Nieuws

de kwestie

De verhouding tussen de universiteit en de hogeschool lijkt steeds warmer te worden. In zijn rede ter gelegenheid van de opening van het academisch jaar noemde Kardux maandag de hogeschool een belangrijke strategische partner voor de nabije toekomst. Eind vorige week maakte de hogeschool verheugd melding van het voornemen vijftig medewerkers te laten promoveren aan de universiteit.

De aankondiging is in lijn met eerder gemaakte afspraken tussen koepelorganisatie HBO-raad en het ministerie van Onderwijs Om de kwaliteit van het hbo te verbeteren, zijn volgens beide partijen meer gepromoveerde docenten nodig. De Hogeschool Utrecht acht de komst van promovendi extra noodzakelijk nu de instelling zich steeds meer richt op toegepast onderzoek.

Collegevoorzitter Van Rooy viel eerder dit jaar nog fel uit tegen de Fontys-hogescholen die zelf met een advertentie voor dertig promovendi de boer op ging. Naar de mening van de universiteit betrof het een publiciteitsstunt die bovendien de indruk wekte dat hogescholen zelf de doctortitel al kunnen uitdelen. De nieuwe Utrechtse samenwerking moet meer zorgvuldigheid betrachten, zo wordt gesteld. Met ingang van dit studiejaar zullen 22 hogeschoollectoraten onderwerpen aandragen waarop de vijftig medewerkers bij UU-professoren kunnen promoveren. Op dit moment onderzoeken beide instellingen hoe deze constructie precies wordt vormgegeven.

Hogeschool en universiteit willen komend jaar bovendien kijken naar de mogelijkheden van een professional doctorate. Dit verkorte promotietraject zou in de toekomst moeten voorzien in de vraag naar praktijkgerichte onderzoekers. De hogeschool wil ook bij de werving van nieuw personeel gaan samenwerken met de UU. Zo wil de HU vrijvallende formatieplekken invullen met gepromoveerden of bijna gepromoveerden.

tam tam

Let op: binnenkort gaat de politie weer controleren of fietsers op weg naar De Uithof wel netjes stoppen voor het rode licht. De beruchte politiepunten zijn de verkeerslichten in de Burgemeester Reigerstraat en het kruispunt met de Prins Hendriklaan. In het najaar wordt gecontroleerd of je fietsverlichting het wel doet want in het donker fietsen zonder licht is verboden.

Wat nog meer niet mag, is illegale software gebruiken. Mannelijke studenten lijken erg thuis in dit illegale wereldje. Van hen kopieert bijna 20 procent geregeld een softwareprogramma tegenover 1 op de 10 vrouwen. Gemak is de belangrijkste reden om illegaal software aan te schaffen, geen geld is nummer twee. Veel studenten weten blijkbaar niet dat Surfspot software goedkoop aanbiedt.

Slimme vrouwen hebben ten opzichte van domme blondjes het nakijken als het gaat om het veroveren van het 'hart' van een hoogopgeleide man. Uit onderzoek blijkt dat de Nederlandse vrijgezellen niet graag daten met een hoger opgeleide vrouw. Vrouwen daarentegen hebben het liefst een man die hoger is opgeleid dan zijzelf zijn. Dat gaat dus problemen geven, als je nagaat dat het aantal vrouwen met een hoge opleiding het aantal net zo hoog opgeleide mannen dreigt te overvleugelen.

Gelukkig kan de man vervangen worden door een leuke gigolo, want uit weer een ander onderzoek blijkt dat het bruto-inkomen van vrouwen jonger dan 24 jaar met een universitaire opleiding meer verdienen dan hun mannelijke tegenpool. Volgens het Maastrichtse onderzoeksbureau ROA zijn vrouwen in het bedrijfsleven steeds gewilder omdat zij sneller afstuderen en hogere cijfers halen.

