Nieuws

Geen Utrechtse student in het glazen huis

Om een plekje in het huis te bemachtigen, moesten de vier teams verschillende opdrachten vervullen. De studenten moesten een zo origineel mogelijke foto van een diamant maken, zoveel mogelijke glazen verzamelen, in het Sims spel wenspunten halen en drie kennisvragen beantwoorden. Novitas en Confrerie wonnen. Zij moeten tot en met zondag in het huis wonen en tegen elkaar strijden door middel van het maken van allerlei opdrachten.

Vandaag (vrijdag) moeten de teams een Sims rap bedenken en zorgen dat deze op de radio uitgezonden wordt. Verder moeten zij proberen morgenavond zoveel mogelijk bekende Nederlanders op bezoek te krijgen. In totaal moeten de studenten 12 opdrachten vervullen. Het winnende team gaat er vandoor met een Fiat Punto.

Door middel van het glazen huis probeert gamesproducent Electronic Arts het Sims 2 spel te promoten. Via de site www.desims2.nl/glazenhuis zijn de bewoners te bekijken. Op de site kun je ook opdrachten verzinnen die de studenten moeten uitvoeren.

Honderdveertig Utrechtse kennisbeurzen

De beurzen zijn bedoeld voor bijzonder getalenteerde studenten die naar Utrecht komen voor onderwijs waarin de UU toonaangevend is. Naast de programma’s van het University College (UCU) zijn dat in ieder geval de prestige masters, waarvan de eerste zeven in 2004 van start zijn gegaan en de tweede zeven binnenkort zullen worden aangewezen. Studenten kunnen zelf geen aanvraag indienen. De beurzen worden eerlijk verdeeld over het UCU en de prestige masters en toegekend op basis van een per programma opgestelde ranking van de studenten.

De Utrecht Excellence Scholarships, zoals de beurzen zullen gaan heten, worden in 2006 nog volledig uit universitaire middelen betaald. Vandaar dat er dan maar 32 kunnen worden toegewezen. Vanaf 2007 komt het leeuwendeel van het bedrag uit een fonds dat het Ministerie van OCW onder de noemer Kennisbeurzen voor dit doel beschikbaar stelt. Utrecht kan uit dit fonds rekenen op een bedrag van naar schatting 2,35 miljoen euro per jaar. Samen met de Utrechtse bijdrage van bijna een half miljoen is dat goed voor 140 beurzen.

De beurzen hebben als hoofddoel het compenseren van het hoge collegegeld dat de UU nieuwe studenten van buiten de EER vanaf volgend jaar in rekening gaat brengen. Voor studenten aan het University College wordt dat zevenduizend euro, masterstudenten gaan per jaar 10.000 euro betalen. De EER omvat de landen van de Europese Unie plus Liechtenstein, Noorwegen en IJsland. Zwitserland en de Balkanlanden met uitzondering van Slovenie horen er niet toe.

EH

Parkeergarage Lucasbolwerk gaat door

Bij de rechter was door het Comite Behoud Lucasbolwerk (CBL) onder andere protest aangetekend tegen de kapvergunning voor enkele bomen op het Lucasbolwerk die de gemeente had verstrekt. De gemeente wil 381 parkeerplaatsen nabij de schouwburg realiseren om de hoge parkeerdrukte in de binnenstad te kunnen lenigen.

Zowel Biton als Unitas hadden zich aangesloten bij het CBL. Volgens de studenten zorgt de bouw voor onnodig veel overlast, gaat er een prachtig stuk park onnodig verloren en is de garage bovendien niet echt nodig.

Bovendien is er ten behoeve van de garage een flink aantal fietsrekken verwijderd, waarmee het bezoek aan de gezelligheidsverenigingen wordt bemoeilijkt. Ook het feit dat het Zocherpark lange tijd niet meer beschikbaar zal zijn voor activiteiten zoals de UIT, steekt de studenten.

