Nieuws

IQ-test bierende studenten valt slecht

De studenten deden overdag in nuchtere staat een IQ-test, legden vervolgens een bodem met een stevige maaltijd en dronken een stuk of tien pils. Anderhalf uur later namen ze het in de live-uitzending op tegen onder meer schakers en vrouwen met grote boezems.

In de aanloop naar de uitzending hadden de gezondheidsorganisatie NIGZ en alcoholpreventieclub STAP aan de bel getrokken bij BNN-directeur Maarten van Dijk. De actie zou 'maatschappelijk onacceptabel' en 'ethisch onverantwoord' zijn. Onder verwijzing naar artikel 252 uit het Wetboek van Strafrecht, betreffende de strafbaarheid van het schenken aan mensen die reeds in kennelijke staat verkeren, werd BNN opgeroepen de actie af te blazen.

De omroep, die eerder opzien baarde met 'Neuken doe je zo' en 'Egoland', piekerde daar niet over. Het gaat om 'een experiment in de geest van de wetenschap', aldus BNN.

BNN's persvoorlichter kon woensdag niet navertellen of er Utrechtse studenten van de partij waren. Naar verluidt zijn het vooral studenten uit de omgeving Amsterdam.

HOP/CN

Studenten zijn vaak aangeschoten, maar nauwelijks stoned

Dertig procent van de studenten zegt altijd aangeschoten naar huis te gaan na een avondje stappen. En nog eens 26% is soms aangeschoten. Daarnaast is slechts 4% altijd dronken en noemt 7% zich volledig sober.

Bier is de onbetwiste nummer 1 onder de studenten (53%). Nieuwe drankjes als de Breezer vinden nauwelijks aftrek (5%). Bijna eenderde drinkt vóór het stappen thuis alcohol.

Drugsgebruik onder studenten is niet populair. Ruim driekwart gebruikt geen drugs en is dat ook niet van plan. Zeven procent van de tweehonderd ondervraagde studenten staat open voor een drugsexperiment. Bij de drugsgebruikers staat wiet op nummer 1 (50%) en paddo's op twee (21%).

Tivoli mag zich verheugen op een eerste plek in de categorie 'favoriete' uitgaansplek (20%), op de voet gevolgd door The Jam (17%). De Woo wint de prijs 'slechtste' uitgaansplek van Utrecht (21%).

Als we de cijfers mogen geloven is het veilig stappen in Utrecht, zeker op de uitgaansavonden, want bijna zestig procent van de tweehonderd ondervraagden noemt zichzelf veilig. Zevenendertig procent zegt op zijn hoede te zijn. Minder dan een procent voelt zich onveilig.

Uit de steekproef blijkt verder dat vijfenzestig procent van de studenten nooit slachtoffer is geweest van enige vorm van criminaliteit. Fietsendiefstal staat op nummer een. Bijna een kwart van de studenten heeft hier ervaring mee. Het percentage dat ooit getuige is geweest van enige vorm van criminaliteit ligt weer hoger: vierenvijftig procent. Met name opstootjes, slaande ruzies en geweld op straat worden veel genoemd. Ook het jatten van fietsen wordt regelmatig gaande geslagen.

Zie voor meer uitkomsten van de Ublad uitgaansenquête: http://www.ublad.uu.nl/specials/uitgaansenquete/

Lees ook Ublad 17, met daarin een reportage over de favoriete Utrechtse studentenkroegen, drie studenten over hun stapgedrag en meer over veiligheid in Utrecht.

CN

Waar zijn de Utrechtse ministers gebleven?

Van de 271 naoorlogse bewindslieden met een academische titel hebben veertig gestudeerd aan de Universiteit Utrecht. Het gaat om 25 oud-ministers en 15 oud-staatssecretarissen. De Leidse universiteit scoort met 51 regeringsleden het beste op de Kuzien-lijst. De Universiteit van Amsterdam doet het met 45 nog net even beter dan Utrecht.

