welkom te heten en ik ben van mening dat dat meer de sfeer bepaalt dan of de bezoeker gescand wordt.

Heb je tijdens de dag zelf kritiek gehoord van middelbare scholieren op dit scansysteem, Esther?

"Ik zelf niet. Misschien dat je het nog even kan navragen bij de supervisor registratie, Yvette van den Berg. Zij stuurt alle werkstudenten aan die zich bezighouden met registratie."

Klachten gehoord, Yvette?

"Nee, totaal niet. Vroeger registreerden we de bezoekers door ze op te zoeken op lange namenlijsten. Dat was veel zoekwerk en dat kon daardoor af toe heel lang duren. Met dit nieuwe systeem gaat het veel sneller en bezoekers vinden het niet meer dan normaal dat ze zich even moeten registeren. De volgende voorlichtingsdag gaan we het zeker op dezelfde manier aanpakken!"

Stamcellen in het café

Verder komen in dit café natuurlijk de vaste items langs zoals de Promovendus van de Maand en de column van Maarten van Rossem, Universiteit Utrecht en Michael Persson, de Volkskrant.

Het Kenniscafé is in café de Dikke dries aan het Oudkerkhof, begint om 20 uur en is gratis toegankelijk.

de mening

Stel Nederland open voor kennismigranten

Wanne Pemmelaar (Rechtenstudent in Utrecht) en Eew Sawaluck (student in Leiden en vice-voorzitter van de Thai Student Association of the Netherlands) vragen van staatssecretaris Albayrak (Justitiie) en minister Plasterk (Onderwijs) aandacht voor het strenge beleid van de Integratie- en Naturalisatiedienst IND jegens studenten en kennismigranten van buiten de EU. Dat moet soepeler!

De werving van studenten van buiten de EU, uit China bijvoorbeeld, zijn de afgelopen jaren in grote mate gefrustreerd door de IND. Door het bewind van minister Verdonk behandelt de IND studenten eigenlijk als economische vluchtelingen en onderwijsinstellingen als handlangers die hen een verblijfstitel 'gunnen'. Wij zijn het eens met oud-premier en voormalige Hoge Commissaris voor de vluchtelingen Ruud Lubbers dat Nederland dient te 'ontkrampen'. Wij geloven dat de starheid van de IND een onwenselijk en devaluerend effect heeft op de Nederlandse kenniseconomie.

De kabinetten Balkenende I, II, III hebben nagelaten om het voor buitenlandse studenten aantrekkelijk te maken om hier te komen studeren. Het is beschamend om te weten hoeveel niet EU studenten per jaar verzeild raken in juridische procedures. Zo duurt het nog steeds te lang om een verblijfsvergunning voor studie te verkrijgen, en die is dan maar één jaar geldig, waarna een verlengingsprocedure gestart moet worden. Zo vergroot de IND de eigen werkdruk, mede als gevolg van de talloze aanvraag- en bezwaarschriftprocedures. Terwijl studenten hier veelal op eigen kosten komen, en wel om te studeren en niet om te procederen.

Voor pas afgestudeerden van buiten de EU zijn de mogelijkheden om werk te vinden niet omvangrijk. Zij krijgen drie maanden de tijd om een baan te vinden onder voorwaarde dat hen dit afhankelijk van hun leeftijd 33.000 of 45.000 euro per jaar oplevert. Wij vragen ons af welke Nederlandse afgestudeerde direct een salaris van deze omvang ontvangt. Sinds 2004 zijn er slechts 400 kennismigranten als werkenden toegelaten door de IND.

Wij stellen voor dat studenten en kennismigranten een apart loket krijgen binnen de IND. Er zou een effectiever en realistischer beleid moeten worden geformuleerd. Nederland moet aantrekkelijk blijven voor studenten van buiten de EU, en moet zelf graag talent willen binnenhalen. Een student zou een verblijfsvergunning moeten krijgen voor de duur van zijn studie met een mogelijkheid tot verlenging. Verder zou een afgestudeerde een langere periode moeten krijgen om een baan te kunnen vinden.

Wij moeten de mondiale arbeidsmarkt niet zien als een bedreiging maar als een kans. Het is aan onze generatie, geboren in de jaren tachtig en negentig, die deze kennismigranten nodig heeft als collega's die nodig zijn om de Nederlandse concurrentiepositie in de wereld te handhaven. Het is tijd dat Nederland erachter komt dat de globalisering van kennis en economie verder reikt dan onze dijken. Wij hopen dat de minister en de staatssecretaris de handen inéén slaan om een nieuw beleid te formuleren.

wetenschap

Broers en zussen

Gemiste kans

Dat eerstejaars studenten hiaten vertonen in hun wiskundige kennis is een veelgehoorde klacht. Minder gebruikelijk is een hoogleraar die niet automatisch het vwo de schuld geeft. De nieuwe hoogleraar wiskundedidactiek Jan van Maanen liet er woensdag echter geen misverstand over bestaan, dat niet alleen het voortgezet onderwijs, maar ook zijn universitaire collega's blaam treft. "Het hoger onderwijs zou goed gebruik kunnen maken van het gegeven dat studenten geleerd hebben om zelf dingen uit te zoeken en kennis te verwerven. Maar kijken universitaire docenten naar de mogelijkheden van de eerstejaars, naar wat zij wél kennen en kunnen? Nee. De eerstejaars dient zich aan het aanbod van het hoger onderwijs aan te passen. De ontbrekende kennis wordt bijgespijkerd en daarna kunnen de colleges zo blijven als ze waren. De didactiek aanpassen aan de wezenlijk andere populatie, is een andere en veel grotere stap. Dat gebeurt te weinig; ik vind dit een gemiste kans."

