Nieuws

Topmaster voor hogeronderwijsdocent

Het niveau ligt aanzienlijk hoger dan dat van de bestaande basisopleidingen voor hogeronderwijsdocenten, zegt projectleider Jurriën Dengerink. “Docenten van hogescholen en universiteiten worden steeds vaker ingezet bij curriculumontwikkeling. Daarvoor is kennis nodig die ze nu vaak ontberen. Binnen een vakgroep zou je in elk geval één docent moeten hebben die in staat is om complexe onderwijsvernieuwingen te ontwikkelen en begeleiden. Hier kunnen ze leren hoe je dat gaat en hoe je dat onderbouwt met onderwijskundig onderzoek. De opleiding wordt afgesloten met een masterthese.”

Een andere reden om bij te scholen is dat het hoger onderwijs steeds meer maatwerk levert: honourstrajecten voor bollebozen, maar ook intensieve begeleidingstrajecten voor studenten die niet zo makkelijk meekomen.

De hogescholen juichen de nieuwe masteropleiding toe, weet Dengerink. Ze schrikken wel wat terug voor de kosten, die maximaal € 12.700 euro per deelnemer bedragen. Hij hoopt dan ook dat het ministerie de opleidingen wil betalen. “We zijn daarover in gesprek. In het buitenland wordt aanzienlijk veel meer geïnvesteerd in de professionalisering van docenten.”

HOP

UMC-viroloog Van Baarle krijgt KNAW-premie

Van Baarle is verbonden aan het Universitair Medisch Centrum Utrecht en krijgt de prijs voor haar originele werk op het gebied van de immunologie van virale infecties.

Haar onderzoek richt zich onder meer op het Epstein-Barr Virus, een herpesvirus waarmee 90 procent van de mensen op volwassen leeftijd geïnfecteerd blijkt te zijn. Tijdens de kindertijd leidt de infectie meestal niet tot symptomen, op latere leeftijd kan het gepaard gaan met koorts, keelpijn, opgezette lymfeklieren en ernstige vermoeidheid. In het geval van verminderde afweer kan het virus tumoren veroorzaken, bijvoorbeeld bij mensen met aids of mensen die afweerremmende medicijnen gebruiken. Van Baarle onderzoekt wat er misgaat in het afweersysteem bij mensen met het Epstein-Barr Virus.

Debbie van Baarle studeerde biomedische wetenschappen aan de Universiteit Leiden en promoveerde in 2000 op onderzoek naar de rol van het Epstein-Barr Virus in de ontwikkeling van kanker bij mensen die geïnfecteerd zijn met het aidsvirus. Van Baarle is sinds 2004 verbonden aan de afdeling immunologie van het UMC Utrecht.

De Beijerinck Premie is een jaarlijkse prijs van het M.W. Beijerinck Virologie Fonds. De premie is bestemd voor een excellente postdoc onderzoeker en wordt uitgereikt door de juryvooriztter Ab Osterhaus.

AH

Docentprijzen voor jurist en psychologe

De winnaars van de twee jaarlijkse Utrechtse onderwijsprijzen werden door collegevoorzitter Yvonne van Rooy bekend gemaakt aan het slot van de druk bezochte Onderwijsparade. Die jaarlijkse Utrechtse onderwijsdag, die op donderdag 8 maart werd gehouden op het Kromhout terrein van het University College, stond dit jaar in het teken van de vraag hoe studenten en docenten hun tijd het meest effectief kunnen besteden.

In haar toespraak roemde Van Rooy de inzet voor het onderwijs van beide prijswinnaars, die waren voorgedragen door respectievelijk de juridische studievereniging JSVU en studievereniging SGS van Sociale Wetenschappen. Rijpkema kreeg een eervolle vermelding als een van de initiatiefnemers van het Utrecht Law College. Over Verspui zei de collegevoorzitter dat zij zelfs de grootste collegezaal tot de achterste rij muisstil krijgt tijdens haar colleges.

De officiële prijsuitreiking zal plaatsvinden tijdens de viering van de dies op 26 maart in de Domkerk. Rijpkema heeft met zijn prijs een reisbeurs verdiend van vijfduizend euro, terwijl Verspui voor datzelfde doel tweeduizend euro tegemoet kan zien. De twee studieverenigingen krijgen voor hun succesvolle voordracht een oorkonde en een vrij te besteden bedrag van 850 euro.

