Niet de eerstejaars maar een internationaal gezelschap aardwetenschappers zal tijdens de komende Utrechtse Introductie Tijd (UIT) de studentenstraat van het Ruppertgebouw bevolken. Het is een tegenslag voor het Studenten Service Centrum en De Uitwijk die daardoor vast aanloop zullen missen op dinsdag 12 augustus.

Doordat de info-markt dus niet in het Ruppertgebouw gehouden kan worden, dreigen de eerstejaars geen kennis te kunnen maken met cultureel centrum De Uitwijk en het Studenten Service Centrum (SSC). Voor De Uitwijk is inmiddels bedacht dat de eerstejaars via de binnentuin het centrum ingelokt kunnen worden. SSC neemt dit jaar genoegen met een kraampje langs de Uithofroute die van The Basket tot Sportcentrum Olympos loopt en waar verschillende organisaties zich presenteren.

De Introductie Commissie Utrecht (ICU) is blij met het compromis. Omdat mentoren hun groepjes langs de gehele route zullen leiden, krijgen alle organisaties de kans zag zich bij de eerstejaars in de picture te spelen. Dit in tegenstelling tot vorig jaar. Toen bleven teveel mentorgroepjes hangen op het parkeerterrein tegenover het Bestuursgebouw waar de gezelligheidsverenigingen zichzelf presenteerden. De sportmarkt bij Olympos trok daardoor minder bezoekers.

De ICU is overigens tevreden met de wijze waarop de organisatie tot nog toe verloopt, hoewel er nog wel zo'n vijftien coaches nodig zijn. Coaches hebben een wat zwaardere functie bij de introductie: zij begeleiden de mentoren en zorgen dat de UIT organisatorisch gezien vlotjes verloopt. De ICU hoopt dat er zich voor deze functie nog studenten zullen aanmelden.

Wat is er aan de hand? Kiel verzorgt sinds enkele jaren een collegereeks

van vier modulen die zich uitstrekt over twee studiejaren. In de

studiegids van dit jaar staat het laatste vak opnieuw aangekondigd voor het

volgende jaar. Dit vak lijkt na Kiels pensioen in gevaar te komen. De docent beschikt over een unieke en onvervangbare expertise.

Hoogleraar De Jong diende vorig najaar bij het Instituut Vreemde Talen (IVT) van de letterenfaculteit het verzoek in de docent nog anderhalf jaar op contractbasis te betalen. Het IVT liet daarop weten niet verder te kunnen en willen gaan dan een verlenging van Kiels aanstelling tot het einde van dit academisch jaar, vooral ook omdat de faculteit het specialisme van Kiel binnen het bamastelsel wil afbouwen. Studenten werden dit voorjaar overvallen door de mededeling dat het vak Islamitische Architectuur 3, sluitstuk van de collegereeks, hierdoor geschrapt zou moeten worden.

Geconfronteerd met het probleem en de protestactie besloot IVT-directeur Coopmans vorige week de opleiding tegemoet te komen. Hij biedt ANPT nu de gelegenheid een deel van de nog beschikbare bamatransitiegelden op te vragen voor een verlengde aanstelling van Kiel en afbouw van de discipline.

"Oneigenlijk gebruik", stelt een teleurgestelde hoogleraar De Jong in een reactie. "Dat geld heb ik misschien wel nodig voor echte bama-zaken." Volgens De Jong waren er ook andere, meer voor de hand liggende financieringsmogelijkheden. De opleiding ANPT beslist deze week of ze ingaat op het compromisvoorstel van Coopmans.

Kiel zelf laat weten nog te bruisen van energie. "Ik wil met studenten blijven werken. Dat houdt me jong. Bovendien is Utrecht de enige plek in Nederland waar de islamitische architectuur- en kunstgeschiedenis een beetje gestructureerd aan bod komt. Dat moet zolang mogelijk behouden blijven."

De grootste probleemdrinkers zijn nog steeds de jonge werkende danwel studerende mannen. De hoger opgeleide vrouwen zitten hen echter op de hielen en slaan significant vaker een alcoholisch drankje achterover dan andere vrouwen. In de studentenwereld lijkt daar al mee begonnen te worden.

