Nieuws

Rutte heeft geen spijt

Ook staat hij nog steeds achter zijn beslissing niet naar het Maagdenhuis te gaan. Onderhandelingen waren volgens hem niet mogelijk. 'Voor mijn populariteit was het beter geweest als ik wel was gegaan. Het had vast leuke pers opgeleverd. Maar zo'n politicus wil ik niet zijn. Ik zit hier om het hoger onderwijs beter te maken, niet om de persoon Rutte populair te maken.'

'Oprutte' vond de staatssecretaris wel een leuke woordspeling. Hij hoopt nog een spandoek van de actievoerders te krijgen.

HOP

DUO Transparant in beroep tegen uitsluiting

Volgens de drie studenten ontbraken bij het sluiten van de kandidaatstelling inderdaad vijf handtekeningen. Dit verzuim werd echter al een uur later goedgemaakt. In dat licht vinden de drie DUO-leden dat hun lijst door het centraal stembureau ten onrechte ongeldig is verklaard. Zij wijzen op het feit dat de faculteit Rechten de partij vorig jaar wel toestemming heeft gegeven om na sluiting van de termijn nog handtekeningen in te dienen, en stellen dat de Universiteit Leiden partijen zelfs in haar kiesreglement de mogelijkheid biedt om ontbrekende handtekeningen na afloop van de kandidaatstelling aan te vullen.

Behalve DUO Transparant, dat vorig jaar in de U-raad en in faculteitsraden twaalf zetels veroverde, werd ook de lijst 'Studenten in het land van de margrietjes' van theologiestudent Chris Ytsma ongeldig verklaard. Op deze lijst ontbraken liefst achttien van de twintig verplichte handtekeningen. Niet bekend is of ook Ytsma in beroep gaat.

In afwachting van de uitslag van het door DUO ingestelde beroep dingen twintig studenten op vijf nieuw gevormde lijsten mee naar een van de twaalf beschikare zetels in het hoogste bestuursorgaan van de universiteit. Rechtenstudent Rachid Belhadi is het enige zittende raadslid dat een tweede termijn van een jaar ambieert.

Ook voor de medewerkers, die een zittingstermijn van twee jaar hebben, is dit jaar een verkiezingsjaar. In negen van de twaalf kiesdistricten hoeft echter niet gestemd te worden, omdat er slechts één kandidaat is. In drie kiesdistricten, te weten gamma onderwijs, alfa/gamma obp en diensten, worden wel verkiezingen gehouden. In die drie districten heeft vakbond Abvakabo tegenkandidaten gesteld tegen de kandidaten van de kiescolleges.

Ook in de meeste faculteiten vinden geen verkiezingen plaats. Uitzonderingen zijn Diergeneeskunde, Sociale Wetenschappen, Rechten en Biologie (alleen personeel). Bij een aantal onderdelen, waaronder de faculteit Geesteswetenschappen, moet de kandidaatstelling nog plaatsvinden. De verkiezingen vinden plaats tussen 17 en 27 mei. De lijst met alle kandidaten wordt aanstaande donderdag in het Ublad gepubliceerd.

EH

ABC-hoogleraar Clevers: geef NWO centrale rol bij verdeling onderzoeksgeld

Deze rigoreuze aanbevelingen deed de pas benoemde ABC-hoogleraar Hans Clevers in de oratie die hij eind vorige week uitsprak. Clevers wees zijn gehoor op de sterke positie van Amerikaanse en Engelse universiteiten op verschillende recente ranglijsten. Vergeleken bij die landen is het niveau van de wetenschap in continentaal Europa en dus ook in Nederland ondermaats. Zonder radicale koerswijziging zullen we steeds verder achterop raken, aldus een bezorgde Clevers.

Als voorname reden voor de Angelsaksische topprestaties noemde de ABC-hoogleraar de uiterst strenge kwaliteitseisen die vooraf (de VS) of achteraf (het VK) aan onderzoekers worden gesteld. Dat 'ruige internationale klimaat' heeft overigens wel gevolgen. In Engeland heeft financiering-naar-kwaliteit geleid tot een dramatische herverdeling van middelen tussen universiteiten, faculteiten en vakgroepen. "Er ontstaan enkele centres of excellence, terwijl de meeste universiteiten zich moeten toeleggen op onderwijs of een tweederangs status gaan bekleden."