EH

Negentig nieuwe gedichten van Gossaert ontdekt

Frederik Carel Gerretson (1884 - 1958) was vanaf 1917 verbonden aan de Bataafsche Petroleum Maatschappij (later Shell). In 1925 werd hij vanwege deze oliefirma benoemd tot bijzonder hoogleraar in de geschiedenis van Nederlandsch-Indie aan de zogeheten 'oliefaculteit'. Daar werden Indische bestuursambtenaren opgeleid met vakken als 'overzeese geschiedenis', 'adatrecht', 'volkenkunde' of 'oosterse talen'.

Landelijk genoot de conservatieve hoogleraar vooral bekendheid onder zijn literaire pseudoniem Geerten Gossaert. Tot nu toe was van deze dichter alleen de dichtbundel ’Experimenten’ bekend uit 1911, die afgelopen najaar in de serie Nederlandse Klassieken nog eens is herdrukt. In zijn laatste levensjaren heeft Gerretson zelf verschillende keren verklaard dat hij wel degelijk nog andere poëzie had geschreven, maar met die uitspraken is nooit iets gedaan.

Onlangs maakten Jaap Harskamp (conservator aan de British Library te Londen) en Reinier Salverda (directeur van de Fryske Akademy en hoogleraar aan het University College te Londen) via dagblad Trouw bekend. tijdens naspeuringen voor een bloemlezing over het einde van Indië in de Nederlandse poëzie, twee dichtbundels ontdekt te hebben die aantoonbaar van de hand van Gossaert zijn.

De beide bundels laten zien dat Gerretson zowel eind jaren twintig als eind jaren veertig nog als dichter actief is geweest. Uit die eerste periode stamt de symbolisch-religieuze bundel ‘Langs den weg’, uit de jaren veertig ‘Melati en rotan’, waarin Gossaert politiek-poetisch stelling neemt tegen het onafhankelijkheidsstreven van Indonesië. Beide bundels zijn geschreven onder het pseudoniem J.F. Kunst. In totaal gaat het om negentig onbekende gedichten, die volgend jaar heruitgegeven worden bij Athenaeum-Polak & Van Gennep.

AH

Kimpen volgt Stoof bij Geneeskunde op

De Raad van Toezicht van het UMC Utrecht heeft Jan Kimpen tevens benoemd als vice-voorzitter van de Raad van Bestuur. Kimpen studeerde geneeskunde aan de Katholieke Universiteit Leuven en specialiseerde zich in infectieziekten bij kinderen. Hij promoveerde in Groningen en werd in 1998 in Utrecht hoogleraar.

Afgelopen jaar is Kimpen door het Ublad uitgeroepen tot promotor van het jaar. In 2006 begeleidde hij acht promoties, allen op gebied van RSV, het mysterieuze virus dat veel kinderen ademhalingsproblemen bezorgt. "Ik ben zelf in 1989 in de Verenigde Staten aan dit onderzoek begonnen. In 1993 ben ik er in Groningen op gepromoveerd en ook na mijn benoeming in Utrecht ben ik met RSV bezig gebleven”, aldus de hoogleraar in een interview met het Ublad naar aanleiding van zijn uitverkiezing.

Hoe de decaan over de faculteit denkt is op dit moment nog onduidelijk, in ieder geval vindt hij dat het met het UMC goed gaat. In zijn nieuwjaarstoespraak 2006 stelde hij dat het met het ziekenhuis financieel goed gaat, maar ook wat betreft de output op gebied van patiëntenzorg, onderzoek, opleiding en onderwijs. “Zo stonden we in de laatste Elsevier enquête met de biomedische wetenschappen op de eerste plaats van Nederland en is onze Summa en bachelor geneeskunde geaccrediteerd. Dit zijn ankerpunten van hoop en uitzicht op de toekomst”, aldus de hoogleraar.

In het Ublad van vandaag (8 maart) waarschuwt Kimpen voor al te drastische ingrepen ten nadele van groepen die buiten het onderzoeksprogramma van de UU dreigen te vallen. "Het nadeel van de ja-keuzes van Focus & Massa is uiteraard dat daarmee nee-keuzes samenhangen. Ik kan me voorstellen dat een aantal succesvolle onderzoeksgroepen zich onvoldoende in deze focussering herkent. Het verdient aanbeveling met deze groepen in gesprek te gaan teneinde hun te helpen in het aansluiten bij de focusgebieden", aldus Kimpen.