Toch zijn studentes blijkens het onderzoek meer gaan drinken, want die categorie hoog opgeleide vrouwen omvat natuurlijk veel studentes. En die zitten volgens onderzoeker De Graaf vaker aan de alcohol door "een verlengde jeugd. Ze wonen op kamers in een losser sociaal verband. Ze gaan langer aan de boemel dan hun lager opgeleide vrouwen die eerder gaan samenwonen en een gezin stichten." De colclusie dat vrouwen met inhaalslag bezig zijn, mag volgens de onderzoeker niet worden getrokken. "Dat vraagt om vervolgonderzoek, maar het zou me niet verbazen. We hebben dat bij stress en roken ook gezien, dus waarom niet bij drank."

Barman Will van der Lee van café Vooghel aan de Burgemeester Reigerstraat staat niet te kijken van de conclusies van het Trimbosonderzoek. "Studentes drinken met de mannen mee", is zijn conclusie. Ervaringsdeskundige Van der Lee ziet in zijn etablissement al jarenlang groepjes studenten passeren. "Als ik een groepje Albert Heijn binnen heb, dan slaan die meisjes nog wel eens een rondje over of drinken alleen een zoet likeurtje. Maar studentes slaan in een rap tempo bier naar binnen."

Dat beeld lijkt bevestigd te worden door drie leden van een UVSV-jaarclub die op dinsdagavond om negen uur in een verder vrijwel verlaten café 't Lieverdje een fles rosé laten ontkurken. Volgens de vrouwen zelf valt het wel mee met hun drankgebruik. "We hebben vanavond iets te vieren", vertelt Anke Meulendijks. "Ik ben net klaar met mijn studie en we komen terug van vakantie." Meulendijks kan zich goed voorstellen dat vrouwen van haar opleidingsniveau boven de gemiddeldes uitkomen. "Je zit hier met allemaal studenten in de stad en je gaat vaker iets drinken. Die drankjes tellen wel gewoon mee." Meulendijks is niet bang voor alcoholproblemen. "Ik haal gewoon mijn punten en ik zie er geen gevaar in. Vrouwen hebben bovendien een betere controle over hun alcoholconsumptie dan mannen."

De bestuursvoorzitter van de grootste verzameling hoog opgeleide vrouwen van Utrecht merkt niets van drankproblemen bij haar leden. UVSV-preses Margo Graatsma: "Ik geloof wel dat studentes vaker een glas drinken, omdat ze minder verantwoordelijkheden hoeven te dragen. Ik vraag me af of de problemen niet beginnen als de gezelligheid van een vereniging wegvalt."

Iris Louwerens, eerstejaars en Veritaslid en barvrouw van 't Lieverdje vindt dat het onderzoek maar met een korreltje zout moet worden genomen, omdat de conclusies van het ene onderzoek vaak worden tegengesproken door conclusies van een ander onderzoek. "Ik ben wel meer gaan drinken sinds ik studeer. Vroeger ging ik alleen in het weekend uit. Nu ga ik ook op dinsdag of op woensdag een biertje doen. Ik houd heel goed in de gaten wanneer ik wel of niet teveel drink. Maar er zijn avonden zat dat ik alleen op de fris zit."

Zwaar drinken

Het Trimbos-instituut in Utrecht, het landelijk kennisinstituut voor de gezondheidszorg, de verslavingszorg en de geestelijke zorg presenteerde deze week een onderzoek naar het alcoholgebruik in Nederland. Het rapport heet 'Bovenmatig drinken in Nederland'.

De onderzoekers concluderen dat 8% van de volwassen bevolking problemen heeft met alcohol. Alcoholmisbruik komt voor bij 400.000 mensen en alcoholverslaving bij 325.000 mensen. Het betreft vooral mannen en jongeren, maar ook jonge vrouwen met een hogere opleiding vormen een risicogroep. Huisvrouwen lopen minder kans om verslaafd te raken dan werkende vrouwen. Mensen met alcoholproblematiek hebben vaak ook te kampen met psychische problemen, zoals depressie en angststoornissen.

De meest voorkomende vorm van bovenmatig alcoholgebruik is geregeld drinken. Bij mannen is dat gemiddeld meer dan 21 glazen per week, bij vrouwen gemiddeld meer dan 14. Daarna volgen misbruik en afhankelijkheid, en tot slot zwaar drinken. Voor mannen geldt dan een norm van meer dan 50, voor vrouwen meer dan 35 glazen per week.

