Italiaanse Alice is DUB's meest gemiddelde internationale UU-student

Alice Pravato is de meest gemiddelde student van onze enquête. De foto's komen uit het privéalbum van Alice

Haar naam is Alice Pravato, ze is 26 jaar oud, komt uit Italië en ze is masterstudent Regenerative Medicine & Technology. Volgens de enquête van DUB is ze de meest gemiddelde internationale student van de UU. Maar gemiddeld zijn is niet hetzelfde als niet bijzonder. Alice is bereisd, spreekt bijna vijf talen, staat graag in de keuken en breit haar eigen truien. Met andere woorden een heel interessant persoon om te ontmoeten.

In de afgelopen vijf jaar publiceerde DUB jaarlijks een lijst van vijftien veelbelovende UU-studenten die op de één of andere manier uitzonderlijk zijn. Ook beloont de UU jaarlijks studenten voor de beste scriptie, voor maatschappelijke verdiensten of voor het bevorderen van inclusiviteit en diversiteit op de universiteit. Sommige studenten reageerden op dit type artikelen. Zij vinden dat dit type nominaties en ervoor zorgen dat ze zich slecht gaan voelen over zichzelf – alsof ze als twintiger eigenlijk geacht worden om een Olympische medaille te winnen of een nieuwe staat van materie te ontdekken.

Het is daarom dat DUB de gemiddelde studenten in het zonnetje wilde zetten. Ook al halen hun verhalen niet het nieuws, wil dat niet zeggen dat zij geen waardevolle ervaringen opdoen en niet óók een geweldig leven of carrière tegemoet gaan. We hebben daarom twee enquêtes uitgezet, één voor de internationale studentengemeenschap en één voor de Nederlandse. Uit de Nederlandse enquête is een top drie samengesteld die bestaat uit Iris, Quinten en Britt. Waarom zij gemiddeld zijn en op een geheel eigen wijze ook weer bijzonder kun je lezen in dit verhaal.

Resultaten
Vooropgesteld: onze enquête is niet representatief. We kregen 78 ingevulde vragenlijsten binnen terwijl zo’n 6.000 van de 40.000 UU-studenten uit het buitenland komen. Van deze 6000 is 60 procent vrouw. De meeste internationals volgen een master, er zijn slechts zes geheel Engelstalige bacheloropleidingen, terwijl van de 150 masterstudies er 103 Engelstalig zijn. In 2021-2022 kwamen 31 procent van de inschrijvingen voor Masterstudies en 10 procent van de inschrijvingen voor bachelorstudies van buitenlandse studenten. De meeste internationale studenten in Nederland komen uit Duitsland en Italië.

Het merendeel van de respondenten van onze enquête was vrouw (72 procent). Ook waren de meeste deelnemers 26 of ouder, wat logisch is aangezien 55 procent van de respondenten in Utrecht is voor een masterstudie. En studenten uit Duitsland en Italië waren onder onze respondenten het best vertegenwoordigd: uit elke landen deden 10 studenten mee.

Alice Pravato voldoet dus perfect aan dit gemiddelde. Ze werd geboren in Italië en is nu, op 26-jarige leeftijd, eerstejaars masterstudent Regenerative Medicine & Technology. Net als de studenten die ons opmerkzaam maakten over de mentale druk van verhalen zoals de Veelbelovende Vijftien voelt Alice druk als ze een dergelijk type artikel leest. “Ik voel me er oud door, alsof ik achterop raak en beter zou moeten kunnen op mijn leeftijd”.

Alice is wat ouder dan haar studiegenoten omdat ze niet direct na haar middelbare schooltijd ging studeren. Ze heeft eerst een jaar in Duitsland gewerkt als au-pair, om de taal te leren. Daarna ging ze naar Noorwegen, een land dat ze al kende van een uitwisseling tijdens haar middelbare schooltijd. “Ik heb twee jaar in een kiosk gewerkt zodat ik Noors kon leren op C1 niveau. Daarmee kon ik een bachelor doen aan de universiteit daar”, legt ze uit. Nederland was niet het eerste land waar ze aan dacht toen ze op zoek ging naar de beste plek voor haar masteropleiding. “Ik nam aan dat ik terug zou gaan naar Duitsland omdat ik die taal al sprak, maar ik raakte heel geïnteresseerd in het studieprogramma van de UU”.