Het aantal Utrechtse kabinetsleden lijkt overigens terug te lopen. PvdA-er Klaas de Vries was in het tweede kabinet Kok de laatste en enige Utrechtse alumnus. Dat was vroeger wel anders. Van het kabinet Van Agt 1, eind jaren zeventig, waren liefst vier ministers en vier staatssecretarissen in Utrecht opgeleid. Van het kabinet Lubbers II drie ministers en vijf staatssecretarissen, onder wie de nieuwe Utrechtse voorzitter van het college van bestuur Yvonne van Rooy.

Mogelijk is het teruglopende aantal ministers met een juridische achtergrond debet aan de afname van het aantal oud-Utrechters in de regering. Steeds meer ministers hebben een sociaal wetenschappelijke vooropleiding. Liefst 27 van de veertig Utrechtse alumni-ministers volgden een rechtenstudie.

Van de Utrechtse bewindslieden zijn er 23 afkomstig van CDA-huize (eerder ARP, CHU en KVP). Zes zaten er voor de VVD in de regering, vier voor de PvdA, drie voor D66. Vier Utrechtse alumni waren niet partijgebonden.

dhr. dr. J. van Roijen, m
dhr. mr.dr. P. Lieftinck, pvda m
dhr. mr. J. van Maarseveen, cda m
dhr. mr. C. van Boetzelaer v O., baron m
dhr. mr. van J. Schaik, cda vmp
dhr. dr. F. Rutten, cda m
dhr. mr. H. Jacob, m
dhr. mr. J. Mulderije, cda m
mevr. dr. A. de Waal, cda s
dhr. dr. W. Kernkamp, cda m
dhr. mr. J. Beyen, m
dhr. mr. R. Hoppener, cda s
mevr. dr. M Klompe, cda s
dhr. mr. Th. Bot, cda s
dhr. dr. J. de Quay, cda mp
dhr. mr. E. Toxopeus, vvd m
dhr. drs. Th. Westerhout, pvda s
dhr. mr. H. Beernink cda m
dhr. dr. C Boertien, cda m
dhr. mr. J Mommersteeg, cda s
dhr. mr. H. Zeevalking, d66 s
dhr. drs. M van Dam, pvda s
dhr. mr. F. Andriessen, cda m
dhr. dr. J de Ruiter,cda m
dhr. mr. G. Brokx, cda s
dhr. mr. E. Haars, cda s
dhr. drs. P. Beelaerts van Blokland, cda m
dhr. drs. J. de Koning,cda m
dhr. dr. W. van Eekelen, vvd s
dhr. mr. E. Veder-Smit, vvd s
dhr. mr. H. van den Broek, cda s
dhr. drs. G. van Leijenhorst, cda s
dhr. dr. J Terlouw, d66 vmp
mevr. mr. V Korte-van Hemel, cda s
mevr. mr. Y. van Rooy, cda s
dhr. drs. E. Nijpels, vvd m
dhr. drs. D. Dees, vvd s
dhr. dr. K. Tommel d66 s
dhr. mr. M Patijn, vvd s
dhr. mr K. de Vries, pvda m

m=minister
s=staatssecretaris
mp=minister-president
vmp=vice-premier

http://www.parlement.com

XB

MyUU yourUU?!

Woensdagochtend ging de nieuwe studentenportal 'MYUU' online. Tegelijkertijd ontvingen alle UU-studenten een mailtje met daarin het heugelijke nieuws dat zij vanaf dat moment op een eigen UU-portal konden inloggen. Door opstartproblemen zagen de eerste nieuwsgierige studenten echter niks op het scherm. Vandaag moet de portal wel goed draaien.

Het idee achter deze portal is dat je gemakkelijk toegang krijgt tot alle universitaire ict-diensten zoals OSIRIS, Solis-mail, andere elektronische leeromgevingen en je portfolio. Ook kun je via de portal direct zoeken in de catalogi van de Universiteitsbibliotheek. Daarnaast staan de laatste nieuwsberichten van de Universiteit Utrecht en diverse links erop.

De portal is nog in ontwikkeling. Op dit moment draait de eerste versie. In samenwerking met de faculteiten krijgt de portal in de volgende versies meer facultaire functies. Ook op-en aanmerkingen van de gebruikers bepalen het al dan niet toevoegen van meer functionaliteiten op MyUU.