Ook op het vlak van de alcohol doen vrouwen niet meer onder voor mannen. Volgens het Trimbos-instituut voor verslavingszorg zijn vrouwen de afgelopen jaren meer gaan drinken als vorm van emancipatie. Hoogopgeleide vrouwen zijn de nieuwe risicogroep voor alcoholisme. Resumerend: hoger opgeleide vrouwen kunnen geen man krijgen, hebben wel geld en een alcoholprobleem.

Dat studenten houden van alles wat met alcohol te maken heeft, daar zijn ze in Amsterdam tijdens de introductiedagen achtergekomen. In café De Mug werden er naast vele bierglazen ook de man- en vrouwbordjes van de toiletten en een terrastafel meegenomen.

Het is te hopen dat het interieur van de deze week geopende loopbrug Van het Van Unnik naar de Universiteitsbibliotheek wel op zijn plaats blijft. Deze loungebrug met bankjes, kussens, een televisie, computerzuilen en drank-en snackautomaten wordt binnenkort nog feestelijk geopend. Drankjes en een Utrechtse dj moeten de studenten met hun billen uit de kussens krijgen.

in beeld

hoe kan dat nou?

Half augustus kregen de decanen een briefje van het college van bestuur. Alle gebieden, hoofdafdelingen, subfaculteiten of hoe ze verder ook maar genoemd mogen worden, gaan voortaan 'departement' heten. In het bijgevoegde lijstje werd die naam voor Letteren, Godgeleerdheid en Wijsbegeerte echter zonder nadere uitleg achterwege gelaten.

U was niet blij met die brief, decaan Algra van het departement Wijsbegeerte?

"Inderdaad. In de eerste plaats zijn wij volgens het reglement van de faculteit Geesteswetenschappen geen departement maar een subfaculteit, net als Letteren en Godgeleerdheid. Nu weet ik dat het college van bestuur die naam niet meer wil gebruiken, maar om ons dan maar helemaal zonder naam in die lijst op te nemen, is het andere uiterste. Dit is ook nooit zo afgesproken."

Klopt dat decaan Bertens van Letteren?

"Volgens mij is dit wel conform de afspraak. Het probleem is dat Letteren geen departement is en ook geen subfaculteit. Voor een departement zijn wij te groot, die naam zou in het buitenland alleen maar verwarring wekken, want daar ziet men Nederlands of Geschiedenis als departement. En een subfaculteit is in het buitenland helemaal een onbekend begrip."

Dat is dus een dilemma.

"Inderdaad. Daarom hebben we afgesproken om de naam in ons geval in het midden te laten en op ons briefpapier te vermelden: Faculteit Geesteswetenschappen met daaronder in een wat andere letter Letteren of Wijsbegeerte of Godgeleerdheid. Dat leek ons wel chic."

Dat klinkt niet onredelijk, meneer Algra.

"Die afspraak over ons briefpapier ken ik, maar bij mijn weten is nooit afgesproken dat we dan ook verder geen naam zouden hebben. Vooralsnog blijven we ons dan ook gewoon subfaculteit noemen. Het is mij om het even hoe wij heten, maar nu zijn we helemaal niets. Je komt in de UU op bezoek bij het departement Scheikunde van de Bètafaculteit of bij het departement Pathobiologie van Diergeneeskunde. Maar in de faculteit Geesteswetenschappen kom je binnen bij Wijsbegeerte zonder meer. Dat kan toch niet?"

Daar heeft Algra gelijk in, nietwaar meneer Bertens?