Alice (links) in Noorwegen met een door haar zelf gebreide trui.

Uit onze enquête blijkt dat de belangrijkste reden om naar Utrecht te komen is dat Nederlandse universiteiten Engelstalige studies aanbieden maar veel minder duur zijn dan universiteiten in Engelssprekende landen. Dit wordt als reden genoemd door 30 procent van de respondenten. Op de tweede plaats (28 procent) staat “het studieprogramma dat ik wil bestaat niet in mijn thuisland”.

Een significant aantal respondenten (40 procent) weet nog niet of zij in Nederland willen blijven na het afstuderen. Dat geldt ook voor Alice. “Van covid heb ik geleerd dat dingen erg snel kunnen veranderen, dus je kunt nooit echt weten wat de toekomst brengt. Dat is waarom ik me focus op het huidige moment”, zegt ze. “Ik weet niet of een PhD-plek goed bij me zou passen. Ik maak deel uit van het Honoursprogramma over ondernemerschap en ben op het moment wat bedrijfsachtige omgevingen aan het verkennen, maar eerlijk gezegd weet ik nog niet wat ik wil doen na mijn afstuderen.”

Ongeveer 30 procent van de respondenten wil graag in Utrecht blijven om hun studie voort te zetten of om een baan te zoeken. Volgens het laatste rapport van de Nederlandse organisatie voor internationalisering van het onderwijs Nuffic, woont gemiddeld zo’n 25 procent van de internationale studenten vijf jaar na het afstuderen nog in Nederland.

Huisvesting: studio of kamer
Omdat het vinden van huisvesting een groot probleem is in Utrecht, vroegen we de internationale studenten om ons te vertellen over hun thuissituaties. Van hen woont 61 procent op kamers in een huis van een particuliere huisbaas. Verrassend genoeg gaf meer dan de helft van de enquête-respondenten aan dat het hen slechts een maand had gekost om hun eerste woning in de stad te vinden. Dat terwijl volgens de laatste enquête van Internationale Studenten Huisvesting (ISHA) de gemiddelde duur van een zoektocht naar een kamer van 4,1 weken in 2018 is gestegen naar 6,6 weken in 2019.

Uit onze enquête bleek ook dat de kamers van internationale studenten relatief groot zijn: bijna 40 procent woont in een kamer van 16 tot 20 vierkante meter. Alice wijkt wat af van dat gemiddelde en behoort tot een minderheid van internationale studenten (13 procent) die in kamers van 10 vierkante meter of kleiner woont. “Het was niet makkelijk om in zo’n kleine kamer te wonen tijdens corona, maar ik bleef mezelf eraan herinneren dat ik met het hebben van een kamer al een van de gelukkigen was”, zegt ze.

Maar het wonen in zo’n kleine kamer betekende wel dat ze een andere plek nodig had om te kunnen studeren. Daarbij kwam de bibliotheek goed van pas. “Eén van de dingen die ik heb geleerd uit de pandemie is dat ik absoluut de plekken waar ik werk en ontspan moet scheiden”, zegt Alice.

Op het moment betaalt ze 600 euro per maand voor haar kamer die ze vond op Facebook. Daarmee valt ze in dezelfde prijscategorie als meer dan 46 procent van de respondenten. Volgens het ISHA-rapport is de gemiddelde huur van internationale studenten in Utrecht 617,53 euro.  ISHA voegt daaraan toe dat het merendeel van de internationale studenten in Utrecht of alleen, of met maximaal twee huisgenoten wont, hoewel 23 procent van de respondenten in hun vragenlijst vijf of meer huisgenoten heeft. Alice deelt een huis met vier andere internationale studenten.

