Ook kledingvoorschriften promovendi aangepast

Bij UU-promoties dragen vanaf vandaag niet alleen hoogleraren een toga

hoogleraren toga's Foto: DUB
Foto DUB

De UU is de eerste universiteit die het mogelijk maakt dat ook academici die geen hoogleraar zijn bij de promotieplechtigheden een toga dragen. Tijdens een bijeenkomst van de Universiteitsraad legde rector Henk Kummeling deze week uit waarom tot deze stap is overgegaan. “Wij willen hiermee duidelijk maken dat we aan alle vragen die gesteld worden aan de promovendus evenveel gewicht toekennen.”

Bij een promotieplechtigheid dient een promovendus zijn proefschrift te verdedigen. De minimumeis aan leden van een promotiecommissie is dat ze gepromoveerd zijn en expert in het desbetreffende vakgebied. De leden kunnen vragen stellen over de inhoud van het onderzoek. De commissie besluit uiteindelijk ook of de kandidaat zich daadwerkelijk ‘doctor’ mag gaan noemen. Voorheen mochten dus alleen de hoogleraren in zo’n commissie een toga dragen, nu mogen alle leden dat.

Gelijke kansen
Het Utrechtse besluit komt niet uit de lucht vallen. In de academische wereld is er steeds meer kritiek op het starre hiërarchische onderscheid tussen hoogleraren, universitair hoofddocenten en universitair docenten. Daarbij wordt ervoor gepleit om alle academici dezelfde rechten te geven. Ze zouden zich dan bijvoorbeeld ook allemaal professor mogen noemen.

Volgens de voorzitter van de Utrecht Young Academy (UYA) Peter Bijl hebben in de afgelopen periode jonge wetenschappers bij alle Nederlandse universiteiten aangedrongen op dit soort aanpassingen. In Utrecht heeft vooral oceanograaf en oud-lid van de UYA Erik van Sebille daar een belangrijke rol bij gespeeld, aldus Bijl.

De UU is de eerste universiteit die nu besluit om niet alleen hoogleraren bij promoties het recht te geven om een toga te dragen. Volgens de universiteit zelf gebeurde dat op aandringen van Athena’s Angels, vier vooraanstaande vrouwelijke hoogleraren die oproepen voor gelijke kansen voor alle wetenschappers. De aanpassing zou daarnaast aansluiten bij het universitaire ‘Erkennen & Waarderen’-beleid, zo staat in een persbericht.

Het wetenschappelijke uniform
“Wij zijn hier heel blij mee”, zegt Bijl. “Het gaat ons inderdaad om die gelijkwaardigheid van academische expertise van alle commissieleden. Voor andere commissieleden, voor de promovendus en voor het publiek moet duidelijk zijn dat daarin geen verschil is. Zoiets banaals als een toga kan dat duidelijk maken. Het is toch een uniform dat gezag uitstraalt.”

Als niemand hem vrijdagochtend voor is, zal Bijl vrijdagmiddag als eerste niet-hoogleraar een toga aantrekken tijdens een promotieplechtigheid in het Utrechtse Academiegebouw. Hij is universitair hoofddocent en maakt als co-promotor deel uit van een promotiecommissie.

De UU zegt leentoga’s ter beschikking te willen stellen aan geïnteresseerden. Vooralsnog is het niet de bedoeling dat medewerkers zonder hoogleraarstitel ook bij andere officiële plechtigheden zoals de Dies of de Opening Academisch Jaar een toga gaan dragen, zo benadrukt de universiteit.

Inclusieve kledingvoorschriften
Een andere aanpassing in de UU-voorschriften voor de ceremonie is dat deze meer vrijheid geven wat betreft de kledingkeuze van de promovendi en hun paranimfen. Eerder stond vermeld dat mannen een donker pak en das of rokkostuum moesten dragen en vrouwen een mantelpak of een feestelijke jurk. Er is nu gekozen voor ‘inclusievere’ bewoordingen.

De formulering is voortaan: “De kleding van promovendi en paranimfen, dient in overeenstemming te zijn met de waarde die de Universiteit Utrecht aan de promotieplechtigheid hecht. Vanuit de traditie kan worden gedacht aan een donker pak met das, een rokkostuum, een broekpak, een mantelpak of een feestelijke jurk.”

Meerderheid van stemmen
Wat verder opvalt in een herziene versie van het promotiereglement is dat de UU niet tegemoet wil komen aan de wens om van de zitting in het Academiegebouw een louter ceremoniële bijeenkomst te maken. Het Promovendi Netwerk Nederland had daarom gevraagd na een pijnlijk voorval waarbij een Tilburgse promovendus geen bul ontving na haar verdediging.

“Bij een promotietraject hoort ook dat een promovendus onderzoeksresultaten moet kunnen presenteren aan en verdedigen tegenover een promotiecommissie, en het onderzoek aan een breder gezelschap uit moet kunnen leggen”, zo laat de UU aan DUB weten.

De UU tornt ook niet aan de afspraak dat een proefschrift kan worden afgekeurd door een promotiecommissie als een meerderheid van de leden de verdediging onvoldoende vindt. In Tilburg is onlangs besloten dat een commissie daarvoor unaniem negatief moet oordelen.

Volgens de UU is de afgelopen jaren hard gewerkt aan het verbeteren van de begeleiding van promovendi en is in het nieuwe reglement de zorgplicht van de promotor expliciet benadrukt. “Wanneer de minimale vereisten van het kwaliteitszorgsysteem voor de promotieopleiding nageleefd worden, is het vrijwel ondenkbaar dat een promovendus de graad niet krijgt.”

 

Advertentie