Een dergelijke differentiatie van universiteiten is ook voor Nederland de enige manier om een plaats in de top te veroveren, stelt Clevers. "Als alle wetenschappelijk talent in de Nederlandse biomedische wetenschappen zou worden geconcentreerd in een of twee universiteiten, zouden we gemakkelijk het niveau van Harvard halen." Van het veelgehoorde tegenargument dat academisch onderwijs niet zonder onderzoek kan, is hij niet erg onder de indruk. "In Amerika en Engeland geldt dat in ieder geval niet."

In zijn rede vroeg Clevers om een minder hierarchisch systeem van aanstellingen, zodat jonge onderzoekers sneller naar de wetenschappelijke top kunnen doorstoten. Ten aanzien van de kenniseconomie adviseerde hij premier Balkenende en diens innovatieplatform om de industrie aan te spreken. Die heeft de taak om kennis commercieel in te zetten, maar onttrekt zich in ons land aan die taak. De universiteiten moeten top-academische wetenschap bedrijven en niet tot commercialisatie worden gedwongen, aldus Clevers.

EH

Visitatiecommissie mild voor Germaanse talen

Commissievoorzitter en UvA-emerita prof.dr. Spies stelde donderdag tijdens haar mondelinge rapportage een faculteit te hebben bezocht die met creativiteit en voortvarendheid de grote financiële bedreigingen tegemoet treedt. Zij noemde de druk op de staf en het feit dat de faculteit nog volop bezig is om de Utrechtse bama-onderwijsvernieuwing vorm te geven bovendien als ‘verzachtende omstandigheden’.

Toch signaleert Spies enkele ernstige tekortkomingen. Zo leidt de multi-inzetbaarheid van docenten tot multi-vergadertijd, met nog grotere onderwijslast tot gevolg. Ook waarschuwde de commissie voor het gevaar van schoolsheid en oppervlakkigheid. Getalenteerde studenten krijgen in sommige gevallen te weinig uitdagingen aangeboden. Het tutorsysteem en het digitaal portfolio blijft bovendien vaak in gebreken.

Uiteindelijk toonde de commissievoorzitter zich vooral enthousiast over de opleidingen Nederlands en Keltisch. Nederlands heeft de opleiding daadwerkelijk op de schop genomen en biedt studenten bovendien veel stagemogelijkheden en activiteiten buiten de studie om. Keltisch kon op lovende woorden rekenen juist omdat de opleiding zich staande weet te houden zonder vaste docentuur en hoogleraar.

De overige drie opleidingen mogen naar het zich laat aanzien, ondanks op- en aanmerkingen erop rekenen adequaat te zijn bevonden. Wat betreft de masteropleidingen stelde de commissie vast dat een master van een jaar duidelijk te kort is. Spies: “In ons rapport zullen we daar ook zeker melding van maken.”

XB

Utrecht in biomedische top-100

De ranglijst in het gezaghebbende Britse weekblad 'Times Higher Education Supplement' is gebaseerd op de mening van een panel van 1300 deskundigen. Hoewel de Amerikaanse Harvard University zoals verwacht op nummer één staat, valt vooral de sterke positie van het Verenigd Koninkrijk op. De 1300 'peers' gaven Cambridge, Oxford en het Londense Imperial College respectievelijk een tweede, derde en vierde plaats.

De hoogst geplaatste universiteit van het Europese vasteland is het Zweedse Karolinska Instituut, dat met een zevende plaats onder meer Yale en Berkeley achter zich laat. De Rotterdamse Erasmus Universiteit verricht volgens de deskundigen op plaats 51 het beste biomedische onderzoek in Nederland. Ook de Universiteit van Amsterdam (63) en Leiden (65) eindigen boven Utrecht op de lijst die in totaal universiteiten uit 24 landen bevat.

Het hoeft geen betoog dat de Verenigde Staten de lijst domineren met 28 universiteiten in de top honderd. Het Verenigd Koninkrijk telt tien universiteiten in de lijst, terwijl ook Australië (9) en Duitsland (8) prominent vertegenwoordigd zijn. Met vier top-100 posities neemt China op dit moment nog een bescheiden plaats in op de ranglijst. De snelle opkomst van het Chinese onderzoek blijkt echter uit de hoge elfde plaats voor de universiteit van Beijing.

