Faculteit moet bezuinigen én vernieuwen

Bacheloropleidingen Geesteswetenschappen op de schop

Open dag Geesteswetenschappen. Foto: Tara van den Broek
Open dag Geesteswetenschappen. Foto's: Tara van den Broek

Kom met een nieuwe opzet van het bacheloronderwijs die meer studenten trekt, én zorg ervoor dat we over twee jaar met een kwart minder docenturen toekunnen. 

De opdracht aan een projectgroep van vijf onderwijsdirecteuren van de verschillende departementen van de faculteit Geesteswetenschappen was begin dit jaar niet de eenvoudigste. Al helemaal niet omdat het humeur binnen de faculteit sinds de aankondiging van een bezuiniging van zo’n 23 miljoen in drie jaar en een vacaturestop toch al niet al te best is. Zeker niet bij de kleine talenstudies die hun zelfstandigheid verliezen.

Maar de vernieuwingsoperatie is volgens het faculteitsbestuur van groot belang. Enerzijds om gedwongen ontslagen te voorkomen en alle disciplines binnenboord te houden. Anderzijds om de Utrechtse Geesteswetenschappen interessant te maken voor de slinkende populatie jongeren.

Balanceeract 
Sigrid Merx, onderwijsdirecteur van het departement Media & Cultuurwetenschappen en lid van de projectgroep, erkent dat het om een lastige “balanceeract” gaat. De projectgroep moet ook nog eens rekening houden met de grote verschillen tussen de ruim twintig opleidingen van de faculteit. “We willen graag dat de Geesteswetenschappen in Utrecht een smoel krijgt, maar tegelijkertijd opleidingen voldoende ruimte geven voor een eigen invulling.”

Eind september kwam de projectgroep met een voorgangsrapportage (alleen te lezen met Solid-id, red.) waarin de contouren van een vernieuwde bachelorfase worden geschetst. Die voorstellen worden op dit moment door werkgroepen uitgewerkt. Vanaf voorjaar 2026 kunnen alle opleidingen een eigen invulling gaan geven aan de plannen.

De vernieuwde onderwijsprogramma’s moeten in het collegejaar 2027-2028 van start gaan. Maar duidelijk is dat er bij veel studenten en docenten nog veel vragen en zorgen zijn.

Open dag Geesteswetenschappen. Foto: Tara van den Broek

Interdisciplinair onderwijs
Uitgangspunt van de projectgroep is dat studenten Geesteswetenschappen vaker over de grenzen van hun discipline en zelfs van de wetenschap heen zullen kijken. Dat sluit ook aan bij de vernieuwde universitaire onderwijsvisie waarin onder meer wordt aangedrongen op inter- en transdisciplinaire onderwijsconcepten als Community Engaged Learning.

Merx: “Dat wordt dus een belangrijk nieuw kenmerk van Geesteswetenschappen studeren in Uitrecht. Bij ons gaat het er óók om hoe je vanuit je eigen discipline, kennis en vaardigheden de uitwisseling aangaat met studenten en vraagstukken uit andere disciplines en met de maatschappij.”

In de praktijk betekent dit dat alle studenten Geesteswetenschappen een ‘verbindingspakket’ van vier vakken gaan volgen. Na een verplicht introductievak kiezen ze straks drie vakken uit een thematisch aanbod van cursussen waarin ze leren om samen te werken met studenten uit andere Geesteswetenschappen-opleidingen of bijvoorbeeld met vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties. 

Vanuit financieel perspectief is deze aanpak ook aantrekkelijk. Cursussen in dat verbindingspakket zijn verzekerd van voldoende instroom omdat studenten van álle opleidingen zich daarvoor moeten inschrijven. Een deel van de problemen van Geesteswetenschappen wordt immers toegeschreven aan de grote hoeveelheid kleine opleidingen met cursussen met weinig studenten. Het uitgangspunt is nu dat niet alleen elke opleiding maar ook elke cursus minimaal 25 studenten moet trekken. 

Andere nieuwe elementen in de vernieuwde opleidingenzijn een doorlopende facultaire leerlijn voor persoonlijke en professionele ontwikkeling waarmee het huidige tutoraat wordt vernieuwd en een andere aanpak van het afstudeeronderzoek. Studenten hoeven als afsluiting van hun bachelorstudie niet langer per se een geschreven scriptie in te leveren.