De gemeente is echter blij met de rechtelijke uitspraken. Zij begint nu met het vellen en verplanten van bomen en het afgraven en saneren van grond. Daarna kan ook het archeologisch onderzoek van start gaan. Binnenkort verwacht gemeente de bouwvergunning rond te krijgen; de Europese aanbestedingen van de bouw zijn in volle gang.

AH

Kassen oude hortus gaan weer open

Vooralsnog kunnen de bezoekers met name de architectuur en de constructie van het gebouw bewonderen. In 2007, als de kassen precies honderd jaar oud en weer beplant zijn, vindt de feestelijke publieksopening plaats. Het is dan geen botanische kas meer, maar een educatieve publiekskas.

Achter in de kassen is tot het najaar van 2006 een kleine fototentoonstelling ingericht over de geschiedenis ervan. De restauratie van de twee grote kasdelen, de voorste kleine kas en de corridor is mede mogelijk gemaakt door diverse fondsen, sponsors en donateurs. Het museum is bijna zes jaar bezig geweest met deze fondswerving.

De kassen stamen uit het begin van de vorige eeuw, toen op de huidige plek van het Universiteitsmuseum zich nog het Botanisch Lab bevond, waarbij de tuin was ingericht als hortus botanicus. De kassen hadden als belangrijkste functie onderwijs, onderzoek en plantenbeheer. Studenten maakten hier kennis met allerlei plantensoorten uit andere werelddelen en examenkandidaten werden er getoest op hun plantenkennis.

Rond 1980 verhuisde de botanische tuin naar de Uithof, waarna de binnenstadskassen in verval raakten. Dankzij acties van buurtbewoners en inspanningen van het museum is de oude hortus begin jaren negentig al hersteld, en is in 2004 met het herstel van de kassen begonnen.

AH

in beeld

Van een koolmees een olifant maken

Hoe gemakkelijk passen diersoorten zich aan veranderende omstandigheden aan? Dat was de vraag waarmee Postma een paar jaar geleden naar Vlieland vertrok om er onderzoek te doen naar de koolmezen aldaar. "Al ruim vijftig jaar lang krijgen alle jongen van de gemiddeld 120 broedparen een ring met een nummer. Omdat koolmezen lui zijn en liever in een nestkast nestelen dan zelf een nest maken, weten we zeker dat we vrijwel alle op Vlieland geboren koolmezen kennen. Zodra we een vogel zonder ring zien, weten we dus dat het een immigrant is."

Postma vroeg zich onder meer af waarom koolmezen uit West Vlieland gemiddeld een ei meer leggen dan hun soortgenoten uit Oost Vlieland. Aanvankelijk dacht hij dat het beschikbare voedsel daaraan ten grondslag lag, maar Postma ontdekte dat in het westen geboren vogels en hun nakomelingen ook na een verhuizing naar het oosten meer eieren bleven leggen dan daar geboren vogels. Omdat in de westelijke populatie relatief veel immigranten voorkomen, is zijn verklaring dat die koolmezen en hun nakomelingen genetisch verschillen van de inheemse vogels. Dat is met name een interessante observatie, omdat de oostelijke koolmezen gemiddeld weliswaar minder eieren leggen, maar wel langer leven.

Postma trekt hieruit onder meer de conclusie dat het dieren veel tijd kost om zich evolutionair gezien aan een nieuwe omgeving aan te passen. "Die kennis is van belang voor het behoud van diersoorten in het algemeen, inclusief bijvoorbeeld de olifant, hoewel die uiterlijk natuurlijk weinig op een koolmees lijkt", stelt hij. "Dit maakt extra duidelijk dat we heel voorzichtig moeten zijn met ingrepen in de leefomgeving van dieren."

Gebrek aan respect tussen sociologie en ASW

"Het was niet uit liefde, het was om je geld." Wie niet beter wist, kon denken dat het smartlappenfestival maandagochtend in het Langeveldgebouw was begonnen. Maar de ASW'er die daar zachtjes stond te neuriën, was in een allesbehalve feestelijke stemming. Even eerder hadden bestuur en raad van Sociale Wetenschappen namelijk de scheiding uitgesproken tussen enerzijds de sociologen en cultureel antropologen en anderzijds algemene sociale wetenschappen (ASW). Deze was volgens de officiële lezing nodig als gevolg van 'diepgaande meningsverschillen inzake epistemologische, methodologische en vakinhoudelijke opvattingen', maar de neuriënde ASW'er dacht daar zo het zijne van.

