Staken, maar dan wel allemaal tezamen
Alternatieve opening in teken van protest tegen bezuiniging
Tussen de 150 en 200 demonstranten kwamen maandagochtend naar het Domplein in Utrecht voor de Alternatieve Opening van het Academisch jaar, een bijeenkomst die sinds een jaar of tien door onderwijsvakbond AOb wordt georganiseerd om te protesteren tegen misstanden in het hoger onderwijs. De afgelopen jaren waren dat met name de hoge werkdruk en de vele tijdelijke contracten van docenten; dit keer zijn het de beoogde bezuinigingen van het nieuwe kabinet.
Het bracht elf organisaties op de been. Van de grote onderwijsvakbonden, actiegroepen als WOinActie, organisaties van postdocs, PhD’s, De Jonge Akademie tot studentenvakbonden. Dit keer waren ook de overkoepelende organisaties van de universiteiten en hogescholen aanwezig om in vijf minuten te vertellen wat zij van de bezuiniging van 1 miljard euro vinden – een bedrag zo groot als de Universiteit Utrecht kost. Universiteiten van Nederlanden overwegen een rechtszaak aan te spannen, zoals vicevoorzitter van de UU Margot van der Starre voor de zomer al vertelde. Zij en haar collega’s rector Henk Kummeling en voorzitter Anton Pijpers waren ook bij het protest aanwezig.
Voor het podium wordt een groot rood vierkant uitgerold, een wereldwijd symbool van activisme tegen de problemen in de wetenschap. De sprekers op het podium kiezen hun eigen bewoordingen en leggen hun eigen nadruk. Ze maken zich allemaal zorgen over de enorme bezuinigingen op hoger onderwijs en onderzoek die het kabinet heeft aangekondigd.
Een deel van die bezuiniging wordt volgens de plannen gerealiseerd door te korten op de stimuleringsbeurzen waar nu 1200 jonge onderzoekers een baan door hebben gekregen. Maar ook het inperken van de internationalisering is een doorn in het oog. Zo zei de vertegenwoordiger van de onderzoekers in opleiding dat meer dan de helft van alle PhD’s uit het buitenland komt. En als zij allen het land verlaten na hun promotie is dat een braindrain. En niet alleen de internationale onderzoekers zullen hun heil elders zoeken, ook de Nederlandse zullen voor een carrière vaker naar het buitenland gaan als hier de baankansen kleiner worden doordat er minder plekken voor onderzoekers beschikbaar zijn, zo was te horen.
Postdocs hekelen de hoge werkdruk en de vele tijdelijke contracten: de problemen zullen door de bezuinigingen alleen maar erger worden. Een geluid dat de Aob dacht niet meer te zullen horen na alle nieuwe afspraken in de cao’s en het extra geld dat de vorige minister voor onderzoek had uitgetrokken.
De Landelijke Studentenvakbond, die ook sprak namens het Interstedelijk Studentenoverleg, richt de pijlen vooral op de langstudeerboete voor studenten die te lang over hun opleiding doen. De boete – 3000 euro collegegeld voor het jaar dat een student te lang studeert - treft juist studenten die het toch al moeilijk hebben en maakt studeren weer iets voor de elite, betoogt voorzitter Abdelkader Karbache. “Geen wonder dat het plan in geen enkel verkiezingsprogramma stond, want dit plan is gewoon te belachelijk om op te schrijven.”
Ook voorzitter Maurice Limmen van de Vereniging Hogescholen bekritiseert in felle bewoordingen de langstudeerboete. Alleen al de aankondiging ervan berokkent volgens hem schade. Hij zegt dat hij eerstejaars studenten heeft gesproken die nu voor een tweejarige ad-opleiding hebben gekozen omdat ze een vierjarige opleiding door die boete niet aandurfden.
Caspar van den Berg, voorzitter van de Universiteiten van Nederland
Milde woorden
De enige die – naast fundamentele kritiek – ook nog een paar milde woorden voor het kabinet over heeft, is voorzitter Caspar van den Berg van universiteitenvereniging UNL. Volgens hem wil het kabinet een concurrerende economie, goede zorg en een weerbare samenleving: “Dat zijn allemaal zaken waar goed opgeleide jongeren en wetenschappelijk onderzoek onmisbaar voor zijn.”
Van den Berg is ook senator voor regeringspartij VVD en schreef mee aan het verkiezingsprogramma. Volgens hem gaat het om “desastreuze bezuinigingen” en hij overweegt zelfs juridische stappen, maar zijn eigen partij is medeverantwoordelijk en straks moet hij erover stemmen in de Eerste Kamer.
Is het niet moeilijk om te zeggen: enerzijds ben ik het hier helemaal niet mee eens, anderzijds steun ik mijn partij? “Nee, ik vind dat niet moeilijk”, zegt hij desgevraagd, “omdat het gaat over plannen die nog uitgewerkt moeten worden. Er staat nog niks zwart op wit, er is nog niks besloten. Alle ruimte die er nu is om de schade te beperken, zal ik ten volle pakken.” Volgens hem zouden de huidige plannen minstens vijfduizend banen kosten.
Een aantal sprekers was afkomstig van de Universiteit Utrecht, zoals Willemien Sanders van WOinActie en Markha Valenta van Casual Utrecht en 0.7. De laatste gaf ook het woord aan de pro-Palestijnse actievoerder van Utrecht Encampment die betoogde dat universiteitsbestuurders capituleren voor de wil van extreemrechts en studenten de mond snoeren die voor een betere wereld strijden.
Staken, staken
Over de bezuinigingen is iedereen het eens: die moeten van tafel. Maar hoe krijg je dat voor elkaar? De universiteiten hebben al juridische stappen aangekondigd tegen een deel van de plannen, maar hoogleraar Rens Bod van de Universiteit van Amsterdam en WOinActie vindt het een goed idee op als uiterst actiemiddel te gaan staken.
Staken hielp een aantal jaren geleden in Schotland ook, houdt hij de toehoorders voor. Daar wilden studenten en docenten, met steun van hun bestuurders, staken aan het einde van het studiejaar, zodat geen enkele student zou kunnen afstuderen. De regering ging uiteindelijk door de knieën. Zo moet het in Nederland ook, vindt hij. Wat hem betreft komt er een goed uitgekiende staking van studenten, docenten, onderzoekers, bestuursleden en de vakbonden die zoveel mogelijk overhoop gooit. “Staken! Staken!” Zo scandeerde de massa met hem mee.
Twee buitenlandse docenten van de Universiteit Leiden zijn met grote kartonnen protestborden aanwezig bij het protest. De een is hier vier jaar geleden naartoe gekomen en heeft een Nederlandse partner, de ander woont hier al acht jaar. Ze werken aan de letterenfaculteit docent en docent-onderzoeker. “Ik woon hier, dus voel ik me ook betrokken bij de politieke ontwikkelingen. Als ik mijn stem niet kan laten horen in het stemhokje, dan kom ik naar bijeenkomsten als deze.”
Als laatste kondigen de vakbonden een volgende actie aan. Die is op 14 november. Maar om wat voor soort actie het zal gaan, blijft onduidelijk. Daarvoor wordt Prinsjesdag afgewacht.
De grote afwezige is minister Eppo Bruins (NSC). Die brengt in Rotterdam een bezoek aan mbo-instelling Albeda, de Hogeschool Rotterdam en de Erasmus Universiteit Rotterdam. Na het protest haasten enkele bestuurders zich die kant op.