Nieuws

Vrouwen sneller dan mannen

HOP, MtW

Kopieerleed

De studenten kunnen weliswaar kopieerkaarten aanschaffen in debibliotheek, maar die ligt helemaal aan de andere kant van hetgebouw. De balie van het magazijn daarentegen bevindt zich preciestegenover de twee apparaten. Wat zou dus meer voor de hand liggendan dat de felbegeerde kaarten daar ook verkocht worden?

Maar wie zo redeneert, onderschat de finesses van eenbureaucratisch systeem, legde een zichtbaar gekwelde decaan Bult destudenten uit. De kopieerapparaten horen namelijk bij debibliotheek en het magazijn hoort bij het Wentgebouw, en zoals wijallen weten of in ieder geval zouden moeten begrijpen, zijn dattwee totaal verschillende organisaties, die onmogelijk elkaarsspulletjes kunnen gaan verkopen. Er ligt een afspraak dat debibliotheek haar eigen kopieerkaarten uitgeeft, en in zo'n gevalstaat zelfs een decaan machteloos, maakte Bult zijn gehoor met veelgevoel voor theater duidelijk.

"Te gek voor woorden", mopperde een personeelslid in defaculteitsraad, "te meer omdat het magazijn wel kaarten verkooptvoor onze eigen kopieerapparaten op de zevende verdieping. Deapparaten voor de staf worden nu dus regelmatig door studentengebruikt met als gevolg dat wijzelf er niet bij kunnen als we evensnel een kopie willen maken."

"Het is inderdaad een genante vertoning", erkende directeurPafort, die de zaak met nauwelijks verholen cynisme als'weerbarstige materie' betitelde. Ook hij had overigens geenoplossing paraat en zag als enig soelaas de naderende sluiting vande bibliotheek als gevolg van de verhuizing naar het Kruijtgebouw."Straks nemen ze de kopieerapparaten nog mee", riep eenachterdochtig personeelslid. Maar Pafort dacht niet dat het zoverzou komen. "Die apparaten blijven hier en daarom denk ik dat deoplossing dichtbij is. U zult nog even geduld moeten hebben, maarpersoonlijk verwacht ik dat het probleem nog deze eeuw zal zijnopgelost."

EH


Het pas aangetreden hoofd van deFSB-bibliotheken A. de Vries geeft desgevraagd toe dat gesprekkenover de verkoop van kaarten in het magazijn tot nu toe op nietszijn uitgelopen, maar hij wijt dat aan het feit dat de faculteitenin het Wentgebouw weigeren om de kaarten zelf te verkopen zolang deopbrengst voor de bibliotheek is bestemd.

Mishandeling

Utrechtse meteoroloog helpt Ronald Naar

"Kijk, op dit stuk in het begin van zijn tocht krijgt hij hethet moeilijkst. Dan moet hij vanaf zeeniveau meer dan tweekilometer klimmen om Dronning Maud Land te bereiken. En bovendienheeft hij daar wind tegen. Maar als hij die eerste klim eenmaalgehad heeft, dan ligt er tot aan de Zuidpool een vrij vlakke routevan meer dan duizend kilometer voor hem met wind in de rug."

Post-doc Richard Bintanja wijst de route aan op éénvan de talloze kaarten van het Zuidpoolgebied die de muren van zijnkamer in het Buys Ballot Laboratorium bedekken. Afgelopen wintervertoefde de Utrechtse meteoroloog zelf nog in het land van sneeuwen ijs voor zijn onderzoek naar het Antarctische klimaat, en datwas de reden dat Roland Naar hem dit voorjaar belde.

Bintanja: "Hij zat toen midden in de voorbereiding voor zijntocht naar de Zuidpool en wilde weten of wij iets konden zeggenover de wind. Hij wil een groot deel van de afstand overbruggendoor te parasailen met een groot zeil op een slee. Hij had hetparkoers al zo'n beetje uitgestippeld, maar wilde even checken ofdie route gezien de wind wel te doen was. Voor zijn tocht dwarsdoor Groenland had hij informatie gekregen van Belgischemeteorologen en dat was hem prima bevallen.