ABC-hoogleraar Ronald Plasterk vindt dat aan dit soort lijstjes niet te zwaar moet worden getild. Volgens hem doen de Nederlandse universiteiten op biomedisch gebied niet onder voor instellingen elders op het Europese vasteland. "Maar dat we hopeloos achterop raken op de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk is duidelijk."

Volgens Plasterk kunnen wetenschappers in de VS en het VK dankzij een op de persoon toegesneden financiering veel sneller onafhankelijk opereren. "Wij zitten nu met het Innovatieplatform, waar universiteiten, bedrijven en andere belangengroepen lobbyen voor meer geld. Het is goed dat de top wordt geconcentreerd, maar als de overheid winnaars gaat aanwijzen dan ben ik bang dat je van die topdown instituten krijgt zoals in Duitsland, Frankrijk en Italië. Daar moeten we niet naar toe."

EH

Almanak A-Eskwadraat dikker dan vorig jaar

Donderdagmiddag, een verzengende hitte hangt in de kelder van het Wiskundegebouw. De borrelruimte van de faculteit is gevuld met leden van studievereniging A-Eskwadraat. Tussen deze mensen loopt een sultan met zijn slaven en een kameel. Is de integratie dan definitief mislukt? Nee, we zijn aanbeland op een borrel rond het thema Fata Morgana. De arabische figuren zijn leden van de almanakcommissie, die het resultaat van een half jaar zwoegen aanstonds aan de rest van de vereniging gaan presenteren: een jaarboek gevuld met commissies en de foto's van alle leden.

Na een wat melig toneelstukje kan dan eindelijk iedereen het boekwerk inzien. Uiteraard wordt er direct vergeleken met de almanakken van vorige jaren, met name natuurlijk door hen die zelf eerder in de commissie zaten. Oud-voorzitter Jense Meek: "Hij is dikker dan die van ons, dat moet gezegd." Na de presentatie signeren de commissieleden als professionele auteurs. Iedereen krijgt een persoonlijk stukje. Aan het eind van de borrel is de commissie moe maar voldaan; hun levenswerk is voltooid. Ook de bezoekers zijn tevreden, weer een boek voor in de kast. Alwaar het staat te wachten tot het exemplaar van volgend jaar ernaast gezet kan worden.

EH / Thijs Kinkhorst

Charles Groenhuijsen en het Journaal populair

Oud-ubladmedewerker Groenhuijsen werd door twintig procent van de bijna tweehonderd studenten die de enquete invulden gekozen uit een arbitrair opgestelde lijst van twintig prominente verslaggevers en presentatoren. Paul Witteman, Jeroen Pauw, Philip Freriks en Sacha de Boer staan ook in de top 5.

EO-kijkerskanon Andries Knevel werd door bijna een kwart van de studenten aangewezen als de slechtste nieuwspersoonlijkheid. Ook Albert Verlinden, Jan Mulder, Beau van Erven Dorens en Frits Barend worden door veel studenten genoemd als 'slechte nieuwspersoonlijkheden'.

Ook van de vijftig reagerende medewerkers kan bijna een kwart geen sympathie opbrengen voor Knevel. Philip Freriks is bij deze groep de meest gewaardeerde figuur.

Wie overigens dacht dat studenten vooral op zoek gaan naar nieuws via internet heeft het mis. Studenten zappen liever dan dat ze surfen. Slechts 19 procent van de studenten wijst internet aan als favoriet nieuwsmedium. Meer dan veertig procent van hen geeft de voorkeur aan de televisie, 31 procent aan de krant. Slechts zeven procent luistert het liefst naar nieuwsprogramma's op de radio.

Maar liefst 62 procent van de studenten kijkt dagelijks naar nieuwsprogramma's op televisie. Slechts vijf procent kijkt minder dan een keer per week. Het NOS-journaal is het populairste nieuwsprogramma. De helft van de studenten ziet het NOS-journaal elke dag. Meer dan negentig procent kijkt meerdere keren per week. Naar het RTL-nieuws wordt door slechts 15 procent van de studenten dagelijks gekeken.