Studie
Net zoals 67 procent van de DUB-enquête respondenten, werkt Alice niet naast haar studie. Haar ouders betalen haar studiekosten en levensonderhoud, net zoals de ouders van de helft van de respondenten dat doen. 22 procent van de respondenten betaalt de master met spaargeld, dis is de tweede meest populaire manier om de studie te betalen. 

Het aantal uren dat de studenten die onze enquête invullen doorbrengen met studeren varieert nogal. Alice besteedt tussen de 25 en 30 uur per week aan studeren, en haar gemiddelde cijfer is een 7,5.

hours studying.jpgaverage grade.jpg

Internationale studenten besteden ook een hoop tijd aan sociale media: bijna de helft van de respondenten, onder wie Alice, gaf aan dat ze een tot twee uur per dag door sociale media scrollen. 30 procent brengt zo’n drie tot vier uur per dag door op sociale media. Meer dan 50 procent van de respondenten geeft toe dat sociale media hun universiteitsprestaties negatief beïnvloedt, maar 36 procent denkt niet dat het invloed heeft.

Taal en cultuur
Omdat ze Italiaans, Engels, Duits en Noors beheerst, is Alice bovengemiddeld wat betreft het aantal talen dat de respondenten spreken. Maar meertalig zijn heeft de meerderheid van de respondenten met elkaar gemeen.   

Nu leert Alice haar vijfde taal: net als 39 procent van de respondenten leert ze Nederlands op basisniveau. Nog eens 39 procent geeft aan dat ze ernaar streven vloeiend Nederlands te spreken. Uit een artikel van DUB uit 2019 blijkt echter dat veel internationale studenten snel afhaken bij hun cursus Nederlands. “Ik denk echt dat wanneer ik verhuis ik de taal moet leren, omdat ik het waardeer als mensen Italiaans leren als ze in mijn hand zijn. Ik wil deel uitmaken van de plaatselijke cultuur. Het is veel makkelijker om in contact te komen met Nederlanders als je de taal tenminste een beetje beheerst”, zegt Alice.

Alice waardeert de energie en motivatie van de Nederlanders. “Het is misschien alleen de UU, maar het is erg mooi om te zien hoeveel passie ze hebben voor wat ze doen. In de Life Sciences is iedereen zo inspirerend. Misschien ben ik gemiddeld, maar alle mensen die zijn toegelaten voor mijn studie zijn excellent, dus deel uitmaken van die groep is geweldig”, zegt ze en is goed op aan te denken wanneer de lijstjes en prijzen onzeker maken.

Van de Noren leerde Alice over vriendelijkheid en gemeenschapszin. De Duitsers leerden haar wat arbeidsethos is. Maar welk deel van haar zal altijd Italiaans blijven, waar ze ook woont? “Het sociale deel. Omdat ik iets ouder ben dan mijn medestudenten heb ik een beetje een ‘moederstatus’: alles moet door mij worden gekeurd, en ik maak regelmatig eten voor ze… Weet je wel, het stereotype Italiaanse, altijd vrolijk en gezellig”.

Het feit dat Alice haar eigen truien breidt, draagt bij aan haar moeder-imago. “Ik moet iets met mijn handen doen wanneer ik een serie kijk, bijvoorbeeld. Anders voel ik me onproductief”. Ze leert zichzelf ook hoe ze de ukelele moet spelen, maar ze is nu nog niet van plan om dat aan haar vrienden te laten horen: “Het is alleen voor mij”.

Koken met vrienden

Persoonlijk leven, hobby’s en vrije tijd
Alice is blij dat het haar lukte vrienden te maken in Utrecht ondanks de pandemie. Ze zegt dat ze zich verbonden voelt met de universiteit. Een belangrijke reden daarvoor is het feit dat ze het merendeel van de tijd fysiek onderwijs kreeg. De meeste van haar vrienden zijn dan ook studiegenoten van haar master, maar ze ontmoette ook andere internationale studenten tijdens de Introductieweek. “Ik wilde eigenlijk niet gaan omdat ik dacht dat ik genoeg mensen zou ontmoeten in mijn studie, maar ik ben zo blij dat ik toch geweest ben”. Ze maakt ook deel van de Radio Life Sciences podcast, waar ze veel mensen door heeft ontmoet. Nu heeft Alice drie tot vier goede vrienden, en geeft ze haar mentale gezondheid een 7, net als de meeste respondenten.