Directe aanleiding voor de bestuurlijke ingreep was een brief, waarin de kernhoogleraren van sociologie, culturele antropologie en ASW het faculteitsbestuur meedeelden dat zij geen nieuw bestuur voor hun departement konden vormen. Het was niet de eerste keer dat de samenwerking tussen de drie partners problemen veroorzaakte en decaan Koops besloot dat de maat vol was en hief het departement op. Sociologie en culturele antropologie gaan samen het nieuwe departement Maatschappijwetenschappen vormen, terwijl ASW vooralsnog rechtstreeks onder de verantwoordelijkheid van het faculteitsbestuur komt te vallen.

Tijdens een ingelaste raadsvergadering maakte Koops de aanwezigen maandag duidelijk dat zijn ingreep gezien de steeds slechter wordende sfeer in het departement onvermijdelijk was geworden. Naast diepgaande meningsverschillen over vakinhoudelijke zaken lag met name ook een gebrek aan wederzijds respect tussen de hoogleraren ten grondslag aan de problemen, zo hield hij de raadsleden voor. De druppel die de emmer had doen overlopen, was het dreigement van drie kernhoogleraren dat zij zonder bestuurlijk ingrijpen naar elders zouden vertrekken omdat zij de werkomgeving niet langer aanvaardbaar vonden. De decaan, die onomwonden toegaf de noodzaak tot ingrijpen als een persoonlijke nederlaag te ervaren, zag toen geen andere uitweg meer.

Met het besluit van het faculteitsbestuur is een einde gekomen aan een indertijd door de vorige decaan Rispens afgedwongen huwelijk tussen groepen, die al jaren maar met moeite door één deur bleken te passen. Dat huwelijk werd volgens insiders vooral gesloten, omdat Rispens binnen Sociale Wetenschappen naast Psychologie en Pedagogie een ongeveer even groot derde gebied wilde creëren. Inhoudelijk werden daardoor echter onderzoekers met volstrekt tegenstrijdige wetenschapsopvattingen tot samenwerking in één gebied gedwongen, iets wat vooral de sterk kwantitatief ingestelde sociologen en een meer kwalitatief gerichte meerderheid van ASW'ers maar moeilijk afging.

Voorzitter Trudie Knijn van ASW kan zich dan ook vinden in de probleemanalyse van het bestuur, maar zij zet vraagtekens bij de gekozen oplossing. "Inhoudelijk vind ik het niet zo'n rare beslissing om ons te scheiden, want de samenwerking hield inderdaad niet over. Je kunt je alleen afvragen waarom juist wij eruit zijn gehaald, want met de cultureel antropologen hebben wij het altijd prima kunnen vinden. Ik maak mij vooral ongerust over de toekomst van ons onderzoek, omdat ASW niet door iedereen in de faculteit als een zelfstandige discipline wordt beschouwd. Ik hoop dat wij in dat opzicht snel duidelijkheid krijgen, maar na de eerste gesprekken met de decaan ben ik optimistisch over de toekomst."

Voorzitter Werner Raub van sociologie noemt de beslissing van het faculteitsbestuur 'een wijs besluit'. De suggestie binnen ASW-kringen dat onenigheid over de verdeling van onderzoeksgeld iets met de breuk te maken zou hebben, stuit bij hem op onbegrip. "Ik begrijp niet wat daarmee bedoeld wordt. In de kern gaat het om uiteenlopende wetenschapsopvattingen en nergens anders om. Het klopt dat ook de wetenschapsopvatting van de cultureel antropologen afwijkt van de onze, maar hun onderzoeksterrein staat zo ver af van dat van ons, dat bijt elkaar niet. Met ASW ligt dat anders. Dat was het probleem."