Meer dan dertig procent van de studenten gaat minder dan een keer per week op zoek naar nieuws op het internet. Daartegenover staat dat 37 procent dat dagelijks doet. Opmerkelijk is dat medewerkers dit nog vaker doet, bijna de helft. De nieuwssite bij uitstek is nu.nl. Deze wordt door 39 procent van de studenten en 29 procent van de medewerkers genoemd bij de drie meest bezochte sites.

XB

Zie voor meer resultaten het Ublad van deze week, of bekijk het bestand:
http://www.ublad.uu.nl/enquete.txt

U-raad wil snelle invoering studiepuntfinanciering

Als reden voor het uitstel voert het college onder meer de financiele problemen van de betafaculteiten aan. Die gaan er in het nieuwe systeem flink op achteruit. Bovendien bestaat er volgens het college nog te veel onduidelijkheid over de effecten van het systeem, waarin faculteiten het merendeel van hun onderwijsgeld krijgen op basis van door studenten behaalde studiepunten. Nu worden opleidingen nog in hoofdzaak gefinancierd op basis van het aantal uitgereikte diploma's.

Een van de knelpunten bij invoering van studiepuntfinanciering is het feit dat veel studenten bovenop het verplichte curriculum extra vakken volgen. Op dit moment leveren zij hun opleiding geen extra geld op, in het nieuwe systeem brengen zij via de door hen behaalde studiepunten wel extra inkomsten in het laatje. Omdat alfa-gammastudenten meer gelegenheid hebben dan betastudenten om extra vakken te volgen, zou dat de alfa-gammafaculteiten onevenredig bevoordelen. In het voorstel van het college wordt daarom gespeeld met de gedachte om studenten te verbieden extra onderwijs te volgen.

Die suggestie schoot met name de student-leden van de financiele commissie in het verkeerde keelgat. Met een beroep, op het belang van academische vorming wezen zij elke belemmering in dit opzicht van de hand. De stafleden in de commissie hadden vooral bezwaar tegen wat zij het 'uitstelgedrag' van het college noemden. Volgens raadslid Hildebrand kon het niet anders of dat uitstel was afgedwongen door de betadecanen. "Ik heb het idee dat het college slappe knieën heeft gekregen."

Collegelid Kardux wees dit verwijt verontwaardigd van de hand. "Wat u slappe knieën noemt, noem ik de bereidheid om te luisteren naar argumenten. De beta's moeten toch al fors bezuinigen. Dit is niet het juiste moment om daar nog een schepje bovenop te doen." De commissie bleef echter bij haar mening dat het college wel erg exclusief naar de beta's had geluisterd en eiste unaniem invoering van studiepuntfinanciering in 2006. Kardux zegde toe de zaak volgende week opnieuw met de decanen te zullen bespreken.

EH

De mooie vrouwenkalender

En loopt de verkoop een beetje?

"We hebben er nog niet veel ruchtbaarheid aan gegeven. Maar maandag toen de webshop openging, kwamen meteen de eerste bestellingen binnen. We hebben er 500 laten drukken, maar ik verwacht dat de belangstelling groter zal zijn. Op de Varsity zelf op 10 april kan hij ook nog gekocht worden."

Wat krijgen de kopers te zien?

"De kalender loopt van april tot april, een heel Varsity-jaar. De eerste zeven maanden worden gevuld door vrouwen van de klassieke corporale verenigingen, die al sinds het begin van de wedstrijden van de partij zijn. De laatste vijf door burgerverenigingen die zich later hebben aangesloten. Meestal is er één vrouw gefotografeerd, maar bij Orca staan er bijvoorbeeld zes vrouwen op. Allemaal netjes hoor, iedereen wist precies welke foto in de kalender zou komen."

Hoe waren de reacties op jullie idee?

"Heel positief. We hadden de besturen van de verenigingen gemeld dat we een knipoog naar de Playboy wilden maken. Bijna elke vereniging kwam met een enthousiaste kandidate op de proppen. Bovendien willen alle leden natuurlijk wel eens zien hoe de mooiste vrouw van zijn of haar vereniging wordt geportretteerd. En uiteindelijk is het natuurlijk allemaal voor het goede doel. De winst van de Varsity gaat immers naar het Minerva-project dat talentvolle roeiers van de corporale verenigingen ondersteunt."