Minder kleinschalig onderwijs
Het projectteam moest uiteindelijk ook tot de conclusie komen dat het bestaande onderwijs niet buiten schot kon blijven. Omdat er vanwege de bezuinigingen en de vacaturestop straks minder docenten zijn, zal het onderwijs minder kleinschalig moeten worden.

Volgens de onderwijsdirecteur kan dat zonder dat het onderwijs aan kwaliteit verliest of dat de faculteit in conflict komt met de universitaire uitgangspunten voor het bacheloronderwijs. In verhouding met andere faculteiten wordt binnen Geesteswetenschappen op dit moment relatief veel onderwijs in werkgroepen aangeboden. 

Het is volgens haar bovendien een hardnekkige misvatting dat hierdoor meer hoorcolleges gegeven gaan worden. “Met het denken in de standaardhokjes van hoor- en werkcolleges doen we onszelf te kort. Er zijn heel veel andere manieren om onderwijsuren in te vullen die voor zowel studenten als docenten waardevol zijn. Denk aan excursies, groepsopdrachten die studenten zelfstandig uitvoeren, kennisclips of E-modules."

“Het is wel zo”, zegt ze, “dat dit álle docenten raakt. Ze zullen allemaal aan de bak moeten om hun cursussen te veranderen. In een tijd dat docenten het al zo druk hebben, vraag je dat natuurlijk liever niet. Maar als we doorgaan op de manier waarop we nu onderwijs geven, blijven we financieel nat gaan. Wij willen juist dat er stabiliteit en rust komt in het onderwijs.”

Open dag Geesteswetenschappen. Foto: Tara van den Broek

Verbindingspakket
Het projectteam noemt zelf al meerdere risico’s die ervoor kunnen zorgen dat het vernieuwingsproces spaak loopt. Zo is het gebrek aan onderwijsruimten voor hoorcolleges in de Utrechtse binnenstad een probleem. Maar ook zou het draagvlak bij docenten voor de omslag kunnen ontbreken.

Binnen de faculteit is immers ook kritiek te horen op het plan van het projectteam. Veel studenten en docenten zien wel de meerwaarde van studenten die over de grenzen van de eigen discipline kunnen kijken, maar ze zijn bang dat de eigen discipline daar te veel voor moet gaan inboeten. 

De introductie van de verbindingspakketten gaat immers ten koste van minimaal 15 studiepunten aan opleidingsspecifieke vakken en van 15 studiepunten die studenten in hun vrije ruimte zelf konden vullen met keuzevakken. De vrees is dat dat ervoor zorgt dat de studenten die zich vooral disciplinair willen bekwamen er straks bekaaid van afkomen. 

Geen vakidioten meer?
“De kans op verwatering is groot”, meent Brandt van der Gaast, bachelor-coördinator van de opleiding Filosofie. “Wij hebben veel studenten die vooral filosofievakken willen volgen en later misschien het onderzoek in willen, de ‘vakidioten’ zullen we maar zeggen. Die willen we niet kwijtraken.”

Van der Gaast vraagt zich ook af wat de garantie is dat de nieuwe aanpak inderdaad meer studenten gaat trekken en er ook voor zorgt dat die studenten binnenboord blijven. Een onderbouwing daarvan is volgens hem niet te vinden in het plan. 

Zijn beide zorgen worden gedeeld door een geschiedenisdocent die liever niet met naam genoemd wordt omdat hij collega’s die “te goeder trouw proberen het beste van een slechte situatie te maken” liever niet wil afvallen. “Ik vrees dat onderwijsprogramma’s die nu veel studenten trekken worden verzwakt en minder aantrekkelijk worden.”

Hij wijst daarnaast op de potentieel negatieve gevolgen voor het gemeenschapsgevoel onder studenten als er minder werkgroepen komen. “Wat als dat ertoe leidt dat studenten zich minder op hun plek voelen en weglopen?”