Zie ook: www.trimbos.nl

Nu is officiële zwijgzaamheid in dit soort zaken niets nieuws. Wel nieuw is dat ook in het geruchtencircuit onduidelijkheid troef is. Waren in het verleden een handvol telefoontjes meestal voldoende om een goed beeld van de stand van zaken te krijgen, nu tasten zelfs de meest ervaren 'vijfdeverdieping-watchers' wanhopig in het duister. Het enige harde nieuws is dat er een betrekkelijk groot aantal sollicitatiebrieven is binnengekomen. Maar daar blijft het bij. Als voornaamste oorzaak van het gebrek aan 'lekkages' wordt het feit gezien dat de logistiek rond de sollicitatieprocedure is uitbesteed aan een Amsterdams bureau. "In het verleden kwamen alle brieven altijd hier binnen", zegt een ingewijde in het Bestuursgebouw. "Daardoor hoorde je altijd wel iets. Nu tasten wij zelf ook volledig in het duister."

Wat inmiddels wel duidelijk is, is dat het allemaal wat trager gaat dan de Raad van Toezicht gehoopt had en dat we de datum van 1 september inmiddels welhaast kunnen vergeten. Maar dat is geen probleem, want officieel neemt Veldhuis pas op 1 november afscheid. Naar namen blijft het echter gissen totdat Van Dijk met de verlossende mededeling komt. Ook woordvoerder Joop Kessels van het college van bestuur heeft geen idee wie Veldhuis gaat opvolgen. Maar voor die medewerkers en studenten die zich toch een beetje zorgen beginnen te maken, heeft Kessels een troostrijk woord. "Er zijn heel veel competente mensen in Nederland." Hè gelukkig, terwijl Jacques van Dijk wikt en beschikt, kunnen wij dus rustig met vakantie.

Trekkers

Islam

Geschenk

Studenten Sociale Wetenschappen die in 2002 aan de studie zijn begonnen, mogen over twee jaar niet worden afgerekend op een gebrekkig of ontbrekend portfolio uit hun eerste jaar. Dat heeft decaan Koops de opleidingsbesturen laten weten.

Bij Sociale Wetenschappen gebeurde dat wel, maar al snel werd duidelijk dat veel docenten onvoldoende met het nieuwe onderwijsconcept uit de voeten konden, terwijl het bovendien ook ernstig aan goede voorlichting aan studenten ontbrak. Dit gevoegd bij de technische problemen, bracht Koops tot het besluit dat studenten voor wat betreft dit studiejaar niet mogen worden beoordeeld op de inhoud van het portfolio.

In een toelichting zegt de decaan grote waarde aan het portfolio te hechten en te hopen dat de huidige eerstejaars het toch nog op peil kunnen krijgen. Maar gezien alle aanloopproblemen zou het niet reëel zijn hen er aan het eind van de studie ook op te beoordelen. Hij stelt met nadruk dat het nu genomen besluit geen vrijstelling voor de hele bachelorfase impliceert. Vanaf september worden alle studenten bij Sociale Wetenschappen geacht serieus aan hun portfolio te werken.

Uit de voorlopige resultaten van de Eerstejaarsenqûete 2003 blijkt dat ruim driekwart van de eerstejaars studenten wel een portfolio heeft aangemaakt, maar dat het gros die vervolgens maar twee keer per jaar bijwerkt. Op dit moment staat het portfolio nog niet te boek als een 'zinnig instrument'. Overigens krijgen de opleidingen van de Universiteit Utrecht in deze enquête van de bachelor eerstejaars gemiddels een 7,1.

Decaan W. Koops van Sociale Wetenschappen eist dat vijf studentleden van de faculteitsraad hun excuus aanbieden voor de brief die zij hem vorige week hebben gestuurd. Koops neemt met name het verwijt dat hij de raad gebrekkig en foutief zou hebben geïnformeerd, hoog op.

In zijn reactie noemt Koops de suggestie dat hij "achter de schermen allerlei onoorbaars deed (en wie weet: doet)" beledigend. Dat geldt wat hem betreft ook voor het verwijt dat hij de raad gebrekkig en foutief zou hebben geïnformeerd. "Kort samengevat:" schrijft Koops, "hier wordt een beeld opgeroepen van een decaan die de studenteninspraak niet serieus neemt en bij herhaling de raad niet goed informeert. Ik acht dit pertinent onjuist en onaanvaardbaar." Dat de studenten zich rechtstreeks en zonder waarschuwing vooraf tot het college van bestuur en de pers hebben gewend noemt Koops "bestuurlijk gesproken opzettelijk ondermijnend".

