Dinsdag opnieuw Pro-Palestijnse demonstratie van UU’ers

Universitair docent Markha Valenta stuurde namens UU Staff for Palestine een persbericht uit waarin wordt opgeroepen om mee te demonstreren in de “laatste” protestmars van het academische jaar. In de zomer bereidt deze groep zich voor op nieuwe acties voor het komende academische jaar.

De mars wordt gehouden om vier eisen aan het adres van het universiteitsbestuur kracht bij te zetten. Zo moet de UU zich uitspreken tegen de aanvallen van Israël op Gaza waarmee Israël het internationaal recht schendt en de mensenrechten van Palestijnen. Moet de UU transparant zijn over de institutionele banden met Israëlische universiteiten, organisaties en bedrijven die bijdragen aan geweld tegen en discriminatie van Palestijnen. Ook moeten deze banden verbroken worden. Tenslotte moet de UU antikoloniale Palestijnse academische- en solidariteitsorganisaties ondersteunen. 

Hoewel de UU de banden met universiteiten, organisaties en bedrijven in Israël al online heeft gezet, wil de UU deze zomer nog melden welke contacten eventueel verbroken gaan worden. Dat gaat om connecties die niet passen in de ethische richtlijnen voor samenwerking, zoals bijvoorbeeld een onderzoek dat bijdraagt aan de wapenindustrie. Maar, zegt Valenta, het gaat niet om de onderzoeken zelf, het gaat juist om de houding van de instellingen die de schending van mensenrechten op Palestijnen niet veroordelen. “Tot nog toe heeft geen enkele Israëlische universiteit zich uitgesproken tegen de aanval op Gaza wat genocidaal, militair geweld is.”

Volgens Valenta is de demonstratie van morgen nodig, omdat het universiteitsbestuur een publiek debat uit de weg gaat. “Er is een grote groep medewerkers en studenten die behoefte heeft aan een dergelijk debat. Een gesprek met slechts een paar mensen is niet voldoende.” 

Debat
Naar aanleiding van de walk-out, de demonstratie van 13 mei, had het bestuur in een e-mail ingestemd met een dergelijk debat. “We waren het al eens over wie we konden vragen als moderator. We zouden in samenspraak met de moderator afspraken maken over vaste regels zoals over de manier waarop we de vragen zouden stellen. Toen we dit debat aan het organiseren waren, kwam de opinie van de rectoren in Trouw. Daarna zei het universiteitsbestuur het open debat niet meer te willen, omdat ze zich niet veilig voelde. Het bestuur wilde nog wel een gesprek voeren in een klein zaaltje met een paar mensen. Dit wilden de bestuursleden via het internet live streamen, zonder dat duidelijk was wie de online moderator zou zijn en hoe het publiek betrokken zou zijn. Ze wilden het ook heel snel zodat we opeens geen tijd hadden voor het gesprek met de moderator en om onze achterban te informeren. Dit voorstel vonden wij onwerkbaar.”

Volgens Valenta is het ook moeilijker geworden om een open gesprek te voeren nu de universiteit al het standpunt heeft ingenomen om de banden niet te verbreken. “Mensen zijn natuurlijk een beetje boos. Ik kan me voorstellen dat het College van Bestuur het niet fijn vindt om een boze groep tegenover zich te hebben. Daarbij is de gespreksruimte en onderhandelingsruimte nu ook kleiner geworden. Door te zeggen de banden niet te willen doorsnijden, is de patstelling vergroot en de kans op een open dialoog verkleind. Dit versterkt ook het gevoel om te demonstreren, omdat een gesprek niets oplost.”

Blijvende demonstraties
De studenten van actiegroep Utrecht in Solidarity with Palestine hebben al gezegd te blijven demonstreren en actie te voeren totdat onder meer de banden met Israëlische instellingen zijn verbroken. Volgens anoniem gebleven actievoerders in de whatsappgroep Activism Announcements is de mars van morgen niet de laatste demonstratie van dit academisch jaar zoals het persbericht meldt. Activisten melden in de app: “We will continue to make our voices heard all summer. The Student Intifada doesn't follow UU's calendar”.

Ook de medewerkers blijven doorgaan, denkt Valenta. “Wat ik zie is dat er nu een enorme bewustwording is ontstaan; Palestina staat op de internationale agenda. De beweging is groter en massaler geworden in de afgelopen maanden. Het protest is nu heftig, zichtbaar en luid. Ik denk dat de demonstraties doorgaan totdat de westerse landen Israël zullen aanspreken op het schenden van mensenrechten en Israël niet meer als uitzonderingsgeval behandelen.”

Ook op de UU zal het protest blijven klinken, denkt ze. Zolang op de UU internationaal recht en mensenrechten een belangrijk  onderzoeksthema zijn waar studenten college over krijgen en Open Societies dat als uitgangspunt democratie, gelijkheid, onafhankelijkheid en mondiale rechtvaardigheid heeft, blijft bestaan.

Toch een debat
Het universiteitsbestuur zegt dat tijdens de walk-out op 13 mei inderdaad beloofd is een debat te willen, maar heeft altijd gezegd dat dit met een kleine delegatie zou zijn. De bestuursleden hebben in de afgelopen periode ervaren dat het lastig is een inhoudelijk gesprek te voeren met een grote groep, zeker bij een emotioneel onderwerp als dit, zeggen ze. Voorgesteld is om dit debat te voeren met een kleine delegatie dat via een livestream te volgen zou zijn. Ook konden toeschouwers online vragen stellen. De voorgestelde data waren inderdaad op korte termijn omdat de actiegroep nog voor de zomervakantie een dergelijk dialoog wil. "UU Scholars and Staff for Palestine hebben de verzoeken echter telkens teruggestuurd naar het gewenste aantal aanwezigen van 200 personen." 

Het universiteitsbestuur heeft nu toch besloten een debat te organiseren. Er zal een panelgesprek komen waarbij studenten en medewerkers (online) kunnen meepraten over onder andere de ethische vraagstukken rondom samenwerkingen; hoe we als universiteit omgaan met gevoelens van onveiligheid naar aanleiding van de protesten en hoe we als Nederlandse universiteit een bijdrage kunnen leveren aan de academische gemeenschap in Gaza. De uitnodiging aan UU Scholars and Staff for Palestine om aan te sluiten bij dit gesprek blijft van kracht, zo staat in een mededeling van het universiteitsbestuur dat vandaag online kwam. De datum is nog niet bekendgemaakt.