Inloggen op de portal is mogelijk met behulp van de Solis-ID (studentnummer) en wachtwoord. MyUU is extra beveiligd. Dit is te zien aan de 's' in https://www.myuu.nl.

CN

Universiteit ingezet bij 'kenniseconomie'

De nieuwsjaarsreceptie werd gebruikt om het project 'Weten, werken, winnen' te lanceren, waarmee de Kamer de economische bedrijvigheid in de regio hoopt te stimuleren. Innovatie speelt in dat actieplan een grote rol, en daarvoor doet de Kamer een appèl op de Utrechtse kennisinstellingen. "Nederlandse wetenschappers en universiteiten behoren tot de wereldtop", aldus Bielders. "Wat echter ontbreekt zijn prikkels om deze kennis toe te passen. Deze kennis is opgebouwd met maatschappelijk geld. Mag de BV Nederland daarvoor enig rendement terug krijgen?"

Bielders schetste een weinig vrolijk beeld van de economische toestand van Nederland en de regio Utrecht op dit moment. Als het om innovatie gaat is Nederland, internationaal gezien, gezakt van de achtste naar de 21ste plaats.

Weliswaar steekt het aantal hoog opgeleiden in de provincie Utrecht (38 procent) gunstig af bij het landelijke gemiddelde (25 procent), maar nog te weinig van dat kennispotentieel dringt door tot het bedrijfsleven. "Het percentage innovatieve industriële bedrijven dat samenwerkt met universiteiten ligt in Nederland op acht procent; in de Scandinavische landen ligt dit aandeel tussen de achttien en vijftig procent", aldus Bielders.

Hij pleitte er voor om enerzijds het ondernemerschap bij de jonge generatie te bevorderen, en anderzijds om de samenwerking tussen kennisinstellingen en bedrijven te stimuleren. Om deze doelen te bereiken wil de Kamer een 'Taskforce Utrecht Innoveert' in het leven roepen, waarin ook de universiteit zitting heeft. Voorts gaat de Kamer met de Universiteit Nyenrode een masterclass 'Bedrijf en Brein' starten en gaat zij bijeenkomsten organiseren aan de universiteit en Hogeschool van Utrecht.

AH

Zie ook www.utrecht.kvk.nl

Utrecht haalt vijf VICI-beurzen binnen

Met dit bericht bezorgde de landelijke onderzoeksorganisatie NWO de Universiteit Utrecht vorige week een goede start van het nieuwe jaar. Vooral de vijf VICI-beurzen die in Utrecht terecht zijn gekomen, zorgden voor veel vrolijkheid tijdens verschillende nieuwjaarsrecepties. In de faculteit Biologie was de stemming helemaal opperbest. Zowel voor theoretisch bioloog Rob de Boer als voor plantkundige Corné Pieterse werd het sein op weg naar een eigen onderzoeksgroep door NWO op groen gezet.

De Boer ontwerpt wiskundige modellen om de samenhang binnen het menselijk afweersysteem te beschrijven, terwijl Pieterse kijkt naar de manier waarop planten zich verdedigen tegen schadelijke organismen. De andere drie VICI-subsidies kwamen terecht bij historica Josine Blok (burgerschap in het klassieke Athene), sociaal psycholoog Kees van den Bos (sociale rechtvaardigheid) en fysica Astrid Kappers (waarnemen met de tast).

Met vijf van de 28 subsidies was Utrecht, samen met de Universiteit van Amsterdam, in deze VICI-ronde de grote winnaar. De UvA scoorde met veertien toekenningen het hoogst in de VENI-ronde, die pas gepromoveerde onderzoekers in staat stelt om gedurende drie jaar vernieuwend onderzoek te doen. Met tien toekenningen neemt Utrecht in dit segment de tweede plaats in. Twee van die tien subsidies gaan naar onderzoekers in het UMC. Het Hubrecht Laboratorium voor ontwikkelingsbiologie en de Stichting Ruimteonderzoek Nederland kregen elk één VENI-subsidie toegewezen.

