"Voor het Songfestival was het niet raak dit weekeinde. De kijkcijfers vielen tegen in vergelijking met andere jaren. Dat had deels te maken met het samenvallen met de Idolsfinale in hetzelfde weekend. Als je zaterdag de hele avond Idols hebt zitten kijken, heb je weinig zin meer in nog meer zang de volgende avond. De kijkcijfers van Idols waren weer hoog. Drie miljoen kijkers waren er vanaf acht uur. Naar de uitslag om half elf keken nog eens een half miljoen mensen meer. Dat is 23 procent van de totale bevolking boven de vijf jaar, en bijna 45 procent van de televisiekijkers op dat moment. Op voetbal na zijn er nauwelijks televisieprogramma's die dat weten te bereiken. Het Songfestival een dag later had een marktaandeel van slechts veertien procent. Dat is niet het bereik dat voor de adverteerder altijd even interessant is."
Heeft de ouderwetse formule van het Songfestival afgedaan?
"De muziekcultuur onder jongeren is veranderd. Ze laten zich er niet op voorstaan dat ze uit Nederland komen, maar benadrukken eerder dat ze opgaan in een internationale cultuur. Een Nederlander die liedjes staat te zingen voor zijn land, dat spreekt daardoor niet meer zo aan. Daarnaast is het soort liedjes en de presentatie op het festival behoorlijk ouderwets. Daar tegenover staat Idols, een blijvende succesformule door de dramaturgie van het programma: het werkt vanaf het begin naar de uitslag toe. Daarnaast is de marketing ervan heel slim. De pr-machine voor Idols is gigantisch, heel Nederland wordt gewezen op het bestaan van de aspirant-artiesten. De andere netten die bij dochterbedrijven van de Bertelsmann-Group horen en de radiozenders van dezelfde onderneming doen aan cross promotion, zij maken reclame voor het programma. De kranten schrijven erover, op het schoolplein wordt erover gepraat. Het doet het goed bij de favoriete doelgroepen van adverteerders, jongeren en mensen tot 35 jaar. Het is ook een spannend verhaal, een soort Assepoester sprookje dat suggereert dat iedereen een ster kan worden."
De muziekindustrie heeft met Idols een blijvend kassucces te pakken?
"Op meer dan ŽŽn manier. Het is een geniale opzet waarbij de industrie een soort marketingtest uitvoert op televisie. De meest gehoorde zin zaterdagavond was ook 'Stem nu, dan bepaal jij welke cd je maandag in de winkel kunt kopen'. Bij Idols blijkt welke zanger of zangeres het beste zal aanslaan bij het publiek. En het publiek betaalt er nog voor om dat te mogen bepalen ook. De muziekindustrie verdient er dubbel aan."
Hoe komt het dat het lang niet altijd de beste zangers zijn die in de finale terechtkomen?
"Vooral de leeftijdscategorie tussen tien en twintig bepaalt wie er gaat winnen, zij stemmen het meest. Die jongeren kijken meer naar de manier waarop iemand overkomt dan of hij of zij kan zingen. Zo kon het gebeuren dat in de eerste versie Hind, degene met de beste zangcapaciteiten, toch maar derde werd. Het verschil tussen de leeftijdsgroepen was goed te zien bij de stemmen die binnenkwamen via de ouderwetse telefoon. Met name kijkers van boven de dertig stemmen op die manier, en zij kozen vaker voor Hind. Maar er waren veel meer sms'jes van jongeren, en die gaan over wie zij het leukst vinden. Dit jaar waren de jongens die meezongen wat ouder en niet zo 'lief', als ik mijn buurmeisjes moet geloven. Zo kon het gebeuren dat er twee vrouwen op de eerste en tweede plaats zijn beland. Dat is dan echt een kwestie van capaciteit."
Consumentenfuik Idols heeft meer toekomst dan het achterhaalde Songfestival?
"Het Songfestival is een instituut dat niet verdwijnen zal. Maar dit soort rituele evenementen wordt minder. In de toekomst zullen programma's die meer participatie van de kijker verwachten populairder zijn. Binnen tien jaar is alles digitaal en stem je met je afstandbediening op wie er volgens jou moet winnen. Ondertussen worden al die data geregistreerd om te verkopen aan de adverteerders. Zo lever je de provider als kijker interessante gegevens waar hij weer aan kan verdienen. En daar betaal je ook nog voor."