Werkdruk UU’ers toegenomen door corona, UU blijft prettige plek om te werken
Om de paar jaar steekt de Universiteit Utrecht de thermometer in de organisatie om te kijken hoe de medewerkers aankijken tegen de universiteit als werkgever, en om te weten te komen wat er speelt op de werkvloer en hoe een en ander het welzijn beïnvloedt. Dit keer waren er elf thema’s waarvan nummer 11 ingaat op de effecten van de coronapandemie op het werk. De enquête werd gehouden tussen 29 maart en 21 april 2021. Van de 8083 medewerkers heeft 50,3 procent meegedaan. De uitslagen zijn volgens onderzoeksbureau IVA Onderwijs representatief.
Opvallend is dat het ondersteunende personeel (obp) over het algemeen positiever is over zijn werkervaringen dan het wetenschappelijke personeel (wp). Obp'ers ervaren bijvoorbeeld minder werkdruk en werkstress. Leidinggevenden en hoogleraren zijn vaak meer tevreden dan (universitair) docenten. Ook de duur die een werknemer in dienst is van de UU speelt een rol, zo laat de monitor zien. Wie langer werkzaam is aan de UU heeft iets minder positieve ervaringen.
Werkdruk en werkstress
Toch - en dat blijkt ook uit eerdere metingen – doet de Universiteit Utrecht het goed, ook ten opzichte van andere universiteiten. Zo krijgt werken bij de UU een 7,8 op een schaal van 10. De meest tevreden werknemers zijn te vinden bij de bibliotheken en de faculteit Sociale Wetenschappen die respectievelijk een 8,1 en een 8 geven. Het minst tevreden zijn de geesteswetenschappers en de medewerkers van University College Utrecht, maar ook onder hen scoort de UU nog altijd een voldoende met een 7,5 en een 7,4. Als werkgever krijgt de UU een 7,6. De wetenschappelijke staf is met een 7,2 kritischer dan obp’ers die een 7,9 geven.
Veel werknemers ervaren een hoge werkdruk en veel werkstress. In vergelijking met andere universiteiten scoort de UU hierop slechter. Vooral het wetenschappelijke personeel vindt dat het onvoldoende tijd heeft om zijn werk te doen en dan met name de medewerkers van University College Utrecht. Ook maken de wp’ers zich in hun vrije tijd meer zorgen over het werk dan het ondersteunend personeel. Het minst last van werkdruk hebben degenen die werken in de bibliotheken.
Wat betreft de werkstress is er een groot verschil tussen het wetenschappelijke personeel en het obp. Op een schaal van 0 tot 5 geeft het wp een 3,4 aan de stelling ‘aan het einde van de werkdag ben ik echt op’. De stress is wederom het hoogst bij UCU, op de voet gevolgd door de geesteswetenschappers. De universitaire docenten hebben meer last van de werkstress dan bijvoorbeeld de hoogleraren.
Sociale veiligheid
Op de universiteit is het onderwerp sociale veiligheid voor werknemers en studenten een hot topic. Van de medewerkers die de monitor hebben ingevuld, zegt 13 procent ervaring te hebben gehad met ongewenst gedrag. Trek je de cijfers door naar de hele universiteit, dan gaat het om ruim duizend werknemers. Van hen heeft 58 procent er werk van gemaakt. Het minst tevreden zijn zij die een adviseur van personeelszaken hierover hulp hebben gevraagd. Het meest tevreden zijn deze werknemers op dit punt over het bedrijfsmaatschappelijk werk.
Onder het kopje sociale veiligheid is specifiek gevraagd naar roddelen, pesten, discriminatie, stalking, seksuele intimidatie en agressief gedrag & geweld. Opvallend is dat roddelen hierin een grote rol speelt op de universiteit. Het meest last hiervan hebben de werknemers van de faculteit Diergeneeskunde. Van hen zegt 16 procent te lijden onder roddelpraat terwijl andere faculteiten blijven steken op 9 procent.
Discriminatie staat op de tweede plek met 4 procent. Net als het roddelen worden de wp’ers hier vaker mee geconfronteerd. Op de derde plaats staat pesten. Vooral bij UCU en de faculteit Geesteswetenschappen komen deze twee vormen vaker voor.
Corona
Het rondwaren van het coronavirus en de daarmee gepaard gaande maatregelen hebben invloed gehad op de UU’er. Zo staan ze positiever tegenover werken bij de UU. Ccorona heeft met name een negatief effect als het gaat om werkdruk, mentaal welbevinden en bevlogenheid.
Ook voor het milieu heeft corona minder goede gevolgen. Werknemers geven aan na de pandemie iets vaker de auto dan het openbaar vervoer te nemen als ze naar de campus komen. Nu zal dat aantal vervoersbewegingen wellicht teruglopen, want 30 procent van de geënquêteerden wil na corona de helft van de tijd thuiswerken. De diergeneeskundigen het minst, maar veel van het werk dat zij doen, kan thuis niet.
Opvallend is nog dat 37 procent van de werknemers van de Universitaire Bestuursdienst in deze monitor aangeeft een kwart of de helft van hun werktijd thuis te willen werken. In een eerdere enquête die ging over het nieuwe werken bij de Bestuursdienst, gaf 46 procent aan iets minder dan de helft van de werktijd thuis te werken.
Het College van Bestuur is blij met de in het algemeen tevreden resultaten. "Als je ziet dat wij toch een 7,8 krijgen, is dat hoger dan ik op voorhand had verwacht", zegt de net herbenoemde collegevoorzitter Anton Pijpers. "Toch zijn er ook zaken waar we alert op moeten blijven. Je ziet dat de verhoudingen privé-werk en de werkdruk thema's zijn waar we extra aandacht aan moeten besteden. Ook een onderwerp als sociale veiligheid houdt ons bezig. We zijn al bezig om procedures hiervoor te verbeteren en de monitor geeft aan dat dit ook nodig is."
Pijpers zegt dat de decanen gevraagd wordt specifieker naar de problemen binnen hun faculteit te kijken. "Je ziet tussen de faculteiten verschillen. Ze moeten actieplannen maken om de problemen aan te pakken."