EH

Zie voor de gehele lijst winnaars www.ublad.uu.nl

Voorzitters weg

Universiteitshoogleraren

Vier leden van de Universiteitsraad willen van het college van bestuur weten wat het beleid is ten aanzien van universiteitshoogleraren. De raadsleden zeggen in de huidige tijd van bezuinigingen onaangenaam verrast te zijn over de aangekondigde benoeming van drie nieuwe exemplaren, terwijl daar twee dagen eerder tijdens de begrotingsbehandeling in de raad met geen woord over was gerept. Behalve naar de prestaties die van een universiteitshoogleraar worden verwacht, zijn de raadsleden ook benieuwd naar de kosten die met hun aanstelling gemoeid zijn. Bovendien vragen zij zich af in hoeverre het door het college voorgestane emacipatiebeleid in de tot nu toe gemaakte keuze gestalte krijgt. De huidige zes universiteitshoogleraren zijn allen man.

OER

Tijdens een hoorzitting heeft de stichting OER afgelopen donderdag haar bezwaren geuit tegen het stopzetten van de subsidie voor haar evaluaties van het Utrechtse onderwijs. Het bestuur had dertig adhesiebetuigingen en 430 handtekeningen van studenten meegenomen. Volgens de stichting is het besluit van het college van bestuur (CvB) op onzorgvuldige wijze tot stand gekomen en onvoldoende gemotiveerd. Bovendien is een kostenreducerend toekomstplan van de organisatie niet in behandeling genomen. Een woordvoerder van het CvB weerlegde de beschuldigingen. Het toekomstplan, dat uitgaat van een digitale nieuwsbrief in plaats van de gedrukte katernen, kwam volgens haar te laat voor de besluitvorming. Naar verwachting zal het college uiterlijk volgende week een definitief oordeel over de stichting OER vellen.

Vliegende tering

Een studente aan de Faculteit Economie en Management (FEM) van de Hogeschool van Utrecht heeft de besmettelijke vorm van tuberculose. De studente ligt inmiddels in het ziekenhuis en familie, vrienden, docenten en klasgenoten worden getest. "Onze ervaring leert, dat er altijd wel een paar besmette gevallen zijn in de directe vrienden- en familiekring. Daarbuiten neemt die kans af. De bacterie kan alleen overgebracht worden via hoesten en is bovendien gevoelig voor zonlicht. Als de bacterie op je jas terecht komt en je gaat daarna naar buiten is de besmetting dus vrij klein," zegt B. Koster van het Utrechtse tuberculosebureau. De longziekte heeft een incubatietijd van enkele maanden tot een half jaar. Volgende week worden de studenten en medewerkers van de FEM onderzocht op een mogelijke besmetting. Inmiddels zijn alle studenten en medewerkers per brief geïnformeerd.

Toch niet zulke hele rare jongens, die Romeinen

Tijdens een verblijf aan het beroemde Parijse ziekenhuis Pitié Salpêtrière zag Twickler dat het ook anders kan. Franse patiënten krijgen daar een stripboek voorgeschoteld van Marcel Uderzo, de zoon van de fameuze Asterix-tekenaar. Een Gallische druïde brengt daarin de Romeinse senator Angorus de geheimen van een gezond leven bij. "Dat boek ontdooit het ijs. Je kon plots een echt gesprek beginnen."

Twickler sloeg aan het vertalen en vond een uitgeverij bereid het stripboek in Nederland uit te brengen. Een handleiding met voedingsadviezen, die Twickler samen met emeritus hoogleraar Erkelens schreef, werd toegevoegd aan het stripverhaal. En nu maar afwachten of het aanslaat in Nederland. "Fransen zijn natuurlijk veel visueler ingesteld dan Nederlanders, maar ik denk dat het hier ook zal werken", aldus Twickler.

Volgens de internist in opleiding kan het boek bovendien het functioneel analfabetisme ondervangen. Het niet begrijpen van voorlichtings- en instructieteksten komt ook in Nederland op grote schaal voor, zo is zijn ervaring. Onderzocht wordt nog of het stripboek gebruikt kan worden in het Utrechtse medisch onderwijs aan jongerejaars studenten.

XB

Waar zijn de Utrechtse ministers gebleven?

In totaal hebben 25 oud-ministers en 15 oud-staatssecretarissen in Utrecht gestudeerd. De Universiteit Utrecht heeft daarmee 14.8 procent van de naoorlogse kabinetsleden met een academische titel geleverd. De Leidse universiteit neemt 18.8 procent voor haar rekening, Amsterdam 16.6 procent.