AH

Stoof wordt nieuwe rector magnificus

De nieuwe rector is 61 jaar oud en zou nog precies één termijn kunnen uitzitten. Gisteren is de Universiteitsraad op de hoogte gesteld van het voornemen om Stoof als rector aan te stellen.

Hans Stoof studeerde biochemie aan de Vrije Universiteit en promoveerde ook in Amsterdam, waar hij tot zijn komst naar Utrecht hoogleraar experimentele neurologie was. Onder zijn decanaat werd verder gewerkt aan de fusie van ziekenhuis en faculteit, vooral aan het regelen van de medezeggenschap bij Geneeskunde.

Stoof was tevens verbonden aan het Nederlands Instituut voor Hersenonderzoek van de KNAW en aan het Gebiedsbestuur Medische Wetenschappen van NWO.

AH

wetenschap

Stamcelonderzoek

Een revolutionair artikel over stamcelonderzoek in Nature blijkt volgens The Independent ernstige fouten te bevatten. Stamcellen zijn lichaamscellen die zich nog niet gespecialiseerd hebben. Met het inspuiten van zulke cellen kan beschadigd weefsel op een lichaamseigen wijze hersteld worden, voorspellen pers. Omdat het winnen van stamcellen uit embryo's op bezwaren uit religieuze kringen stuitte, was de vreugde groot toen de Belgische onderzoekster Catherine Verfaillie in 2002 meldde dat volwassen stamcellen uit het bot van muizen in hun hersenen waren uitgegroeid tot hersencellen. Die ontdekking leek de weg te openen voor niet omstreden experimenten met volwassen stamcellen. Onlangs heeft de Universiteit van Minnesota, waar Verfaillie haar onderzoek deed, echter laten weten dat zij bij vergissing verkeerde data had gebruikt. Vervelend voor de onderzoekster, maar ook voor minister Plasterk. De regeringspartijen spraken immers af dat het 'perspectiefrijke' onderzoek naar (volwassen) lichaamsstamcellen krachtig zou worden gestimuleerd. Dat perspectief blijkt nu dus minder rijk dan gedacht. (HOP)

'Europees NWO'

Naast subsidies voor gezamenlijk Europees onderzoek op afgebakende en maatschappelijk relevante terreinen als nanotechnologie, ict en geneeskunde, gaat 'Europa' voor het eerst ook geld beschikbaar stellen aan individuele toponderzoekers. Nu de langverwachte 'European Research Council' uit de startblokken komt, zal een doordacht onderzoeksvoorstel volstaan om subsidie te krijgen. Met een budget van 7,4 miljard euro voor de komende zeven jaar wil dit Europese NWO de beste onderzoekers geld geven, ongeacht hun herkomst of de reputatie van hun universiteit. Het budget zal verdeeld worden op grond van peer review, waarbij wetenschappers anoniem voorstellen van andere wetenschappers beoordelen. De raad maakt deel uit van het zevende Europese 'kaderprogramma' voor onderzoek en ontwikkeling. In totaal is met dat programma 53 miljard euro gemoeid.

Zout der aarde

"Dames en heren studenten, U bent Keltisch gaan studeren, omdat u bovengemiddeld nieuwsgierig bent." Met die woorden besloot Peter Schrijver woensdagmiddag zijn oratie als nieuw aangestelde hoogleraar Keltisch. "Velen van u zijn er door goedbedoelende vrienden en verwanten op gewezen dat nieuwsgierigheid een slechte raadgever bij een studiekeuze is en dat kennis van de Oud-Ierse taal en literatuur geen beroepskwalificatie oplevert. Ik heb u deze dingen ook zelf proberen voor te houden toen u zich over de studie kwam informeren. Natuurlijk had u, en niet ik, gelijk: intellectuele nieuwsgierigheid is een beroepskwalificatie van de bovenste plank. Wie zijn weg door het Oud-Iers heeft gevonden, kan de ingewikkeldste materie aan. Bovendien bent u hoog gemotiveerd aan uw studie begonnen, en motivatie is ook een belangrijke beroepskwalificatie. Temidden van de hartgrondige verveling, lethargie en cynisme die grote delen van onze samenleving kenmerken, bent u het zout der aarde."

tatort

Bèta things

Het is aan de oud-minister van Economische Zaken om de Bèta Bedrijvendagen te openen. Hij deelt de aanwezige bèta's - dinsdag in, ironisch genoeg, de Alpha-zaal van het Educatorium - mee dat ze eens van hun minderwaardigheidscomplex af moeten komen. Ze zijn gewend het ondergeschoven kindje te zijn in een land van "handelaars, piraten en boeren". Maar de omstandigheden veranderen, zegt Brinkhorst. ICT en duurzaamheid zijn prioriteiten voor elk bedrijf, prioriteiten waarin alleen door bèta's kan worden voorzien.