Door het gedrag van de studenten is volgens Koops ernstige schade toegebracht aan het wederzijds vertrouwen tussen hem en de studentenfractie in de faculteitsraad. Hij verzoekt de raad zijn afkeuring uit te spreken over het gedrag van de vijf studenten en eist van hen dat zij zich bij hem verontschuldigen. "Pas daarna zal ik in staat zijn eventueel en desgewenst met de betreffende studenten opnieuw te communiceren."

In een summiere reactie constateren de vijf briefschrijvers dat zij met de decaan van mening verschillen over de manier waarop de communicatie omtrent het bindend studieadvies is verlopen. Hun brief bevatte geen persoonlijke aantijgingen richting de decaan, aldus de studenten, die dan ook niet reageren op het verzoek van Koops om excuses.

Vijf studenten uit de faculteitsraad Sociale Wetenschappen protesteren deze week bij decaan Koops tegen de invoering van een bindend studieadvies (bsa) bij psychologie. In een brief aan de decaan noemen zij het wegsturen van studenten onnodig en onwenselijk. Ook vinden zij dat de raad te laat is geïnformeerd.

Maar zelfs als deze visie te optimistisch zou zijn en er toch een zekere dwang nodig blijkt, dan nog is een bindend studieadvies alleen acceptabel als een opleiding zijn zaakjes op orde heeft. En dat is bij psychologie bepaald niet het geval, vinden de raadsleden, die wijzen op de tekortschietende studieloopbaanbegeleiding en de wel zeer marginale toetsing van het portfolio door de Utrechtse psychologen. Voordat er überhaupt over invoering van een bsa gesproken kan worden, dienen eerst deze problemen te worden aangepakt. De door het faculteitsbestuur gepresenteerde aanpak biedt daar naar hun mening onvoldoende garanties voor.

In hun brief uiten de studenten naast inhoudelijke kritiek ook teleurstelling over de gevolgde procedure. Zij verwijten het bestuur pas in een laat stadium bij de gang van zaken te zijn betrokken, waardoor zij onvoldoende hebben kunnen bijdragen aan de besluitvorming. Zij vragen hun decaan op dit punt om opheldering en willen voorts antwoord op een groot aantal vragen. Een aantal van deze vragen is inmiddels ook door twee leden van de Universiteitsraad aan het college van bestuur gesteld.

Hoewel decaan Koops de brief van zijn raadsleden woensdagochtend nog niet had gelezen, zei hij verbaasd te zijn over de teneur. "Het klopt dat er de afgelopen tijd kritiek op onze plannen is geweest, maar de reacties waren altijd tamelijk verdeeld. Mijn indruk was juist dat men geleidelijk was opgeschoven van gematigd kritisch naar gematigd positief." De decaan stelt overigens met nadruk dat bij de invoering van het bindend studieadvies de door de studenten gevraagde zorgvuldigheid in acht zal worden genomen. Aanstaande vrijdag komt de kwestie in de faculteitsraad aan de orde.

Uitval

Het voornaamste argument voor de invoering van een bindend studieadvies bij psychologie is de enorme uitval. Uit cijfers over de resultaten van studenten die vanaf 1992 in Utrecht psychologie zijn gaan studeren, blijkt dat ruim eenderde van hen de universiteit zonder propedeuse heeft verlaten. Van de studenten die naar De Uithof kwamen met een hbo-propedeuse, haakt zelfs meer dan de helft zonder universitaire propedeuse af. Wie het eerste jaar wel succesvol afrondt, heeft daarmee overigens nog geen zekerheid over een succesvolle voortzetting van de studie, zo blijkt uit de cijfers. Van de lichtingen 1992-1995 haakte ondanks het bepalen van de propedeuse toch nog tussen de tien en vijftien procent af. Curieus is dat het percentage afhakers met een hbo-propedeuse in deze categorie opmerkelijk laag ligt. Kennelijk werkt het bezit van twee propedeuses zeer stimulerend op de motivatie van studenten om de studie af te maken.

Beurs

Huisarts

Huursubsidie

De grootste probleemdrinkers zijn nog steeds de jonge werkende danwel studerende mannen. De hoger opgeleide vrouwen zitten hen echter op de hielen en slaan significant vaker een alcoholisch drankje achterover dan andere vrouwen. In de studentenwereld lijkt daar al mee begonnen te worden.