"Het is inderdaad een beetje een raar compromis. Maar ik zie geen alternatief. Wellicht dat we de vijf onderwijsinstituten van Letteren in de toekomst kunnen omvormen tot departementen. Met Godgeleerdheid en Wijsbegeerte zou er dan een faculteit Geesteswetenschappen met zeven departementen ontstaan. Het is niet ondenkbaar dat het ooit die kant op gaat, maar op dit moment is dat nog een brug te ver. Voorlopig zullen we met dit compromis moeten leven."

het torentje

"Zoals het er nu naar uitziet gaat Angela Merkel de verkiezingen winnen. Belangrijker is de vraag of haar partij, de CDU, samen met de CSU en de liberale FPD een behoorlijke meerderheid gaat halen. Die heeft Merkel nodig om haar rigoureuze en waarschijnlijk impopulaire hervormingen tot stand te brengen. Door het succes van de nieuwe Linkspartei is het maar helemaal de vraag of ze krijgt wat ze wil. Het wrange is dat er nu verkiezingen zijn, omdat Schröder geen mogelijkheid zag verder te regeren door de grote politieke weerstand in de Bundesrat. Met een beetje kwade wil kun je zeggen dat de geallieerden na de Tweede Wereldoorlog de basis hebben gelegd voor deze ongelukkige situatie."

Hoezo dat?

"Zij wilden Duitsland verdeeld houden en maakten van Duitsland een federaal stelsel van deelstaten. Die deelstaten zijn rechtstreeks vertegenwoordigd in de Bundesrat. Het gevolg is een continu proces van verkiezingen in Duitsland. Omdat in het huidige tijdperk van - wat ik maar 'mediademocratie' noem - ook in Duitsland enorm veel zwevende kiezers zijn, wordt die Bundesrat een soort actuele barometer van politieke ontevredenheid. Een regerende kanselier kan daardoor tijdens zijn regeringsperiode enorm in de problemen komen. Een stevige positie in de Bundestag is daarom van essentieel belang. Ik denk dat bij de komende verkiezingen de nieuwe Linkspartei een grote rol gaat spelen. Die snoept immers niet alleen van de SPD, maar ook van de andere partijen onvredestemmen af."

Wat is dat voor een partij?

"Het gaat om een verbintenis van de PDS, dat is de opvolger van de communistische eenheidspartij van de oude DDR, en een partij van SPD-afvalligen die zijn basis heeft in het Saarland. Oskar Lafontaine, de charismatische en ijdele oud-voorman van de SPD, was daar de oprichter van. In sommige oostelijke deelstaten kan de partij nu rekenen op 30 procent van de stemmen. Daar voelen de mensen zich tweederangsburgers. Er is geen werk en de beste maatschappelijke posities worden ingenomen door Wessies. De aantrekkingskracht van de Linkspartei wordt daar bovendien nog eens gevoed doordat de partij inspeelt op een gevaarlijk anti-Amerikanisme."

Gevaarlijk ...?

"Het anti-Amerikanisme neemt in Duitsland steeds grotere vormen aan. Dat heeft natuurlijk te maken met de oorlog in Irak waar Duitsland zich tegen heeft verzet. Tegelijkertijd spelen historische factoren nog steeds een rol in de verhouding tussen de twee landen. Het nazisme en het communisme keerden zich tegen westerse waarden. Bovendien wordt nog altijd gedacht in termen van winnaar en verliezer. Het is moeilijk om er precies de vinger op te leggen maar het Duitse anti-amerikanisme is toch wezenlijk anders dan de weerzin die in veel Nederlandse kringen bestaat tegen de VS. In Duitsland kan het werkelijk vervelende consequenties hebben, uitmondend in anti-semitisme vanwege de vermeende grote joodse lobby in de Verenigde Staten."

Heeft Lafontaine de werkeloze Duitsers in het oosten iets te bieden?

"Naar mijn idee bedient hij zich ook op dat vlak van een behoorlijke portie populisme. Van oudsher is Lafontaine de spreekbuis van de gegoede werknemers. Die groep heeft zich in het verleden door de invloedrijke vakbonden zeer gunstige omstandigheden bevochten; goede pensioenen, grote ontslagbescherming en veel vakantiedagen bijvoorbeeld. Uitzendbanen of deeltijdwerk bestaan vrijwel niet. In Duitsland is die macht van die vakbonden nog altijd ongebroken. De verschillen tussen de haves, de arbeiders, en de have nots, de werkelozen, zijn daardoor erg groot. Het lijkt echter uitgesloten dat er meer werkgelegenheid kan komen zonder te tornen aan die luxe positie van arbeiders. Lafontaine zegt dat hij zowel de haves als de have nots tevreden kan stellen. Dat waag ik te betwijfelen."