Het publiek klapt dankbaar. Graag was hier de onhandige kledingdracht der bèta's besproken. Witte sportsokken en te korte broekspijpen. Deze stereotype vlieger gaat niet op. De bèta's zitten strak in het pak, zoals het hele evenement strak geregeld is door een verzameling bètastudieverenigingen.

De slogan is alomtegenwoordig op flyers en posters For a bèta future. Dat is natuurlijk een goede slogan, hip en catchy, eentje die perspectief biedt. Voor een goede soundtrack bijvoorbeeld. The Beatles: 'Got to admit it's getting bèta/ It's getting bèta all the time'. Of meer recent, The Kooks: 'You don't pull my strings/ 'cause I'm a bèta man/ Moving on to bèta things'.

Het praatje van Brinkhorst past bij het doel van de Bedrijvendagen; de student na te laten denken over zijn leven ná het diploma. Meer dan veertig bedrijven presenteren zich in het Educatorium. KLM, Capgemini, Solvay Pharmaceuticals; internationale players die op zoek zijn naar de excellente student in Utrecht. De strak in het pak gestoken mensen blijken dus weliswaar bèta's, maar wel vertegenwoordiger-bèta's.

Maar waar zijn die studenten dan? De vertegenwoordigers lopen heen en weer, schudden handjes, wisselen visitekaartjes uit. Vier mannen staan gefascineerd te kijken naar een computergestuurde robotarm die blokjes op elkaar stapelt. Ze zijn vooral bezig met elkaar. Studenten kunnen hier een jaarvoorraad aan gratis blocnotes en ballpoints scoren, maar er is maar een enkeling die dat doet.

De stand van de Kamer van Koophandel is verlaten. Weet je wat jij eens moet doen? Naar de Kamer van Koophandel, staat op een spandoek. Niemand lijkt de leus op te volgen. De man achter de tafel rust zijn kin in zijn hand. Hij leest zijn eigen foldertjes. "Gaat het goed", vraagt zijn buurvrouw. "Ja hoor", antwoord hij. Alleen geen studenten.

Uit de bak snoepgoed die op de tafel van de buren staat, pakt de KvK'er een mini-snickertje. Hij haalt de chocolade uit de wikkel en hapt 'm in een keer naar binnen. Het is pas half twaalf. Die studenten komen vanzelf wel. Waiting on bèta times.

even kort

Als Liberia naar Harvard

Masterstudent Law & Economics Carlijn Breukink (24) is dit jaar voorzitter van de Utrecht University Model United Nations (UUMUN). Begin februari vloog zij met 11 andere Utrechtse studenten naar Boston om deel te nemen aan een prestigieuze VN-simulatie.

Hoe gaat zo'n simulatie in z'n werk? "Er doen in totaal ongeveer 2500 studenten mee, het is dus een gigantische simulatie. Elke universiteit vertegenwoordigt een apart land, onderverdeeld in verschillende commissies. In september hoorden we dat we Liberia mochten vertegenwoordigen. Vanaf toen hebben we ons verdiept in dat land en in de zeven commissies waaraan Liberia deelneemt, zoals de World Health Organization en International Security. We kregen hulp van verschillende bedrijven die ons bijvoorbeeld onderhandelingstechnieken leerden, en we hebben vaak in het Engels een oefensimulatie gedaan."

Waren jullie tevreden met Liberia? "Grote landen zijn weggelegd voor de universiteiten die al langer meedoen. Zo werkt het: hoe vaker je mee hebt gedaan aan de simulatie, hoe groter de kans dat je een groot land als Rusland mag vertegenwoordigen. Maar wat ik merkte, is dat het eigenlijk niet uitmaakt wat voor land je krijgt, als je jezelf als land maar goed kunt presenteren. Elk land krijgt even veel spreektijd, dus als je jezelf goed kan laten zien, kom je al heel ver."

Wat gewonnen? "Nee, helaas niet. Waar ik wel trots op ben is dat we betrokken zijn geweest bij alle eindresoluties die als advies naar de echte VN worden gestuurd. We hebben ons dus wel degelijk laten zien als klein land. De universiteit van Nijmegen heeft wel verschillende prijzen gewonnen. Zij waren erg goed. Dit jaar hebben we tijdens de voorbereiding geregeld samengewerkt met de andere vier Nederlandse delegaties."