PvdA-minister Klaas de Vries was het laatste kabinetslid met een studieverleden in Utrecht. De oud-rechtenstudent maakte begin jaren negentig als enige voormalig Utrechter deel uit van Paars II. Het aantal 'Utrechtse' bewindslieden blijkt flink terug te lopen. Van het kabinet Van Agt 1, eind jaren zeventig, waren liefst vier ministers en vier staatssecretarissen in Utrecht opgeleid. Van het kabinet Lubbers II drie ministers en vijf staatssecretarissen, onder wie de nieuwe Utrechtse voorzitter van het college van bestuur Yvonne van Rooy.

Mogelijk is het teruglopende aantal ministers met een juridische achtergrond dat de Kuzien signaleert debet aan de afname van het aantal oud-Utrechters in de regering. Liefst 27 van de veertig Utrechtse alumni-ministers volgden een rechtenstudie.

Oud-premier De Quay is de enige regeringsleider die in Utrecht heeft gestudeerd. Hij stond tussen 1959 en 1963 aan het hoofd van het kabinet. De Quay studeerde letteren en wijsbegeerte in Utrecht en werd later hoogleraar in Tilburg. Drie maal mocht Utrecht de vice-premier leveren. Oud-wiskundestudent Jan Terlouw was de laatste in het tweede kabinet Van Agt 1981-1982.

Liefst 23 van de Utrechtse bewindslieden zijn afkomstig van cda-huize (eerder ARP, CHU en KVP). Zes zaten er voor de VVD in de regering, vier voor de PvdA, drie voor D66. Vier Utrechtse alumni waren niet partijgebonden.

Oud-rechtenstudente Van Rooy was het laatste vrouwelijke kabinetslid dat tevens UU-alumna is. Onder de veertig Utrechtse bewindslieden bevinden zich in totaal maar vier vrouwen.

XB

De lijst van veertig Utrechtse ministers en staatssecretarissen staat op www.ublad.uu.nl

Minister moet ruimtelijke ordening niet uit handen geven

Uit de binnenkort te verschijnen Nota Ruimte blijkt dat de minister haar handen wil aftrekken van de ruimtelijke ordening. Gemeenten en provincies moeten als direct belanghebben de vrije hand krijgen bij het nemen van ruimtelijke beslissingen, aldus Dekker. Volgens Wassen is daar uit democratisch oogpunt weliswaar veel voor te zeggen, maar de vraag is of leden van gemeenteraden en provinciale staten wel in staat zijn om alle eigenschappen van het landschap mee te wegen in hun beslissing.

Binnen gemeenten kunnen lokale belangen die afweging gemakkelijk vertroebelen, vreest Wassen. Provincies hebben daar minder last van, maar ook in de planning op provincieniveau gaat nog veel mis, zoals blijkt uit het feit dat de ecologische hoofdstructuur van verschillende provincies vaak niet op elkaar aansluit. Als minister Dekker al bevoegdheden aan gemeenten en provincies wil delegeren, dan zal ze in ieder geval eerst een nationaal kader voor de ruimtelijke ordening moeten aangeven, vindt Wassen. Bovendien zal ze de vinger aan de pols moeten houden om de samenhang binnen het ruimtelijk beleid te waarborgen, die op dit moment nog grotendeels ontbreekt.

Wassen deed zijn uitspraak in een rede, waarin hij pleitte voor een bredere visie op het landschap dan op dit moment in de landschapsecologie gebruikelijk is. Dat vakgebied richt zich nog sterk op de natuurwetenschappelijke waarde van het landschap, en verwaarloost daardoor de rol van de gebruiker en de eisen die hij of zij aan de natuur stelt. De nieuwe hoogleraar pleitte met name voor meer aandacht voor wat hij ruimtelijke kwaliteit noemde. Daaronder vallen wat hem betreft onder meer de gebruiks- en belevingswaarde en de leesbaarheid van het landschap. Zijn visie impliceert dat bewoners en bezoekers actief mee moeten kunnen praten over de eigenschappen van het landschap die als waardevol worden ervaren.

EH