analyse

Wie zijn oor na afloop in de aula te luister legde, kon een breed scala aan reacties noteren, variërend van 'eindelijk een goed inhoudelijk verhaal' tot 'wel erg met modieuze winden meewaaiend'. Eén reactie was echter opvallend vaak te horen: 'Een interessant betoog, maar hoe wil hij zijn verhaal handen en voeten geven? En trouwens, als hij dit echt vindt, waarom heeft hij er als collegelid dan nooit werk van gemaakt?'

De goede verstaanders hoefden die laatste vraag eigenlijk niet meer te stellen. Zij hadden het antwoord al gekregen in de aankondiging van collegevoorzitter Van Rooy dat de nu volgende rede de persoonlijke visie van de heer Kardux bevatte, een aankondiging die door de spreker al in zijn eerste zin werd gepareerd met "zo persoonlijk is dit verhaal eigenlijk niet". De terloopse woordenwisseling maakte aannemelijk dat er binnen het college in bestuursfilosofisch opzicht op zijn minst enig verschil van inzicht bestaat.

Na een lange periode van nadruk op decentraal bestuur werd onder voorzitter Veldhuis de Utrechtse koers verlegd naar meer centrale sturing door het college van bestuur in samenspraak met de zeven decanen. Dat in dat model niet al te veel ruimte is voor de door Kardux bepleite kleinschaligheid is nog onlangs gebleken in de bètafaculteit, waar de farmaceuten met de moed der wanhoop proberen hun autonomie overeind te houden. Misschien kunnen zij moed putten uit de lof die Kardux toezwaaide aan Hans Adriaansens, de geestelijke vader van het University College. Voor wie weet op hoeveel weerstand Adriaansens indertijd in bestuurlijke kring stuitte, was die lof op zijn minst pikant te noemen.

Kardux weet als geen ander dat hij de handen in het huidige bestuurlijke klimaat niet snel voor zijn ideeën op elkaar zal krijgen. Zijn verwijzing naar het eigen initiatief van Adriaansens kan dan ook nauwelijks toeval zijn geweest. Je eigen gang gaan, voet bij stuk houden en je niet al te veel aantrekken van de heersende mening. Hoe impliciet ook, misschien was dat wel de meest opmerkelijke boodschap die Kardux zijn gehoor maandag meegaf.

actueel

Canoncommissie

Cultuuragenda

In een oogopslag zien wat er op cultureel gebied te doen is aan de universiteit. Dat kan nu het cultuuraanbod van de Universiteit Utrecht is verzameld op een digitale agenda. De agenda is te vinden op www.uu.nl/cultuuragenda.

Eén mozaieksubsidie

De Kroatische psychologe Iva Bicanic is dit jaar de enige Utrechtse wetenschapper die een NWO-Mozaieksubsidie ontvangt. Bicanic krijgt de beurs van 180.000 euro voor haar onderzoek met als titel 'Littekens door seksueel geweld'. Met de Mozaieksubsidies stimuleert de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) jonge talentvolle allochtone wetenschappers om wetenschappelijk onderzoek te doen. Dit jaar wordt aan tweeëntwintig talentvolle allochtone afgestudeerden een Mozaieksubsidie uitgereikt, in totaal vier miljoen euro. Hiermee kunnen de winnaars vier jaar lang een promotieonderzoek uitvoeren.