Ik heb toen twee collega's ingeschakeld die allebei beschikkenover een klimatologisch model voor Antarctica. Op basis van dietwee modellen kon ik hem een redelijk gedetailleerde windkaartbezorgen en tot zijn grote opluchting bleek hij een route te hebbenuitgekozen waarop hij voor een groot deel wind mee heeft."

Hoewel Bintanja waarschuwt dat zijn kaart gemiddelden aangeeft,mag de Poolreiziger wat hem betreft toch rekenen op een redelijkstabiele rugwind. "Op de hoogste punten is de lucht op Antarcticavrijwel altijd kouder dan op minder grote hoogte, en omdat koudelucht zwaarder is dan warme lucht, staat daar dus een vrijpermanente windstroom van hoog naar laag. Op windkaarten kun jezien dat de wind over een jaar genomen wel in kracht, maar niet ofnauwelijks in richting varieert. Omdat Naar zijn tocht in de zomermaakt, krijgt hij waarschijnlijk te maken met windkracht drie totvier, ideaal dus voor een stukje parasailen. Ik heb met een collegaeen weddenschap lopen of hij het redt. Mijn collega denkt van niet,maar ikverwacht zelf dat het hem lukt. Met zo'n windje in de rugmoet drieduizend kilometer toch te doen zijn?"

EH

Meer over Ronald Naar op pagina 27 van dit Ubladen op Internet: www.tpgantarctica.nl

Van Rietbergen scoort vele 'Ja's'

De meeste mailtjes beperkten zich tot het woordje 'ja'. Eenenkeling voegde eraan toe de actie van Van Rietbergen "geweldig" tevinden, of te beklemtonen dat "betaling en rechtspositie vanpromovendi werkelijk schandalig te noemen zijn." Reacties werdenontvangen uit vrijwel alle faculteiten, geschreven doorvertegenwoordigers van vrijwel alle personeelsgeledingen. "Het komtniet vaak voor dat ik het met de heer Van Rietbergen eens ben, maarnu kan ik er niet onderuit", aldus een reactie.

Van Rietbergen sloot met zijn column in het U-blad van vorigeweek aan bij een column in de Volkskrant van Bram Buunk. Dieverbaasde zich er over dat hij kennelijk de vakbonden "links moestinhalen" door te stellen dat de vier procent salarisverhoging dievoor WO-personeel ter sprake is (in de CAO-onderhandelingen), beteraangewend kan worden voor een positieverbetering vanpromovendi.

De Utrechtse vakbondsconsulenten van ABVA/KABO maakten bij hun'ja' een kanttekening. De inzet van de bonden ziet er als volgtuit, aldus hun mailtje: "3,5 procent loonsverhoging voor al hetpersoneel, structurele eindejaarsuitkering van 0,75 procent voor alhet personeel. En daarnaast wil de bond nu al de geldendepercentages van schaal 10 voor AiO's met tien procentverhogen."

Frank van Dam, collega-ruimtelijk wetenschapper van VanRietbergen, voegde een heel epistel aan zijn mailtje toe:"Toevallig mag ik nu een promovendus aanstellen. De penningsmeestervan de onderzoekschool wist mij vorige week echter bang te makenmet het verhaal dat er waarschijnlijk geen hond op zou reageren,gezien de hoge salarissen die pas afgestudeerden elders kunnenopstrijken. Op mijn vraag of het dan niet mogelijk was om in plaatsvan een promovendus een toegevoegd onderzoeker aan te stellen,mompelde hij iets als 'onmogelijk' en 'wachtgeld'. Dat laatsteargument is gelul, want als pas afgestudeerden al zo gewild zijn opde arbeidsmarkt, dan moeten gepromoveerden toch helemaal geenmoeite hebben om elders aan de slag te komen. Van eenwachtgeldproblematiek is dan geen sprake. Als je goeie mensen wiltbinnenhalen, cq vasthouden, dan hangt daar een prijskaartje aan.Marktwerking, heet dat."