Toch zijn studentes blijkens het onderzoek meer gaan drinken, want die categorie hoog opgeleide vrouwen omvat natuurlijk veel studentes. En die zitten volgens onderzoeker De Graaf vaker aan de alcohol door "een verlengde jeugd. Ze wonen op kamers in een losser sociaal verband. Ze gaan langer aan de boemel dan hun lager opgeleide vrouwen die eerder gaan samenwonen en een gezin stichten." De colclusie dat vrouwen met inhaalslag bezig zijn, mag volgens de onderzoeker niet worden getrokken. "Dat vraagt om vervolgonderzoek, maar het zou me niet verbazen. We hebben dat bij stress en roken ook gezien, dus waarom niet bij drank."

Barman Will van der Lee van café Vooghel aan de Burgemeester Reigerstraat staat niet te kijken van de conclusies van het Trimbosonderzoek. "Studentes drinken met de mannen mee", is zijn conclusie. Ervaringsdeskundige Van der Lee ziet in zijn etablissement al jarenlang groepjes studenten passeren. "Als ik een groepje Albert Heijn binnen heb, dan slaan die meisjes nog wel eens een rondje over of drinken alleen een zoet likeurtje. Maar studentes slaan in een rap tempo bier naar binnen."

Dat beeld lijkt bevestigd te worden door drie leden van een UVSV-jaarclub die op dinsdagavond om negen uur in een verder vrijwel verlaten café 't Lieverdje een fles rosé laten ontkurken. Volgens de vrouwen zelf valt het wel mee met hun drankgebruik. "We hebben vanavond iets te vieren", vertelt Anke Meulendijks. "Ik ben net klaar met mijn studie en we komen terug van vakantie." Meulendijks kan zich goed voorstellen dat vrouwen van haar opleidingsniveau boven de gemiddeldes uitkomen. "Je zit hier met allemaal studenten in de stad en je gaat vaker iets drinken. Die drankjes tellen wel gewoon mee." Meulendijks is niet bang voor alcoholproblemen. "Ik haal gewoon mijn punten en ik zie er geen gevaar in. Vrouwen hebben bovendien een betere controle over hun alcoholconsumptie dan mannen."

De bestuursvoorzitter van de grootste verzameling hoog opgeleide vrouwen van Utrecht merkt niets van drankproblemen bij haar leden. UVSV-preses Margo Graatsma: "Ik geloof wel dat studentes vaker een glas drinken, omdat ze minder verantwoordelijkheden hoeven te dragen. Ik vraag me af of de problemen niet beginnen als de gezelligheid van een vereniging wegvalt."

Iris Louwerens, eerstejaars en Veritaslid en barvrouw van 't Lieverdje vindt dat het onderzoek maar met een korreltje zout moet worden genomen, omdat de conclusies van het ene onderzoek vaak worden tegengesproken door conclusies van een ander onderzoek. "Ik ben wel meer gaan drinken sinds ik studeer. Vroeger ging ik alleen in het weekend uit. Nu ga ik ook op dinsdag of op woensdag een biertje doen. Ik houd heel goed in de gaten wanneer ik wel of niet teveel drink. Maar er zijn avonden zat dat ik alleen op de fris zit."

Zwaar drinken

Het Trimbos-instituut in Utrecht, het landelijk kennisinstituut voor de gezondheidszorg, de verslavingszorg en de geestelijke zorg presenteerde deze week een onderzoek naar het alcoholgebruik in Nederland. Het rapport heet 'Bovenmatig drinken in Nederland'.

De onderzoekers concluderen dat 8% van de volwassen bevolking problemen heeft met alcohol. Alcoholmisbruik komt voor bij 400.000 mensen en alcoholverslaving bij 325.000 mensen. Het betreft vooral mannen en jongeren, maar ook jonge vrouwen met een hogere opleiding vormen een risicogroep. Huisvrouwen lopen minder kans om verslaafd te raken dan werkende vrouwen. Mensen met alcoholproblematiek hebben vaak ook te kampen met psychische problemen, zoals depressie en angststoornissen.

De meest voorkomende vorm van bovenmatig alcoholgebruik is geregeld drinken. Bij mannen is dat gemiddeld meer dan 21 glazen per week, bij vrouwen gemiddeld meer dan 14. Daarna volgen misbruik en afhankelijkheid, en tot slot zwaar drinken. Voor mannen geldt dan een norm van meer dan 50, voor vrouwen meer dan 35 glazen per week.

Zie ook: www.trimbos.nl