Levenservaring of diploma

Levenservaring en elders opgedane kennis en vaardigheden moeten meewegen bij de vaststelling van onderwijstrajecten. Universiteiten moeten niet alleen vrijstellingen geven voor behaalde diploma's maar ook voor opgedane levenservaring, vindt onderwijsminister Van der Hoeven.De bewindsvrouw zei dit 1 september tijdens de opening van het academisch jaar van de Open Universiteit. Een zorgvuldig gekozen locatie, want juist bij de specialist in afstandsonderwijs zijn de studenten vaak ouder en hebben ze meer levens- en werkervaring. Toch krijgen studenten bij de Open Universiteit geen vrijstelling op grond van vaardigheden, maar alleen op grond van eerder afgeronde opleidingen in het hoger onderwijs. En dat moet anders, aldus Van der Hoeven.

Van bèta naar gamma naar ....

Gemengde gevoelens bij toeloop studenten

In het gebouw van de Utrecht School of Economics heerst deze week een feeststemming. Het aantal aanmeldingen nadert het magische getal van 250. Dat was het aantal waar de opleiding zich bij de start vijf jaar geleden op richtte en waar de startfinanciering en de formatie op is gebaseerd. Vorig jaar nog was er een botsing met het college van bestuur dat tegen de afspraken in de bekostiging terugschroefde naar 220 eerstejaars. "Wanneer we de 250 halen, gaan hier de champagneflessen knallen", jubelt directeur Cisca van Wonderen.

Bij economie heeft vooral de internationale werving vruchten afgeworpen. De opleiding die zowel in het Engels als in het Nederlands wordt aangeboden, had vorig jaar 25 internationale studenten, nu komen er 75. "Onze aanpak van economie gecombineerd met een tweede discipline slaat gigantisch aan."

De laatste vooraanmeldingscijfers van de IB-groep laten een stijging van meer dan 200 studenten bij de Universiteit Utrecht zien. De winnaars zitten vooral in de bèta- en de alfahoek. Bij de meeste opleidingen in de sociale wetenschappen is een teruggang te zien. Bij psychologie heerste vorig jaar nog grote chaos doordat maar liefst 750 studenten op de deur klopten. Door de invoering van een numerus fixus gesteld op 500 lijkt de interesse getemperd. Er hebben zich 495 studenten gemeld.

Grote letterenopleidingen als taal- en cultuurstudies en theater-, film- en televisiewetenschap trokken na een dipje vorig jaar opnieuw fors meer studenten. Geschiedenis blijft groeien. Zij lijken wat zorgelijker dan de economen. Prof.dr. Josine Blok, voorzitter van het Onderwijsinstituut Geschiedenis ziet waarschijnlijk meer dan 350 studenten op zich afkomen. De opleiding is volgens de gegevens van de IB-groep in drie jaar tijd bijna verdubbeld. "Natuurlijk zijn wij blij, maar de aantallen zorgen wel voor problemen."

De opleiding zucht volgens Blok, vooral onder de te kleine omvang van de staf en een gebrek aan zalen. De letterenfaculteit heeft een vacaturestop en kampt met tekorten doordat de financiering ver achter de studentaantallen aanhuppelt. Het docententekort is volgens Blok voorlopig ietwat ondervangen door het geld dat rector Gispen vorig jaar gaf om de onderzoekstijd van docenten te beschermen. De zalen blijven een obstakel.

Sociale geografie en planologie, ook zo'n groeier, kampt met dezelfde personeels- en roosteringsproblemen. Door het facultaire seniorenbeleid werd de stafomvang vorig jaar drastisch verkleind terwijl er nu zestig extra eerstejaars staan te trappelen. Volgens Leo Paul, coördinator van de bacheloropleiding, is vorig jaar al besloten tot een rationelere aanpak van het bacheloronderwijs. Zo wordt een vak weer op de ouderwetse wijze aangeboden: een hoorcollege met literatuurlijst. Waar andere opleidingen zeggen met pijn in het hart gedwongen te zijn concessies te doen aan de Utrechtse filosofie, ziet Paul ook voordelen. "We zijn niet alleen uit nood hiertoe gedwongen. Het werd allemaal te veel van hetzelfde. We waren een beetje doorgeslagen in het kleinschalige."