Volgens hem is erbij zijn naaste collega’s geen draagvlak voor een vernieuwingsoperatie die onder zo’n grote bezuinigingsdruk moet plaatsvinden. “Je kunt niet zomaar even overstappen op interdisciplinair onderwijs. Niet als je het goed wilt doen tenminste. De inhoud lijkt hier steeds de logica van de financiën te volgen.”

Hij ziet ook dat veel docenten de urgentie van generieke maatregelen betwijfelen en de motieven van de facultaire bestuurders nog steeds wantrouwen. En dat heeft gevolgen voor de sfeer op de werkvloer. “Het gevoel bestaat dat het allemaal topdown wordt beslist.”

De voorzitter van de studentenfractie in de faculteitsraad Matthijs Brinkhuis denkt dat veel studenten de nieuwe bredere opzet wel aantrekkelijk gaan vinden. Maar ook hij is bang dat studenten die “echt een vak willen leren” zich misschien minder welkom gaan voelen. “Er moeten naar ons idee echt wel volwassen disciplines blijven bestaan., ook om van die interdisciplinaire insteek geen lege huls te maken.” 

Brinkhuis waarschuwt ook voor de oplopende werkdruk voor docenten. “Als docenten niet toekomen aan goed onderwijs geven omdat ze zich moeten bijscholen of hun cursus moeten omgooien, kan dat ten koste gaan van de kwaliteit van het onderwijs. Terwijl de bedoeling van het plan is dat dat onderwijs beter wordt. Studenten zien nu soms al docenten ziek uitvallen.”

Begrijpelijke zorg
Volgens Sigrid Merx is het niet vreemd dat veel studenten en docenten nog aarzelingen hebben. Tot nu toe was een relatief beperkt aantal geesteswetenschappers betrokken bij de vernieuwing van het bacheloronderwijs. De komende maanden zal er meer duidelijk worden over de precieze implicaties van de plannen wanneer de docenten zelf aan zet zijn om hun opleidingen opnieuw vorm te geven.

De geluiden over het verlies van disciplinaire vakken zijn een herkenbare en begrijpelijke zorg, zegt ze. De onderwijsdirecteur wijst erop dat in de oorspronkelijke plannen zelfs sprake was van 60 ec aan gezamenlijk onderwijs. Het projectteam oordeelde dat 30 ec voor het verbindingspakket voldoende was om aan de inhoudelijke en financiële eisen te voldoen. 

“Het is ook niet onze doelstelling om disciplines zwakker te maken, integendeel. Onze overtuiging is dat interdisciplinariteit de discipline juist kan versterken. Hoe dat kan werd onlangs op DUB uitgelegd door ons programmateam Interdisciplinair Onderwijs.”

 

Sigrid Merx benadrukt dat de projectgroep steeds geprobeerd heeft om stafleden zo goed mogelijk te informeren over alle stappen en dat ook goed geluisterd is naar de input die er tijdens verschillende bijeenkomsten werd aangeleverd. “Het is een misverstand dat de plannen ontransparant of onzorgvuldig zijn. Wij komen de plannen op zo veel mogelijk plekken uitleggen en wij laten ons voortdurend adviseren door experts. Maar het is bij dit soort grote veranderingen nu eenmaal niet mogelijk om iedereen aan de tekentafel te laten zitten of om een volledige consensus te bereiken met alle geesteswetenschappers.”

Ook voor Merx en de projectgroep is “de werkdruk op de korte termijn” de grootste zorg. “Het eerlijke verhaal is dat we opnieuw iets extra’s van onze collega’s vragen zonder dat we daar nu iets tegenover kunnen stellen. Dat voelt vreselijk. Maar we hebben niet de luxe om te vertragen. De afspraak is dat de faculteit over drie jaar financieel stabiel is en we willen de steun van het CvB niet verliezen. Het enige wat we kunnen zeggen is: we doen dit met zijn allen. We gaan nu met zijn allen in het rood, zodat we straks weer in het groen komen.”

Login to comment

Reacties

We stellen prijs op relevante en respectvolle reacties. Reageren op DUB kan door in te loggen op de site. Dat kan door een DUB-account aan te maken of met je Solis-ID. Reacties die niet voldoen aan onze spelregels worden verwijderd. Lees eerst ons reactiebeleid voordat u reageert.

Advertentie