Wat wordt node gemist op het USP behalve een échte supermarkt?
‘Een campus zonder boekhandel, is als een dorp zonder kroeg’

Ja, ja, een échte supermarkt met meer keuze in boodschappen die vooral ook goedkoper zijn. Dat is wat het Utrecht Science Park ontbeert. We weten het. Maar mét een Appie, Jumbo, Aldi, Lidl, Plus, Dirk of Hoogvliet wordt het USP niet ineens beregezellig. Je gaat voor een biertje op een terras niet van de binnenstad naar de polder als je er ineens de wekelijkse boodschappen kan doen. Daar is meer voor nodig.
Ook bekend: de tram moet in de weekenden gaan rijden naar het USP. Dan zijn de zo’n 3300 huidige bewoners - het aantal groeit nog met de opleveren van studentenflat High Five - een stuk makkelijker te bereiken. Hopelijk, zo zegt de provincie Utrecht, is het in 2026 zo ver. Dan is de bereikbaar beter. Maar ook dan ben je er niet.
De naam terug veranderen naar De Uithof? Ten slotte klinkt Science Park high brow en nogal klinisch, niet echt een naam van een buurt waar je verwacht dat er mensen wonen. En misschien is met de oude naam, de suggestie ook weg dat het USP een probleemwijk aan het worden is. Het is een optie, maar het gaat natuurlijk om de voorzieningen die het doen, want what’s in a name?
We vroegen daarom ons DUB-panel welke voorzieningen ze nog meer missen behalve natuurlijk de supermarkt. Iets wat het USP hopelijk echt een stuk aantrekkelijker kan maken. Degenen die hebben gereageerd, zijn geen bewoners maar wel panelleden die werken op het USP of hiernaartoe komen voor de studie.

Lukraak geplaatst bankje? Foto DUB
Zitten, bewegen, eten, drinken, leven…….
Wat zeuren we nu, lijkt milieufilosoof Floris van den Berg te zeggen. “De Uithof is geweldig!” Jammer alleen dat het een “no place” is. Uitstraling, zegt hij, dat is wat ontbreekt. Feng shui, zegt Laura Hompus van de IT-Academy. Neem daar is een voorbeeld aan! Of kijk naar andere campussen. Waarom is het de universiteiten van Rotterdam en British Columbia wel gelukt om een leuke campus te creëren? Een keuze, weet innovatiewetenschapper Frank van Rijnsoever “Het is een keuze om een niet levendige campus te hebben”.
Psychologiestudent Levi Bierhuizen weet door zijn studie wel wat een mens zoal nodig heeft: groen met zitplaatsen. “Er zijn wat grasperkjes, maar meer bomen, planten en struiken zouden de gezelligheid en sfeer goed doen. Ook zou ik meer bankjes of picknicktafels in het groen zien, zoals op de stukjes groen tussen de tram en het fietspad, of tussen de Heidelberglaan en Bolognalaan, of voor het Minnaertgebouw.” Dat is goed voor het welzijn, denkt hij. “Ik merk dat als ik even in de zon ga zitten met vrienden of collega’s, met wat natuur om mij heen, dat dat heel ontspannend werkt!”
Kirsten Buist die als pedagogisch wetenschapper werkt op het USP mist vooral gezelligheid. Ze denkt dat één of meerdere restaurants of (eet)cafés met een knus binnen en buiten, het verschil kunnen maken, vooral als die ook in de avond open zijn.

Studentenflat High Five in aanbouw, foto DUB
Researchanalist Mies van Steenbergen vindt dat het USP als werkplek zou opknappen als er meer focus is op betaalbaar, duurzaam eten. Geen fast food dus, mailt hij. Ook de peuken moeten uit het straatbeeld verdwijnen. Dat kan, denkt hij, met een betere handhaving van het niet-rokenbeleid.
“Het supermarktantwoord mag niet, dus dan blijft er eigenlijk niks over, behalve misschien meer groen” mailt onderwijswetenschapper Casper Hulshof. Maar na even denken, komt het bovenborrelen, die sluimerende ergernis van jaren: tocht. “De Uithof begint steeds meer een tochtgat te worden door de aaneenschakeling van hoogbouw. Het gebouw van de RIVM is er nu nieuw bij, de nieuwe studentenflat is een kolos. Het is iets dat ik al jaren signaleer en steeds ‘erger’ wordt.”
En hij is niet de enige. Ook cursuscoördinator van de IT-Academy Laura Hompus voelt zich regelmatig van haar picknickbank geblazen. “Het is hier opgezet als één lange verkeersader, met aan weerskanten de panden waar the magic happens”. Doorbreken die hap!, vindt ze. Wel een uitdaging geeft ze toe, want de busbaan is nu eenmaal de busbaan die “als een A2 midden over het Domplein loopt”. “De open plekken tussen de hoogbouw staan daarmee vooral in dienst van beweging, niet van samenkomen, even stilstaan, leefbaarheid.”
Dan komt haar hartenkreet: “Ik mis groen, meer organische vormen en een speelsere indeling in de open ruimte. Opbreken van het lange, rechte, pijpenlade effect van de busbaan, en meer feng shui.” De Chinese filosofie om de omgeving zo in te richten dat je er als mens gelukkiger van wordt, werkt echt, schrijft ze. “En een foodcourt met meer (betaalbare) eet-opties. Kleur, zit-dingen. Ik wil een meer weloverwogen inrichting dan een lukraak geplaatste picknickbank her en der en opties om soms even gewoon te zitten zonder weggeblazen te worden.”

'Als een A2 die midden over het Domplein loopt', foto DUB
Milieufilosoof Floris van den Berg wil eigenlijk niet klagen. “Ik ben tevreden met de faciliteiten op De Uithof, met de Botanische Tuinen, het sportveldje, de bibliotheek, restaurants, koffietentjes en Olympos. Ik zou willen dat De Uithof groener was met meer groen en wandelroutes en mooiere bestrating, zoals de campus in Rotterdam.” De Uithof, zegt hij, is geweldig. “Alleen jammer dat het een no place is. Een plaats zonder karakter. Dat ligt vooral aan de afzichtelijke architectuur en het gebrek aan aandacht voor esthetica. De Uithof is een lelijk paradijs.” Geef De Uithof het karakter van een park met beelden erin en een openluchttheater. En: “Een (academische) boekhandel! Een campus zonder boekhandel is als een dorp zonder kroeg.” Hij besluit zoals we Van den Berg het beste kennen: “En voorts ben ik van mening dat De Uithof geheel veganistisch moet zijn.”
Tot slot neemt Frank van Rijnsoever, innovatiewetenschapper ons mee op reis. “Ik heb zelf het afgelopen jaar een paar weken gezeten aan de University of British Columbia in Canada en de University of Wollongong in Australië. Wat ik daar geleerd heb, is dat het hebben van een niet levendige campus een keuze is. Op beide campussen zijn overal koffietentjes, met terrasjes, waar je lekker kunt lunchen en kunt werken. De broodjes worden vers gemaakt, en er zijn verschillende concepten en keukens. Ook zijn er barretjes, waarvan sommigen door studenten gerund worden, waar je lekker en goedkoop kunt eten of een biertje drinken.
“In Utrecht proberen we dit ook van de grond te krijgen, maar het wil niet altijd lukken, omdat veel van de horeca onder de centrale aanbesteding valt, en zeer beperkt open is. Ik zou vooral meer ondernemerschap op het gebied van eten en drinken toejuichen.”
Heb jij nog een goed idee om het Utrecht Science Park levendiger te maken? Laat je idee achter onder dit verhaal.