Wat had je van tevoren niet verwacht? "Vooraf leek het ons best moeilijk om te discussiëren in het Engels, maar het ging ons boven verwachting goed af. Ook viel het mij op dat het niveauverschil met studenten van prestigieuze universiteiten als Yale en Stanford mij erg meeviel. In discussies met hen waren wij inhoudelijk soms sterker, en dat had ik eigenlijk niet verwacht."

Zou je later bij de VN willen werken? "Voordat ik ging studeren was dat echt mijn ideaal, maar inmiddels niet meer. Nu merk ik dat het een logge organisatie is en dat je veel geduld moet hebben om dingen te bereiken. In een gemiddelde commissie zitten 300 mensen, dus het duurt bijvoorbeeld lang om aan de beurt te komen om iets te zeggen. Ik denk dat ik daar te ongeduldig voor ben. Daarom ben ik me nu aan het oriënteren op het internationale bedrijfsleven, dat past denk ik beter bij me."

de mening

Het nieuwe onderzoeken

Elders in dit blad plaatsen verschillende hoogleraren hun kanttekeningen bij Focus en Massa, zoals het wetenschapsbeleid van de UU heet. Ook hun collega Eduard Looijenga, hoogleraar zuivere wiskunde, is niet onverdeeld gelukkig met de operatie.

Deze instelling zit in het rood, mede door eigen toedoen, en om snel weer zwarte cijfers te kunnen schrijven voert zij een dans van schijn en wezen uit, die van de 'virtuele consortia', om vooralsnog niet minder virtuele geldpotten. De choreografie heet Focus en Massa, een naam die doet veronderstellen dat dit de kwaliteiten zijn waarmee kaf van koren is te scheiden. En omdat dit concept zo'n centrale rol is toebedeeld, voel ik mij gerechtigd de bestanddelen van deze terminologie even op inhoud te toetsen.

Jazeker, behoorlijk onderzoek heeft focus, maar dat is als beoordelingscriterium nauwelijks bruikbaar. Neem de F&M-collectie waartoe ik zelf behoor: Foundations of Natural Science, verzamelnaam voor Wiskunde, Theoretische Natuurkunde en Sterrenkunde (volgens opvattingen gangbaar in den vreemde omvat dit een groot deel van de exacte wetenschappen, want het idee dat dit op gelijke voet staat met, zeg, het ontwerpen van computerspellen, heeft nog niet overal postgevat). Die collectie telt een stel kleinere groepen, vooral gemeen hebbende dat ze de wereld op onderdelen willen begrijpen. Maar dat geldt ook wel voor andere onderzoekers en de gangbare term voor een gemeenschap waar men zoiets nastreeft is 'Universiteit'. Wat de M betreft: dat succesvol onderzoek een (van het werkterrein afhankelijke) minimumomvang vereist zal niemand betwisten, maar massa is natuurlijk geen kenmerk van goed onderzoek. Sterker, het rendement wordt snel kleiner als M naar oneindig gaat, een wetmatigheid waarvan de levenswetenschappen overigens niet zijn uitgesloten.

De ervaringen met de implementatie beperken zich tot dusver tot de selectie der focusgebieden en dat voorspelt weinig goeds, want de motivering van de gemaakte keuzes moeten we ontberen. De faculteitsdecanen hebben naar verluidt de beschikking over het volledige rapport, de rest moest het doen met een paar nietszeggende zinnetjes per focusgebied.

Al werkendeweg bepaalt men wat er mee te doen. Een recente email van bestuurswege verkondigt dat binnen de F&M-gebieden voor jonge `aanjagers' een bijzondere rol is weggelegd om geld van buiten de eerste geldstroom binnen te halen. In diezelfde email staat ook deze prachtzin: "Van belang is nu om met de blik van buiten naar binnen te verwoorden voor welk maatschappelijk vraagstuk het focusgebied een bijdrage kan leveren." Dit credo dient onverwijld in grote neonletters op ons kostbaar bibliotheekgebouw te worden geplaatst om daarmee 's nachts de omringende snelwegen te kunnen verlichten. Passerende belastingbetalers wordt zo duidelijk gemaakt dat ze hier eindelijk waar voor hun geld krijgen, en studenten met ouderwetse wetenschappelijke ambities zullen weten dat ze hier geen vaart hoeven te minderen."