In de opleiding farmacie worden met 322 eerstejaars alle eerdere records gebroken, maar volgens een laconieke onderwijsdirecteur Ton de Boer kost het zijn departement geen moeite om die studentenstroom op te vangen. Het was al duidelijk dat dit aantal de capaciteit van de beschikbare docenten te boven zou gaan en inmiddels is de eerste medewerker van Scheikunde ingeroosterd in het farmacieonderwijs. Voor extra zalen wordt uitgeweken naar het Kruytgebouw.

Bij rechten bereikt het aantal eerstejaars eveneens een nieuw hoogtepunt. De laatste cijfers spreken van 830 studenten, maar volgens Nikki Meijers, hoofd onderwijs- en studentenzaken, komen er nog dagelijks velen bij. En dat is ook het grote euvel. "Natuurlijk, de absolute aantallen lopen ook de klauwen uit, maar wij hebben vooral een logistiek dilemma door de laatkomers. We kunnen de groepen niet veel groter maken. Dat is niet alleen in strijd met de onderwijsfilosofie, maar ook in strijd met de brandweervoorschriften. Meer groepen daarentegen betekent dat de hele roostering op de schop moet." Een deel van die late instroom is, zo verwacht Meijers, te herleiden tot rechtenstudenten die elders een negatief bindend studieadvies hebben gekregen. Rechten wil nu met de zusterfaculteiten in gesprek gaan over een landelijke numerus fixus. "Het grote voordeel daarvan is dat studenten zich voor 15 mei moeten inschrijven."

even kort

Tevreden?

"Meer dan. In de maanden waarin ik werkte aan deze editie kon ik op mijn computer horen hoe het ongeveer zou gaan klinken. Maar dat was niet meer dan wat synthesizergepiep. Het is echt heel bijzonder wanneer een strijkkwartet en een orkest dan 'jouw stuk' gaan spelen. De première was tijdens een tournee in Tsjechië vorige maand. Het publiek en de muzikanten waren laaiend enthousiast. Dat doet je natuurlijk goed. Het blijft toch zo'n beetje een kind van je."

Waarom een stuk van Röntgen?

"Ik ben voorzitter van het projectkoor I Romantici. Wij wilden een werk van Brahms uitvoeren en zochten nog een tweede stuk. Omdat Röntgen een vriend van Brahms was én omdat het dit jaar 150 jaar geleden is dat hij werd geboren dachten we al vrij snel aan hem. In zijn tijd was Röntgen vooral bekend als pianist en dirigent. Veel van zijn composities zijn nooit uitgevoerd. Nu vindt er een herwaardering plaats. In het Nederlands Muziek Instituut vond ik een stuk voor strijkkwartet en orkest dat me na wat onderzoekingen wel geschikt leek."

Hoe ga je zo'n handgeschreven partituur te lijf?

"Het grote werk begon toen. Nachtenlang heb ik zitten zwoegen en puzzelen. Ik moest het stuk begrijpelijk maken voor musici van nu. De conventies voor het notenschrift waren in de jaren dertig net even anders dan nu. Je kunt een krant uit die tijd ook niet zomaar even lezen. Ook zaten er nogal wat foutjes in. Een molletje vergeten, bijvoorbeeld, of een passage in de verkeerde sleutel. Een behoorlijk karwei om dat allemaal uit te zoeken."

En nu verder?

"Ik wil van deze editie mijn bachelorscriptie maken. Daarvoor moet ik een kritisch bericht schrijven waarin ik een wetenschappelijke verantwoording geef voor de manier waarop ik de partituur heb aangepakt. Verder zou ik het leuk vinden wanneer grotere orkesten dit stuk zouden gaan spelen. Ik ben er echt wel een beetje verliefd op geworden. Zondag verzorgen Sinfonia Utrecht en het Utrecht String Quartet een uitvoering in Muziekcentrum Vredenburg. Er wordt dan een professionele cd-opname gemaakt, dus wie weet."