AH

Spinoza prijzen voor Leidse onderzoekers

De Leidse prijswinnaars zijn prof.dr. H. Lenstra, hoogleraarfundamentele en toegepaste wiskunde, en prof.dr. P. Muysken,hoogleraar algemene taalwetenschap. Zij krijgen de zogehetenSpinoza-prijs van de landelijke onderzoeksorganisatie NWO.Daarnaast krijgt ook prof.dr. J. Hoeijmakers, hoogleraarmoleculaire genetica in Rotterdam, de prijs.

De Spinoza-premie is verreweg de grootste wetenschappelijkeprijs die in Nederland te behalen valt. De drie winnaars verdienener ieder drie miljoen mee. Ze zijn uitgekozen door eeninternationale jury uit 33 voordrachten, afkomstig van de rectorenvan de universiteiten, de wetenschappelijke academie KNAW enNWO-organen zelf.

Muysken (48) werkte tot voor kort aan de Universiteit vanAmsterdam. Hij wordt volgens NWO internationaal erkend als expertop het gebied van de creolistiek en heeft een brug weten te slaantussen beschrijvend taaltypologisch onderzoek en de algemenetaalkunde. Bovendien wordt hij een "inspirerend teamleider"genoemd.

Lenstra (49) is volgens NWO "zonder enige twijfel de besteNederlandse wiskundige" en behoort tot de wereldtop. Hij weetdaarnaast veel begaafde leerlingen aan te trekken, zo oordeelt dejury. Het zwaartepunt van Lenstra's werk ligt op het gebied van dealgebra en de getaltheorie.

De Spinoza-prijzen worden dit jaar voor de vierde keeruitgereikt. Ze zijn bedoeld voor toppers die zich al ruimschootsbewezen hebben en nog een aantal jaren hun stempel op hun vakgebiedkunnen zetten. In totaal zijn er nu dertien Spinoza-prijzenverdeeld. Vier daarvan gingen naar Leiden, drie naar deUniversiteit van Amsterdam en twee naar Rotterdam. Deuniversiteiten van Eindhoven, Groningen en Utrecht (prof.dr. G. 'tHooft) en de Vrije Universiteit hebben ieder éénprijswinnaar in huis.

HOP, HO

'Corps-lulletjes en UVSV-trutjes'

Aan Ronald Naar heeft de jubilerende UtrechtseStudenten Alpen Club (USAC) met zekerheid het meest illustereoud-lid. De bergbeklimmer, avonturier, expeditieleider en schrijverblikte kort voor het vertrek van zijn Antarctica-expeditie terug opzijn ervaringen bij de vereniging die dit jaar het zeventigjarigbestaan viert.

'Een week later verhuis ik naar Utrecht. Geïnspireerd doorde aanwezigheid van een aantal goede klimmers bij de lokalestudentenklimclub, wil ik aan de Rijksuniversiteit wiskunde gaanstuderen.' Dit schreef Ronald Naar in zijn boek 'op zoek naarevenwicht' over het motief voor zijn studiekeuze. Naar zou van 1974tot 1985 elf jaar aan de RUU studeren. "Ik heb inderdaad uitvoerigmogen genieten van de faciliteiten van de universiteit", schamperthij. Uiteindelijk werd hij nog wel een 'heuse doctorandus'. "Maardat lukt iedere boerenlul", zo stelt het kopstuk van de vaderlandsebergsport.

Ronald Naar is er de persoon niet naar om een blad voor zijnmond te nemen. Dat moeten ze bij de USAC ook al snel gemerkt hebbentoen hij daar aan het begin van zijn studie aanklopte. De Hagenaarmocht zich toen al een ervaren en volleerd bergbeklimmer noemen.Klimmen was al sinds zijn dertiende levensjaar een passie. Dieinstelling strookte niet met het belegen sfeertje dat hij, naareigen zeggen, bij de studentenklimvereniging aantrof.