Volgend jaar een mannenkalender?

"Nou, dat moet de volgende commissie maar bedenken. Hoewel roeimannen natuurlijk erg aantrekkelijk zijn voor de vrouwen, vraag ik me toch af of daar net zoveel belangstelling voor bestaat. Maar als ze me vragen wil ik er best in hoor, samen met de andere mannelijke commissieleden."

Taaie loopgravenoorlog rond bètafaculteit

Oorzaak van die omissie is de nog steeds voortdurende onenigheid tussen (een aantal van) de decanen en het college van bestuur over de mate van centrale sturing in de nieuwe faculteit. De decanen hebben er nooit een geheim van gemaakt dat zij de voorkeur geven aan een betrekkelijk los samenwerkingsverband met veel autonomie voor de departementen, het college laat er onder aanvoering van collegevoorzitter Van Rooy al even weinig twijfel over bestaan dat er een centraal geleide faculteit moet komen met één decaan, met één onderwijsorganisatie in de bachelorfase en met nog maar beperkte zeggenschap voor de afzonderlijke disciplines.

Die controverse heeft de afgelopen maand geleid tot een geprikkelde briefwisseling, waarin de voorstellen van de bèta's door het college van tafel werden geveegd om te worden vervangen door voor de bètadecanen onacceptabele alternatieven. In de federatieraad van de bèta's sprak waarnemend decaan Van Leeuwen weliswaar sussend van een nog niet afgeronde discussie ("ik wil hier absoluut niet de suggestie wekken van zware conflicten"), maar insiders weten wel beter.

In diezelfde vergadering liepen de emoties hoog op, toen het universitaire huisvestingsplan aan bod kwamen. Het voorstel om alle onderwijs van de vijf huidige bètafaculteiten te concentreren in één gezamenlijk onderwijscentrum werd gezien als een poging om de bèta's met oneigenlijke middelen te dwingen tot verregaande inhoudelijke samenwerking. Opvallend genoeg liet zelfs de meestal voorzichtige Van Leeuwen alle schroom varen. Hij hekelde het feit dat in het huisvestingsplan beleid staat geformuleerd "dat wij zelf nog niet hebben vastgesteld. Dat gaat wat ver en baart ons zorgen."

In de commissie Huisvesting van de Universiteitsraad deed collegelid Kardux een dag later op zijn beurt weinig moeite om zijn irritatie over het optreden van de bètadecanen te verbergen. Hij gaf toe dat het plan voor één onderwijscentrum - om overigens louter financiële redenen - uit de hoge hoed van het college was gekomen, maar beklemtoonde dat er nog geen sprake is van een definitieve keuze. "De decanen weten dat ook. Als zij dan toch zo reageren, kan ik dat niet anders zien dan als een poging om de komst van één bètafaculteit te saboteren."

Ondanks alle gekrakeel zal de bètafaculteit er dit voorjaar wel komen. Maar het is zeer de vraag of een faculteit die onder een zo moeizaam gesternte het levenslicht ziet, een lang leven beschoren zal zijn. In de Utrecht Graduate Division, waarin de masteropleidingen en promotietrajecten worden ondergebracht, is onlangs gekozen voor splitsing van het bètablok in een School voor de Life Sciences en een School voor de Natural Sciences. Men hoeft niet over uitzonderlijke profetische gaven te beschikken om te voorspellen dat de Utrechtse bèta's op termijn ook bestuurlijk op een dergelijke tweedeling afkoersen, zij het wellicht voor de buitenwacht onder één bètaparaplu. In dat licht zou het college van bestuur er verstandig aan doen om in het overleg met de bèta's wat meer soepelheid aan de dag te leggen. Ongetwijfeld hebben ook de decanen boter op het hoofd, maar door hardnekkig vast te houden aan de vorming van een kennelijk door bijna niemand gewenste bestuurlijke moloch, is het toch vooral het college dat het draagvlak van een bètafaculteit ondergraaft. Dat is zeker in niemands belang.