Alice praat ongeveer eens per week met haar ouders, en ze zoekt ze eens per zes maanden op in Italië. Deze twee gewoontes zijn gemiddeld voor de respondenten. Uit meerdere studies blijkt dat gevoelens van eenzaamheid praktisch bij iedere internationale student in Nederland voorkomen. De resultaten van de enquête van DUB zijn niet anders: meer dan 61 procent van de respondenten, onder wie Alice, geven aan zich “soms” eenzaam te voelen. 28 procent voelt zich “vaak” eenzaam.

Volgens onze enquête heeft 60 procent van de internationale studenten een serieuze relatie. Toen ze onze vragenlijst beantwoordde, was Alice een van de weinigen die aangaf dat het “ingewikkeld” was, maar nu bevestigt ze dat ze inmiddels tot de grootste groep behoort: het is net serieus geworden met een Nederlandse jongen die ze ontmoet heeft op Tinder. Deze app werd klaarblijkelijk weinig gebruikt door internationale studenten toen Nederland in lockdown was: 32 procent van de respondenten had helemaal geen seks in deze periode. Slechts 9 procent had een of meer onenightstands tijdens de lockdown.

En hoeveel koffie drinken internationals per dag? Nou, niet zoveel. Hoewel koffie de voorkeur heeft van 30 procent van de respondenten en daarmee de meest populaire non-alcoholische drank is (thee en water kwamen op de tweede en derde plek met respectievelijk 29 en 20 procent), dronk 60 procent van de studenten geen koffie. De koffiedrinkers houden het meestal bij één kop per dag.

Alcohol is ook niet zo populair: 68 procent van de respondenten drinkt nooit of minder of dan vijf glazen per week. Drugs zijn een ander verhaal: meer dan 65 procent van de respondenten heeft minstens één keer drugs gebruikt. Van die respondenten neemt meer dan 70 procent regelmatig cannabis.

Covid
But that is certainly not because they are scared of needles: 98 percent of the international UU students who took our survey are vaccinated against Covid-19. Most of them (41 percent) caught the virus once, while 38.7 percent never had it. Alice was in that group when DUB interviewed her. “I’m a survivor! I don’t know how I did this, but here I am”, she celebrated. 

That was quite a feat indeed, considering she had to quarantine twice because of her roommates. “They stayed in their room all the time”, she says. “When they used our shared bathroom, they disinfected everything they’d touched. They also refrained from using the kitchen, ordering takeout instead”.

Covid
Het merendeel van de studenten, 77 procent, heeft geen tattoo, maar dat komt niet uit angst voor naalden: 98 procent van de internationale UU studenten die de enquête invulden hebben hun Covid-vaccin gehaald. De meesten (41 procent) hebben het virus één keer gehad, maar 38,7 procent nog nooit. Alice zat in die laatste groep toen DUB haar interviewde. “Ik ben een overlever! Geen idee hoe ik het voor elkaar heb gekregen, maar het is gelukt!”.

Dat was inderdaad een behoorlijke prestatie, aangezien ze twee keer in quarantaine moest door haar huisgenoten. “Ze bleven constant in hun kamer”, zegt ze. “Wanneer ze onze gedeelde badkamer gebruikten, desinfecteerden ze alles wat ze hadden aangeraakt. Ze gebruikten de keuken ook niet, maar lieten eten bezorgen.”

Helaas testte Alice een week later wel positief voor corona. Hierdoor lukte het onze fotograaf niet om haar op de foto te zetten. In plaats daarvan publiceren we foto’s uit haar persoonlijke verzameling. “Dat is superjammer”, schreef ze ons in een e-mail.

Advertentie