"De USAC was in die tijd nog gelinkt aan het corps", verteltNaar. "Dat was niet bepaald mijn stijl. Sterker nog; ik moest nietshebben van die Corps-lulletjes en UVSV-trutjes. Van elk Corps-lidwerd min of meer verwacht dat hij zich aansloot bij eensportvereniging. Mensen met twee linkerhanden die ongeschikt werdengeacht voor de rugby- of hockeyvereniging kwamen dan bij de USACterecht."

Bij de herinnering aan de introductie-periode van de vereniginglijkt Naar zich opnieuw op te winden "Ze wilden nota bene dat ikexamen deed!", sneert hij. "Terwijl ik beter was dan hun bestevoorklimmers. Ze moesten verdomme bij mij examen komenafleggen."

Ondanks al zijn bezwaren tegen de verenigingscultuur bleefRonald Naar gedurende zijn studie over de vloer komen bij de USAC.De club was voor hem het enige sociale contact in Utrecht. Bij eengezelligheidsvereniging had hij zich nooit aangesloten. "Misschiendat ik een of twee keer decontributie van de USAC heb betaald, maarje kon me er wel geregeld vinden", vertelt hij. "Zo was ik er vaakwel bij wanneer op de derde donderdag van de maand bekende klimmerseen praatje kwamen houden op de zolder van de UVSV."

Eenmaal ondernam Naar nog een overmoedige poging de verenigingnaar zijn hand te zetten. Hij stelde zich kandidaat voor hetvoorzitterschap met de geheime agenda 'het Corps en de UVSV eruitte flikkeren'. "Ik was jong en idealistisch en ik dacht dat ik hetallemaal wel even zou veranderen, maar al snel bleek dat er bij demeeste leden helemaal geen behoefte was aan een frisse wind. Toenheb ik het daar maar bij gelaten."

Inmiddels had Naar bij de USAC-training in de gymzaal van hetWillem Arntz-huis enkele gelijkgestemde klimmers getroffen. In 'opzoek naar evenwicht' beschrijft hij zijn eerste ontmoeting in dekleedkamer met Bas Gresnigt, een bergsporter met wie hij later noggrootse dingen zou ondernemen. "Uiteindelijk heb ik aan de USACtoch mijn beste klimvrienden overgehouden", concludeert deavonturier die de komende maanden zal proberen de Zuidpool over testeken. "Zowel privé als zakelijk kom ik bovendien nog vaak inaanraking met mensen die toentertijd ook lid waren van devereniging. Velen zijn de bergsport een warm hart blijventoedragen. Dat waardeer ik."

Xander Bronkorst

Zes ACCU-vragen aan secretaris W. Kardux

"Wij vrezen dat het ACCU de concurrentie op de vrije markt nietvol zal kunnen houden, en er zijn voorbeelden die ons wat datbetreft niet optimistisch stemmen. Het komt de laatste tijdregelmatig voor dat universitaire opdrachten aan de neus van hetACCU voorbij gaan, zoals de automatisering in het UniversityCollege. Kijk ook naar de overstap van verschillende afdelingen inhet Bestuursgebouw op Windows 98. Dat proces wordt begeleid dooriemand die door Letteren is ingehuurd en die aanzienlijk goedkoperis dan het ACCU. Wij schatten in dat een universitair ACCU het metzijn ambtelijke bedrijfscultuur wel eens heel moeilijk zou kunnenkrijgen tegenover flexibel opererende concurrenten uit hetbedrijfsleven. Het is ook een kwestie van schaalgrootte. Wij vragenons af of de kwaliteit van het ACCU voldoende groot is om die slagte overleven. Wij denken dat het zowel voor de universiteit alsvoor de medewerkers beter is om het bedrijf te verkopen nu het noggoed gaat. Wij willen voorkomen dat er een tweede OMI-affaireontstaat."

Zal de universiteit zonder ACCU niet veel duurder uitzijn dan met ACCU?