Gods geest

Mensen die in religieuze extase raken en daardoor in tongen spreken, beelden zich mogelijk niet ten onrechte in dat zij vervuld zijn van Gods geest. Dat concludeert de Amerikaanse onderzoeker Andrew Newberg uit een analyse van CT scans van de betrokkenen. Uit die scans blijkt dat de frontale hersenkwab, die onder meer de denkprocessen stuurt, minder actief wordt, wanneer de betrokkenen in tongen spreken. Wat uit hun mond komt, zijn dus misschien inderdaad niet hun eigen woorden, aldus Newberg. De onderzoeker van de Universiteit van Pennsylvania in Philadelphia voelt zich bevestigd in zijn mening door het opmerkelijke contrast met CT-scans van in gebed verzonken Boeddhistische monniken en Franciscaanse nonnen. Bij hen is tijdens het geconcentreerd en zeer bewust bidden juist sprake van een toename van de activiteit van de frontale kwab.

Doorweekt

Ondertussen druppelen de studenten één voor één binnen. Ik moet snel zijn. Mijn enige hoop is de verwarming voorin het lokaal. In mijn ooghoeken zie ik het clubje van ijverige studenten binnenkomen dat altijd op de eerste rij gaat zitten. Ik spurt naar voren, wat een paar verbaasde blikken oplevert. Vervolgens neem ik plaats bij de verwarming en voel een warme gloed. Hoera! Ik aarzel niet en hang mijn jas over de radiator. Ook mijn trui trek ik uit, die is immers erg nat. Ik stap uit mijn schoenen en schuif ze onder de verwarming. Ik merk dat mijn T-shirt, broek en boxershort ook doorweekt zijn. Maar hoever kun je gaan?

Roman Helinski, student Taal en Cultuurstudies

Irak: verleden, heden en toekomst

Meer weten? Surf naar www.sib-utrecht.nl.

afzender

Kraanvogel (2)

Toon Vendrik stelt in zijn ingezonden brief in het Ublad van 8 maart onder de poetische titel Kraanvogel een flink aantal relevante en intelligente vragen over de toedracht van het kraanongeval van 18 januari. Dat zijn, soms bijna woordelijk ook, de vragen die tussen opdrachtgever UU en onderzoekteam TNO zijn gewisseld.

Tegelijkertijd probeert Vendrik zelf alvast een paar van de vragen - hardop denkend - te beantwoorden. Niet doen! Dit is nu juist wat het TNO-team moet doen op basis van feitenmateriaal en hun onafhankelijke expertise. Dat werk is niet klaar omdat nog niet alle uitslagen van het materiaalonderzoek en de bijbehorende rekensommen beschikbaar zijn.

En met een klein zinnetje ('Hoe kun je bedenken dat zoiets niet mis gaat, BAM?') probeert Vendrik ook alvast impliciet een schuldvraag te beantwoorden. Ook niet doen! Niemand is schuldig totdat het tegendeel bewezen is. Dat geldt ook voor rechtspersonen zoals aannemingsmaatschappij BAM.

Daarvoor komt nog een ander punt: je kunt in juridische zin geen schuld hebben aan een gebeurtenis en toch aansprakelijk zijn. De UU heeft daarom de bij de bouw van Casa Confetti betrokken rechtspersonen (opdrachtgevers en uitvoerders) formeel aansprakelijk gesteld om onze eigen schade te kunnen verhalen.

Voordat het college van bestuur echter kan besluiten over de verschillende vervolg-stappen, moet eerst het onderzoekrapport gereed zijn. Dat vergt waarschijnlijk nog enige weken geduld, met respect voor de missie (wetenschap) en onder het goede schijnsel (sol justitiae)!

KNAW benoemt vijf Akademiehoogleraren

Akademiehoogleraren kunnen zich vijf laar lang geheel wijden aan vernieuwend onderzoek en de begeleiding van jonge onderzoekers. De geselecteerden zijn, behalve Oerlemans, de hoogleraren Bob ten Cate (experimentele preventieve tandheelkunde aan de Universiteit van Amsterdam), Hendrik Lenstra (fundamentele en toepassingsgerichte wiskunde aan de Universiteit Leiden), Pieter Muysken (algemene taalwetenschap, Radboud Universiteit Nijmegen), en Dirkje Postma (pathofysiologie van de ademhaling, Rijksuniversiteit Groningen).

Sinds 2002 selecteert de Akademie jaarlijks vijf excellente hoogleraren tussen de 55 en 60 jaar oud. Ze worden voorgedragen door de colleges van bestuur van hun universiteit. De voordrachten worden beoordeeld door een internationaal samengestelde commissie onder voorzitterschap van KNAW-president Frits van Oostrom.

De KNAW betaalt het salaris van de Akademiehoogleraar en een onderzoeksbudget: in totaal 200 duizend euro per jaar. Met de vrijvallende middelen dient de betrokken universiteit ten minste één jonge talentvolle onderzoeksleider aan te trekken. Daarmee wordt de doorstroming van jonge onderzoekers naar leidinggevende posities bevorderd.

HOP