Begrip dus bij de betrokkenen, maar tijdens de extra raadsvergadering liepen de emoties hoog op, vooral toen ASW'er Jaap Bos suggereerde dat er wel eens sprake kon zijn van een sterfhuisconstructie voor zijn disciplinegroep. Een geëmotioneerde Koops bezwoer de raadsleden en de goed gevulde publieke tribune dat het onderwijs- en het onderzoekprogramma van ASW in de nieuwe bestuurlijke constellatie onverkort zullen worden voortgezet. Over twee maanden geeft het bestuur uitsluitsel over de toekomst van ASW. Toen ging de raad akkoord

wetenschap

Schouderklopje

Werkende moeders

Bij de keuze te gaan werken of niet, spelen voor moeders de kosten voor kinderopvang een minder grote rol dan altijd is gedacht. Doorslaggevend is welk zorgideaal de overheid uitgedraagt. Dit stelt Monique Kremer in haar proefschrift 'How Welfare States Care', waarop zij 16 november promoveerde. Kinderopvang wordt in Nederland nog steeds gezien als een noodzakelijk kwaad. Wanneer de overheid vrouwen meer aan het werk wil krijgen, moet de ontwikkeling van kinderopvang worden gestimuleerd ten koste van het ideaal dat vader en moeder hun kroost gezamenlijk opvoeden. In Denemarken is de gedacht dat kinderen beter af zijn bij de hoogopgeleide professionals in de opvang dan thuis. Gevolg: moeders vertrouwen hun kinderen met gerust hart aan vreemden toe. Hierdoor is de arbeidsdeelname van vrouwen opmerkelijk hoog.

actueel

Ongeluk

Schaatsrecords

UU-studente pedagogiek Paulien van Deutekom reed in Calgary tijdens de Wereldkampioenschappen een nieuw Nederlands record op de 1500 meter. Met 1.55,43 was ze 5 seconden sneller dan haar oude persoonlijk record. Afgestudeerd basisarts Carl Verheijen schaatste met 6.11,79 een nieuw Nederlands record op de 5000 meter.

Hup de jongens van niks

Anonieme hatemail stroomt binnen bij de Erasmus Universiteit Rotterdam. Op de dies natalis noemde rector-magnificus Steven Lamberts mannen slimmer dan vrouwen en verwees daarvoor naar een omstreden onderzoek in de British Journal of Psychology. Een ongelukkige keuze, zegt Lamberts nu. "Ik geloof niet dat jongens slimmer zijn dan meisjes, ik wilde alleen maar zeggen dat de achterstand van jongens niet door hun intelligentie komt."

Huis- & zorgpartners

Alleen studenten met een samenlevingscontract komen in aanmerking voor een extra zorgtoeslag. Dat zegt staatssecretaris Wijn van Financiën. Bij studentenbonden bestond onduidelijkheid over de status van studenten die samen in een huis wonen. Volgens informatie van de Belastingdienst konden bewoners van een studentenhuis zichzelf aan huisgenoten koppelen waardoor ze per paartje jaarlijks 175 euro zorgtoeslag extra konden krijgen.

Studiehuis

Minister Van der Hoeven wil meer ruimte voor kennisoverdracht in de tweede fase van het voortgezet onderwijs. Scholen die dat willen mogen weer traditioneel lesgeven. Ze komt hiermee tegemoet aan klachten van hogescholen en universiteiten over het kennisniveau van aankomende studenten die onder meer werden geuit in een evaluatie van het ministerie die medio oktober verscheen. Van der Hoeven kondigde toen aan dat ze het de tweede fase wilde herijken. Haar doel is de versnippering en oppervlakkigheid in het onderwijs tegen te gaan.

het torentje

Olympische ambities niet ongevaarlijk

"In de nota lees ik dat het kabinet door middel van sport de samenleving gezonder wil maken en de maatschappelijke samenhang wil vergroten. Daar kan ik me wel in vinden. Meedoen aan sport heeft inderdaad positieve gevolgen voor de volksgezondheid en biedt ook mogelijkheden voor sociale integratie. Ik heb meer moeite met het voornemen de bijdrage aan topsport te verhogen om Nederland bij de beste tien sportlanden van de wereld te laten behoren. Bij topsport komen volgens mij enkele moreel problematische zaken om de hoek kijken. Ik vraag mij af: moeten we dit willen?"