"De huidige markt is overspannen. Daarom zijn in de overeenkomstvoor de komende tijd ook prijsafspraken gemaakt met betrekking totbestaande diensten. Op langere termijn moet je vertrouwen op deconcurrentie op de markt. Bovendien lijkt het ACCU nu goedkoper danhet is, omdat er per jaar sprake is van zo'n 2, 3 miljoen aanverborgen subsidies, met name in de huisvestingslasten."

Waarom wordt niet verkend of handhaving van het ACCUin zijn huidige vorm mogelijk is, zoals de U-raad heeftgevraagd?

"Ik heb zo'n verkenning van meet af aan voor onmogelijkgehouden. Het is natuurlijk vervelend dat we niet aan het verzoekvan de universiteitsraad kunnen voldoen, maar ons besluit isgebaseerd op een inschatting van de overlevingskansen van het ACCU.Naar een inschatting van toekomstige ontwikkelingen kun je geenonderzoek doen."

Waarom is de universiteit akkoord gegaan met een'deal' met gesloten beurzen?

"Dat is een gevolg van een aantal andere keuzes die wij hebbengemaakt, met name de keuze voor continuïteit indearbeidsvoorwaarden van het personeel en voor prijsafspraken rondbestaande diensten. We hebben ook zelf laten rekenen. Er zat nietmeer in."

Waarom is er nog geen volledig sociaal plan?

"Er is een sociaal plan dat in juni is opgesteld enrondgestuurd. In de tussentijd zijn nog een paar kwestiesopgedoken, zoals bijvoorbeeld het feit dat elke ACCU-medewerker elkjaar een periodiek krijgt, en de vraag wat te doen met deopgespaarde vakantietijd. Misschien komen er nog wel meer punten,want het formeel overleg met de bonden gaat nu pas van start."

Heeft het voltallige personeel vijf jaar lang eengarantie op werk?

"Nee, niet vanwege de universiteit. Er is afgesproken dat dewerkzaamheden die het ACCU voor het college van bestuur verricht,de eerste drie jaar op hetzelfde niveau en de volgende twee jaar oplager niveau zullen worden voortgezet. Cap Gemini moet dieverantwoordelijkheid natuurlijk overnemen. Overigens praten we welover een groeimarkt. Ook vanuit het perspectief van deuniversiteit."

Erik Hardeman

ACCU 'om niet' naar Cap Gemini

Het nieuws over de overname werd door de collegeleden J.Veldhuis en B. van Vucht Tijssen bekend gemaakt tijdens een drukbezochte bijeenkomst van ACCU-medewerkers. De overeenkomst ophoofdlijnen tussen universiteit en Cap houdt in dat het ACCUintegraal opgaat in Cap Gemini. Alle werkzaamheden die het ACCU opdit moment voor het college van bestuur verricht, zullen de komendedrie jaar tegen hetzelfde tarief worden voortgezet door de Europeseautomatiseringsgigant. Aan de huidige ACCU-medewerkers wordt eendienstverband bij Cap aangeboden op basis van de universitairearbeidsvoorwaarden. Bovendien zal Cap fors investeren in eenscholingsprogramma voor de nieuwe medewerkers. Als prijs voor hetinwilligen van de universitaire voorwaarden heeft Cap bedongen datde transactie met gesloten beurzen zal plaatsvinden.

De sfeer tijdens de bijeenkomst was geladen, niet in het minstdoor een aantal minder gelukkige bijdragen van de zichtbaargespannen collegeleden Veldhuis en Van Vucht Tijssen. Ze konden hetACCU-personeel niet overtuigen van de onontkoombaarheid van het nugenomen besluit. Met name hun suggestie dat het ACCU onvoldoendekwaliteit zou hebben om zelfstandig te kunnen overleven, zorgde bijde medewerkers voor opwinding. Dit te meer daar de collegeledeneerder hadden gezegd dat de belangstelling van Cap moest wordengeïnterpreteerd als een compliment voor de kwaliteit van hetbedrijf.