Wat zijn uw bezwaren?

"Het kabinet noemt een goede talentherkenning en -ontwikkeling van belang voor een goed en effectief sportbeleid. Voor Pierre de Coubertin, de grondlegger van de moderne Olympische Spelen, was sport een instrument voor morele en lichamelijke opvoeding, maar studies wijzen uit dat bij jeugdtopsport allerlei excessen het positieve karakter van sport ondermijnen.

"Het altijd maar moeten presteren, kan bij kinderen leiden tot lichamelijke en psychische klachten en tot ongewenste uitingen als agressie en onsportiviteit. Het topsportbestaan van hard en specialistisch trainen in afzondering van leeftijdgenoten ontwricht bovendien de normale lichamelijke en psycho-sociale ontwikkeling van een kind. En dan hebben we het nog niet eens over de motieven van de ouders die hun kinderen aan topsport laten doen. Sport een kind wel vrijwillig? "

Topsport is niet gezond voor kinderen ...

"En ook niet voor volwassenen. De relatie tussen sport en welbevinden is bij een topsporter complexer dan bij een doorsnee sportbeoefenaar. Topsport kan leiden tot ernstige blessures en andere gezondheidsproblemen. We horen toch opmerkelijk vaak over voetballers die op het veld overlijden of wielrenners die kort na het beëindigen van hun loopbaan aan een sporthart bezwijken. Daarnaast hebben veel topsporters problemen met de geestelijke inspanning die voor nieuwe prestaties vereist is. De tennister Jennifer Capriati was op jonge leeftijd al zeer succesvol maar greep naar de drugs en alcohol.

"Ik vind het dan ook niet verwonderlijk dat topsporters aan doping gaan denken. Er is een enorme externe druk om te presteren, niet in de laatste plaats door de toegenomen commercie. De sporters worden bovendien steeds zwaarder belast. De voetbalkalender is overvol, de Tour de France moet steeds heroïscher worden. Dan kom je een keer op een punt dat het voor de gezondheid van de sporter beter kan zijn om doping te nemen."

Willen we dat niet met zijn allen; die sporters zo vaak en zo goed mogelijk zien presteren?

"Misschien wel. Ethici wordt wel vaker het opgeheven vingertje verweten. Maar ik zie het toch als mijn taak een kritisch tegengeluid te laten horen. In de eerste plaats omdat het verhogen van het topsportbudget dus nadelige gevolgen kan hebben voor kinderen en jongeren. Daarnaast vind ik dat je ook moet nadenken over de vraag wat dat soort ontwikkelingen voor de sport als sociale activiteit betekenen.

"In mijn sportvisie staat de strijd tussen sporters als herkenbare menselijke inspanning centraal. Sport gaat in essentie niet om records. Wie ziet het verschil tussen 9.85 en 9.90 op de 100 meter hardlopen? Wat interessant is, is de onderlinge strijd tussen sporters. Uiteindelijk vormt de humaniteit de basis voor sport. Sport is een uitdrukking van menselijke eigenschappen, vermogens en deugden. Mensen willen zich herkennen in atleten. Ze kunnen zich iets voorstellen bij de wedijver en relateren de prestaties aan de eigen prestaties. Uiteindelijk zie ik dat ook als beste argument tegen het gebruik van doping: doping maakt sport onmenselijk of inhumaan. In extremis zou de wedstrijd tussen twee atleten, de strijd worden tussen twee farmaceutische bedrijven, net zoals de winst in de formule 1 niet behaald wordt door de beste coureur, maar door de meest geavanceerde techniek. Uiteindelijk is dat funest voor de sport."