"Wij staan als universiteit onder druk en dan rijstonvermijdelijk de vraag wat te doen met dingen waarin wij niet degrootste deskundigheid hebben", aldus Veldhuis in antwoord op eenvraag van Dienstraad-voorzitter Alex Goyarts. "Juist ja, wij zijndus niet deskundig", was het cynische commentaar uit de zaal. "Enbovendien, als Cap Gemini zoveel waardering voor ons heeft, waar isdan dat uitgebreide scholingsprogramma voor nodig?"

Maar het college hield voet bij stuk, en Van Vucht Tijssenmaakte duidelijk dat ook het feit dat een meerderheid van deACCU-medewerkers tegen de overname is - ook al is die meerderheidblijkens de meest recente enquête iets geslonken - voor hetcollege geen zodan aan de dijk zet. "Wij vinden uw mening heelbelangrijk, maar wij zijn ervan overtuigd dat dit besluit beter iszowel voor de kwaliteit van de dienstverlening als voor uweigenprofessionalisering."

De komende weken zal het nu gesloten principe-akkoord wordenbesproken met de ambtenarenbonden en de Universiteitsraad.Overigens deelde het college tijdens de bijeenkomst mee dat hetverzoek van de Universiteitsraad om een verkenning naar handhavingvan een universitair ACCU "vanwege technische en beleidsmatigebelemmeringen" niet is uitgevoerd.

Inmiddels heeft op woensdagmorgen een eerste overleg plaatsgevonden tussen de Dienstraad van het ACCU en eenvertegenwoordiging van Cap Gemini. Afgesproken is dat er op kortetermijn een aantal informatieve bijeenkomsten voor het personeelzullen worden belegd, waarbij de Dienstraad zich constructief zalopstellen. Daarna zal een nieuwe peiling naar de mening van hetACCU-personeel worden gehouden. Mocht meer dan vijftig procent vande medewerkers bij die gelegenheid verklaren dat zij geen toekomstzien bij Cap Gemini, dan verklaart het bedrijf zich, aldusonderhandelaar Van Burg, bereid om van de voorgenomen overname afte zien.

EH

Twaalf vragen

Wat is je vervelendste eigenschap?

Ik kan heel bemoeizuchtig zijn: me in andermans gesprekkenmengen en ongevraagd advies geven.

Welke karaktertrek irriteert je het meest in anderen?

Gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel. Mensen die het latenafweten wanneer ze samen met anderen aan een project werken.

Wat is jouw idee van perfect geluk?

Met mijn vriendin naar een festival gaan, bijvoorbeeld Parkpop.Mooi weer, lekkere muziek en gewoon een beetje in het gras liggen,daar word ik erg gelukkig van.

Geur?

Vers gemaaid gras.

Wat irriteert je het meest op de Hogeschool?

De slechte administratie. Zo heb ik nog niet één goedecijferlijst ontvangen. Of er ontbraken studiepunten of het waren erteveel, maar kloppen deed het nooit.

Wat is het beste advies dat je ooit hebt gekregen?

Journalistiek studeren. De opleiding geeft mij inzicht in hoe dewereld in elkaar zit en dat bevalt mij heel goed.

Aan welk woord heb je een hekel?

Hun. Iedereen gebruikt dat woord verkeerd. Als mensen bedoelen:dat hebben zij gedaan, zeggen ze: dat hebben hun gedaan.

Wie is de beste dichter die je kent?

Martinus Nijhoff. De symboliek van een gedicht als 'Het uur u',vind ik heel mooi. Een man die over straat loopt kan daarinevengoed 'de dood' zijn als 'Jezus', afhankelijk van hoe je hetgedicht zelf interpreteert.

Hoe heb je je studiekeuze bepaald?

Journalistiek is altijd mijn eerste keus geweest en geschiedeniswas mijn favoriete vak op de lagere school, vandaar dat ik nu datgeschiedenisproject doe.

Wat is je oudste herinnering?

Dat ik op drie- of vierjarige leeftijd met mijn oom en tante inde bioscoop naar Bambi zat te kijken.

Als je de 100.000 zou winnen?

Dan zou ik een appartement in Amsterdam of Utrecht kopen.

Wat wil je over vijfentwintig jaar zijn?

Gelukkig.